Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Dichtbij jongeren, dichtbij kinderen?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Dichtbij jongeren, dichtbij kinderen?

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

In de deze maanden (september tot en met november 1999) wil de HGJB (Hervormd Gereformeerde Jeugdbond – HGJB) aandacht vragen voor het thema 'Dichtbij jongeren'. In een vijftal artikelen zullen verschillende facetten van dit thema worden belicht. Deze keer wordt aandacht gevraagd voor het belang van de kinderleeftijd.

Op heel veel plaatsen en met name in overheids- en gemeentelijk beleid, wordt met goed jeugd- en jongerenbeleid vooral de periode boven 12 jaar aangeduid. Neem als voorbeeld maar de plannen die er zijn om de werkloosheid onder jongeren aan te pakken, de bestrijding van jeugdcriminaliteit, jeugdwerkgarantieplannen en de inrichting van hangplekken in buurt of wijk. Het wordt steeds meer een tendens in onze maatschappij om in jongeren (dus vanaf 12 jaar) te investeren om het rendement, met name het economische rendement, op latere leeftijd te kunnen plukken. Daarbij zijn jongeren ook een belangrijke markt geworden. Ze hebben immers veel geld te besteden. Daarom wordt er ook veel aandacht aan hen geschonken.
Ook in het kerkelijk jeugdwerk zien we dat er veel aandacht uitgaat naar de tieners en jongeren. En vergeet de opvoeding niet. Veel ouders hebben de indruk dat ze pas echt moeten gaan opvoeden wanneer hun kinderen tiener worden.
Zijn we ons er voldoende van bewust dat goed jongerenwerk ook goed kinderwerk inhoudt? En dat dichtbij jongeren, ook dichtbij kinderen betekent?

Nog-nieters
Het valt te vrezen dat de plaats die wij kinderen binnen de christelijke gemeente(n) toedelen, een plaats is die samenhangt met onze visie op kinderen en daarmee samenhangend ook op het kinderwerk in de gemeente.
Maar al te vaak tellen kinderen in de ogen van volwassenen niet echt mee. We belijden met onze mond dat we moeten worden als de kinderen, maar ondertussen vinden we dat kinderen er nog niet echt bij horen.
Want, waarom blijven anders mensen weg als er een dienst wordt gehouden, die meer op kinderen is afgestemd? Waarom zijn er opeens zo weinig mensen in de kerk als er op bid- of dankdag een dienst voor kinderen wordt gehouden? Waarom wordt er toch wat afkeurend gekeken naar ouders die met hun nog jonge en soms draaiende kinderen wel enige onrust voor in de kerk veroorzaken. En wordt er dan later gevraagd of men niet beter achter in de kerk zou kunnen gaan zitten…
Waarom is het zo moeilijk om leidinggevenden voor het kinderwerk te vinden. En waarom halen we goede leidinggevenden zo makkelijk weg met de vraag om ambtsdrager te worden?
Waarom moeten leidinggevenden in het kinderclubwerk soms zo lang vragen om een goede (inhoudelijke en financiële) ondersteuning?
Scherpe vragen wellicht. Maar wel in alle ernst gesteld. Want hoe staat het met onze visie op de kinderen in de gemeente? Zijn wij soms niet enorme sta-in-de-weg mensen en komt de waarschuwing uit Mattheüs 18 : 1-6 niet heel dicht bij ons?
Welke kijk hebben wij op kinderen? Vinden wij kinderen eigenlijk wel nodig binnen de gemeente? Kijken wij niet vaak naar kinderen met de ogen van volwassenen en beschouwen we hen als 'nog-nieters'. Met 'nog-nieters' bedoel ik: nog niet volwassen, nog geen belijdenis gedaan, nog niet financieel bijdragend, nog niet in te schakelen bij, enz. Wanneer tellen kinderen bij ons mee? Als ze oprecht vanuit hun kinderlijk geloof verwoorden wie de Heere Jezus is of als we als kerk een (financiële) bijdrage van hen krijgen of ze belijdenis hebben gedaan?
De kinderleeftijd is een periode met een geheel eigen waarde. Kinderen die hun geloof op hun eigen manier verwoorden en beleven, nog zonder de (soms) belemmeringen die ouderen kunnen aanbrengen. Kinderen ook van het verbond. Gedoopt in de naam van de Vader, van de Zoon en de Heilige Geest. Mogen we dan als gemeente ook niet verwachten dat God Zijn verbond waar zal willen maken. Ook al in het leven van de kinderen!
Toen ik op een gemeenteavond een keer aangaf dat je als ouder soms vertroost kunt worden als je je kind, als medegelovige, op zijn eigen wijze hoort bidden tot onze Hemelse Vader, werd ik daar later op aangesproken. Veronderstelde ik niet te veel bij het kind? Nee, omdat juist de kinderen ons ouderen voorgaan. Op hun geheel eigen wijze. Laten we ons daarover als ouderen verwonderen, over dat geloof van een kind, van de kinderen van de gemeente. Laten we oppassen dat we het geloven van een kind niet beoordelen vanuit onze norm en maat. Laten we ons niet bezondigen aan veroordelen! Veel meer mogen we dankbaar zijn dat kinderen op hun (vrijmoedige) wijze vertellen dat ze houden van de Heere Jezus. En geef ze ruimte. Ruimte om te verwoorden, ruimte om te groeien.
Maar gaat dat kinderlijke geloof dan niet weg? Blijkt dan later niet dat het geloof van de kinderjaren nog niet echt was? Hebben we ons weleens afgevraagd hoe dat komt? Zou het kinderlijke geloof weleens niet bestreden kunnen worden door onze eigen houding als volwassenen? Door het feit dat wijzelf veel te weinig van het geloof laten zien, en zelf soms meer een sta-in-de-weg dan een voorbeeld zijn. Hinder door allerlei zaken rondom de traditie met een kleine t die het zicht op het leven met de Heere Jezus Christus belemmeren en daarmee de groei in het geloof in de weg staan?

Belangrijke beslissingen
De kinderperiode is een periode waarin belangrijke beslissingen vallen. In gesprekken met jongeren en ook ouderen komt vaak de kinderperiode als beslissend naar voren. Ervaringen in die leeftijd opgedaan laten een vaak onuitwisbare indruk achter.
Kinderen die in die leeftijdsfase geen voorbeelden om zich heen hebben gezien, geen mensen zijn tegengekomen die verwoorden wie de Heere God voor hen persoonlijk is en vanuit dat geloof hun leven invullen, komen er bekaaid af. Wat zijn juist de indrukken in deze fase van het leven van belang. En wat is het van groot belang dat kinderen in deze tijd opgroeien in een klimaat dat beïnvloedt wordt door de woorden van God en zo ingroeien in het Woord. Door vertellen en voorlezen, maar ook door het horen van levensverhalen. Door het horen van verhalen van papa of mama die vertellen wat dat Woord en geloven voor hen betekenen en die goed spreken van de Heere, onze God. Door de verhalen en voorbeelden van leidinggevenden in het kinderclubwerk.
Als we onze aandacht aan jongeren gaan geven op het moment dat ze de kerk gaan verlaten of slechts sporadisch nog mee willen doen, kon het weleens te laat zijn. Dan laten we kansen onbenut en valt te vrezen dat we meer bezig zijn met symptoombestrijding dan met werkelijk investeren.

In de praktijk
Bovenstaande betekent wellicht een eerste aanzet om het kinderwerk in uw gemeente nog eens kritisch onder de loep te nemen. Waar worden kinderen aangesproken en welke ruimte krijgen ze?
Mogen ze met ons meelopen of lopen wij met hen op? Nemen we ze werkelijk serieus? Laten we daar als ambtsdragers en jeugdraadsleden eens over nadenken. Wellicht in een gezamenlijke vergadering. En geef kinderen volop aandacht in het ontwikkelen van nieuw beleid in uw gemeente.
Een tweede, daarop aansluitende vraag is: hoe serieus nemen we als gemeente het kinderwerk? Hoe kijken we naar leidinggevenden in het kinderwerk? Op regionale HGJB-cursussen voor leidinggevenden in het kinderclubwerk zijn veelal de vrouwelijke leidinggevenden veruit in de meerderheid. Waar zijn de mannen? Ik weet het, agenda's kunnen vol zijn, maar toch… Heeft dit ook niet te maken met de waardering en onze visie op het Kinderwerk in de gemeente. Zijn mannen alleen maar beschikbaar voor tieners- en jongerengroepen of voor de ambten? Zo moet het onder ons niet zijn. Met name jongens vanaf een jaar of tien hebben voor een gezonde identiteitsontwikkeling mannen nodig die met hen meegaan en hen voorgaan in hun ontwikkeling. Waarom haken zoveel jongens in deze leeftijd af? Het kon weleens mede te maken hebben met de beschikbaarheid van mannen als leidinggevende in het kinderwerk.
Daarbij zou ik de jeugd- en kerkenraden ook willen oproepen om genoeg geld voor het Kinderwerk beschikbaar te stellen. Geef de ruimte om goede materialen aan te schaffen, zorg voor voldoende financiële ruimte om cursussen voor leidinggevenden te volgen, achtergrondmaterialen aan te schaffen en over de goede instructie te kunnen beschikken. Het mag toch niet meer voorkomen dat leidinggevenden die hun tijd willen investeren in goed kinderwerk, dat uit eigen portemonnee moeten betalen? Daar investeren we toch als gemeente in?
Investeer ook als jeugd- of kerkenraad in leidinggevenden. Informeer eens naar de clubpraktijk, nodig de leidinggevenden uit om een keer met elkaar van gedachten te wisselen tijdens een kerkenraadsvergadering. Voorkom in ieder geval met elkaar dat belangstelling van de kerkenraadszijde alleen maar wordt uitgelegd als controle of de juiste koers wel wordt gehouden. Jaarlijks een ontmoeting tussen leidinggevenden, jeugdraadsleden en kerkenraadsleden zou een goede gewoonte moeten zijn. Met elkaar delen, bezinnen en koers houden. De HGJB wil daarbij graag helpen. Zowel op het gebied van materialen, cursussen en advisering op maat. Juist in onze gezamenlijke zorg voor de kinderen van de gemeente mogen we elkaar de hand reiken.
Wees daarnaast belangstellend naar de leidinggevenden toe en geef ook het kinderclubwerk en de leidinggevenden een plaats in de voorbede van de gemeente.

Investeren en ontvangen
'Ik heb er zelf altijd zoveel aan' zei een leidinggevende een keer, toen ze over haar clubwerk vertelde, 'de kinderen zijn zo eerlijk in hun vragen en daar leer ik zelf ook enorm veel van'. 'Nu mijn kinderen wat ouder worden' zei een moeder, 'denk ik zelf ook veel meer na over allerlei dingen die ik voorheen altijd zo vanzelfsprekend vond'. 'Daardoor zie ik nog veel beter wie God voor ons wil zijn'.
Dat is de andere kant. Wie investeert in kinderwerk zal ontdekken dat hij of zij heel veel terug ontvangt.
Investeren in kinderen en kinderwerk, meer dan de moeite waard!

A. Eilander,
stafwerker Kinderwerk HGJB

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 september 1999

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Dichtbij jongeren, dichtbij kinderen?

Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 september 1999

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's