Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Besluitvorming hervormde synode

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Besluitvorming hervormde synode

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

De synode boog zich over de volgende voorstellen van het hervormd moderamen.

De generale synode van de Nederlandse Hervormde Kerk, in vergadering bijeen op 3 december 1999 te Lunteren

constateert

1. dat in de grondleggende artikelen (II, 2 kerkorde) een blijvende eigenheid van de gemeenten is uitgesproken

2. dat in de ordinanties reeds een groot aantal bepalingen is opgenomen om het gemeenten mogelijk te maken – binnen het gemeenschappelijk belijden – het gemeenteleven naar eigen overtuiging in te richten en daarbij aan de eigen identiteit gestalte te geven

spreekt uit

1. dat de kerk zowel in de vereniging van kerken als in de vormgeving van de eigen identiteit gericht dient te zijn op de toekomst, haar apostolaire roeping in de samenleving en de opbouw van de gemeenten

2. dat binnen de verenigde kerk in het kader van de in artikel I van de kerkorde verwoorde plaats van het belijden en het nader uitgelegde in ordinantie I, ruimte bestaat voor een bijzondere band met het gereformeerde belijden

besluit

1. de reactie van de KOA op de ingekomen reacties naar aanleiding van het besluit van 21 maart 1998 over te nemen, met dien verstande dat:
a. het gestelde op pagina 6 over de proponentsformule en de uitoefening van pastoraat en opzicht nadere uitwerking behoeft
b. de mogelijkheid om in de ordinanties de bijzondere verbondenheid van een ringverband met het gereformeerde belijden uit te spreken, nader onderzocht wordt en hierbij de door de KOA gemaakte opmerkingen over de gemeenschappelijke keuze en de adviespositie van een ringverband (pag. 6 en 10) betrokken wordt
c. de instelling van een adviesorgaan als voorgesteld door de KOA op pag. 10-12
1. overwogen wordt naar zijn consequenties voor het functioneren van classicale vergaderingen en de generale synode
2. in afwijking van het door de KOA gestelde, het genoemde orgaan een adviesorgaan voor het gereformeerde belijden dient te zijn

3. taak, werkwijze en samenstelling van dit orgaan nader onderzocht dienen te worden

2. het bovenstaande in te brengen tijdens de vergadering van synoden in januari 2000 in de discussie over het rapport van de Commissie van Acht

3. het hiervoor genoemde met nadruk aan te bevelen aan de Werkgroep Kerkorde ter voorbereiding van de definitieve besluitvorming terzake van kerkorde, ordinanties en overgangsbepalingen.


Deze voorstellen werden in het besluit, dat werd genomen, aangevuld met een motie van ds. P. van der Kraan e.a., die luidde:

De synode besluit: de reactie van de KOA op de ingekomen reacties naar aanleiding van het besluit van 21 maart 1998 en het advies aan het triomoderamen van de werkgroep 'Hoe verder met Samen op Weg?' naar aanleiding van de synode van 21 november 1998 over te nemen, met dien verstande dat:

a. het gestelde op pagina 6 over de proponentsformule en de uitoefening van pastoraat en opzicht nadere uitwerking behoeft.
b. de mogelijkheid om in de ordinanties de bijzondere verbondenheid van een ringverband met het gereformeerde belijden uit te spreken, nader onderzocht wordt en hierbij de door de KOA gemaakte opmerkingen over de gemeenschappelijke keuze en de adviespositie van een ringverband (pag. 6 en 10) betrokken wordt en mede wordt bezien de mogelijkheid dat een ringverband als regel meedenkt en de classicale vergadering waarbinnen hij valt van advies dient met name in zaken die de inhoud van het belijden van de kerk en de kerkorde raken.
c. De instelling van een adviesorgaan als voorgesteld door de KOA op pag. 10-12
1. overwogen wordt naar zijn consequenties voor het functioneren van classicale vergaderingen en de generale synode
2. in afwijking van het door de KOA gestelde, het genoemde orgaan een adviesorgaan voor het gereformeerde belijden dient te zijn
3. taak, werkwijze en samenstelling van dit orgaan nader onderzocht dienen te worden waarbij met name gelet wordt op de mogelijkheid om dit adviesorgaan te betrekken bij wijzigingen van de kerkorde van inhoudelijke aard en bij zaken die het belijden van de kerk raken, waarbij te overwegen de benoeming van een vertegenwoordiger van dit adviesorgaan in KTO.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 december 1999

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's

Besluitvorming hervormde synode

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 december 1999

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's