Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De grote strijd

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De grote strijd

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

'En toen de draak zag, dat hij op de aarde geworpen was, zo heeft hij de vrouw vervolgd, die het manneken gebaard had.' [Openb. 12:13]

Hoe zal het gaan met de kerk, de kerken? Het ziet er allemaal niet zo rooskleurig uit. Hoe zal het gaan met hen, die Christus wensen te dienen en te volgen? Veel volgelingen van Christus worden op deze aarde vervolgd en verdrukt. De afval van God en Zijn Woord is groot, ook in ons land. Wat een gevolgen zal dit hebben voor ons, voor onze kinderen en kleinkinderen? Daar kunnen we het moeilijk mee hebben of niet soms?

Ook Johannes had het daar moeilijk mee. Hij was als predikant uit zijn gemeente gehaald en naar het eenzame eiland Patmos verbannen. Als hij zag op wat voor ogen was, vroeg hij zich af: 'Wie is er nu de machtige, de satan of de Heere Jezus Christus? ' Het leek erop, dat de satan dat was. De gemeente van Christus werd verdrukt en vervolgd. Als hij op de feiten afging, moest hij tot de conclusie komen, dat de kerk van Christus haar tijd gehad had.

De verhoogde Heiland, Jezus Christus, bemoedigt hem echter met een groots visioen.

Die bemoediging geldt niet alleen Johannes, maar de strijdende kerk van Christus van alle eeuwen, geldt ook Zijn strijdende kinderen vandaag. Het gaat hier in dit gedeelte uit de Openbaring over een vrouw, een kind en een draak.

De vrouw brengt onder heel moeilijke omstandigheden een kind ter wereld. Wie denkt hier niet aan het kerstevangelie: 'En zij baarde haar eerstgeboren Zoon. 'Als we dit in de kerstboodschap lezen, schijnt dit alles rustig verlopen te zijn. Openbaring 12 laat ons het tegendeel horen. De vrouw is hier het beeld van de Kerk. De Kerk heeft met veel moeite Christus voortgebracht. Daarom wordt deze hier voorgesteld als een vrouw die in barensnood is.

En vóór die vrouw, die op het punt staat het Kind Jezus voort ter brengen, ligt een huiveringwekkend monster, een grote rode draak met zeven hoofden en tien hoornen om het Kind terstond na Zijn geboorte te verslinden. Wanneer Christus geboren wordt uit de maagd Maria, zet de duivel, de grote rode draak, alles op alles om Christus te doden. Koning Herodes wil als instrument van de satan Jezus uit de weg ruimen. Dat mislukt en Jezus vlucht met Jozef en Maria naar Egypte. Maar daarbij bleef het niet. Elke keer opnieuw werd Christus door de satan verzocht, bestreden en naar het leven gestaan. Dit loopt uit op de dood van Christus aan het kruis.

Satan scheen de overwinning behaald te hebben, maar aan het kruis klinkt het uit de mond van Christus: 'Het is volbracht.' En na Zijn dood en begrar fenis staat Hij op de derde dag op uit de doden. Jezus Christus betoont Zich de Overwinnaar van de satan. Als dat werkelijkheid geworden is, laat God, Zijn Vader, het niet langer toe dat Hij blootgesteld wordt aan de aanvallen van de satan. Christus vaart op ten hemel en neemt plaats aan de rechterhand van Zijn Vader. Johannes ziet het in dit visioen: haar kind werd weggerukt tot God en Zijn troon.

De satan geeft het echter nog niet op. Hij is wel verslagen, maar dat erkent hij niet zomaar en hij bestormt de hemel. Het gevolg is een geweldige strijd. Johannes ziet in dit visioen: in de hemel strijden Michaël en de engelen met de draak en zijn trawanten en opnieuw moet de draak het onderspit delven en de draak en zijn engelen worden uit de hemel geworpen en hardhandig op de aarde gesmakt.

Daar laat de satan het echter niet bij zitten. Nu zet hij alles op alles om op aarde de vrouw, dat is de Kerk van Christus uit Israël en de heidenen, te vervolgen. Johannes hoort in de hemel het vreugdelied van de overwinning van Christus, maar op de aarde verneemt hij het weegeroep van Christus' Kerk.

De satan heeft Christus niet kunnen treffen in Zijn persoon, maar nu zal hij Christus proberen te treffen in Zijn Kerk.

Wij worden hier gewaarschuwd toch niet te slapen in de tijd tussen de hemelvaart en de wederkomst van Christus. De satan is de grote 'stukmaker'. De rode draak zet alles op alles om Gods schepping te vernietigen, maar ook wil hij Gods gemeente op aarde, zo dat hem mogelijk is, ruïneren. De ene keer verschijnt hij als een engel des lichts en de andere keer als een briesende leeuw. Hij weet precies wat onze zwakke plekken zijn.

De ene keer stelt hij de zonde voor als iets wat helemaal zo erg niet is. De andere keer stelt hij ons de zonde voor als iets waarvoor geen vergeving mogelijk is. Wanneer u om genade roept, dan fluistert hij u in: 'De Heere wil jou niet genadig zijn, daarvoor is je berouw niet diep genoeg', of'Het is bij jou alleen maar verstandswerk' of iets dergelijks.

En als u roemt in Gods genade, dan fluistert de duivel u in: 'Is dit niet te gemakkelijk gegaan? ' en hij probeert ons aan het twijfelen te brengen. Toch houdt Christus Zijn gemeente in stand. Hij beschermt haar en onderhoudt haar.

Zijn gemeente zal in alle aanvallen van de satan in die laatste wereldperiode vóór de wederkomst van Christus niet ondergaan.

Waar Christus woning maakt in ons hart, daar komt vrede - ja dat óók - maar ook strijd. Dat kan niet uitblijven, zolang de satan nog op deze aarde is.

Schuw de strijd niet, maar weet ook dit: in die strijd zal Gods strijdende kerk niet omkomen.

We lezen in het vervolg van dit visioen: 'De slang wierp uit haar mond achter de vrouw, water als een rivier, opdat hij haar door de rivier zou doen wegvoeren.' Die waterstroom is het zinnebeeld van al de duivelse invloeden die er in deze '.vereld werken. Ik denk hier aan de stroom van de duivelse tijdgeest, die de kerken wil leegspoelen. En ook aan de felle stroom van de dwaalleer, die zijn duizenden verslindt. En er is de stroom van de nieuwe moraal, die ons wil afvoeren van God en Zijn Woord. En zo is er wel meer te noemen. De satan wil niets liever dan ons overspoelen en meetrekken in de stroom van God af naar het verderf.

Maar God is er ook nog! Hij maakt het waar: Gods Kerk houdt stand in eeuwigheid. De Heere zorgt daar Zelf voor! Dat zullen we volgende week zien.

E. M. BAKKER, BODEGRAVEN

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 24 januari 2002

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

De grote strijd

Bekijk de hele uitgave van donderdag 24 januari 2002

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's