Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Schrift: Adam

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Schrift: Adam

LEERMODEL OF HISTORIE?

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Als de dag van gisteren herinner ik me de opmerking: 'Adam niet geleerd, Christus niet begeerd'. Ik kende de uitdrukking niet, de gedachte uiteraard wel De gedachte achter deze opmerking was vooral van heilsordelijke aard. Het ging ouer de wijze waarop de Heilige Geest in mensenharten werkt. Het ging ouer de volgorde van wet en evangelie, kennis van ellende en verlossing. In dit artikel gaat het me daar echter niet zozeer om. Het gaat me om de heilshistorische lijn. De lijn van de geschiedenis. Hoe moeten u> e 'Adam' zien? Hoe lezen we Adams geschiedenis? En ivat wordt er precies bedoeld als het gaat om de eerste Adam en om de tweede Adam?

LEERMODEL OF HISTORIE?

Van tijd tot tijd duikt in de theologie de gedachte op van het leermodel. Adam is een leermodel. Wat ons wordt verteld in de geschiedenis van Adam, is een leermodel voor vandaag. De geschiedenissen in de Bijbel verteld, geven niet zozeer historische feiten aan maar zijn zelfinterpretatie. De eerste hoofdstukken van de Bijbel zouden overlevering zijn in verhalende vorm. Of de verhalen aan de werkelijkheid beantwoorden, is maar de vraag. De oosterling zou zich daar niet mee bezighouden. Het gaat in de bijbelverhalen vooral om prediking en profetie. Het 'leven van Adam' is daarom veel meer een leermodel voor ons dan dat het historie is. Het gaat dan om het verhaal van Adam en Eva en niet om feitelijke historische bijbelgegevens. Deze gedachten winnen steeds meer terrein, ook binnen theologische kringen waar we dat niet zouden verwachten. En via 'de school' komen deze gedachten ook binnen bij de gemeente. De feiten worden opgegeven; we kijken nog slechts naar de prediking die er van uitgaat. Maar wat gebeurt er ondertussen?

Gods daden verdampen

Op deze manier laten we Adam opgaan in de nevels van de geschiedenis en worden Adam en Eva schimmige figuren. Hier maken we Gods werken, maar ook de ernst van de zondeval los van de historische feiten. Daarmee laten we Gods daden verdampen.

Daarmee laten we tegelijk ook de diep ingrijpende ernst van de zondeval, als donker feit, geschied in de tijd verdampen. De zondeval is een 'leermodel'. We verliezen de ontzaggelijke ernst van de werkelijkheid dat de mens met zijn God brak, dat hij zijn Schepper de dienst opgezegd heeft. Dat is wel bittere werkelijkheid, historisch aan te geven. Al was ik er niet bij. Ik was er wel bij betrokken. Want Adam was en is 'mijn vader'. Adam is het hoofd, de vertegeqjvoordiger van het menselijk geslacht. In hem stond ik daar, in hem was en ben ik God ongehoorzaam. In hem ben ik gevallen. En voor hem en voor mij is het historische werkelijkheid. Als ik Adam laat verdwijnen als historische mens, door God zuiver en recht geschapen, dan kom ik in botsing met andere gegevens van de Heilige Schrift. De schepping is Gods eigen werk, historisch te duiden. En de verlorenheid van het menselijk geslacht is fundamenteel. Die verlorenheid heeft een historisch begin. Toen Adam, de mens, God ongehoorzaam werd. Daarom blijven we uitgaan van Gods goede en zuivere schepping. We blijven zeggen en prediken dat op Gods goede schepping de zondeval is gevolgd. Bijbels-theologisch is dat uitgangspunt. Dat is de lijn die in de gereformeerde theologie is getrokken en die vruchtbaar is gebleken in heden en in verleden.

Daarmee is niet gezegd dat onze manier van geschiedenis schrijven nu exact dezelfde is als de manier waarop de Bijbel de geschiedenis beschrijft. Wij zijn door de Verlichting heen gegaan en focussen ons op feiten, jaartallen. In de manier waarop de Schrift de geschiedenis beschrijft, ligt de klemtoon anders. Daar gaat het veelmeer om de grote daden van God, Gods wonderen. Het eerste hoofdstuk van de Bijbel prijst en looft de Heere, Schepper van hemel en aarde. Genesis 1 is openbaring van God, die wordt verstaan in het geloof. Het gaat niet om een 'reportage van biologische en geologische wetenswaardigheden', maar om de 'rijke openbaring' van God, onze Schepper. Het derde hoofdstuk laat ons de duisternis van de zonde zien. Ondertussen komt dit niet in mindering op het feitelijk karakter van Gods daden. En komt het niet in mindering op de daad van de zondeval.

In den beginne

De prediking en de theologie van de Schrift gaat uit van de zondeval als historisch en feitelijk gebeuren. Als een diepe, zwarte nacht die volgt op de gIanzende£NP§en van de schepping. Adam is gevallen. Hij heeft met zijn Schepper gebroken. Die grondlijn vinden we nadrukkelijk in de Schrift terug:

1. Binnen de gevallen schepping komt God met de beloften van Zijn heil, van Zijn verlossing: 'Ik zal vijandschap zetten...'.

2. Op de schepping, Gods scheppingsorde, komt Jezus terug. Als het om het huwelijk gaat, brengt Hij Zelf ter sprake hoe het was 'in den beginne'. Hij spreekt over de zuiverheid, de heiligheid van 'den beginne'. Jezus gebruikt dat juist om ingeslopen en aanvaarde zonden scherp onder kritiek te stellen. Er is een principieel verschil tussen 'in den beginne' en de situatie die Hij onder kritiek stelt. Jezus spreekt over de tijd van 'den beginne', de tijd van Adam, als over historie. Hij grijpt terug over Mozes heen, die aan de verwording van zijn dagen paal en perk stelde. Hij grijpt terug naar het begin. En Zijn duiding is volstrekt helder: 'Hetgeen dan God samengevoegd heeft scheide de mens niet'. Hier krijgt binnen het Koninkrijk Gods de scheppingsorde zijn plaats. Dat is niet verwonderlijk, omdat het in Gods Koninkrijk juist gaat om de herschepping. 'Ziet, ik maak alle dingen nieuw', dat is wat anders dan 'Ziet, Ik maak nieuwe dingen'.

3. Christus herstelt de orde van de schepping die was verwoest door de zondeval en gebukt gaat onder de zonde. Zo heeft onze hoogste Profeet en Leraar erover gesproken. Dat is meer dan aanpassing aan de wijze waarop er in Zijn tijd werd gedacht en gesproken. Dit is ingebed in de wijze waarop de Schrift over de geschiedenis spreekt Nergens wordt ons uit de Schrift duidelijk dat geschiedenis geen feitelijke geschiedenis is.

4. Geschiedenis is feitelijk aan te duiden: 'de dagen van Noach', 'de dagen van de koningen', maar ook 'in dén beginne'. Nee, daar waren wij niet bij. Maar, dat is toch niet het beslissende moment. Niet onze aanwezigheid ijkt de feiten, ijkt de daden van God. Job, 'waar waar gij, toen Ik de aarde • grondde? ' Toen antwoordde Job de HEERE, en zei: 'Zie, ik ben te gering; wat zou ik U antwoorden? ' De klemtoon ligt op Gods majesteit. Terwijl wij er niet bij waren. We beginnen niet bij het moeras van onze vragen. Dan komen we er nooit meer uit. We beginnen met Gods geopenbaarde Woord! We beginnen bij de betrouwbaarheid van God. De ijking ligt in de woorden van God. Dat is geen afstandelijke en verstandelijke beschouwing. Het gaat om het volkomen ernstig nemen van de woorden van Christus met hoofd en hart. Daarom zoeken we niet naar een eigenlijke boodschap achter de tekst, maar in de tekst, Gods geopenbaarde Woord. 'We zijn geen kunstig verdichte fabelen nagevolgd' (2 Petrus 1:16).

Geschied en geschreven

Als we dit stellen, vervallen we niet in een fundamentalistische manier van bijbellezen. Dat is geen zuiver verwijt. Het gaat om een reformatorische wijze van lezen van de Schrift. Centraal daarbij is steeds weer de vraag: hoe verstaat de Schrift zichzelf? Hoe wil ze gelezen worden? Daarbij spelen de verbanden van de Schrift een onmisbare schakel. De Schrift is haar eigen uitlegster. Dat is de gulden regel. Juist

de reformatoren hebben ons opnieuw geleerd de Bijbel zo te lezen. De verbanden van de Schrift laten ons zien hoe de Schrift zelf uitgaat van 'het is geschied' van de schepping, de val van Adam. In de mond van Christus klinkt de verwijzing naar 'in den beginne' als een heldere aanduiding van de situatie van zuiverheid en recht. Hij verwijst naar de nadrukkelijke instelling, de orde van Zijn Vader bij de schepping. Zo hebben de belijdenissen van de kerk de Schrift gelezen. Het gereformeerde verstaan van de Schrift heeft altijd eenheid gezien tussen 'facta' en 'dicta'. Tussen wat er is geschied en geschreven.

Nee, niet alles wat is geschied, heeft de Heere ons geopenbaard. Aan Zijn openbaring ligt Zijn keuze, Zijn vrijmacht ten grondslag. Zo willen wij als hervormd-gereformeerden ook nu de Schrift verstaan. Deze lijn is kenmerkejid geweest voor de wijze waarop onder ons de woorden van God zijn gelezen en verstaan. Daarmee is het een van de kenmerkende eigenschappen, van de gereformeerde beweging. Daarbuiten raken we verstrikt in het moeras van vragen, twijfels en allerlei onzekerheden en wordt bovendien het gereformeerde spoor verlaten.

'... dat er duidelijke tekenen in de Schrift gezien worden daarvan, dat het God is, die spreekt, uit welke tekenen blijkt dat haar leer een hemelse is... Ja indien wij met zuivere ogen en ongerepte zinnen tot haar komen, dan zal ons terstond de majesteit Gods ontmoeten, die na onderwerping van de vermetelheid tot verzet, ons dwingt haar te gehoorzamen... (Calvijn, Institutie 1, 7, 4)

Kerk en theologie ontvangen de geschiedschrijving over Gods goede schepping, over de zondeval in het geloof als gezaghebbend. Dat betekent niet dat al onze vragen worden beantwoord. Dat bedoelt de Schrift niet. Maar wel dient ze zich aan als een betrouwbaar getuigenis van Gods grote daden. Ze verkondigt ons de feiten. En ze legt de feiten uit en ze interpreteert de feiten. Ook de feiten van 'in den beginne'. We hoeven niet achter de woorden van de Schrift te zoeken naar dat wat wel of niet betrouwbaar zou zijn.

Genesis 2

Wie de eerste twee hoofdstukken van Genesis vergelijkt, komt tot een merkwaardige conclusie. In hoofdstuk 2 is de volgorde anders, worden de dingen anders verteld. Dat is een probleem. Op grond daarvan wordt door de Schriftkritische wijze van bijbellezen gekozen voor de uitleg dat het hier om twee scheppingsverhalen zou gaan, die los van elkaar gelezen moeten worden. Maar, wil de Schrift echt zo gelezen zijn? Is het niet veel meer zo dat Mozes in dit tweede hoofdstuk nog een keer de nadruk legt op de grote en heerlijke daden van God? Jawel, er komt in dit hoofdstuk een klein dichterlijk fragment voor, namelijk 'Adams bruidegomslied' (Gen. 2 : 23). En er komt duiding voor, profetie, tekenen van Gods recht. (Gen. 2 : 24). Geen van deze aspecten komen echter in mindering op het historisch vertrekpunt.

Integendeel, op deze manier wordt des te meer het niet-dichterlijke, maar historische karakter van de eerste hoofdstukken geaccentueerd. In Genesis 2 gaat het niet om een chronologische orde. Dat zien we als we de volgende gedachten naast elkaar zetten:

1. God formeerde de mens (vs. 7); 2. God plantte een hof (vs. 8a); 3. God plaatste de mens in de hof (vs. 8b); 4. God deed de bomen groeien (vs. 9a); 5. God plaatste de mens in de hof (vs. 15a).

Nog een keer wordt de nadruk gelegd op de grote daden van God. Nog een keer horen we in deze openbaring de luister van Gods majesteit. De hof waarin Adam leeft, is niet van hem, maar van God. En God stelt vast op welke manier Adam in de hof zal leven (vs. 16-18) Als Schepper en Koning kan Hij dat en doet Hij dat. Tegen die achtergrond steekt straks de zondeval schril af. Zoveel botheid van de mens tegenover zoveel heerlijkheid van God. De Heilige Schrift geeft de lijn van de eerste Adam en van de tweede Adam. Volgende week willen we vanuit de relatie tussen Genesis 1-3 en Romeinen 5 : 12-21 daar verder op ingaan. Juist de relatie die de Schrift tussen de eerste en de tweede Adam legt, leert ons vast houden aan het voluit historisch karakter van het begin van de Schrift.

G. D. KAMPHUIS, AMSTELVEEN

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 juni 2003

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

De Schrift: Adam

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 juni 2003

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's