Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Kort, helder en persoonlijk

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Kort, helder en persoonlijk

DE CATECHISMUSPREEK [4]

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

6. De catechismuspreek als uitdaging

Wanneer ik dit alles overdenk, begint de catechismuspreek een uitdaging te worden. Is het mogelijk om zo de catechismuspreek te houden dat ze vandaag toch kan functioneren? Ik wil daar graag iets over zeggen.

Theologisch bezien reikt de HC ons . zelf verschillende aanwijzingen voor de catechismuspreek aan die van belang zijn voor ons geloof en ons gemeente-zijn vandaag. Zij geven de catechismuspreek die bepaalde kleur die eigen is aan de spiritualiteit van de HC.

Theologische aspecten

Ik noem puntsgewijs enkele theologische aspecten.

1. De HC wordt gedragen door een trinitarisch denken. Dat wil zeggen, er is evenwicht in de aandacht voor de personen en het werk van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest, een evenwicht dat heilzaam is voor ons geloof. Schepping, verlossing en vernieuwing stempelen de geloofswerkelijkheid.

2. De HC kent een hoog christologisch gehalte, misschien wel beter gezegd: een christologisch centrum. De geloofsrelatie met Christus is de hartslagader die door heel de HC heen loopt. Het gaat om Jezus Christus in vraag en antwoord i. Om Hem gaat het in de kennis van ellende, verlossing en dankbaarheid. Om Hem gaat het in Gods voorzienigheid. Om Hem gaat het in de sacramenten. In de be-kering, in de geboden en de gebeden. 3. De HC spreekt weinig over het verbond. Toch neemt de gedachte van het verbond een grote plaats in in de HC. De HC is de geloofsbelijdenis van de gemeente, die antwoordt op de beloften van God, die in het Evangelie worden aangeboden. Zo leert het kind van de gemeente de antwoorden van de HC persoonlijk meebelijden in het collectivum van de gemeente. Tegelijk roept het verbond op tot nieuwe gehoorzaamheid, tot bekering.

4. De HC wil een persoonlijk, existentieel leerboek zijn. Het gaat niet om dogmatische, nog minder om dogmatistische waarheden die losstaan van het geleefde geloof. De kennis waar het de HC om te doen is, is geloofskennis, die gepaard gaat met hartelijk vertrouwen. Relationele kennis. De polemiek is marginaal. Vraag en antwoord 80 komt in de eerste druk niet eens voor. Later is men hiervan in de catechismusverklaringen afgeweken. Veel uit-eenzettingen zijn dan van een hoog dogmatisch en scholastisch gehalte, abstract, zodat een aparte toepassing het manco van de verbinding naar het leven moet goedmaken, als tenminste die toepassing ook niet in hetzelfde vaarwater terechtgekomen is. 5. De HC kent een gezonde, bevindelijke inslag. Er is ruimte voor de verborgen omgang met God, zoals we die in de Psalmen vinden. Denk aan de troost. Maar in de HC wil die bevindelijke kant van het geloof, die verborgen omgang ook naar buiten treden en handen en voeten krijgen in het alledaagse leven, in de praxis pietatis.

6. De HC wil een praktisch leerboek zijn. Betrokken op het dagelijks leven. Dat geldt de vervolgingssituatie van de hoorders. Je ruikt hier en daar de brandstapel in de catechismus. Maar het geldt bijvoorbeeld ook de behandeling van de geboden. Het praktisch karakter springt er overal uit. Tot en met het gewicht, de el, de maat, de

koopwaar, de munt en de woeker. Overigens zonder wettisch te worden. Vergelijk het vierde gebod over de zondag.

7. De HC wil een pastoraal geschrift zijn. Ze wil leidinggeven aan het geloofsleven. Ze kent als een goede gids het leven van de medereizigers, met zijn hoogtepunten en dieptepunten. Ze kent de aanvechting in het geloof, maar ook de glorie van Christus' overwinning. Ze wil dwalenden terechtbrengen, maar vooral wil ze troost, 'trust', houvast bieden. Onvergelijkelijk klinkt het geloof in vraag en antwoord 44: 'Waarom volgt er: nedergedaald ter helle? Antw. Opdat ik in mijn hoogste aanvechtingen verzekerd zij en mij ganselijk vertrooste, dat mijn Heere Jezus Christus, door Zijn onuitsprekelijke benauwdheid, smarten, verschrikking en helse kwelling, in welke Hij in zijn ganse lijden, maar inzonderheid aan het kruis gezonken was, mij van de helse benauwdheid verlost heeft.'

7. De praktische uitvoering van de catechismuspreek

We hebben aan de reacties van de hoorders gemerkt dat er nogal wat verlegenheid bestaat bij het horen van de catechismuspreek. We doen er goed aan als predikers die verlegenheid tot de onze te maken. Daar komt bij dat de orde en regel van de catechismuspreek in heel wat gemeenten onder druk is komen te staan. De geregelde catechismuspreek heeft in veel gemeenten plaatsgemaakt voor flarden didachè. Als we nu vanuit onze verlegenheid bereid zijn te leren leren, dan kunnen we de uitdaging oppakken en zoeken naar mogelijkheden die er in onze tijd zijn voor de catechismuspreek. Ik noem de volgende overwegingen:

Afgebakende reeksen

1. Allereerst moet de catechismuspreek uit de schijnbare vanzelfsprekendheid vandaan komen en onderwerp van bezinning worden. Dat zal allereerst in de kerkenraad moeten gebeuren, waarbij het er niet om gaat in onze verlegenheid zwartepieten uit te delen, maar om in gezamenlijke verantwoordelijkheid te zoeken naar inhoud en vormgeving die goed is voor de gemeente. Daarin moeten wij zelf het voortouw durven nemen. Wat het rooster van catechismusprediking betreft: vooral in centrale gemeenten waarin predikanten rouleren, staat de orde onder druk. Hierin kan wellicht verbetering worden aangebracht.

Ik zou willen pleiten voor afgebakende reeksen catechismusprediking. Goed gepland op het preekrooster. In zo'n reeks behoeven we niet slaafs de catechismus te volgen en per se de zondagen 1 tot en met 52 in chronologische volgorde te behandelen, maar kunnen de klassieke catechetische stukken aan de orde komen. Een reeks over het geloof, een reeks over het gebod, over het gebed, over de sacramenten, als klassieke catechetische stukken, maar ook een reeks over: de heilstoe-eigening, waarbij b.v. de drieslag ellende, verlossing en dankbaarheid aan de orde komt. Bij elke reeks dient bedacht te worden dat zij staat in het kader van de enige troost uit zondag 1. Een en ander kan op een gemeenteavond, maar ook door middel van een uiteenzetting in het kerkblad aan de orde komen. Ook de gemeentebrief leent zich hiervoor.

Bezinningsgroepje

2. Laat er in de gemeente vooral ook bezinning zijn op de vraag wat vandaag voor de gemeente belangrijk is, als het gaat om toerusting in de didachè. Waarom geen catechismusgroepje in de gemeente namens de kerkenraad, die daarover met de predikant(en) brainstormt? Een paar kerkenraadsleden, een moeder, een vader, iemand uit het jeugdwerk en een bejaarde, met de predikant(en).

In zo'n catechismusgroepje kan besproken worden welke actuele thema's vandaag in kerk en geloof spelen en waarvan het dus voor de gemeente van belang is dat zij in de leerdienst aan de orde komen en hoe zij op een goede manier met de catechismuspreek kunnen worden verbonden.

Ook kan eens goed gekeken worden naar de bestaande praktijk. Neem de bespreking van het avondmaal. Wordt de gemeente werkelijk toegerust als ze tot in details wordt ingevoerd in de verschillen tussen de gereformeerde, de lutherse, de rooms-katholieke avondmaalsopvattingen van de zestiende eeuw, waarbij dan ook nog de verschillen tussen gereformeerden onderling worden uitgelegd (Zwingli, Bucer en Calvijn)? Komt de gemeente daarvoor in de leerdienst? Gaat het er niet veelmeer om dat de vraag aan de orde komt hoe het avondmaal kan die-nen tot versterking van het aangevochten geloof in onze tijd. Dat is toch ook de kern in de avondmaalsleer in de HC? Daarbij kunnen ook de eigen' avondmaalsgebruiken in de gemeente aan de orde komen. En die verschillende opvattingen tussen luthersen en gereformeerden enz., die kunnen ook op een andere manier aan de orde komen, bijvoorbeeld in een rubriek in het kerkblad.

Kwaliteit

3. Met schroom zeg ik ook iets over de kwaliteit van de catechismuspreek. Als we de catechismus preken, laten We het dan zo goed mogelijk doen. Laten we ze grondig voorbereiden, ieder naar de gaven die we hebben ontvangen. Dat betreft de inhoud, maar ook de vorm. Niet het vele is goed, maar het goede is veel. Laat de catechismuspreek ook kort en helder zijn. Daar wordt door ons vaak tegen 'gezondigd', lijkt mij. Op de synode van Dordrecht in 1618-1619 waarschuwde men al tegen te lange catechismuspreken. Waarom kort? Omdat het waar is wat in een van de reacties staat: 'De vorm van catechismusprediking die mij het meest aanspreekt, is die waarin in een preek van zo'n dertig minuten een (gehele) zondag op een evenwichtige manier aan de orde komt. Ik ken zeer weinig predikanten, zegt de persoon die reageert, die erin slagen langer dan zo'n dertig minuten te boeien. Deze vorm voorkomt dat de aandacht al te lang bij een thema blijft liggen.'

W. Verboom, Waddinxveen

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 6 mei 2004

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Kort, helder en persoonlijk

Bekijk de hele uitgave van donderdag 6 mei 2004

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's