De zegen van de ouderdom

Het ouder worden valt lang niet altijd mee. Er komen steeds meer gebreken. De lichamelijke krachten nemen af en ook de geestelijke vermogens worden minder. Het geheugen kan ons meer dan eens in de steek laten. Wat erg vervelend is. Het gehoor en het gezichtsvermogen verminderen. Zo kunnen wij nog wel een poosje doorgaan met het noemen van ouderdomsverschijnselen.
Naast de vele zorgen die de ouderdom met zich meebrengt, is er gelukkig ook de zegen van de ouderdom. Laten wij deze zegen niet vergeten. Het is een zegen om de ouderdom te mogen bereiken. In onze levensavond kunnen wij nog echt genieten van al het goede dat de Heere ons geeft. Helaas zijn wij in het drukke bestaan van ons leven daar te weinig aan toegekomen. Wij zijn opgeslokt door onze vele bezigheden. Wij zijn altijd maar druk geweest. Het geestelijke leven kan eronder geleden hebben.
Misschien hebben wij in de kracht van ons leven toch heel weinig vrucht gedragen voor Gods Koninkrijk. Wij moeten dat met schaamte voor de Heere belijden. Wij kunnen het niet meer overdoen. Moge de Heere ons vergeven al wat wij in onze beste jaren hebben nagelaten.
Toch kunnen wij nog in de avond van ons leven rijke vruchten dragen. Het vrucht dragen is bij de grijze ouderdom niet voorbij. In het geestelijke leven kunnen ouderen nog heel fris en groen zijn, alsof zij nog tot de jonge bomen behoren. Zij hebben iets van een eeuwige jeugd.
De levende omgang met de Heere en Zijn Woord houdt de ouderen jong. Zij stralen de liefde van de Heere uit. Zij spreken goed van de Heere. Zij verkondigen aan anderen dat de Heere recht is. Er is geen onrecht in de Heere. Daar zijn zij echt van overtuigd.
Hebben zij niet de diepe raadsels van het leven meegemaakt? Zijn deze vragen nooit in hun hart opgekomen: Is de Heere wel rechtvaardig in Zijn Godsbestuur en is Hij wel volkomen goed in Zijn handelen? Zij kunnen met deze vragen geworsteld hebben. Maar door alle teleurstellingen en bittere ervaringen heen kan er toch de gerijpte levensovertuiging gekomen zijn dat God recht is in al Zijn weg en werk. Al worden Gods wegen lang niet altijd begrepen, toch is er de rust en vrede in het hart gekomen dat Gods wondervolle leiding goed is. Dat diepe vertrouwen is er gekomen in de persoonlijke omgang met de Heere. Als wij echt in de geloofsgemeenschap met de Heere verkeren, dan groeit dat vertrouwen door de beproevingen heen. Er komt vastheid in ons leven. Wij staan vast in de Heere, onze God. Wij belijden Hem als onze Rotssteen. Wij mogen bouwen op deze vaste Rots. Wij kunnen ons er geheel aan vastklemmen. En als het einde van ons leven nadert, kunnen wij met de psalmdichter Asaf zeggen: 'Bezwijkt mijn vlees en mijn hart, zo is God de Rotssteen van mijn hart, en mijn Deel in eeuwigheid.'
Wat heerlijk om de Heere te hebben tot een vaste Rots. En dat mogen de ouderen nu aan de jongeren vertellen. Dan mag er toch op gehoopt worden dat de jongeren hun vertrouwen op God zullen stellen. En dat zij eveneens zullen belijden dat de Heere hun Rotssteen is.
Wat kunnen gelovige ouderen voor de jongeren tot rijke zegen zijn. Deze ouderen dragen vrucht die zelfs zichtbaar wordt in het leven van jonge mensen. Jonge levens kunnen en mogen in de omgang met godvrezende ouderen veranderd worden tot Gods lof en eer.
Laten wij hopen en bidden dat de vele ouderen in de gemeente rijke vrucht zullen dragen met het oog op de jongeren. Laten zij de jongeren deelgenoot maken van hun gerijpt geloofsleven. Laten zij voor hen bidden. Al kunnen sommige ouderen niet meer aan alle kerkelijke activiteiten deelnemen, zij kunnen nog van heel veel betekenis zijn voor de kerk en gemeente met hun gevouwen handen. Laten wij de kracht van het gebed niet onderschatten. De Heere schenkt Zijn zegeningen op het ootmoedig smeekgebed. Wij mogen de Heere dankbaar zijn voor de godvrezende ouderen, die zich intens betrokken weten bij het wel en wee van de kerk. In grote liefde en trouw blijven zij zich verbonden voelen met de kerk, ondanks het verdriet en pijn over de treurige ontwikkelingen die zich in het kerkelijke leven voordoen. Zij blijven hopen en bidden dat er weer genezing zal komen. Zij oefenen geduld, al wordt het geduld meer dan eens zwaar op de proef gesteld. Het geduldig zijn behoort ook bij het dragen van vrucht. Net zoals de liefde is het geduld een vrucht van de Heilige Geest.
De ouderen mogen de jongeren vaak voorgaan in het oefenen van geduld. Zij hebben het van de Heere geleerd door alle beproevingen heen. De Heere geve door Zijn genade dat de ouderen in onze gemeente zullen bloeien in godsvrucht tot heil en zegen van de jongere generatie.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen