Christelijke levensstijl als tegencultuur
DEEL SERIE GEREF. BELIJDEN OVER ZENDING IN NEDERLAND
Drs. J.A.W. Verhoeven, hervormd predikant in Oudewater, heeft een mooi en sprekend boek geschreven:
Uitgezonden naar Nederland, de missionaire roeping van de christelijke gemeente. Het is deel 10 in de reeks Gereformeerd Belijden, verschijnend onder verantwoordelijkheid van het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond. Het is goed en zelfs noodzakelijk dat in deze serie ook een boek over zending verscheen. 'Omdat,' zoals ds. Verhoeven schrijft, 'zending zo wezenlijk is voor God.'
In het boek blijkt hoezeer uitgezonden zijn in Nederland niet maar een bijzaak van het christelijk geloof is en in deze thematiek heel de geloofsleer meespreekt.
Het boek is niet dik, totaal 109 bladzijden. Ds. Verhoeven geeft aan dat hij niet op alles in heeft willen gaan. Al komt er heel wat aan de orde. In het Woord vooraf meldt hij dat hij - en wie niet - aan mensen schatplichtig is, bijzonder aan dr. Stefan Paas. Het is wel goed dat de auteur dit schreef, want het eerste hoofdstuk doet sterk denken aan het eerste hoofdstuk uit Paas' boek Jezus als Heer in een plat land.
God gaat in, in cultuur en taal
Ds. Verhoeven geeft in dat eerste hoofdstuk zijn centrale uitgangspunt aan, al is dit uitgangspunt niet als lijn duidelijk in de verdere uitwerking van het boek vastgehouden. Verhoevens uitgangspunt is: God gaat in de Geest in, in de taal en de cultuur. De vleeswording van God in Christus was uniek, maar tegelijk kenmerkend voor heel Gods werk. En dat ook tot op vandaag in onze Nederlandse cultuur toe.
Als het over taal gaat: Verhoeven geeft er in het boek blijk van, hoe sprekend taal zijn kan. Her en der vind je een heel aansprekende, authentieke verwoording. Taal die hout snijdt. Zulke taal hebben wij nodig in onze cultuur vandaag. Er licht meteen in op dat veel van wat ds. Verhoeven schrijft doordacht en gerijpt is. Daarin zal meespelen dat hijzelf als zendeling werkte in Guatemala en zo vanuit een andere cultuur naar ons land en kerkelijk leven leerde kijken. Dat maakt het meteen zinvol dit boek te lezen. Ik zou heel wat citaten willen geven. Maar men leze het boek!
Gods Geest en de cultuur
Optimistisch vind ik ds. Verhoeven als hij schrijft dat de Geest in dat ingaan in de cultuur altijd als het ware vrij blijft. Ik geloof met hem dat de Openbaring in dat proces van ingaan in de culturen overeind en vrij blijft. Tegelijk ben ik vanuit het besef van de door de zonde verworden wereld kritisch ten aanzien van dit gebeuren in de tijd na de vaststelling van de canon van de Schrift. Kritischer dan ik bij Verhoeven proef.
Tegelijk ben ik met hem verwachtingsvol. Zelfs meer verwachtingsvol dan ds. Verhoeven. Dat de Geest vrij blijft betekent voor de schrijver dat de Geest enkel ingaat en in doet gaan in de cultuur. Ik zie en dat zie ik zeker in de tijd van de Openbaring in de Schrift dat de Geest meteen gebruik maakt van die cultuur. Daarin de Openbaring concreter maakt en Gods Waarheid beter doet kennen en op doet lichten, doet opengaan. Hier zit een belangrijk punt ten aanzien van heel dit boek.
Hoe zit dat met de postmoderne cultuur van Nederland vandaag?
Is die cultuur enkel een gegeven, is die cultuur vooral negatief of laat God ook die cultuur positief gebruiken? Ds. Verhoeven blijkt zelf over onze cultuur erg kritisch te denken. Hij is daarin natuurlijk niet de enige. Aan de orde komt of onze cultuur een oordeel van God is.
Hierover gaat het met name in het goede en aansprekende hoofdstuk of postchristelijk Nederland nog wel zendingsland is. We bevelen ieder aan ten minste dit hoofdstuk te lezen. Dat Nederland zendingsland blijft, baseert Verhoeven vooral op Gods barmhartigheid.
Religiositeit
In hoofdstuk 4 beschrijft ds. Verhoeven onze postmoderne cultuur. Dit vind ik het minst heldere hoofdstuk van het boek. Dat heeft naar mijn besef onder andere hiermee te maken: Ik mis bij de beschrijving van het postmodernisme het niet open willen staan voor gezag. Ik weet dat dit meer al een kenmerk was van het modernisme. Maar dit is in het postmodernisme gebleven en speelt nog steeds merkbaar een grote rol. Zo staat de mens in deze cultuur niet open voor de Openbaring van God, groter dan wij.
In dit hoofdstuk 4 worstelt Verhoeven met de uniciteit van Gods Openbaring, het gezag ervan en ons staan daarmee in onze cultuur. Positief staande in onze cultuur zou ik, juist vanwege die beweging van God, willen bepleiten dat we voluit onze plaats innemen. En dan beseffen dat we wanneer we over geloof spreken, geloofswaarheid vertolken. We moeten dat in onze cultuur dan maar zo persoonlijk mogelijk doen, authentiek, volop in dialoog.
Dat voelt, alsof wij praktisch inter-religiositeit erkennen, wat in strijd is met ons belijden. Maar we staan op deze wijze in de cultuur in het geloof dat we uitgezonden door God, ook vandaag, door Hem gebruikt kunnen worden als middel om anderen van Zijn Openbaring te overtuigen.
Moslims onder ons
Ds. Verhoeven schrijft over moslims in Nederland. In de lijn van het boek is dit een wat apartstaand hoofdstuk. Maar de aanwezigheid van zoveel moslims in Nederland en het feit dat dit gegeven in onze kringen nog niet volop beseft wordt, laat staan verwerkt is, maakt het wel begrijpelijk. Verhoeven steekt ook in dit hoofdstuk zijn nek uit. Hij mist met name in onze kringen het verlangen en de gedrevenheid om de moslims onder ons met het evangelie in aanraking te brengen. In gevoelens en verwoordingen over moslims in Nederland komen na de gevoelens van de natuurlijke mens, veel christenen nogal eens niet tot het 'geheel anders', waartoe vanuit de Bijbel wordt opgeroepen.
Moeite heb ik met het feit dat ds. Verhoeven op grond van de logica, meent stellig te moeten zeggen dat Allah werkelijk niet de Vader van Jezus Christus kan zijn. Logica die tegelijk niet houdbaar is. Want bijvoorbeeld, al zou ik Allah zien als een verbastering van de God van de Bijbel, dan hoef ik moslims nog niet mijn broeders te noemen. Broeders en zusters zijn alleen zij die met mij delen in het geloof in Gods enige eigen Kind Jezus Christus, door wie God Vader is en in Hem: onze Vader. Bij lezing van wat ds. Verhoeven zegt over dat Allah niet de God van de Bijbel kan zijn, vraag ik me af of hij het nummer van Theologia Reformata over de islam van juni 2004 gelezen en verwerkt heeft. Al deel ik dus hier niet de opvatting van ds. Verhoeven, in hoe hij beschrijft dat we om zullen gaan met moslims verschillen wij totaal niet. Het is nodig dat wat de auteur hier schrijft gelezen en verwerkt wordt.
Reformatorische theologie en zending
Ds. Verhoeven geeft aan wat hij ziet als het eigene van het gereformeerd zijn voor en in zendingswerk in Nederland. Ook hierin zegt hij zeer fundamentele dingen. Kennen wij onze eigen traditie wel en laten we die volop meedoen? Boeiend schrijft hij over de betekenis van de verkiezing voor de genade en over de plaats van de lofprijzing en het belang van leren leven van genade.
Leven als zendeling
Het laatste hoofdstuk Leven als zendeling staat in de lijn van het bijbels theologische tweede hoofdstuk over zending. Die bijbels-theologische lijn is helder geschreven. We onderstrepen van harte dat de Bijbel begint met de hoofdstukken Genesis 1 tot 11, waar het over de wereld gaat. Israël wordt vervolgens geroepen als Gods verbondsvolk tot betekenis van de wereld. De Bijbel eindigt veelzeggend weer met dat brede wereldperspectief. Ds. Verhoeven had in hoofdstuk 2 nog verder uit kunnen werken dat de gemeente als verbondsgemeente in diezelfde lijn en opdracht als Israël staat. Dat is een van de opdrachten bij de belofte van het verbond.
In hoofdstuk 7 werkt hij dit praktisch uit. Dan bepleit hij dat de gemeente vooral getuige is als zichtbare werkelijkheid. Hij plaatst dit zelfs een beetje tegenover acties. Ik zou liever niet van óf-óf willen spreken. Uitgezonden zijn in Nederland mag zich ook uiten in
activiteiten, opdat wij mensen bereiken. Omdat Verhoeven vooral het zijn van de gemeente en de christen wil benadrukken, beschrijft hij het eigene van het christelijk leven. Verschillende zaken komen aan de orde als: de tijd, genieten, matigheid, armoede, Gods schepping en trouw in relaties. In deze beschrijving bewijst hij christenen in onze cultuur werkelijk een dienst. Hij valt niet in clichés maar schrijft over het christelijk leven sprankelend, concreet en trefzeker. Wie in de gefragmentariseerde postmoderne cultuur verlangt naar eenheid in het christelijk leven, kan hier van ds. Verhoeven leren. Tegelijk krijgen we hierin een spiegel voorgehouden, die pijnlijk zonden en verwording aan het licht brengt. Ik heb de neiging er veel uit door te geven, maar men leze zelf.
Evaluatie
De zaken die ds. Verhoeven in hoofdstuk 7 aanstipt, verdienen verdere doordenking en uitwerking. Want, nogmaals, wij zijn daar vandaag de dag mee geholpen. Ondertussen proef ik dubbelheid ten aanzien van de postmoderne cultuur. Het negatieve overheerst. De christelijke levensstijl die de auteur bepleit, is vooral een tegencultuur. We moeten daarin dan zelfs lijden willen verdragen. Daarin kunnen we kijkend naar de eerste eeuw zelfs grote en belangrijke getuigen zijn. Ik zie echter Verhoeven tegelijk met dit pleidooi voor christelijk leven voluit de plek in de postmoderne cultuur innemen. Wij mogen zijn en moeten zijn wie we zijn.
Een paar grote vragen houd ik erbij. Overschat ds. Verhoeven niet de mogelijkheid om zo christelijk te leven? Wat komt er helaas, bij christenen van de heiliging, hoe wezenlijk het ook is, terecht? Deze heiliging vraagt als tegencultuur nog eens helemaal moed. Tegelijk vraagt deze heiliging eenheid in het christenleven. Maar juist de postmoderne mens lijkt zonder eenheid te leven en te kunnen leven. Kan, als deze mens christen wordt, die zo dit postmodernisme uitdoen?
Gods macht
Al heb ik deze vragen, met ds. Verhoeven wil ik beginnen en eindigen in het geloof dat God, zoals Hij zich geopenbaard heeft, machtig is in alle culturen Zijn Koninkrijk te bouwen en uit te breiden. We danken onze collega voor dit boek, dat vanwege gespreksvragen aan het eind van elk hoofdstuk de bezinning bevordert om als gemeente te leven als uitgezondenen naar Nederland.
N.a.v. ds. J.A.W. Verhoeven:
Uitgezonden naar Nederland. De missionaire roeping van de christelijke gemeente.
Uitg. Kok, Kampen; 109 blz.; € 10,50.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 augustus 2005
De Waarheidsvriend | 12 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 augustus 2005
De Waarheidsvriend | 12 Pagina's