Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Dr. S. Gerssen, grensganger tussen kerk en Israël

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Dr. S. Gerssen, grensganger tussen kerk en Israël

EEUW GB-GESCHIEDENIS IN PORTRETTEN [ 5 ]

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

In zijn tijd de meest invloedrijke hervormd-gereformeerde theoloog is dr. S. Gerssen. Het vijfde deel in de reeks portretten van mensen die in onze honderdjarige geschiedenis van betekenis waren.

Samuel Gerssen, geboren op 25 maart 1923 in Nijkerk, studeerde theologie in Utrecht en werd in 1951 predikant, achtereenvolgens in Wouterswoude, Huizen en Utrecht. In 1965 volgde zijn benoeming tot secretaris van de Raad voor de verhouding van Kerk en Israël. In 1982 werd hij rector van het Theologisch Seminarium Hydepark. Gerssen overleed op 25 augustus 1989.

Grensganger
Bij gelegenheid van zijn afscheid van Hydepark in 1986 werd hem de bundel Grensverkeer tussen Kerk en Israël aangeboden, een keuze uit zijn eigen werk. Dit boek doorbladerend en herlezend, kwam ik opnieuw onder de indruk van Gerssens brede en tegelijk diepgravende kennis. Vier gebieden met name blijkt hij de jaren door te verkennen: de theologie van Kohlbrugge, de verhouding van kerk en Israël, de oecumene en de prediking.
Uit Gerssen’s artikel over Kohlbrugge Alles hangt aan een komma (bedoeld is uiteraard de komma in Romeinen 7:14: ' … ik ben vleselijk, verkocht onder de zonde') put ik de onvergetelijke zin: ‘Op de hoogtepunten van zijn preken botsen God en mens tegen elkaar op zo dat er wonden geslagen worden, maar dit geschiedt niet zonder dat de olie des Geestes in de wonden wordt uitgegoten.’ (Grensverkeer, 224v.)

Kerk en Israël
Evenals zijn voorganger bij Kerk en Israël, J.H. Grolle, was Gerssen vanuit Kohlbrugge tot Israël gekomen. Dat had alles te maken met diens sleutelgeschrift: Waartoe het Oude Testament? Ten diepste is het evangelie niet meer en niet minder dan commentaar op het Oude Testament. Regelmatig citeer ik het gevleugelde woord van Gerssen dat daarom een los Nieuwe Testament niet het Nieuwe Testament is zoals dat in de Bijbel staat. Wat is dan het nieuwe van het Nieuwe Testament? ‘Het plus (van het Nieuwe Testament) is inderdaad niet meer (ook niet minder) dan de concentratie der verzoening.’ (Grensverkeer, 160) Het te zoeken gesprek met Israël scharniert om de inhoud van het Oude Testament dat synagoge en kerk gemeenschappelijk hebben, zij het niet op gelijke wijze.
Daarop doelt het gesprek met Israël zoals geïntroduceerd in de hervormde kerkorde van 1951. Gerssen was de opsteller van de Nota ‘Getuigend leerlingschap’ uit 1979 ter voorbereiding van een bijstelling van de Israël-passages in de kerkorde. In 1978 promoveerde hij op Modern Zionisme en Christelijke theologie. Zijn dissertatie, geschreven in affiniteit met zijn promotor J.M. Hasselaar, mag gelden als bewijs dat na Auschwitz en na de geboorte van de staat Israël de kerk zichzelf zonder rekenschap van het zionisme niet meer verstaan kan.
Daarvan getuigt ook de achtste stelling bij zijn proefschrift: ‘Als in Romeinen 9:4 van het Joodse volk wordt gezegd dat hunner de beloften zijn, gebiedt de eenheid der Schriften daaronder ook de landbelofte te verstaan.’ Gerssen was nauw betrokken geweest bij de opstelling van de befaamde Handreiking Israël – volk, land en staat van 1970.

Gerssen was zich bewust theoloog na Auschwitz te zijn. In 1979 schrijft hij: ‘…als het theologisch en kerkelijk bedrijf ongeschokt wordt voortgezet als was er niets gebeurd, dan hebben wij alle recht op bestaan verspeeld. Dat betekent voor ons een geweldige verantwoordelijkheid: misschien gaat het om de laatste kans, die voor het voortbestaan van theologie en kerk beslissend is.’ (Grensverkeer, 171) Het sprak voor Gerssen zeker niet vanzelf om na de Holocaust in God te geloven. ‘Mensen die daarmee tenminste moeite hebben, kan ik beter begrijpen dan mensen die er zonder kleerscheuren doorheen gekomen zijn.’

Oecumene
Voor Gerssen betekende Israël de opening tot hernieuwd gesprek tussen gescheiden kerken: ‘Als onze kerken elkaar in Israël kunnen vinden, gaan er werkelijk in de oecumene deuren open, want Israël is de sleutel van de oecumene.’ (Grensverkeer, 138)

Prediking
Als gedreven prediker hunkerde Gerssen naar ware profetie, naar het licht van de Schrift over het nu en hier, met name van het zicht op Israël. De valsheid van valse profetie ligt niet zozeer in het onorthodoxe, maar veeleer in het onzakelijke, in het abstracte en tijdloze. Juist de orthodoxe prediking, die zich fixeert op de eens en vooral vastgestelde waarheid, loopt het gevaar te ontaarden in valse profetie. (Grensverkeer, 286v.). Deze vlijmende woorden spreekt Gerssen in vaste verbondenheid met de hervormd-gereformeerde theologie. Het is dan ook vanuit dit verlangen naar levende profetie dat hij in de jaren zestig participeert in de toenmalige controverse binnen de Gereformeerde Bond. Zo schrijft hij in 1964 over onze plaats in de kerk: ‘We hebben de Hervormde Kerk als vervallen te accepteren om zo in haar midden gereformeerd te zijn.’ Dit is gezegd vanuit het fundamentele geloof in de rechtvaardiging van de goddeloze.

Sleutel
De sleutel tot Gerssen’s theologische bezinning is zonder enige twijfel het gesprek dat de kerk zoekt met Israël. Als diep in de Reformatie verworteld theoloog was hij er gaandeweg van overtuigd geraakt dat de Reformatie geen eindpunt is, maar dat de kerk in de twintigste eeuw betrokken is geraakt in een nieuwe reformatie die zijn weerga in de kerkgeschiedenis niet kent. De ontmoeting met het levende Israël vraagt namelijk niet het toevoegen van een nieuw hoofdstuk aan de bestaande gereformeerde geloofsleer, zij roept om niet minder dan een herbezinning op het geheel.
Deze herbezinning vloeide de jaren door uit de pen van Gerssen zelf, vanaf zijn lezing over Wet en Evangelie’uit zijn Wouterswoudse periode tot aan zijn bewogen artikel Profetische prediking’uit 1983.

Sam Gerssen – hem gedenk ik dankbaar als een ingetogen mens die niet schroomde in klare taal te zeggen wat op het gegeven ogenblik gezegd moest worden. Als een van zijn belijdeniscatechisanten en als zijn opvolger put ik tot op de dag van vandaag met vrucht uit zijn baanbrekende bezinning. Naar mijn overtuiging is Gerssen in zijn tijd de meest invloedrijke hervormd-gereformeerde theoloog geweest. Dat hij tot ons blijve spreken.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 juni 2006

De Waarheidsvriend | 13 Pagina's

Dr. S. Gerssen, grensganger tussen kerk en Israël

Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 juni 2006

De Waarheidsvriend | 13 Pagina's