Brief aan Salomo

'Van alles wat gehoord is, is het einde van de zaak: Vrees God, en houd Zijn geboden, want dit betaamt alle mensen.'

Salomo heeft ons in Prediker 11:9 en 12:1 aangesproken als 'jongelingen', letterlijk: mensen van de toekomst. Wij mensen onderscheiden ons van de dieren door ons denken. Wij kunnen nadenken, vooruitdenken, en we kunnen ook iets bedenken. Vanouds is het nadenken voor het volk Israël al gauw genoeg. 'Wees gewaarschuwd, mijn zoon, aan het maken van vele boeken komt geen einde, en veel lezen is vermoeiing des vleses.' Het nadenken wordt in bijbels Israël gedacht in de letterlijke betekenis van gedenken. Gedenken is altijd veelbelovend.

Aangesproken
'0 koning leef in eeuwigheid!'
Omdat u ons aansprak als 'mensen van de toekomst' willen wij hier in kort bestek antwoorden, nadenken over wat u eerst hebt gedacht. In uw wijsheid heeft het u goed gedacht het een en ander op schrift te stellen. Maar veel is er wat wij van uw denken niet begrijpen. De spreuken en gezegden zijn soms zo raadselachtig geformuleerd. Uw wijsheid is geen wandtegeltjeswijsheid. Hoewel, waren wij er wat vaker mee bezig, we zouden misschien ontdekken dat uw wijsheid niet veraf staat van alles wat zich in ónze gedachten heeft genesteld. Maar dat terzijde. Door uw openhartige gedenken in uw notitie- en wijsheidsboekje worden wij echter, als mensen van deze tijd, aangesproken op onze manier van leven. Of wij eigenlijk wel de dingen noteren die de moeite waard zijn. Nemen wij wel genoeg notitie van de dingen die zoal gebeuren? Het is niet voor niets natuurlijk, dat u, o koning, in uw gedenken van de dingen, steeds een bekend refrein hebt opgenomen. Juist dat refrein is hét gevleugelde woord geworden, dat, door de wind die blaast waarheen hij wil, ons al vroeg heeft bereikt. We hebben er op de jeugdvereniging al mee gestoeid, die heette toen overigens nog jongelingsvereniging of knapenvereniging.

Abel
Uw refrein, dat wij allemaal kennen, en hier ook op papier metterdaad gedenken, is misschien wel heel vaak misverstaan. 'IJdelheid der ijdelheden, het is al ijdelheid.' Dat is toch zeker geen wanhoopskreet. Een uitroep van uiterste vertwijfeling?! Indertijd hebben we er gereformeerde 'berusting' in gevonden, maar we vragen ons nu af of dát wel de bedoeling was. Wij hebben uw geheiligde notitieboekje in vertaling. Maar zoals het door u eerst werd genoteerd, klinkt het wel zo mooi: Abel abelim.
Daarin lezen wij maar al te duidelijk de bijbelnaam Abel. Mooier kan het eigenlijk niet. De dingen die gebeuren zijn 'abelesk'. Ons leven is een offerande. Een liefelijke reuk voor de Allerhoogste óf een opwaartse stank. Zoals bij Abel en Kaïn. Allebei brachten ze hun offers. Maar de één gaf van zijn gebrek, hij gaf steeds het beste wat hij weg te geven had, de ander gaf van zijn vermeende overvloed het beetje dat hij kwijt kon. En zo zal het steeds in de geschiedenis gaan. Het is een refrein. IJdelheid der ijdelheden. Abel abelim.

Onderschrift
Het is maar dat we er aan zullen denken, dat we dit zullen gédenken. Dan wordt ineens duidelijk dat deze notitie van het leven ook voor ons geldt. 0 koning leef in eeuwigheid, het kán niet anders of we voelen ons door u aangesproken. Het klemt eens te meer omdat, in samenspraak ook met ons, mensen van de toekomst, uw láátste notities zijn: 'Van alles wat gehoord is, is het einde van de zaak: Vrees God, en houd Zijn geboden, want dit geldt (zo staat er toch letterlijk!) alle mensen.' Er zal mee bedoeld zijn dat wij, ook wij, de geschiedenis van Abel en Kaïn hebben te eerbiedigen. Er staat nog uw wijze onderschrift bij: 'Want God zal ieder werk in het gericht brengen, met al wat verborgen is, hetzij goed, hetzij kwaad.'

Hartelijke bede
Wij verblijven daarom, in verlegenheid om alles wat nog verborgen is, met een hartelijke bede aan het adres van Hem Die de Koning der koningen is, en dat in naam van Hem die op grond van het offer dat Hij bracht, met Salomo's wijsheid sprak: 'Mij is gegeven alle macht in hemel en op aarde.' Is met bloed getekend, en mee ondertekend door nederige dienaren naar de orde van Abel.'

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen