Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Jong en negatieve gevoelens

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Jong en negatieve gevoelens

Zelfbeeld en geloof [2]

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Kinderen steken verschillend in elkaar. Soms vind je het als ouder jammer dat niet al je kinderen even rustig zijn. Maar kijk uit!

Lieve en volgzame kinderen zijn voor ouders het makkelijkste, maar is een lief meisje beter af in het leven dan een meisje met een duidelijke eigen wil? Veel pubers denken somber over zichzelf. Dat hoort bij de leeftijd en gaat bij de meesten wel over.
Onder de pubers met een langdurig negatief zelfbeeld zijn verhoudingsgewijs vrij veel lieve jongens en meisjes. Het zijn gevoelige en correcte kinderen en toch liggen ze overhoop met zichzelf. Wij zijn tevreden over hen, maar zijzelf niet. Hoe komt dat toch? Waarvandaan komt een negatief zelfbeeld?

Positieve aandacht
Als een kind te weinig positieve aandacht krijgt bij de opvoeding kan zich een negatief zelfbeeld ontwikkelen. Het denkt dan langdurig somber over zichzelf en heeft moeite zichzelf te aanvaarden.
Een kind heeft positieve aandacht nodig om een evenwichtig zelfbeeld te ontwikkelen. Daarmee bedoel ik dat het kind in alles moet merken dat zijn ouders van hem houden, zelfs als ze boos zijn. Die liefde heeft veel uitingsvormen. Bijvoorbeeld:
Opvoeders geven ruimte aan het kind. Het kind mag zichzelf zijn, zichzelf ontwikkelen. Het mag uiting geven aan de eigen wil, ook al krijgt het niet altijd zijn zin. Opvoeders tonen belangstelling.
Een kind moet het gevoel hebben: wat ik doe, is belangrijk voor papa en mama.
Opvoeders geven complimenten. Ouders hebben de neiging om vooral iets van de negatieve dingen te zeggen. Complimenten zijn daarentegen noodzakelijke ‘mest’ voor emotionele groei.
Opvoeders bieden duidelijkheid en grenzen. Een kind moet weten waar het aan toe is. Er moet voldoende structuur zijn in een gezin. Opvoeders geven geborgenheid. Een kind moet zich veilig en beschermd kunnen voelen in de thuissituatie, zelfs als het fout geweest is.
Opvoeders nemen het gevoel van hun kind serieus, ook als het gedrag bijgebogen moet worden.

Stoorzenders
Een evenwichtige opvoeding kent veel stoorzenders. Dat kunnen de karakters zijn van vader of moeder (te slap, te streng, te wispelturig, te afstandelijk!). Dat kunnen hun stressmomenten zijn. Er zijn ook voor kinderen traumatische ervaringen: ziekte en overlijden in het gezin, echtscheiding. Soms zitten de problemen in de kinderen. Het is moeilijk om een ADHD’er zo evenwichtig op te voeden dat hij een positief zelfbeeld krijgt. Kinderen hebben ook hun eigen karakter. Op dezelfde opvoeding kunnen een broer of zus anders reageren. Lieve kinderen zijn kwetsbaar als het over het ontwikkelen van een positief zelfbeeld gaat. Zij krijgen meestal net iets te weinig aandacht, omdat ze er niet om vragen. Als het misgaat in de relatie met een ouder, zal het lieve kind zichzelf de schuld geven en de pijn erover proberen te verstoppen. Dat voedt een negatief zelfbeeld. Ook het kind dat op een vervelende manier om aandacht vraagt, kan een negatief zelfbeeld krijgen. De opvoeders hebben moeite om evenveel van haar te houden als van haar lieve zus. Toch zou dat moeten, conform het Engelse gezegde: ‘Houd het meest van mij als ik dat het minst verdien, want dan heb ik dat het hardste nodig!’

Adolescenten
Wie zichzelf niet voldoende waardeert, krijgt steeds meer moeite om evenwichtige relaties op te bouwen met anderen. Dat is precies waar adolescenten tegenop lopen. Bij kleine kinderen hebben ze voldoende zelfvertrouwen, bij ouderen ook, maar tussen leeftijdgenoten kunnen ze hun draai niet vinden.
Dat kan zich uiten in zich terugtrekkend gedrag. Ze zitten altijd maar stil in de groep. Anderen kunnen ook overdreven druk doen. Sommigen gaan op in de rol van hulpverlener van anderen. Alles gebeurt met innerlijke onzekerheid. Ze lopen voortdurend met de angst rond om door anderen afgewezen te worden als die hen werkelijk zouden kennen. Het zoeken van verkering of het goed houden van de relatie is geen vanzelfsprekendheid. Een negatief zelfbeeld kan ook bron zijn van angsten en verslavingen.
Er zijn meerdere terreinen waarop een negatief zelfbeeld gevolgen heeft. (Dat zijn dus aandachtspunten voor een pastoraal gesprek met een jongere die ermee worstelt!) Een jongere met een negatief zelfbeeld is op veel punten van zichzelf ontevreden. In eigen ogen doet hij veel fout en zijn anderen altijd beter, slimmer, mooier, geloviger. Als iets goed gaat bij hem, is dat niet omdat hij iets goed kan maar omdat hij – volgens zichzelf – geluk gehad heeft.

Te hoge doelen
Een jongere met een negatief zelfbeeld gaat niet goed om met zijn (echte) gebreken en tekorten. Die zijn bron van onnodige schaamte of schuldgevoelens. Fouten maken leidt niet tot verbeteringen maar tot wanhopig niets doen.
Iemand met een negatief zelfbeeld kijkt verkeerd naar anderen. Hij is bang voor de mening van anderen over zichzelf. Hij gaat niet goed om met complimenten (hij snakt ernaar maar wijst ze ook af ) en met kritiek (daarvan ligt hij onnodig wakker). Hij durft zijn gevoelens naar anderen niet te uiten. Hij durft geen ruimte in te nemen bij anderen en gaat niet goed met grenzen om.
Iemand met een negatief zelfbeeld stelt geen realistische doelen. Meestal stelt hij te hoge doelen (om anderen en zichzelf tevreden te stellen) en daarvan wordt hij juist meer onzeker. Iemand met een negatief zelfbeeld ontleent zijn gevoel van eigenwaarde aan verkeerde dingen. Hij denkt zijn zelfvertrouwen te vergroten door te presteren, of door bezit te verwerven, of door zijn status in de groep op te krikken, of door zich aan te passen aan andere mensen. Dat is tevergeefs.
Zelfvertrouwen heb je pas als je zelf iemand durft te zijn (ongeacht prestaties, bezit of wat dan ook).
Iemand met een negatief zelfbeeld ervaart verwarring over zijn identiteit. Er is een kloof tussen hoe anderen over hem denken en hoe hij over zichzelf denkt. Er is een kloof tussen Gods spreken over mensen en hoe hij zichzelf ziet.

Hulp
Afhankelijk van de oorzaak en de gevolgen van het negatieve zelfbeeld is hulpverlening nodig. Iemand met jeugdtrauma’s kan niet zonder therapie. Iemand die er ernstig depressief van wordt, heeft ook hulp nodig. Gespreksthema’s voor het pastoraat komen volgende week aan de orde.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 februari 2008

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

Jong en negatieve gevoelens

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 februari 2008

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's