Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

In de laatste dagen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

In de laatste dagen

God slaat bladzijde in Zijn agenda om

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Hoeveel nachtjes slapen nog? Een kind telt af tot de verjaardag. Zo klinken de laatste dagen ons bekend in de oren. Nog even en dan is het zover. Petrus gebruikt op het Pinksterfeest deze woorden.

Samen denken we na over wat er bedoeld wordt met deze uitdrukking, ‘de laatste dagen’. We doen dat in bijbels-theologisch opzicht. We kijken ook naar het karakter van deze dagen en bezien of we in onze tijd een toespitsing beleven (de állerlaatste dagen) en hoe het zit met het feit dat al 2000 jaar gezegd wordt dat we in de laatste dagen leven.

Joël en Petrus
Petrus, vervuld met de Heilige Geest, ziet in het Pinksterfeest een oude profetie van Joël (2:28-32) in vervulling gaan. Opvallend is dat het ‘daarna’ uit Joël 2:28 wordt vervangen door ‘in de laatste dagen’. Petrus ziet hier iets gebeuren waarbij de laatste periode van de heilsgeschiedenis is aangebroken. In het Griekse woord voor laatst zit het woord eschatos, dat herinnert aan het eschaton of de eschatologie, de leer van de laatste dingen. Deze woorden ‘in de laatste dagen’ komen we op verschillende plekken in de Bijbel tegen. Er klinken in de profetieën woorden door van ongekende heilstijden voor Israël zelf alsook voor de volken van buiten Israël.

Voor Israël zelf
In Hosea 3:5 wordt van deze periode gezegd dat de kinderen Israëls zich zullen bekeren en zoeken de HEERE, hun God, en David, hun Koning; en zij zullen vrezende komen tot de HEERE en tot Zijn goedheid, in het laatste der dagen. Dat gebeurt op het Pinksterfeest op een voor Israël ongekende wijze en in ongekende aantallen.

Voor de volken
In Jesaja 2:1-5 en Micha 4:1-5 worden de laatste dagen genoemd in verband met de vele volken die als teken van heil naar Israël en Jeruzalem zullen optrekken. Nu zijn er op het Pinksterfeest allerlei mensen uit verschillende landen in Jeruzalem gekomen (zie Hand. 2:9, 10 en 11). Dit zijn in deze zin geen heidenen, maar Jodengenoten, die voor het Pinksterfeest naar Jeruzalem zijn afgereisd. Het feit dat men niet één gezamenlijke taal spreekt, duidt echter aan dat hier door de Heilige Geest iets bijzonders gebeurt. In de profetie van Jeremia over Elam (Jer. 49:34-39) staat naast het oordeel ook een geweldige belofte: 'Maar het zal geschieden in het laatste der dagen dat Ik Elams gevangenis wenden zal, spreekt de HEERE.' (Jer. 49:39) Deze mensen worden in Handelingen 2:9 expliciet genoemd als de Elamieten.
Petrus heeft in Pinksteren meer geproefd dan alleen een vervulling uit Joël. Het is sterker: de Heere heeft met de dood, opstanding en hemelvaart van Christus en de uitstorting van Zijn Geest de bladzijde van Zijn agenda omgeslagen. De laatste periode van de heilsgeschiedenis is aangebroken. Er rest nog slechts één heilsfeit: Christus komt terug op de wolken van de hemel. We leven in het laatste der dagen. We zien dat terug in Hebreeën 1:1, waarin de apostel spreekt over het feit dat God in deze laatste dagen gesproken heeft door Zijn Zoon. En Petrus schrijft in 1 Petrus 1:19 en 20 over Christus als het Lam dat geopenbaard is in deze laatste tijden om uwentwil.
Daarnaast is Pinksterfeest het oogstfeest. Het is het begin van de oogst, wat aangeeft dat het einde van het seizoen in zicht is.

Karakter van de laatste dagen
Bij profetieën lijken de voorzeggingen over één punt in de tijd gaan. De uitdrukking roept iets op van een korte periode, maar het is als met het beklimmen van de berg. Van beneden af lijken de bergtoppen identiek te zijn. Dichtbij gekomen op de ene top zien we pas de andere top er verder achter liggen.
Daarbij komt dat er in de Schrift verschillend over deze laatste dagen gesproken wordt. Hoewel in Handelingen 2 sprake is van de vervulling van heilsprofetie, zien we in de Schrift ook een andere tekening van de laatste dagen. Het gedeelte uit Joël roept iets op van het voorspel op de dag des HEEREN (Hand. 2:20). De laatste dagen gaan vooraf aan de laatste en jongste dag.
Lange tijd had men in Israël uitgezien naar deze dag des HEEREN. Het zou immers een dag van victorie over alle vijanden van Israël worden. Amos 5:20 geeft echter aan dat het ook voor Israël een dag van oordeel zal worden.
Christus grijpt daarop terug en voorziet zware tijden (o.a. Matth. 24). Ook vanuit 1 Timotheüs 4:1-3, 2 Timotheüs 3:1-9 en 2 Petrus 3:1-7 klinken waarschuwingen in het besef dat de laatste dagen begonnen zijn. Ze zien het om zich heen: Spotters zullen komen, sommigen zullen afvallen van het geloof, zware tijden zullen er ontstaan doordat mensen liefhebbers van zichzelf zullen zijn en dat ook uitleven.
Vanuit het boek Openbaringen weten we dat ook de duivel voelt dat de tijd dringt. Hij zet alles in het werk om de gemeente van Christus te overweldigen. Het zal hem niet lukken, want de Heilige Geest is uitgestort. Daardoor mogen gelovigen in de opstanding van Christus delen. De Heilige Geest is gegeven als onderpand, als eerste uitbetaling van de volle oogst die komt. (Rom. 8:23 en Ef. 1:14) Dat betekent voor de christenen een leven in de tussentijd, in de strijd tussen Geest en vlees in die dubbele beweging van afsterven van het oude leven en opstaan tot het nieuwe leven.

Toespitsing
Beleven wij vandaag een toespitsing, de allerlaatste dagen? Niemand weet wanneer Christus zal terugkeren, om Zijn Rijk te voltooien en definitief te vestigen. Wel zijn er de tekenen. Een positief teken dat genoemd wordt door Christus, is dat het evangelie van het Koninkrijk in de hele wereld verkondigd zal worden – dan zal het einde zijn. Dat zien we gebeuren, hoewel er volgens de Wycliffe Bijbelvertalers nog veel talen zijn waarin de Bijbel nog niet vertaald is. We mogen daarbij Israël niet vergeten en de beloften die nog open staan. (Ez. 37 en Rom. 11) Wat de negatieve tekenen betreft meen ik naar aanleiding van 2 Timotheüs 3:1-4 vooral dat we zeker in West-Europa een toespitsing meemaken.
Eenmaal zal na de laatste dagen de laatste dag oftewel de jongste dag aanbreken (Joh. 12:48), waarop de grote scheiding plaatsheeft. Christus zal Zijn werk herkennen in het leven van Zijn volgelingen, omdat de Heilige Geest onuitwisbaar en onmiskenbaar daarop Zijn stempel heeft gedrukt. Al het andere is namaak of lijkt er zelfs niet op. Het overleeft het oordeel van Christus niet, omdat het weigerde zich te laven aan Gods liefde in Christus.

Al zo lang
Sommigen zien het als een marketingwapen van de christelijke kerk om mensen angst aan te praten dat de wederkomst aanstaande is. Tegelijk zijn er situaties geweest waarin men veel van de tekenen heeft herkend. Reeds bij Paulus zien we dat (1 Thess. 4:17: let op het ‘wij’), maar ook vanwege de vervolging van de christenen door alle eeuwen is het vermoed.
Het zijn geen nieuwe vragen. Petrus moest er in 2 Petrus 3:1-10 al antwoord op geven. Alles blijft gelijk, zeggen de spotters. Nee, zegt Petrus, er zijn reeds oordelen geweest als voorbode van de dag des Heeren. Die zal komen als een dief in de nacht. Eén dag is bij de Heere als duizend jaren, en duizend jaren als één dag. Het tekent Gods lange adem dat Hij nog niet is teruggekomen.
Paulus gebruikt het beeld van de barensweeën (Rom. 8:22). De toespitsing die wij meemaken, wil niet zeggen dat het de laatste weeen zijn. Maar één ding is zeker: Het gaat toe naar een nieuwe hemel en een nieuwe aarde. Door het oordeel (in het Grieks letterlijk crisis) gaat het naar de voltooiing van Gods Rijk, waarop God alles en in allen zal zijn.
We hoeven daarin niet afgeremd te worden, zoals de gemeente in 2 Thessalonicenzen 2:1-12. We mogen best een scheutje meer Maranatha in ons bloed hebben. Die heimwee hebben, komen thuis. Het aftellen is begonnen … Laten we meebidden: 'Och, dat men op deze eerstelingen, een rijke oogst van voorspoed zag!'

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 mei 2008

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

In de laatste dagen

Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 mei 2008

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's