Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Brenger van vrede

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Brenger van vrede

Keizers in nieuwtestamentische tijd [1: Augustus]

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het Nieuwe Testament is ontstaan in het Romeinse Rijk. Dit rijk wordt geregeerd door keizers met een haast onbeperkte macht. Wie zijn deze mannen en waar werkt hun beleid en invloed door in het Nieuwe Testament? Deze week deel 1: keizer Augustus.

A ugustus wordt in 63 v.Chr. in Rome geboren als Gaius Octavius. Via zijn moeder is Octavius verwant aan de befaamde generaal Julius Caesar. Deze oudoom toont al vroeg belangstelling voor zijn begaafde neef en zou een grote rol voor hem gaan spelen.

Als Octavius achttien jaar is, neemt Julius Caesar hem onder zijn hoede en neemt hem mee op zijn veldtochten. Later adopteert Julius Caesar hem als zoon en wijst hem aan als zijn opvolger. Octavius krijgt dan, naar Romeins gebruik, de naam van zijn adoptievader en gaat Gaius Julius Caesar Octavianus heten.

Uit de bloedige burgeroorlog die het Romeinse Rijk in die jaren teistert, komt Julius Caesar als overwinnaar tevoorschijn. Hij vindt dat het Romeinse Rijk – dat eeuwenlang een republiek is geweest – nu een koning nodig heeft. In de senaat stuit dit op grote weerstand. Een aantal senatoren beraamt een samenzwering tegen Julias Caesar en doodt hem. Opnieuw breekt er een burgeroorlog uit. Nu gaat de strijd tussen Marcus Antonius, die, samen met Cleopatra, in het oosten van het rijk aan de macht is, en Octavianus, die in het westen de macht heeft. In een zeeslag weet Octavianus in 31 v.Chr. Antonius te verslaan. Nu is hij de machtigste man in Rome.

Caesar

De jaren daarna hervormt Octavia-nus geleidelijk aan het hele Romeinse staatbestel. Indachtig hoe het met Julius Caesar is afgelopen, is hij ervoor beducht om niet de senaat tegen zich te krijgen. Op een geniale manier weet hij uiterlijk de macht bij de senaat en andere republikeinse instellingen te laten, maar achter die republikeinse façade zelf tot alleenheerser uit te groeien. In 27 v.Chr. verleent de senaat hem de eretitel Augustus, de verhevene (en noemt als eerbetoon, net zoals zij dat voor Julius Caesar – juli – gedaan heeft, een van de maanden van het jaar naar hem).

De republiek heeft feitelijk opgehouden te bestaan, het keizerrijk is geboren. Caesar Augustus zal meer dan veertig jaar over het Romeinse Rijk regeren, langer dan alle andere keizers na hem. Zijn familienaam Caesar zal de titel worden waarmee de andere caesars, oftewel keizers, zich noemen.

Bondgenoot

Als Augustus aan de macht komt is Herodes de Grote koning over Judea (Mat.2:1-18). Hij is een vazalvorst van Rome, die, in ruil voor loyaliteit en afdracht van belasting, met een zekere zelfstandigheid over zijn gebied mag regeren. Het ziet er aanvankelijk naar uit dat Augustus Herodes zou laten doden, want in de burgeroorlog tegen Marcus Antonius staat Herodes aan diens kant. Toch spaart Augustus Herodes’ leven en laat hem zijn koningschap behouden.

Augustus ziet in Herodes een sterke leider die hij door deze gratie aan zich kan binden. Het is voor Augustus van belang dat in Palestina, een grensprovincie van het Romeinse Rijk waar voortdurend gevaar en onrust dreigt, een sterke bondgenoot aan de macht is. Augustus blijft Herodes in het vervolg steunen en voegt steeds meer gebieden aan zijn koninkrijk toe. Herodes doet van zijn kant alles om zijn beschermheer gunstig te stemmen. Hij laat gezinsleden naar Rome gaan om daar als onderpand aan het hof van Augustus op te groeien. Ter ere van Augustus stelt hij spelen in waarvoor hij in Jeruzalem een theater en amfitheater laat bouwen. Hij herbouwt Samaria en hernoemt deze stad Sebaste, de Griekse vertaling van Augustus, en laat er een tempel ter ere van Augustus bouwen. Aan de kust bouwt hij een prachtige nieuwe stad met een grote kunstmatige haven, die hij ter ere van zijn vriend Caesar Augustus Caesarea noemt.

Inschrijving

Na de dood van Herodes in 4 v.Chr. besluit Augustus om Palestina onder diens zonen te verdelen. De oudste zoon Archelaüs, die aan Augustus’ hof in Rome is opgegroeid, wordt viervorst over het grootste gedeelte: Judea, Idumea en Samaria (Mat.2:22). Zijn broer Herodes Antipas wordt viervorst over Galilea en Perea (Luk.3:1) en Filippus viervorst over de gebieden ten noorden en oosten van Galilea (Luk.3:1).

Augustus heeft twijfels of Archelaüs wel een geschikte opvolger is en geeft hem dan ook niet de koningstitel. Zijn wantrouwen blijkt terecht, want Archelaüs ontpopt zich als een wrede tiran die een waar schikbewind voert. Om die reden durven Jozef en Maria met Jezus na hun terugkomst uit Egypte niet naar Judea te gaan (Mat.2:22v). Verschillende oproeren breken uit, waaronder de grote opstand onder leiding van Judas de Galileeër (Hand.5:37). Een delegatie uit Jeruzalem bezoekt Augustus in Rome en vraagt hem Archelaüs af te zetten. De Joodse geschied-

schrijver Flavius Josephus, een tijdgenoot van de evangelisten, vertelt dat de delegatie tegen Augustus zegt dat zij liever door Rome geregeerd wil worden dan door Archelaüs. Augustus besluit dan inderdaad om Archelaüs af te zetten en Judea onder direct gezag van de keizer te stellen. Een Romeinse stadhouder (prefect) zou voortaan namens de keizer het bewind over Judea voeren.

Aan Quirinius, de gouverneur van Syrië, heeft Augustus al eerder de opdracht gegeven om een census in Palestina te houden: een registratie van de inwoners en hun bezittingen ten dienste van de belastingheffing. Dit is de bekende inschrijving uit Lukas 2, waardoor Jozef en Maria op reis moeten naar Bethlehem. Door de census van deze Romeinse keizer wordt de Heere Jezus geboren in Bethlehem, zoals voorzegd door de profeet Micha. Zo is ook keizer Augustus, zonder dat hij dat ooit geweten heeft, een middel in Gods hand, waarmee God Zijn heilsplan uitvoert.

Voorrechten

Keizer Augustus schenkt de Joden verschillende voorrechten, zowel de Joden in Palestina als de Joden in andere delen van het Romeinse Rijk – zo’n tweederde van de Joden woont in de diaspora. Augustus geeft hen de vrijheid om volgens hun eigen godsdienst te leven, om niet op de sabbat in de rechtbank te hoeven verschijnen, om niet mee te hoeven doen aan de dienst aan de goden van de Romeinse staat en om zelf belasting (‘hoofdgeld’) te mogen innen voor de tempel in Jeruzalem (vgl. Mat.17:24).

Dat de Joden zulke grote privileges genieten, gaat al terug op de tijd van Julius Caesar. Toen deze tijdens een oorlog in Egypte in het nauw was geraakt, schoten Joodse legers onder leiding van Antipater (de vader van Herodes) hem te hulp en bevrijdde hem. Als beloning schonk hij de Joden grote gunstbewijzen en voorrechten. Ook werden Joden gerespecteerd vanwege de hoge ouderdom van hun godsdienst. Keizer Augustus zet deze traditie van welwillendheid tegenover de Joden voort en ook hij verleent hen privileges.

Vredebrenger

Augustus presenteert zichzelf als de brenger van vrede. In Rome werd de Ara Pacis, het altaar van de Vrede van Augustus, gebouwd als teken dat de tijd van oorlog nu voorbij was en de tijd van vrede was aangebroken. Inderdaad komt er met Augustus een einde aan een lange reeks van burgeroorlogen. Zijn regering brengt een periode van vrede en stabiliteit, waarin veilig kan worden gereisd en waarin de economie en de kunsten bloeien.

Op allerlei manieren verkondigt Augustus nu dat met hem een nieuwe tijd is aangebroken. Op openbare gebouwen en op munten laat hij zich als vredebrenger afbeelden. Schrijvers als Vergilius, Horatius en Livius dragen dezelfde boodschap uit, ‘Augustus brengt ons vrede.’ Ook na zijn dood in 14 na Chr. wordt nog lange tijd gesproken over de Pax Augusta, de vrede die Augustus bracht.

Het is tegen deze achtergrond dat de evangelist Lukas de Heere Jezus beschrijft als de ware vredebrenger. Met Zijn komst begint de nieuwe tijd, een koninkrijk dat ‘geen einde zal hebben’ (1:33). Hij zal ‘onze voeten richten op de weg van vrede’ (1:79). Ieder die Hem aanneemt, ontvangt vrede (2:14). Overal waar Jezus’ discipelen het evangelie verkondigen, brengen zij vrede (10:5). Jezus brengt niet alleen vrede op aarde, maar ook vrede in de hemel (19:38), want er is pas echt vrede waneer er vrede komt met God.

Inderdaad breekt ten tijde van Augustus een nieuwe tijd aan. Dat ligt echter niet aan deze keizer maar aan het Kind dat tijdens zijn regering geboren wordt. De Pax Augusta is slechts zeer beperkt en van korte duur, de Pax Christi gaat alle verstand te boven en duurt tot in eeuwigheid.

D.M. Heikoop

Volgende week: Tiberius.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 3 juni 2010

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

Brenger van vrede

Bekijk de hele uitgave van donderdag 3 juni 2010

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's