Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Wolf in schaapskleren

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Wolf in schaapskleren

Waarom waarschuwt Jezus voor valse profeten?

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wanneer hoorden we in de preek voor het laatst over de heiligheid en over de toorn van God? De vraag is wat het betekent als in de verkondiging alle nadruk valt op die ene eigenschap van God, Zijn liefde.

Waarom waarschuwt Jezus voor valse profeten?

I n de Bergrede lezen we graag. Hoeveel christenen halen hun hart niet op aan de woorden waarmee Jezus Zijn onderwijs aan de discipelen begon? De Heiland ziet een menigte van mensen, gaat de berg op en spreekt vervolgens zachtmoedigen, armen van geest en reinen van hart zalig. Hij geeft gebedsonderwijs aan de hand van het onze Vader en leert ons niet bezorgd te zijn voor de dag van morgen.

Maar, Jezus geeft in de Bergrede meer dan onderwijs over zaligheid en onbezorgdheid. Hij spreekt in Mattheüs 6 weliswaar over de lelies van het veld, een hoofdstuk verder gaat het over de nauwe poort tot het eeuwige leven en over de brede weg die naar het verderf leidt. Hij houdt zijn hoorders een spiegel voor als Hij opmerkt (Matt.7:14) dat weinigen de smalle weg vinden en daarop wandelen. Dát is schokkend.

Valse profeten

Direct na de uitspraak over de enge poort geeft Jezus nog een waarschuwing: ‘Maar wees op uw hoede voor de valse profeten, die in schapenvacht naar u toekomen, maar van binnen roofzuchtige wolven zijn.’ Wie heeft hier ooit een preek over gehouden of gehoord?

De Engelse prediker dr. Martyn Lloyd-Jones geeft het toe: ‘De eerlijkheid gebiedt mij te bekennen dat als ik mezelf niet plechtig had voorgenomen over heel de Bergrede te prediken, ik deze woorden nooit als tekst gekozen zou hebben. Deze woorden zijn niet populair; ze zijn onaangenaam, maar we mogen niet alleen uitkiezen wat we prettig vinden. Het is de Zoon van God Die deze woorden sprak, en Hij plaatst Zijn woorden in de context van oordeel en verderf.’

Bewogen en toornend

Het Evangelie leert ons dat er niemand meer bewogen is met zondaren dan Jezus. Hij trekt de kleinen op Zijn schoot. Hij leert vermoeiden en belasten dat Zijn juk zacht is en Zijn last licht. Innerlijk is Hij vol ontferming, een Herder als geen ander. Maar, het Evangelie leert tegelijk dat er niemand kon toornen als Jezus. De ijver voor het huis van Zijn Vader heeft Hem verslonden (Joh.2:17).

Hij ontmaskerde Schriftgeleerden en farizeeën die het volk geboden van mensen onderwezen in het publiek als huichelaars. En eens typeerde hij Petrus als satan, als een struikelblok op Zijn weg. Met het oog op het doel waartoe Hij gekomen was, kent Jezus een grote scherpte in Zijn woorden. Vanwege dat doel mogen we niet voorbijgaan aan Mattheüs 7:15, de uitspraak over de wolven in schaapskleren.

Kerkscheuringen

Als we Jezus’ woorden uit dit hoofdstuk overwegen en beseffen dat niet ieder die tot Hem zegt ‘Heere, Heere’, in het Koninkrijk der hemelen zal binnengaan, zijn dit geen vrijblijvende gedachten. Daarom zoeken we naar de betekenis van Jezus’ spreken over de valse profeet, over de wolf in schaapskleding.

Mijn eerste associatie gaat naar de tijd van de Afscheiding. Het was de vader van deze beweging, ds. Hendrik de Cock, die in 1834 problemen met de landelijke Hervormde Kerk kreeg, omdat hij twee collega’s getypeerd had als wolven in schaapskleren, onder wie de invloedrijke dominee uit Assen, dr. G. Benthem Reddingius. De Cock heeft hiermee wel een zekere trend gezet, omdat de kerkgeschiedenis door er rond (dreigende) kerkscheuringen gesproken is over wolven in schaapskleding. Ik kwam het onlangs tegen bij iemand die verontrust is over de huidige koers van de Gereformeerde Kerken Vrijgemaakt. Als een scheuring in de kerk echter geen begaanbare weg is zolang het Evangelie van Christus nog verkondigd kan worden, mogen we Jezus’ waarschuwing over de wolven in schaapskleren niet gebruiken als een legitimatie van een breuk in Zijn gemeente.

Oude Testament

De verkondiging van Gods boodschap is eigenlijk vanaf het begin gepaard gegaan met het optreden van valse profeten. Jeremia schrijft in hoofdstuk 23 dat in Gods huis profeten en priesters zijn die huichelen en door boosheid gekenmerkt worden. Eerder al (Deut.13) waarschuwde Mozes het volk Israël voor profeten die uit het midden van het volk opstonden: ‘Want de Heere, uw God, stelt u dan op de proef om te weten of u de Heere, uw God, liefhebt met heel uw hart en met heel uw ziel.’

Die waarschuwing geldt tot aan het einde van de tijden. Immers, als Jezus in Mattheüs 24 spreekt over de voleinding van de wereld, gaat het ook over mensen die in Zijn

Naam zeggen: ‘Ik ben de Christus’ en die velen verleiden.

Geen ketters

De wolf in schaapskleding uit het Evangelie is niet direct te herkennen, omdat hij zich niet alleen dicht bij de enge poort ophoudt, maar ook omdat hij zich niet als een ketter presenteert. In Mattheüs 7 doelt Jezus niet op mensen die het bestaan van God ontkennen, die van de opstanding van Christus niet willen weten of die wonderen als onmogelijk wegverklaren. Zowel de brieven van Paulus als de geschiedenis van de kerk zijn vol met dwaalleraren, die herkenbaar zijn voor wie bij het Woord van God leeft.

De negentiende-eeuwse baptist Alexander MacLaren schreef ooit: ‘Het is geen kunst om ketters te ontdekken, maar juist om huichelaars te ontmaskeren.’ Wie zijn dan die valse profeten, die in een schapenvacht de gemeente opzoeken en die de gemeente aan hun vruchten moet herkennen? Als we Jezus’ woord plaatsen in het kader van al Zijn woorden, dan zou ik zeggen: degenen die afdoen aan de ernst van de zonde én aan het offer van Christus. Het zijn de mensen over wie Jeremia opmerkte: ‘Zij genezen de breuk van de dochter van Mijn volk op het lichtst, zeggende: Vrede, vrede! maar daar is geen vrede.’

Aard van de zonde

Ik kom terug op de vraag uit het begin: Wanneer hoorden we voor het laatst in de preek over Gods heiligheid? Dr. Martyn Lloyd-Jones legt in zijn uitleg van Mattheüs 7:15 hierbij de vinger. ‘De valse profeet preekt altijd over Gods liefde, maar Zijn rechtvaardigheid, heiligheid en toorn over de zonde komen niet ter sprake. Hij zegt niet dat hij hierin niet gelooft; dat is nu juist de moeilijkheid; hij zegt er helemaal niets over.’ Het past niet bij onze postmoderne cultuur om iemand die de waarheid verhult, te typeren als een grijpende wolf; om iemand die de zonde niet concreet benoemt en de aard van die zondigheid niet aanwijst, te typeren als een valse profeet. In het Evangelie gaat het echter op het scherpst van de snede.

Kruis van Christus

Het is Jezus’ eerlijkheid en bewogenheid waardoor Hij ons leert alert te zijn op mensen die zich als een wolf in schaapskleren voordoen. Want Hij wist welk gewicht Zijn Vader aan de zonde hecht. Hij wist dat er slechts één offer zal zijn dat voldoet, het offer dat Hijzelf vrijwillig gaat brengen. Jezus weet dat in de prediking van het Evangelie het kruis niet verijdeld mag worden. En daarom leert Hij hen niet als de Schriftgeleerden, maar als gezaghebbende.

Brengt Mattheüs 7:15 elke dienaar van het Woord niet bij Davids gebed uit Psalm 139? ‘Doorgrond mij, o God, toets mij en ken mijn gedachten, zie of er bij mij een schadelijke weg is.’ Zelfonderzoek hoort niet alleen bij de eerste stappen op de weg van het geloof, maar zal een kind van God blijven vergezellen.

Ouders

Het zijn niet alleen predikanten die het Evangelie doorgeven. Daarom geldt het appèl over de valse profeet ook ouders en leerkrachten, die geroepen zijn tot de overdracht van Gods Woord in de opvoeding en het onderwijs. Het is nodig de realiteit onder ogen te zien dat we onze kinderen of leerlingen weg kunnen houden van de enge poort, die tot het leven leidt. Wie daar echter bevreesd voor is, zal – en daarmee eindigt Mattheüs 7 – zijn als de verstandige man, die zijn huis op de rots bouwt, die ‘deze woorden van Mij hoort en ze doet’.

P.J. Vergunst

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 juli 2010

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

Wolf in schaapskleren

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 juli 2010

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's