Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De losse inzichten voorbij

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De losse inzichten voorbij

Leerdienst in de praktijk [2, in Stedum-Ten Post]

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

De leerdienst lijkt vandaag een probleem te hebben. Te droog, te dogmatisch, uit de tijd. Is dat terecht? Een gesprek met ds. G.J. Roest. Komt hij met de catechismus? En hoe geeft hij er dan vorm aan?

D s. Roest is sinds 2009 hervormd predikant. Vorig jaar juni preekte hij intree in de Groningse gemeente Stedum-Lellens-Wittewierum-Ten Post. Een paar weken na deze zondag begint ds. Roest in avonddiensten met het ‘luisteren naar de Heidelbergse Catechismus’. Gemiddeld gaat hij twee keer in de maand ’s avond in de eigen ge-

meente voor. ‘Die avonddiensten benoem ik niet zo vaak als leerdiensten. Elke dienst is een leerdienst en in een leerdienst gebeurt als het goed is nog meer dan leren. Ondertussen zoek ik in de avonddiensten

natuurlijk wel de bedoelde verdieping aan te brengen.’

In welke mate is de Heidelbergse Catechismus leidend voor de inhoud van deze diensten?

‘Mijn visie en praktijk zijn tot nu toe dat ik in de avonddiensten een periode van luisteren naar de traditie afwissel met een periode van verdieping in één van de wat moeilijkere bijbelboeken. Vorig jaar is van de zomer tot Kerst de catechismus aan bod geweest, vanaf afgelopen januari ben ik bezig met Openbaring.

Bij de catechismus komt ongeveer een zondag per keer aan de orde. Zo af en toe is het goed om wat te ‘knippen en plakken’, in verband met de omvang de stof of een verschil in context tussen de zestiende eeuw en nu. Maar de regel is: één zondag per keer, dan kom je er ten minste een keer doorheen.

Voor de verdieping in de moeilijkere bijbelboeken, zoals nu Openbaring, geldt hetzelfde: ongeveer een hoofdstuk per keer. Je kunt dan niet elke detail uitdiepen, maar ik geloof wel dat mensen dan ook oog kunnen krijgen voor grote lijnen. Een kader of een kaart, waarmee ze zelf begrijpend verder kunnen lezen en verstaan. In de toekomst hoop ik nog toe te

komen aan bijvoorbeeld Leviticus, Job, grote profeten, Paulus’ brief aan de Romeinen. Het klinkt misschien een beetje ambitieus, maar daar gaat het niet om. Het gaat erom dat het tota scriptura in

de erediensten praktijk is. En daarom moeten ook de meer moeilijke bijbelboeken gelezen worden en is het het onderwijs van de traditie dat ons in een andere periode weer eens kort en goed zegt wat de kernen van Gods Woord zijn.’

Hoe belangrijk vindt u de leerdienst voor de opbouw van de gemeente?

‘Zo belangrijk dat ze onmisbaar is. Er valt zoveel te ontdekken in Bijbel en traditie, er is ons daarin zoveel gegeven. Het is een huis waar je in kunt wonen, zo ga ik het steeds meer zelf beleven. Eerder leefde ik veel meer met losse, aansprekende teksten en inzichten. Waarschijnlijk ook veel te veel míjn teksten en inzichten.

Maar Christus heeft mijn hart laten ontbranden, om het met woorden uit Lukas 24 te zeggen. Dan ontdek je zoveel zin in wet en profeten, en ook hoe Hij onthult te werken door de geschiedenis heen tot nu toe, via de ervaringen van Paulus, in de Openbaring aan Johannes. Gods plan heeft samenhang, Zijn waarheid een richting. Die is veel groter en objectiever dan wat ik overzie en wat mij aanspreekt. Om op het eerdere beeld terug te komen: je kunt wonen in het Woord.’

Imago

‘Natuurlijk kan Jezus mensen met één woord redden en is de belijdenis ‘Jezus is Heer’ genoeg om mee te leven en sterven. Maar als je de gemeente echt wilt opbouwen, is het hele Woord nodig. De mensen moeten er natuurlijk ook samen over gaan praten en bidden. Dat is

naast een goede inhoud van de erediensten ook essentieel om ín het huis van de Schrift te stappen. Als de gemeente dan ook nog samen eet, wandelt en een potje voetbalt, dan wordt nog meer uitgewerkt dat wij van één huis zijn.’

Hoe bereikt u dat de leerdienst onder ouderen en jongeren een positief imago heeft?

‘Hoe komt het eigenlijk dat er aan de leerdienst een negatief imago kleeft? Er zijn natuurlijk verschillende redenen te noemen. Ik beperk me in mijn verklaring hiervoor tot het predikantenkorps, en heb de volgende hypothese: al te vaak hebben dominees voor leerdiensten vooral ‘puntjes’ bij elkaar gesprokkeld uit boeken over de catechismus. Ik voel nu zelf die verleiding, er zijn aardig wat goede boeken over de catechismus, en ook ik sprokkel erin. Dat is op zich niet verkeerd. Maar de kernopdracht moet niet uit het oog verloren worden: dat de vragen en antwoorden van de catechismus hulpmiddelen zijn om de diepte van de Bijbel te peilen. De catechismus daagt mij als dominee uit om op steeds een ander punt weer intensief de Bijbel te beluisteren.

Volgens mij is dat de weg waarop de catechismus weer fris kan worden voor mensen. Als parafrases van de inhoud van de catechismus de preken vullen, haakt de gemeente van Christus begrijpelijkerwijze af. Maar als ze merkt dat de belijdenis de waarheid van de Schrift openlegt, dan luistert ze.’

Moed

‘Verder zijn voor een positief imago van de leerdiensten natuurlijk dingen belangrijk die ook voor gewone diensten gelden: de belichting van thema’s uit het geleefde leven, heldere en levende taal, een goede opbouw van dienst en preek, waarachtigheid en moed bij de prediker om de waarheid te zeggen.

Daar moet ik dus hard mijn best voor doen, en bidden om de Heilige Geest. Allebei. Dan geloof ik ook dat de leerdienst een eigen, herkenbare betekenis heeft en houdt, en dat gemeenteleden dat vroeg of laat beseffen.

Wat ik zeker niet zal doen, is mensen moreel onder druk zetten om te komen, of leuke dingetjes erbij doen. Van klagen over de opkomst is de opkomst nooit beter geworden, denk ik, en leuke dingetjes kunnen best wel eens, maar ebben vaak zo snel weer weg. In de christelijke gemeente moet de waarheid een positief imago hebben, en als de waarheid levensecht verhelderd wordt, dan komt het goed, dan blíjft het.’

Hoe zoekt u concreet de inhoud van dit belijdenisgeschrift in het leven van gemeenteleden te brengen?

‘Om die vraag echt te beantwoorden zou ik wat preken moeten hervertellen. Het is steeds een zoektocht naar een herkenbare ingang. Ik noem toch maar wat voorbeelden, mijn algemene in-steek heb ik al verwoord. In de preek bij Zondag 1 ben ik nagegaan hoe in deze tijd troost wordt gezocht voor respectievelijk ziel, lichaam, leven en sterven. En hoe dan alleen Christus’ troost compleet en realistisch is. Bij zondag 3, over onze ‘verdorven aard’ van Adam af, heb een link met ouderen kindzijn gelegd: wij geven een verdraaid beeld van God aan elkaar door, en moeten daarom in Christus’ familie worden opgenomen.

men. Soms komen de voorbeelden precies op tijd langs op het journaal: in de week dat ik bezig was met zondag 5, over de schuld die we zelf niet kunnen genoegdoen, en die ‘dagelijks groter’ wordt, was Dirk Scheringa aan het vallen met zijn bank. Een duidelijk voorbeeld om te kunnen voelen dat schuld niet ‘zomaar’ weggestreept kan worden, én een aanleiding om uit te leggen dat de Heere veel meer is dan een bankier, een man van ‘betalingen’. Hij zet Zijn leven voor ons in, zoekt een liefdesrelatie met ons.’

Tineke van der Waal

Volgende week een gesprek met ds. F. Hoek.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 september 2010

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

De losse inzichten voorbij

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 september 2010

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's