Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Globaal bekeken

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Globaal bekeken

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

Een predikant-lezer stuurde mij de stellingen bij een proefschrift in de fysica van Karel L. van Dalen uit Papendrecht, waarop hij op 7 maart promoveerde aan de TU Delft. Hier volgen er enkele.

• Uit de recente discussie rondom de artikelen 1,6 en 23 van de Nederlandse Grondwet blijkt dat vrijheid de broedertwist met gelijkheid aan het verliezen is. Het gevolg van deze ontwikkeling is dat mensenrechten verworden tot burgerrechten.
• In de discussie over de scheiding van kerk en staat wordt vaak ten onrechte gesuggereerd dat dit hetzelfde is als de scheiding van religie en samenleving.
• In een poging om globale klimaatverandering tegen te gaan, lijkt de ondergrondse opslag van CO2 in de geotechnologie juist een morele klimaatverandering teweeg te brengen.
• In het streven van de Technische Universiteit Delft te profi leren en te handhaven als internationale topuniversiteit is het van doorslaggevend belang om niet “struikelvakken” te elimineren, maar juist de “struikelmentaliteit” van sommige studenten.
• In een poging om duidelijk te maken wat een promotieonderzoek inhoudt, kan de vergelijking met het maken van een legpuzzel van pas komen. Bij een promotieonderzoek liggen de puzzelstukjes echter niet op voorhand klaar en is er geen voorbeeld van hoe het uiteindelijke plaatje er moet uitzien.
• De daad van vergeving is bewonderenswaardig omdat de benadeelde daarmee besluit in plaats van de schuldige voor de gevolgen op te draaien.

In het Documentatieblad Nadere Reformatie schrijft dr. C.A. de Niet over ‘Voetius en het katholicisme’.

• Het eerst couplet van een spotdicht op Voetius, voorafgaand aan uiteenzettingen van de Leuvense theoloog Cornelius Jansenius: ‘Wel mijn Voetje, / Slechte bloetje, / Hoe soo woelent en verbaest? / Waerom doch soo seer gheraest? / Opghevult met blinden yver, / Op de stijl, en op de schrijver, / Van Iansenis van Leerdam, / Die voor u ten voorschijn quam? / Met sijn Goddelijkcke schriften, / Om de uwen wat te siften, / Die ghy rad hadt uyt-ghebraeckt, / Naer dat ghyse hadt ghemaeckt,/ Wel te deghen scharp en vinnich, / maer niet of ghy waert rechtsinnich, / Maer als eender die der leyt, / Heel verwart in dollicheydt / (…)’
• Voetius zelf: ‘Er lijkt al met al niet veel ruimte voor een positieve waardering van de zijde van Voetius voor de Rooms-Katholieke Kerk. En inderdaad houdt hij op tal van plaatsen in zijn werk een vlammend requisitoir over het pausdom en de papisten – het is bekend. (…) Wanneer er daarentegen in de eeuwenoude traditie van de Catholica goud te bespeuren viel – hoezeer ook verborgen onder lagen vuilnis – aarzelde Voetsius niet om dat als zodanig te benoemen. Dat positieve oordeel gold met name de praktijk der godzaligheid en de vroomheid van het hart, die hij ruimhartig erkende, waar en bij wie hij ze ook tegenkwam (…) waar hij met waardering spreekt over Tauler, Ruusbroec en de auteur van Theologica deutsch, maar ook over iemand als Jean Gerson en – uiteraard, zou men haast zeggen – over Bernardus en Thomas à Kempis.’
• ‘Een katholieke tegenstem’ (Anton van Duinkerken): ‘Als tegenstem en slotakkoord wil ik nu een ander oordeel over Voetius laten horen, eveneens uit de mond van een roomse.

Een somber man, die geen gelijk kon krijgen,
ofschoon hij duizend dingen beter wist
dan al zijn vijanden. Een polemist,
die telkens werd verslagen door hun zwijgen.

Een dominee, die in de wisseling
van woorden en spitsvondige gedachten
over genade en recht, zijn laatste krachten
verspilde en zonder roem daaraan verging.

Een Hollander, niet beter, ook niet slechter
dan ’t gros, maar met het kenmerk van zijn land
een beetje dieper in zijn ziel gebrand.
– Wie is op heden groter, wie oprechter?’

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 juni 2011

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

Globaal bekeken

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 juni 2011

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's