Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een schoon geweten

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een schoon geweten

Doel van reiniging is de levende God dienen

7 minuten leestijd

Goede Vrijdag en Pasen willen steeds als in één adem worden genoemd. Zo nauw zijn de beide heilsfeiten die op die dagen worden herdacht, met elkaar verbonden. Ze hangen wezenlijk met elkaar samen. Deze verbondenheid heeft betekenis voor onze geloofsbeleving en het christenleven.

In de eerste vier eeuwen van de kerk werd Goede Vrijdag beschouwd als de ‘eerste paasdag’. Het evangelie klonk: ‘Want ook ons Pascha (Paaslam) is voor ons geslacht: Christus’ (1 Kor.5: 7b). Op dit zogeheten ‘pascha der kruisiging’ volgde dan het ‘pascha der opstanding’, dat wij nu Pasen noemen. Om allerlei redenen is daarin later verandering gekomen. Met als gevolg dat de Goede Vrijdag en de paasdag(en) toch wat los van elkaar kwamen te staan. Maar het nieuwe van Pasen – ‘Want nu de Heer is opgestaan, nu vangt het nieuwe leven aan’ – en het goede van Goede Vrijdag – ‘Jezus, ook voor mij verwierf Gij verlossing, toen Gij stierf ’ – zijn weliswaar te onderscheiden, maar zeker niet te scheiden. Er is een diepe innerlijke samenhang. Het is goed om op deze samenhang te letten en dan ook stil te staan bij de betekenis hiervan voor onze geloofsbeleving en ons christenleven.

INNERLIJKE REINIGING

Op het goede van Goede Vrijdag, het heil van het heilsfeit van de kruisdood van onze Heere en Heiland, gaat juist de schrijver van de brief aan de Hebreeën diepgaand in. Hij doet dit vooral tegen de achtergrond van de Joodse offerdienst en reinigingsvoorschriften. Voor de priesters, in het bijzonder voor de hogepriester, was hierbij een speciale taak weggelegd. Jezus Christus is de ‘grote Hogepriester’ (Hebr.4:14), ‘de Hogepriester van de toekomstige heilsgoederen’ (Hebr.9:11). Hij heeft Zichzelf smetteloos aan God geofferd om ons geweten te reinigen van dode werken (Hebr.9:14). Wat met dit laatste wil zijn gezegd? Niet minder dan dit dat het volmaakte offer van Christus innerlijke reiniging tot stand brengt. Het besef een zondaar voor God te zijn, de innerlijke overtuiging voor Hem niet te kunnen bestaan, drukt wie Hem toebehoren niet langer terneer. Leerden we in het geloof op de gekruisigde Heere zien? Dan mogen we ons bevrijd weten van welke zondelast dan ook. Ons geweten klaagt niet meer aan. Gaat het toch weer spreken? Laten we dan opzien naar Jezus en weten: Zijn bloed reinigt ons van alle zonde (1 Joh.1:7).

BINNENKAMER

Maar wát dan als weten en weten ‘twee’ blijkt? Dan juist laat zich de noodzaak voelen om in de binnenkamer te gaan. Dan moeten we bidden en smeken om de krachtige doorwerking van de Heilige Geest, de Trooster, van Wie Jezus zei: ‘Die zal Mij verheerlijken’ (Joh.16:14). En verder, als ik voor mezelf mag spreken: ik lees en herlees dan nogal eens de aangrijpende pas- Ds. D. Dekker is hervormd predikant in ’t Harde. sage uit De pelgrimsreis van John Bunyan die hiermee direct verband houdt: ‘Op een hoogte verhief zich een kruis en een weinig lager, in de diepte, zag men een graf. En nu zag ik in mijn droom, dat, zodra Christen het kruis in het oog kreeg, hem de zondelast van de schouders gleed en hem van de rug viel en zo naar beneden tuimelde totdat hij bij de mond van het graf kwam. Daar stortte de last in en ik zag hem niet meer! Nu was Christen vrolijk en blij en met een verruimd gemoed zei hij: ‘Hij heeft mij rust gegeven door Zijn smarten en leven door Zijn dood.’’ Of ik sla Romeinen 7:13-26 op en breng me te binnen wat H.F. Kohlbrugge met het oog op het schrijven van zijn preek over Romeinen 7:14 verhaalde. Hoe, toen hij worstelde om het rechte verstaan van het Evangelie en om vrede voor zijn ziel, de vraag van Boven in zijn binnenste doordrong: ‘Bent u tevreden met Mijn Lam?’ Terwijl hij daarop bevend antwoordde: ‘Ja, Heere’, hoorde hij zeggen: ‘Dan ben Ik ook tevreden met u; sta op en schrijf.’

DIENEN

Intussen is het veelzeggend dat daar waar de schrijver van de brief aan de Hebreeën van een ‘gereinigd geweten’ spreekt, de zin zonder wat voor adempauze ook doorloopt. We lezen in Hebreeën 9:14: ‘hoeveel te meer zal het bloed van Christus, Die door de eeuwige Geest Zichzelf smetteloos aan God geofferd heeft, uw geweten reinigen van dode werken om de levende God te dienen’. Dus de reiniging van dode werken (het doen en laten dat voortkomt uit en verband houdt met afgodendienst, ongeloof, liefdeloosheid, wetticisme of welke eigenwilligheid ook) maakt juist de weg vrij om de levende God te dienen. Sterker nog: deze reiniging wil die weg ook metterdaad doen gaan. Zo waar als Hij Die dood geweest is, leeft. Voor God leeft (Rom.6:10). Hoe zalig om het geweten gereinigd, de ziel gered te weten door het bloed van Christus. Inderdaad, daar draait het om. Maar daar gáát het niet om. Het gaat erom, dat de levende God door ons in heel ons doen en laten gediend, geëerd en geprezen wordt. Dat we, om met Calvijn te spreken, ‘ons leven, waarvan Hij de Schepper en de Oorsprong is, aan Zijn glorie ondergeschikt maken’.

DOOP

Zo vieren we Pasen: met Christus opgewekt tot een nieuw leven. We leren onze doop verstaan. Onze doop in de naam van de Zoon, Die ons verzegelt dat Hij ons wast in Zijn bloed en ons in de gemeenschap van Zijn dood en opstanding inlijft. Onze doop in de naam van de Heilige Geest, Die ons verzekert dat Hij ons wil schenken wat we in Christus hebben, namelijk de afwassing van onze zonde en de dagelijkse vernieuwing van ons leven (doopformulier). Tot dit verstaan van onze doop, dit vieren van Pasen worden we steeds opnieuw geroepen. Op ons wordt een appèl gedaan, een bewogen paasappèl. Ik denk aan wat ons in Romeinen 6 wordt voorgehouden. Alleen al vers 13 houdt zoveel in: ‘En stel uw leden niet ter beschikking aan de zonde als wapens van ongerechtigheid, maar stel uzelf ter beschikking aan God, als mensen die uit de doden levend geworden zijn. En laat uw leden wapens van gerechtigheid zijn voor God’.

STRIJD

Er is sprake van wapens. Het gaat dus over een strijd die woedt, over de strijd met de boze en wat uit de boze is (ongerechtigheid). Weliswaar is die strijd door onze gekruisigde en opgestane Heere beslecht, maar deze duurt voort totdat Hij zal zijn teruggekomen met heerlijkheid. In deze strijd zijn ook wij, hier en nu, verwikkeld. Zijn we daar werkelijk van doordrongen? Opmerkelijk is het hoe de apostel Paulus in dit verband juist onze leden (onze ledematen, onze lichaamsdelen) ter sprake brengt. Bij de wapens in deze strijd hebben we kennelijk te denken aan onze handen, ogen, oren, mond en noem maar op. Dat maakt het wel heel concreet. Wat ‘streelt’ onze tong? Waarop raken we niet uitgekeken? Waar hebben we oren naar? En als het om ‘genotsmiddelen’ gaat, om hartstochten die om (zelf )bevrediging vragen? Waaraan zijn we, als we eerlijk zijn, verslaafd geraakt? Hoe gaan met de eigentijdse media om? Laten we deze en andere vragen op dit terrein liever niet maar wat wegduwen. Laten we er eerlijk antwoord op geven, ook al is het bepaald niet eenvoudig om tot een verantwoorde plaatsbepaling te komen.

KRACHT

Het is van tweeën een: of we stellen onze leden ter beschikking aan de zonde als wapens van ongerechtigheid, of we stellen onszelf ter beschikking aan God en onze leden zijn wapens van gerechtigheid voor Hem. We mogen ons erin oefenen het op dit laatste te houden om zo gelovig te laten gelden dat we met Christus zijn gestorven en opgestaan. Maar wat nu als de strijd zo zwaar valt en we ons meer dan eens verliezers weten? Moeten we dan wanhopig worden met alle gevolgen van dien? Integendeel. ‘Houd in gedachten dat Jezus Christus uit de doden is opgewekt.’ Zijn kracht wordt in zwakheid volbracht.

Ds. D. Dekker is hervormd predikant in ’t Harde.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 17 april 2014

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

Een schoon geweten

Bekijk de hele uitgave van donderdag 17 april 2014

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's