Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

DE VOLKSKERK VOORBIJ?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

DE VOLKSKERK VOORBIJ?

Boek dr. Paas schudt wakker, maar geeft secularisatie te veel eer

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het christelijk geloof is missionair. Dat is onopgeefbaar. De kern van zending is dat wij ernaar verlangen anderen in contact te brengen met Jezus. Maar voor het eerst in de geschiedenis van Europa moeten we dat doen vanuit een minderheidspositie. Hebben we dat wel verdisconteerd? Wat betekent dat voor onze houding?

Stefan Paas, hoogleraar zendingswetenschap, schreef een meeslepend boek waarin hij de kerk in Nederland wil helpen om missionair te zijn in een niet-christelijke omgeving. Het is een boeiende studie, die aandacht trekt. In korte tijd verscheen de tweede druk. Dat zegt iets. Dit boek schudt wakker, zet aan het denken, roept ook vragen op. De titel is treffend: Vreemdelingen en priesters.

Ds. J.A.W. Verhoeven is predikant van de hervormde gemeente te Leerdam en lid van het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond.

VREEMDELINGEN

Vreemdelingen zijn we geworden: een kleine minderheid die geen machtsmiddelen ter beschikking heeft om daarmee invloed uit te oefenen op de omgeving. Het Evangelie is in Europa gekomen als een emanciperende beweging, een vooruitgang, een hoopvol project. Deze beweging werd, historisch gezien, van bovenaf met milde dwang opgelegd. Het christelijk geloof had cultureel iets te bieden: het bracht democratie, het bevorderde goede rechtspraak en schitterende wetenschap.

Zelfs op het hoogtepunt van de kerstening waren er trouwens nooit meer dan 10 procent actieve gelovigen. Maar de andere 90 procent liftte welwillend mee. Dat laatste is definitief voorbij. Wie nú nog gelooft dat het Evangelie de unieke waarheid is, staat cultureel gezien in een minderheidspositie. Net als Daniël.

De samenleving aanvaardt graag de zegeningen van de christelijke beschaving (democratie, mensenrechten etc.), maar heeft daar God niet meer bij nodig en zeker de kerk niet. De kerk zal niet groeien. Het is zinloos daarop te hopen of daaraan te werken. Die tijd is voorbij. Wie daar tóch nog naar terugverlangt, zal gefrustreerd afhaken. De kerk in Europa krijgt dezelfde positie zoals de kerken in het Midden-Oosten die al eeuwen hebben.

PRIESTERSCHAP

De kerk is echter geen zielige, verzuurde, gedesillusioneerde en mokkende kerk. Het is geen kerk die treurt om verloren privileges. Integendeel, ballingen zijn verlost van ballast. Er ontstaat een kleine kerk, maar die is trouw. Er is een gemeente die leeft uit de vreugde, en in de vreugde van het Evangelie. Die gemeente is priester.

Wij verwachten niet dat de wereld christelijk wordt. We geloven niet ‘ergens om’, bijvoorbeeld om de wereld te verbeteren of te kerk te laten groeien. We verheugen ons alleen maar over Gods genade en prijzen Zijn goedheid.

Liturgie is toppunt van priesterschap. In de liturgie brengen we God bij de mensen, en de mensen bij God. Dat gebeurt in lofprijzing en voorbede. De priesterlijk gemeente zingt, bidt en gelooft voor de anderen in de straat en in de stad, aldus dr. Paas Op deze manier ziet Paas een gemeente voor zich, die belangeloos, onbekommerd, onspectaculair, zwak, dwaas en hoopvol midden in de wereld staat. Deze kleine gemeente heeft een scherp omlijnde identiteit nodig, zoals de Joden in de tijd van de ballingschap de nadruk legden op sabbat, besnijdenis en reinheid. Het is niet een naar binnen gekeerde gemeente. De metafoor van de priester zet ons in een positieve houding met de omgeving.

CULTUUR

Het belang van dit boek is dat Paas een poging doet om de omslag in onze cultuur ernstig te nemen. In een historisch overzicht behandelt hij zes missionaire ‘modellen’ van gemeente zijn. De eerste daarvan is de volkskerk.

Alle zes voldoen niet meer, omdat ze ontstaan zijn in de context van een algemeen gedeeld ideaal van christelijke cultuur. Als er op de Biblebelt nog mensen zijn die denken dat het met de secularisatie wel meevalt (bestaan die nog?), dan zal lezing van dit boek hen genezen. Het is confronterend om te lezen hoe Paas zijn ervaringen in Amsterdam onder woorden brengt. Vertrouwen we nu op God, op Zijn Woord en Geest? Of vertrouwen we stiekem toch nog op verworvenheden die meekwamen met onze machtspositie als kerk?

BIJBELSE THEOLOGIE

Bij mij roept dit boek ook vragen op. Er staan mooie bijbels-theologische passages in dit boek over ‘ballingschap’ en ‘priesterschap’. Waarom kiest dr. Paas juist deze twee woorden? Omdat ze goed passen bij zijn analyse van onze situatie. Die analyse is overwegend sociologisch van aard. Nu is sociologie een goed hulpmiddel, maar krijgt de Bijbel zo nog wel voluit de kans om uit te spreken? De auteur ziet in het Oude Testament een ‘deuteronomistische’ en een ‘diasporische’ lijn. In onze cultuur is het eerste model onbruikbaar (pag.174). Wij leven immers in ballingschap, in de verstrooiing.

Vormen beide lijnen nu echt zo'n tegenstelling? Het gaat om hetzelfde volk. Ook en juist in ballingschap leert Israël te leven uit Gods genade alleen. Hij is de Betrouwbare in Zijn verbond met hen. Wíj hebben gezondigd, zegt Daniël. Dat is deuteronomistisch geloof in de diaspora. En ligt het in de lijn van Daniël om te zeggen: het is een ‘voorrecht’ (pag. 224) dat we in ballingschap zijn geraakt?

WIJ

Paas wijdt een mooi hoofdstuk (hoofdstuk 6) aan de verhouding tussen gemeenschap en individu. Daarin bepleit hij krachtig dat ‘wij’ voor ‘ik’ uitgaat. Niet een aantal individuen houdt een kerk levend. Nee, omgekeerd: de kerk geeft leven aan allen die bij Christus schuilen.

We moeten af van geïndividualiseerde godservaring, want daarmee worden we elkaars concurrenten: wie heeft de beste ervaring met God? Je wordt er moedeloos van: ik niet! Of je overschreeuwt jezelf: ik! Gods aanwezigheid mogen we verwachten als Zijn gemeente samenkomt. De kerk is voorgegeven. Dat geeft ontspanning. Ik hoef mezelf niet te promoten als christen of als navolger van Jezus.

Daar ben ik het mee eens. Alleen: ik vind het wel lastig om op dit punt de denklijn van de auteur te volgen. Zijn boek ademt namelijk een visie op de kerk, waarbij hij zijn uitgangspunt neemt in de gelovigen die samenkomen. Mijn vraag zou dus zijn: waarin ziet Paas dat ‘voorgegeven’? Ik denk dan aan verbond, ambtelijke bediening van het Woord, kinderdoop. Die thema's raakt Paas echter niet aan.

VOLKSKERK

Ik noem dit punt, omdat Paas met scherpe woorden afstand neemt van de volkskerk. Die is voorbij. Sociologisch is dat waar. Maar theologisch? Paas verbindt de volkskerkgedachte met macht, manipulatie, dwang, conservatisme, burgerlijkheid. Dat is er inderdaad (geweest). We belijden onze schuld daarover.

Is daarmee alles gezegd? De zonde zit niet in een bepaald ‘model’ van kerkzijn, maar in ons hart. De beste vertegenwoordigers van de volkskerkgedachte worden niet gedreven door machtswellust of misplaatste nostalgie, maar door liefde, door bewogenheid over het volk.

In het ‘model’ van de volkskerk schuilt een diep besef dat ik bij de ‘voorgegeven’ kerk mag horen, niet omdat ik minder last heb van de secularisatie dan een ander, maar omdat God naar mij omzag. Niet omdat ik geloviger ben dan een ander, maar omdat God zondaren rechtvaardigt.

Wanneer wij daar eenmaal zijn aangekomen wekt de Heilige Geest verlangen om dit Evangelie te delen met anderen – met wie dan ook. De grenzen zijn niet scherp te trekken. Het merkwaardige is dat Paas dat laatste bijvalt (pag.213). De auteur bepleit een kerk ‘van, voor en tegenover’ het volk. Ik denk dan: dat is precies de volkskerk. Toch?

GELOOF

Ik onderstreep dankbaar: ‘Geloven is per definitie verbondsmatig gestructureerd’ (pag.205). Dat betekent toch: vanuit God gezien is er altijd hoop. Ook voor geseculariseerde Amsterdammers. Dat lijkt sociologisch gezien onmogelijk. Maar tegen elke onmogelijkheid in blijft het geloof pleiten op de beloften van God, die verankerd zijn in Zijn verbond.

Ik probeer het woord ‘verbond’ terug te vinden in Paas' boek, maar tevergeefs. ‘Wie ervaart dat God bij voorkeur collectief werkt, in de lijn van de geslachten (…) kan zomaar in een geloofscrisis terechtkomen in een (…) dieper geseculariseerde omgeving’ (pag.116). Dat is herkenbaar. De student uit Veenendaal verliest zijn geloof in Amsterdam. Of toch niet? Hij komt in een geloofscrisis. Wie niet? Daarvoor hoef je niet naar Amsterdam te gaan. Wat houdt ons nu overeind in die crisis? Toch niet die trouwe, saamhorige gemeente? Maar juist de HEERE God Zelf. Niet de secularisatie regeert, maar Hij Die trouw is aan Zijn verbond. Zijn Naam is HEERE. Dat is ook in Amsterdam ons enige houvast.

HOOP

Naar mijn gevoelen geeft Paas te veel eer aan de secularisatie, alsof die onontkoombaar is. Alsof God er Zélf geen raad meer mee weet. Iemand zei: ik leg de dreigbrieven van de secularisatie aan de HEERE voor, zoals Hizkia deed toen de heidense Sanherib Jeruzalem belegerde (2 Kon.19).

Ik zie niet in waarom we niet zouden mogen bidden om een opwekking. Nee, niet met de verborgen agenda om politieke invloed te heroveren. Maar wel met hoop op Gods barmhartigheid. Het gaat er toch om dat ook mijn ongelovige buurman in Christus behouden wordt? Paas voelt het verdriet niet mee over de teloorgang van de volkskerk. Hij lost de spanning op door te zeggen dat de gemeente als een priester plaatsvervangend gelooft. Ik doe daar beslist niet cynisch over. Het is een ontroerende gedachte. En Paas stelt duidelijk dat hij er geen methode van wil maken. Het blijft lastig: hoe moet ik dit plaatsen? Kan de Gloria Deï (Voetius) de noodzaak van geloof relativeren (pag.236)?

VOORTGAAND GESPREK

Er zou veel meer te zeggen zijn, bijvoorbeeld over de relatie tussen kerk en overheid, over de taxatie van onze situatie of over de vraag of we onder Gods oordeel zijn (W. Dekker). Er is veel gebed nodig voor de kerk in Nederland. Er is ook voortgaand gesprek nodig over de vraag tot welke dingen de kerk van Christus geroepen is in een nachristelijke cultuur. Paas doet een oprechte en creatieve poging om dat gesprek aan te zwengelen.


CONFERENTIE ‘EEN KERK DIE (OVER)LEEFT’

Op donderdag 2 en vrijdag 3 juni belegt de Gereformeerde Bond DV in Mennorode in Elspeet voor predikanten een tweedaagse conferentie onder de titel ‘Een kerk die (over) leeft. Over kerk zijn in kantelende tijden’. De inhoud van de studie van prof. Paas, Vreemdelingen en priesters, is hierbij het vertrekpunt. Nadere mededelingen volgen binnenkort. We vragen de predikanten genoemde data vast te reserveren.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 januari 2016

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

DE VOLKSKERK VOORBIJ?

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 januari 2016

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's