STERK IN GOD

Daniël 1 is het hoogtepunt van de geschiedenis van Babel, maar Daniël 2 is het dieptepunt. De grootste man op aarde wordt op z’n plek gezet door de God van de hemel. Via een droom wordt Nebukadnezar duidelijk gemaakt wie de machtigste is. Meer is er eigenlijk niet aan de hand.

God gebruikt een droom om een belangrijke boodschap aan Nebukadnezar over te brengen. Hij droomt over de dingen die in de toekomst gaan gebeuren en raakt er helemaal van in de war. Hij weet echter nog niet dat hij met de levende God te maken heeft. Dat mag Daniël straks zeggen.

Daniël heeft in z’n jonge jaren geleerd om de God van de hemel hoger te achten dan aardse machten

MET EEN MOND VOL TANDEN

Nebukadnezar laat alle wijzen van Babel optrommelen, alle kenners van de heilige geschriften, de geestenbezweerders, de tovenaars om zijn droom te vertellen en te duiden. Maar volgens hen is het een onmenselijk verzoek. ‘Er is geen mens op de aardbodem die de zaak van de koning te kennen zou kunnen geven’, en: ‘Er is niemand anders die het in de tegenwoordigheid van de koning te kennen kan geven dan de goden, die hun verblijf niet bij de schepselen hebben.’ (Dan.2:10,11)
De wijzen beweerden altijd in contact te staan met de goden, maar nu blijkt dat dat helemaal niet het geval is en staan ze voor de koning met een mond vol tanden. Paulus zou later zeggen: ‘Waar is de wijze? (...) Heeft God niet de wijsheid van deze wereld dwaas gemaakt?’ (1 Kor.1:20)

HANDREIKING

Hoe anders is de God van Israël! De Schepper van hemel en aarde spreekt en geeft antwoord aan Zijn schepsel. We horen het van Daniël. Hij verneemt van Arioch, de bevelhebber van de koning, dat alle wijzen van Babel gedood moeten worden. Daniël wordt (opnieuw) met de dood geconfronteerd, maar blijft rustig. Hij zet geen paniek tegenover drift, maar verstand tegenover onverstand (Dan.2:14). Waarom ‘vreest’ Daniël niet? Omdat hij de HEERE vreest! Hij heeft in z’n jonge jaren geleerd om de God van de hemel hoger te achten dan aardse machten. Evenals in Daniël 1 waagt hij het in Daniël 2 opnieuw met de HEERE. Dat blijft niet ongezegend!

Dat is voor ons een mooie handreiking! Laten we niet in de kramp schieten vanwege het seculiere klimaat waarin wij ademen en terugdeinzen voor het praktisch atheïsme dat we volop om ons heen zien. Maar – net als Daniël destijds – alleen op de Levende vertrouwen en met Zijn macht en kracht rekenen. Dat is gemakkelijk gezegd, maar blijft een hele oefening! Ik krijg overigens niet de indruk dat Daniël bezig was met de vraag hoe hij God ter sprake moest brengen in zijn (werk)omgeving. Hij deed trouw en toegewijd zijn werk en dat werd gezien en gewaardeerd. Maar toen hij onverwacht en ongedacht de gelegenheid kreeg om God groot te maken, deed hij dat bescheiden en beslist.

GOD TER SPRAKE BRENGEN

Nebukadnezar vraagt aan Daniël: ‘Bent u in staat mij de droom te laten weten die ik gezien heb, en de uitleg ervan?’ (Dan.2:26) Nee, ‘maar er is een God in de hemel Die verborgenheden openbaart’ (Dan.2:28). De ziener, die één en ander van God te zien kreeg, wijst van zichzelf af op de God van de hemel. ‘De grote God heeft de koning laten weten wat er hierna geschieden zal’ (Dan.2:45).

Hoe zullen we God ter sprake brengen? Eerst mét God spreken. Dan groot van God spreken. Eerst gevouwen handen en gebogen knieën. Dan een geopende mond en een duidelijke stem. Zwak in onszelf, maar sterk in God. God is goed en God is groot, opdat groten der aarde weten wie de God van Israël is, de Vader van Jezus Christus, Die leeft en regeert tot in alle eeuwigheid.

Ds. M. Maas is predikant van de hervormde gemeente te Veenendaal.

Volgende keer: in het dal van Dura.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen