Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

VOLWAARDIGE LEDEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VOLWAARDIGE LEDEN

Pastoraat – homo’s en lesbiennes in de gemeente

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Over een homoseksuele gerichtheid hoeft iemand zich niet schuldig te voelen, op zichzelf is het geen zonde. Het stelt wel voor vragen, ook binnen de christelijke gemeente. Hoe gaat die in de praktijk om met homo’s en lesbiennes in haar midden?

Als je ontdekt dat je homo bent, is de drempel hoog om dat kenbaar te maken in je omgeving: je ouders, familie, vrienden, en ook de gemeente. Er is gaandeweg wel meer openheid gegroeid en ruimte ontstaan, maar nog altijd ligt het niet voor de hand om naar je predikant te gaan. Nog altijd verlaten de meeste homo’s hun gemeente, niet zelden met stille trom. Dat is tekenend. Er is nog veel achterstallig huiswerk te doen voor de christelijke gemeente, in prediking, voorbede, pastoraat en catechese. Ik richt me in dit artikel vooral op pastoraat.

BEGINSITUATIE

In essentie is er maar één manier om behouden te worden: door het geloof in Christus. In de gemeente leven we samen van Gods genade. En we zoeken samen hoe we in de navolging van Jezus kunnen wandelen. Dat is een zware worsteling, voor iedere christen, hoe je ook geaard bent. Pastoraat beoogt elkaar daarbij te helpen. Soms wil een kerkenraad helder krijgen hoe het gemeentelid denkt over homoseksuele relaties. Het omgekeerde gebeurt ook: een homo wil van een predikant of kerkenraad eerst weten hoe hij daarover denkt. Dat lijkt me echter geen goede start voor een echte ontmoeting. Wij zoeken niet naar iemands mening. Wij zoeken naar het hart van een broeder of zuster. Er is veiligheid nodig waarin iemand zijn/haar verhaal kan vertellen, zonder dat de bijbehorende gevoelens weggesluisd worden achter bijbelteksten. Homo’s vragen terecht van de gemeente: zie mij staan, als mens, als broeder of zuster in de Heere. Terzijde: natuurlijk gaat de communicatie direct mis, wanneer de gemeente (onbewust?) homoseksualiteit verbindt met immoraliteit, met gay-parade etc.

ERKENNING

Het lijkt mij wijs om eerst te erkennen dat er een probleem is. Ik kwam nooit een homo tegen die in eerste aanleg blij was homo te zijn. Je kiest er niet voor. Het is een schokkende ontdekking die je aanvankelijk voor jezelf probeert weg te stoppen. Je vraagt je af: waarom heeft God mij zo gemaakt? Ben ik fout? Ben ik zondig? Je voelt je alleen, onbegrepen, mislukt, je trekt je terug. Ik doe mijn ouders een groot verdriet. Ik zal niet kunnen trouwen zoals een ander. Hoe ziet mijn toekomst eruit? Kortom, je wereld stort in. Goed pastoraat begint ermee al dergelijke verwarrende gevoelens te horen, écht te horen, er ruimte aan te geven. In de gemeente gebeurt van alles waar je als kerkenraad geen pasklaar antwoord op hebt. Als pastor kun je zo vaak een bepaalde situatie niet oplossen. Juist dan komt het erop aan nabij te blijven, midden in verwarring en pijn.

VERHELDERING

Van daaruit kun je samen zoeken naar verheldering. De pastor heeft hier de taak om duidelijk te maken dat homoseksuele gevoelens in zichzelf niet zondig zijn. Er staat geen isgelijkteken tussen homo zijn en zondaar zijn. Dat onderscheid is belangrijk, want het gebeurt nogal eens dat een homo denkt: ik had beter nooit geboren kunnen worden, ik mag er niet zijn. De pastor moet duidelijk maken dat je je niet schuldig hoeft te voelen over je homoseksualiteit als zodanig.

Verheldering ontstaat als je naar jezelf (homo of hetero) kijkt door de ogen van God. Dat wil zeggen: door het geloof, door hartelijke overgave aan de Heere Jezus. In Zijn Naam kan gebeden en beleden worden: U bent mijn Schepper. U doorgrondt en kent mij. (Ps.139) U hebt met mijn leven een bedoeling. Dat betekent nog niet een antwoord op alle vragen, en ook geen einde aan alle tranen. Maar er groeit wel een fundamenteel vertrouwen als basis onder je bestaan: God is te vertrouwen, hoe dan ook. Dankzij Christus geldt Zijn liefde ook mij.

Dat is het beslissende, ook al is er nog niet alles mee gezegd. Maar vanuit dit geloof wordt het mogelijk met al mijn verdriet, vragen en pijn, te zoeken naar de weg van God. Bij een open Bijbel. Met vallen en opstaan. Dat geldt voor elk christen, homo of niet. Homo zijn en identiteit hangen samen, maar zijn niet identiek. Je identiteit is in Christus.

KWESTIE

Herman van Wijngaarden vertelt ergens dat ds. H.G. de Graaff hem de term ‘kwestie’ aanreikte. Homoseksualiteit is geen zonde, maar het is ook niet een normale variant van seksualiteit waarover we niet moeilijk moeten doen. Het is en blijft een ‘kwestie’. In het licht van Gods goede schepping heeft het ergens te maken met gebrokenheid. Je kunt jezelf als homo niet veranderen. Je zult het moeten doen met wie je bent. Dat laatste geldt in zekere zin voor elk mens, maar het is toch te gemakkelijk om het daarmee af te doen. Homoseksualiteit is niet te vergelijken met een ziekte, ook niet met een handicap. Er blijft iets raadselachtigs in.

NAVOLGING

In de christelijke gemeente worden wij allen geroepen ons kruis op ons te nemen en Christus na te volgen. Iedere christen is geroepen om rein te leven, binnen en buiten het huwelijk. En ieder van ons weet hoe moeilijk dat is. Ik besef dat zulke grote woorden ook zomaar een dooddoener kunnen worden. In zekere zin blijft het voor homoseksuele christenen moeilijker om uit te vinden: hoe kan ik als homo christen zijn? Hoe ga ik in het voetspoor van Jezus (1 Petr.2:21)? Maar toch is het belangrijk om als gehéle gemeente te weten van navolging. Wij hebben allemaal te waken tegen grensoverschrijdende seksuele contacten en verkeerde internetsites. Ook veel heteroseksuele mensen leven ongewild celibatair. In principe hebben zij de mogelijkheid om daar iets aan te doen, dat is een groot verschil. Maar tegelijk geldt dat elk christen geroepen is de heiliging te volbrengen in de vreze des Heeren (2 Kor.7:1).

PERSPECTIEF

De navolging van Christus is in het Nieuwe Testament gericht op het komende Koninkrijk. Dat is voor westerse christenen moeilijk toe te eigenen. Onze focus is op het hier en nu. Wanneer de Heilige Geest in ons woont, verlegt Hij de focus naar Christus, ons Hoofd in de hemel. Hij leidt ons naar Zijn heerlijke toekomst. Onze bestemming als mens wordt uiteindelijk niet bereikt met wat deze wereld te bieden heeft. Heiliging is voorbereiding op de ontmoeting met Hem. Ook homoseksualiteit kan geheiligd worden. Dat biedt perspectief. Maar niemand wordt zonder lijden geheiligd.

Vanuit dit perspectief bezien confronteren homochristenen de christelijke gemeente met een vraag: weet u van dagelijkse bekering? Weet u van zelfverloochening, vreugdevol kruisdragen en heiliging? Kunt u ons dat leren? Gaat u ons daarin voor? Openheid bieden voor homo’s in de gemeente heeft een boemerangeffect. Is dat misschien mede een reden dat we er als kerkenraden en gemeenten zo verlegen mee zijn? Laat de gemeente een oefenplaats zijn. In een langdurig en zorgvuldig pastoraal traject komt uiteindelijk ook een keer de vraag naar de eigen verantwoordelijkheid. Dat is altijd zo, en ook in dit geval. Je bent als homo niet alleen maar zielig. Je bent ook niet alleen maar homo. Je bent een volwaardig gemeentelid, geschapen en geschonden, met gaven en vragen, met grenzen en mogelijkheden. Neem als homo je eigen verantwoordelijkheid voor Gods aangezicht. Dat kan ook. Niet in eigen kracht, maar door de kracht van God. Iemand is en blijft homo, maar Hij weet de weg voor homo’s. Laten ze die weg gaan, moedig, in vertrouwen.

TUCHT

Nadat alle denkbare pastorale wegen bewandeld zijn, kan een kerkenraad toch voor de vraag komen te staan: wat te doen in het geval een gemeentelid (hetero of homo) niet een bijbels huwelijk aangaat, maar kiest voor samenwonen? Naar mijn inzicht kan zo iemand geen leidinggevende functie in de gemeente vervullen.

Als een kerkenraad de betreffende persoon van het avondmaal wil weren, moet hij van tevoren wel bedenken op welk moment deze maatregel weer zal eindigen. En: als een kerkenraad de tucht wil handhaven op het terrein van het zevende gebod, maar op andere terreinen geen enkele actie onderneemt, maakt hij zichzelf ongeloofwaardig. Kortom, ik zou over de bijbelse betekenis van het huwelijk helder zijn, en met tuchtmaatregelen uiterst terughoudend.

Ds. J.A.W. Verhoeven is predikant van de hervormde gemeente te Krimpen aan den IJssel en lid van het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 november 2018

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

VOLWAARDIGE LEDEN

Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 november 2018

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's