Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

KOM, LATEN WIJ AANBIDDEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

KOM, LATEN WIJ AANBIDDEN

Waar zijn onze knielbanken gebleven?

6 minuten leestijd

Het lijkt vanzelfsprekend. Als de wijzen uit het Oosten bij het Kind zijn, vallen ze neer op hun knieën om de geboren Koning eer te bewijzen. Hoe is dat bij ons? Knielen wij ook voor Jezus?

De diepe zin en betekenis zal de wijzen niet bekend geweest zijn, maar hun was wel duidelijk dat hier meer aan de hand was dan de geboorte van een kind. Het stond in de sterren te lezen dat er met dit Kind een Koning was geboren. En die wetenschap bracht hen ertoe op reis te gaan om deze Koning te aanbidden. Dat is immers wat een koning toekomt.

Hoeveel te meer past het ons, eeuwen later, om de Koning der koningen te aanbidden. Hij Die gezeten is aan de rechterhand van God en gegeven is alle macht in hemel en op aarde. Kom, laten wij aanbidden.

KNIELEN

In de talloze afbeeldingen die er gemaakt zijn van de aankomst van de wijzen uit het Oosten in Bethlehem, worden ze in geknielde houding afgebeeld. Dat is precies wat ze gedaan hebben. Mattheüs schrijft dat toen de wijzen in het huis kwamen en het Kind vonden met Maria, zij neervielen en het Kind aanbaden (Matt.2:11). Dat is wat het Griekse woord ook letterlijk betekent: neervallen op je knieën, waarbij het bovenlichaam naar voren buigt tot het hoofd de grond raakt. Het is een gebruikelijk ritueel, bekend uit de oosterse hofgebruiken. Zo is je houding tegenover een koning: verering en onderwerping. Het is ook wat we in de meeste godsdiensten terugvinden, wanneer de mens geconfronteerd wordt met de godenwereld. In dat licht is het niet vreemd wanneer de wijzen in aanbidding neerknielen. Immers hun was bekendgemaakt dat er een Koning geboren was, een bijzondere Koning. Kom, laten wij aanbidden, die Koning.

GROOTHEID

Deze aanbidding is een gevolg van de majesteit van deze Koning. Zijn grootheid roept het af. En waar mensen dit ook maar merken, vallen ze voor Zijn voeten neer. Helaas ziet niet iedereen die grootheid en majesteit. En zo zijn er die zich niet neerbuigen of daar toch wel de nodige moeite mee hebben. We hebben de aansporingen hard nodig (Ps.96):

Aanbid Hem nederig al uw leven, Hem Die in het heiligdom verheven, een goddelijk licht van Zich verspreidt.

Deze aanbidding bergt ook een geweldige belofte in zich. Immers, een van de elementaire geestelijke wetten is dat je wordt wat je aanbidt. In de aanbidding van dit goddelijke Kind mogen we uiteindelijk ook delen in al Zijn weldaden, het eeuwige leven, gerechtigheid en heerlijkheid.

Het geeft te denken wanneer mensen massaal door de knieën gaan voor geld, status en vermaak. Niet minder zorgelijk is het wanneer we, ook binnen de kerk, het gevoel en de emotie zijn gaan aanbidden.

ONZE HOUDING

Misschien dat onze houding wanneer wij samenkomen een signaal is. Wanneer we namelijk afbeeldingen zien van huidige bijeenkomsten rond de geboren Koning, levert het een wat ander plaatje op dan het tafereel van de wijzen rondom de kribbe in Bethlehem. Daarbij kent onze protestantse traditie een diversiteit aan gebruiken en vormen. Er zijn zelfs speciale aanbiddingsdiensten met bijbehorende vormen. Opmerkelijk is wel dat de meest passende vorm van aanbidding, het knielen, bij mijn weten nauwelijks voorkomt. Een houding die de Rooms-Katholieke Kerk overigens nog wel kent.

Hoe verhoudt zich dat tot de houding van de wijzen uit het Oosten? Natuurlijk vraagt Christus in de eerste plaats een vorm van aanbidding in heel ons leven en in het bijzonder in de binnenkamer. Maar onze samenkomsten zijn toch godsdienstoefeningen? Hier oefenen we ons toch ook in aanbidding? Moet daarin het hemelse niet tot voorbeeld zijn voor het aardse leven?

HEMELSE LITURGIE

In Openbaring 4 en 5 lezen we dat Johannes een inkijkje krijgt in de hemelse liturgie. En we zien dat deze liturgie gekenmerkt wordt door een diepe eerbied voor Hem Die op de troon zit. Rondom de troon ziet Johannes 24 andere tronen staan met daarop 24 ouderlingen, gekleed in witte gewaden en met kronen op hun hoofden. En als Johannes dan de engelen hoort zingen ‘Heilig, heilig, heilig is de Heere God, Die was, Die is en Die komt’, werpen de ouderlingen, als representanten van de kerk van alle tijden en plaatsen, zich op de grond en aanbidden Hem Die leeft in alle eeuwigheid. Ook hier nadrukkelijk de knieval als teken van diepe eerbied voor Hem Die gezeten is op de troon, de Almachtige God.

Als Paulus in i Korinthe 14 wat orde wil brengen in de samenkomst, valt het direct op dat hij nauwelijks iets zegt over al die dingen waar we in latere tijden zo druk over gediscussieerd hebben (welke liederen we zingen en welke instrumenten we gebruiken). Voor de apostel gaat het vooral om de aanbidding van de levende God. En, zo schrijft hij, wat zou het mooi zijn wanneer iemand in de samenkomst komt en daar God ontmoet en ontdekt wordt aan zichzelf, met als gevolg dat hij zich met het gezicht ter aarde werpt en God aanbidt, en verkondigt dat God werkelijk in uw midden is (1 Kor.14:25). Dat is waar het om moet gaan als wij samenkomen.

HEMELSE ORDE

Het mag ons dan toch wel verbazen dat wij in onze protestantse liturgie nauwelijks meer ruimte hebben om aan deze hemelse orde gehoor te geven, behalve op bijzondere momenten bij een huwelijk, de bevestiging van een ambtsdrager of bij het doen van belijdenis. Waar zijn onze knielbanken gebleven?

Het is halverwege de vorige eeuw nog wel geprobeerd door dr. W. Aalders. In de Maranathakerk te Den Haag werden knielbanken geplaatst en kreeg het knielen een plaats in de liturgie. Dit ging echter niet zonder slag of stoot. In De Waarheidsvriend reageerde dr. J. Severijn met een artikel dat de titel draagt ‘Verroomsing!’ Nu, dat zegt genoeg. Severijn weet dat het de christen siert om te knielen voor de levende God, maar niet in de zondagse samenkomst. Dat zou een knieval betekenen voor Rome. De knielbank is geen gemeengoed geworden.

En ik lees ook weinig pleidooien voor dit gebruik in onze erediensten. Dit valt temeer op, omdat we heden ten dage wel de discussie kennen of we niet zouden moeten dopen door onderdompeling. Het argument daarbij is dat het Griekse woord letterlijk onderdompelen betekent. Daar is wat voor te zeggen, maar zouden we dan niet eerst eens een wat eenvoudiger discussie kunnen voeren over de juiste wijze van aanbidding? Maar die discussie voeren we niet. En met alle vernieuwingen die in kerken en gemeenten worden ingevoerd, is eentje opvallend afwezig: het knielen. Je zou bijna gaan denken dat daar meer achter schuilt. Vinden we het toch wat lastig om letterlijk neer te vallen voor de Koning der koningen?

KLEIN

Het moet voor de christen een grote vreugde zijn om voor de Koning der koningen ootmoedig eer en dank te betuigen. Natuurlijk, dat kan ook thuis, in de binnenkamer. Als het dan maar gebeurt. Laten we dan maar klein beginnen. Onze God is het zo waard. Hij is groot, machtig en waardig te ontvangen eer, lof, dank en aanbidding. Wat een vreugde is het om je klein te maken voor deze grote God. Juist in de aanbidding van Hem Die het leven is, mogen we onze kleinheid vieren. Kom, laten wij aanbidden, die Koning!

Ds. G.C. Bergshoeff is predikant van de hervormde gemeente te Scherpenzeel.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 december 2018

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

KOM, LATEN WIJ AANBIDDEN

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 december 2018

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's