INNERLIJK BEWOGEN
Het emotionele leven van Jezus (1)
De Heere Jezus heeft een rijk emotioneel leven. Het is opvallend dat Hij innerlijk met ontferming bewogen is. Het Griekse werkwoord betekent eigenlijk: Zijn ingewanden rommelen.
Het woord verwijst naar vitale delen als nieren en ingewanden. In de Bijbel is dit de sterkste uitdrukking voor bewogenheid. Meer passie kan Jezus niet tonen. In bijbelse taal zetelt ons verstand in ons hoofd, ons geloof in ons hart en ons gevoel in onze buik.
RECHEM
In het Oude Testament wordt een bijzonder woord gebruikt voor ontferming. Het woord rechem heeft oorspronkelijk de betekenis van ‘moederschoot’. Zoals een moeder zich ontfermt over haar pasgeboren kindje, zo ontfermt de Heere Zich over wie Hem vrezen (Ps. 103:13).
In het Nieuwe Testament wordt het accent gelegd op het feit dat ontferming van Gods kant komt. Maria zingt een loflied op Gods ontferming (Luk.1:54). In de berijming van de lofzang van Zacharias staat dat God ons in Jezus Zijn barmhartigheid toont, omdat Hij met ons lot bewogen is (Luk.1:78). Naast het woord ‘ontferming’ wordt veelvuldig het woord ‘barmhartig’ gebruikt (Grieks: eleos). God is de Vader der barmhartigheden (2 Kor.1:3). Hij ontfermt Zich in het bijzonder over lijdende mensen (Jak.5:10 en 11).
ONTFERMING
De uitdrukking ‘innerlijk met ontferming bewogen’ komt in de eerste drie evangeliën voor: Mattheüs, Markus en Lukas. Het is opmerkelijk dat deze uitdrukking uitsluitend op Jezus wordt betrokken: Hij kent de diepste en sterkste vorm van bewogenheid.
Jezus is bewogen met over de grote menigte (Matt.14:14, 15:32 en 20:32). Jezus is echter ook bewogen met individuen. Hij ontfermt Zich over een melaatse (Mark.1:41) en over de moeder van de jongen uit Naïn (Luk.7:13).
De diepste bewogenheid van Jezus komt openbaar op de kruisheuvel Golgotha. Daar rommelen Zijn ingewanden: zo lief heeft Hij zondaren dat Hij voor hen stierf!
AAN DE SLAG
Jezus zet Zijn innerlijke bewogenheid direct om in liefdevol handelen. Zijn compassie leidt tot actie. Bij de tweede wonderbare spijziging neemt Hij het initiatief om de nood van vierduizend mannen, niet meegerekend de vrouwen en kinderen, te lenigen. Zodra Hij de nood van deze mensen ziet, gaat Hij aan de slag: ‘En Jezus riep Zijn discipelen bij Zich en zei: Ik ben innerlijk met ontferming bewogen over de menigte, omdat zij al drie dagen bij Mij gebleven zijn, en zij hebben niets wat zij kunnen eten; Ik wil hen niet nuchter wegsturen, opdat zij onderweg niet bezwijken.’
DRIE DAGEN
Zoals Jona drie dagen en drie nachten in de buik van de grote vis zit en zoals de Heere drie dagen en drie nachten in het hart van de aarde zal liggen (Matth.12:40), zo lijdt deze menigte drie dagen honger.
Drie dagen hoeft niet letterlijk drie keer vierentwintig uur te zijn. De Joden tellen namelijk delen van een dag als een hele dag. Een goed voorbeeld daarvan is de tijd die Jezus in het graf gelegen heeft. Hij wordt op vrijdagavond begraven, Hij ligt de hele zaterdag in het graf en Hij staat op zondagmorgen op. Dat is niet drie keer vierentwintig uur, maar dat zijn wel drie dagen: vrijdag, zaterdag en zondag.
De geestelijke betekenis van deze drie dagen gaat heel diep. Jezus geeft hiermee aan dat de maat van het lijden vol is, drie is immers het getal van de volheid. Deze mensen hebben nu genoeg geleden, en moeten direct geholpen worden. Op Gods tijd grijpt Hij in. Als de nood van de mensen op het hoogst is en als de bewogenheid van de Heere Jezus het sterkst is, is de redding nabij. Na drie dagen!
UITDELEN
Jezus schakelt Zijn discipelen in bij het uitdelen van het brood. Zij ontvangen allereerst het brood uit de hand van Jezus en vervolgens delen zij het brood uit aan anderen. Jezus vult eerst hun lege handen, zodat zij daarna de lege magen van de menigte kunnen vullen. Hij schakelt hen in als tussen-persoon, als bemiddelaar. Zij vormen de verbindende schakel tussen Jezus Die overvloed heeft, en de schare die honger lijdt.
Deze methode past God nog steeds toe. Hij gebruikt ouders om hun kinderen een christelijke opvoeding te geven. Hij schakelt ambtsdragers in om de gemeente te brengen bij de grazige weiden van het Woord. Hij rust gemeenteleden toe om anderen te vertellen waar zij het Brood des levens kunnen vinden. Petrus spoort ons aan: ‘Laat ieder de anderen dienen met de genadegave zoals hij die ontvangen heeft, als goede beheerders van de veelsoortige genade van God.’ (1 Petr.4:10)
ZEVEN BRODEN
De Heere Jezus vermenigvuldigt zeven broden. Uiteindelijk rapen de discipelen zeven manden met brokken op. In dat getal zeven ligt een bemoediging. God doet geen half werk. Hij geeft mild en overvloedig. Zijn diepe bewogenheid maakt van Hem een gulle Gever. Deze woorden herinneren ons aan de viering van het heilig avondmaal. Hij breekt het brood en deelt het uit. Hij schenkt de wijn in en laat de beker rondgaan. Hij voedt onze hongerige harten, omdat Hijzelf het Brood des levens is. Hij verkwikt onze dorstige zielen, omdat Hijzelf het Water des levens is.
En aan het einde van de maaltijd ligt er altijd nog veel brood op de schaal. Er is overvloed aan genade bij God.
Ds. H.J. van der Veen is predikant van de hervormde gemeente te Sliedrecht.
Volgende week deel 2 in deze serie, over Jezus’ toorn.
En Jezus riep Zijn discipelen bij Zich en zei: Ik ben innerlijk met ontferming bewogen over de menigte. Mattheüs 15:32
OM OVER NA TE DENKEN
• Welk beeld hebt u van God?
• Met welke gezindheid kijkt u naar de mensen in uw omgeving?
• Hoe kunt u de innerlijke bewogenheid van Jezus weerspiegelen?
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 24 januari 2019
De Waarheidsvriend | 24 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 24 januari 2019
De Waarheidsvriend | 24 Pagina's