Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

HOPENDE EN UITZIENDE

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

HOPENDE EN UITZIENDE

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Hopende: Zo zijn we dus nu gekomen tot het 21e hoofdstuk van het boek der Openbaring- De twee laatste hoofdstukken van het boek der Openlbaring zullen ons bepalen bij de heerlijkheid van het nieuwe Jeruzalem, Dit hoofdstuk begint met ons te zeggen: En ik zag een nieuwe hemel en een nieuwe aarde; want de eerste hemel, en de eerste aarde was voorbij gegaan, en de zee was niet meer.

Van deze nieuwe hemel en nieuwe aarde is ook al gesproken door de profeet Jesaja. Zo lezen we in Je& aja 65 vers 17: Want ziet. Ik schep nieuwe hemelen en een nieuwe aarde; en de vorige dingen zullen niet meer gedacht worden, en zullen in het hart niet opkomen. En in Jesaja 66:22 lezen we:

Want gelijk als die nieuwe hemel en die nieuwe aarde, die Ik maken zal, voor Mijn aangezicht zullen staan, spreekt de Heere, alzo zal ook ulieder zaad en ulieder naam staan. En zo is het dat ook de apostel Petrus over die nieuwe hemel en die nieuwe aarde spreekt in 2 Petrus 3:13, zeggende:

Maar wij verwachten, naar Zijn belofte nieuwe hemelen en een nieuwe aarde in dewelke gerechtigheid woont. Hoe ver strekkend zijn de beloften van de geschriften van het Oude Testament al geweest. Niet alleen zijn er beloften gedaan aangaande de komst van Christus in het vlees en van de uitstorting des HeiUgen Geestes, alsook van de toebrenging aller volken, maar zelfs is er ook gesproken over wat er na de oordeelsdag zal plaatsvinden, als God zal scheppen een nieuwe hemel en een nieuwe aarde waarop gerechtigheid wonen zal. En Johannes nu heeft die nieuwe hemel en die nieuwe aarde in de geest al mogen zien.

Uitziende: Wat Johannes hier zegt, is op de strijdende Kerk op aarde niet toe te passen, zoals sommigen doen. We hebben nu bij het laatste oordeel uitvoerig stU gestaan, gelijk als dat oordeel aan Johannes in een gezicht getoond werd. Daarop zou volgen de schepping van een nieuwe hemel en een nieuwe aarde. De vraag is nu, hoe we die schepping van een nieuwe hemel en een nieuwe aarde hebben te verstaan. Onze kanttekenaren tekenen bij 2 Petrus 3:10 het volgende aan:

„Hoe dit voorbijgaan of vergaan van hemel en aarde geschieden zal, zijn er verschillende meningen, zo van oude als van nieuwe leraars-

Sommigen menen, dat de substantie of het wezen zelf der wereld ten enermiale zal vergaan en vernietigd worden; anderen dat alleen de hoedanigheid derzelve zullen vergaan en veranderd worden, en de substantie of wezen blijven. Welke mening wel de algemene en waarschijnlijkste is. Zie Ps. 102:26, 27; Rom. 8:19. „Onze kanttekenaren zijn dus het gevoelen toegedaan, dat we door de schepping van een nieuwe aarde geen vernietiging van de vorige hemel en aarde hebben te verstaan, maar een wezenlijke vernieuwing. De hemel en de aarde zullen dus in hun wezen blijven, doch in hoedanigheden alleen veranderd worden.

De gedaante van deze wereld gaat dus slechts voorbij.

Hopende: Het is daarom ook, dat de Heere Jezus van deze schepping een nieuwe hemel en een nieuwe aarde als van een wedergeboorte gesproken heeft. Zo

heeft Hij tot Zijn discipelen gezegd:

Voorwaar Ik zeg u, dat gij die Mij gevolgd zijt, in de wedergeboorte, wanneer de Zoon des mensen zal gezeten zijn op de troon Zijner heerlijkheid, dat gij ook zult zitten op twaalf tronen, oordelende de twaalf geslachten Israels. Deze tekst wordt ook nogal eens verkeerd gebruikt. Men zegt dan, dat deze tekst zegt, dat de discipelen die Hem gevolgd waren, in de wedergeboorte (dat is de vernieuwde schepping) met Hem zouden zitten op twaalf tronen, oordelende de twaalf geslachten Israels. De wedergeboorte waarover in die tekst gesproken wordt is dus de vernieuwde schepping. Maar hoe het nu ook met die vernieuwde schepping zijn zal, dit is zeker, dat de heerlij Mieid van die nieuwe hemel en aarde nooit te beschrijven is.

Uitziende: Er wordt hier dan ook gezegd: want de eerste hemel en de eerste aarde was voorbijgegaan. Dat wil zggen, dat het ganse schepsel vrijgemaakt zal zijn van de dienstbaarheid der verderfenis waaronder het door de zonde zucht. Zo zal er weer een volkomen herstel plaatsvinden ook van de schepping in haar vorige staat, toen de zonde haar intrede nog niet had gedaan.

Dit staat met het verlossingswerk van Christus dus nauw in verband.

Nu moet het ganse schepsel zuchten onder de gevolgen van onze zonden. En Gods volk kan onder allerlei tegenheden en wederwaardigheden zo gebukt gaan, dat er geen oog meer is voor de schoonheid der natuur. Dan kan de heerlijkheid van de schepping Gods de ziel ook niet uit haar verslagenheid opwekken.

Zo wordt er hier reeds wat van verstaan dat de vernieuwde schepping met het verlossingswerk in verband staat- Alleen dan, als God weer eens in genade op hen neerziet, krijgt de natuur ook weer zo'n andere aanblik voor hen. Dan wordt er weer eens wat van beseft, wat het in de staat der rechtheid is geweest, als de ganse schepping juichte tot Gods eer.

Maar dan ook mag men wel eens vooruitzien op die vernieuwde schepping. Wat zal dat eenmaal wezen! Dan zal alles weer hersteld zijn in zijn vorige staat.

Hopende: Och vriend, hoe troostrijk zijn die twee laatste hoofdstukken van de Openbaring aan Johannes, daar die hoofdstukken ons laten weten welk een zaligheid de Kerk na alle moeite en strijd straks staat te wachten.

Johannes verkeerde in de druk. Maar wat heeft hij toch veel van de toekomstige heerlijkheid in zijn verdrukking mogen aanschouwen. Als God maar overkomt, dan kan Patmos een voorportaal des hemels worden, ja, van het nieuwe Jeruzalem.

Uitziende: Ik denk, dat U daar misschien ook wel eens wat van vertellen kunt. Ik heb wat van uw verdrukking gehoord en van wat ge daarin ondervonden hebt.

Hopende: Nu vriend, ik heb aan Johannes ook nog wel moeten denken. Die weg is ook wat voor hem geweest, om daar zo in stilte op Patmos te moeten verkeren, terwijl er toch ogenschijnlijk zoveel arbeid voor hem was te doen.

Maar op een ongezochte wijze werd mij uit meeleven iets te lezen gegeven, wat mijn ziel innerlijk heeft vertroost. Wat ik daar las, wat letterlijk mijn toestand. Het was een gedeelte uit de Bijbelverklaring van Dachsel over Hand. 24:23, waar we lezen hoe Paulus op bevel van Felix door de hoofdman bewaard moest worden. Ik zal U dat stukje eens even voorlezen. Hij schrijft daar van Paulus:

„Het zal hem nu en dan te moede zijn geweest als een dappere krijgsman, die met smarten als een gewonde in een hospitaal moet liggen, of als krijgsgevangene op een vesting moet zitten, terwijl daar buiten zijn kameraden overwinningen behalen en lauweren vergaderen. Maar als een getrouwe knecht zal hij ook daarin de goede en heilige wil van zijn Heere dankbaar hebben erkend en ootmoedig hebben geëerd. In deze tijd van gedwongen rust kon de rusteloze arbeider nieuwe krachten voor lichaam en geest verzamelen- In zo menig stil uur kon hij krachten verzamelen tot heilzame overdenking, kon hij biddende terugzien op de wonderbare wegen, welke de Heere met hem was gegaan sedert de dag van Damascus. Hij kon een onderzoekende blik slaan in zijn eigen hart, om het Evangelie van Jezus Christus, dat hij anderen gepredilct had, ook bij zichzelf steeds inniger te bewaren in zijn kastijdende, vertroostende en heiligende kracht. Hij kon zich in stilte toerusten tot de strijd welke hem nog wachtte, en in vrome verwachting uitzien naar het zalige doel der volmaaktheid, dat hij steeds meer naderde. Dergelijke uren van rust en verpozingen van de arbeid zendt de Heere nu en dan Zijn knechten toe tot hun inwendige loutering en vorming.

Jozef in de kerker, Mozes in Midian, Elia in de woestijn, Johannes in de gevangenis, Luther op de Wartburg, en vele andere knechten Gods hébben dat ondervonden. Als iets dergelijks iemand van ons wedervaart, als ons een lief arbeidsveld door de Heere ontzegd wordt, als ons de handen, die gaarne werkzaam zouden zijn, worden gebonden, als wij door de Heere voor langer of korter tijd, op zachtere of smartelijke wijze tot rust worden gebracht, op een ziekbed worden neergelegd, laat ons dan geloven, dat ook daarin voor ons een heilige roeping, een Goddelijke zegen ligt! Gij hebt lang naar buiten gearbeid, nu moet gij arbeiden aan uw eigen hart. Gij hebt in de wereld verstrooiing gezocht, nu zult gij weder tot uzelven komen. Gij hebt anderen gepredikt, nu zult gij aan uzelf de kracht der waarheid beproeven- Gij hebt gearbeid, nu yioet gij bidden.

Gij hebt voor dit tijdelijke leven gezorgd, nu moet gij ook met ernst denken aan het hemels vaderland. Zalig de knecht, die zo des Heeren wil erkent en vereert, hoe de Heere hem ook gebruiken wil. Voor hem wordt ook het ziekbed een bron van zegen, ook de kerker tot een heiligdom."

Tot zover Daohsel. Is dat geen treffend stukje vriend, in de omstandigheden waarin ik heb verkeerd? Ik hoop er de volgende keer nog wel iets meer van mogen te vertellen, welk een lering en troost mijn ziel in deze weg heeft mogen opdoen. Ik moet het er thans bij laten.

V.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 juni 1961

De Wachter Sions | 4 Pagina's

HOPENDE EN UITZIENDE

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 juni 1961

De Wachter Sions | 4 Pagina's