Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

DE BIJBELSE GESCHIEDENIS 97.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

DE BIJBELSE GESCHIEDENIS 97.

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Bileam zegent Israël. Vragen 581 t/m 590.

581. Toen de engel des Heeren Bileam tegen kwam was deze bijna aan het einddoel van zijn reis gekomen. We lezen ünmers Num. 22 dat de Engel des Heeren stond in een pad der wijngaarden, hetgeen er een aanduiding van is dat de reis door de onvruchtbare streken ten einde gekomen was. Bileams weg was een weg des verderfs, die in het begin wel breed en gemakkelijk is, veel geluk en voorspoed in het vooruitzicht stelt, maar hoe langer hoe nauwer wordt, totdat geen ontkomen meer mogelijk is en men in het gericht Gods onder Zijn toom nederstort in het eeuvwg verderf. BUeam ging niet ongewaarschuwd op die weg. Reeds tweemaal was de Heere hem verschenen in Mesopotamië. De eerste maal had de Heere hem verboden met Balak mee te gaan, zowel als Israël te vloeken. De tweede keer had de Heere wel toestemming gegeven om te gaan, maar niet dan onder de voorwaarde dat hij doen zou wat God zou zeggen.

Nu, aan het einde van zijn reis gekomen, komt de Heere hem nogmaals waarschuwen. Op indrukwekkende wijze toont God hem Zijn ongenoegen. Eerst zag Bileam hiervan niets; hij zag noch de Engel, noch diens uitgetrokken zwaard. De ezehn had de verschijning echter wel gezien en was de weg afgeweken. Toen stelde de engel zich in een plaats, waar de weg door de wijngaarden ging, die door stenen wallen van elkander gescheiden waren. De ezelin wist echter opnieuw uit te wijken, 'ditmaal door langs de ene stenen wal te schuiven, waarbij die voet van Bileam knel raakte. Opnieuw trok de engel zich terug, doch koos nu een plaats waar ontwijken niet meer mogelijk was. Toen legde de ezelin zich op de grond, waardoor Bileams toom ontstak en hij het dier begon te slaan. Op dat moment gebeurde het wonder: God opende de mond van de ezelin en bekwaamde het dier om te spreken. Gods onbegrensde macht kan zich evengoed van het dier be­ dienen als van de mens. Beiden, mens en dier, zijn als God het wil, instmmenten in Zijn hand ter verkondiging van Zijn welbehagen. Toen dit wonder geschied was, werd het Bileam gegeven de Engel des Heeren te zien. Hij wilde nu teragkeren, maar nu mag hij niet meer terag. Hij moet nu verder trekken en straks zal hij moeten spreken hetgeen God hem bevelen zal.

Al spoedig komt hij nu in het noord-oosteUjk gedeelte van Moabs grondgebied en ontmoet Balak, de koning der Moabieten.

Deze ontvangt hem met eerbetoon en heidense plechtigheden en brengt hem daarna op een hoge plaats, waarvan hij het vóór hem gelegerde Israël te zien krijgt. Nu zal BUeam zijn taak uit gaan voeren. Hij gedraagt zich daarbij als een waarzegger.

Om de Heere tot vloeken te bewegen, laat hij telkens op buitengewoon plechtige wijze zeven ossen en zeven rammen offeren, waarna hij zich afzondert. Maar inplaats van uit de hoogte de vloek over Israël te slingeren, wordt hij gedwongen Israël te zegenen. De Heere had een groot wonder gedaan door de mond van 'n redeloos dier te gebmik, om de valse profeet zijn dwaasheid bekend te maken en hem te waarschuwen voor zijn verderf. Hij zou nog een groter wonder doen, want Hij zou aan de mond van een goddeloos mensenkind, wiens hart hunkerde naar het loon der ongerechtigheid, in wiens binnenste niet anders dan vloeken gereed lagen, aan de mond van zulk een tegenstander zou Hij tot viermaal toe een zegenmg ontwringen, zo schoon en heerlijk als nauwelijks door de Godsman Mozes geuit zijn geworden. Na elke Godspraak toonde Balak aan Bileam zijn misnoegen en tot viermaal toe trachtte deze vanaf een andere plaats Israël te benaderen om hem met vloeken te overladen, maar gedurig werden het zegeningen. Nu de vraag: waarom wilde de Heere niet dat Bileam Israël vloeken zou?

582. In Num. 23 en 24 zijn Bileams spreuken opgetekend. Als u deze hoofdstukken naleest kunt u wel antwoord geven op de vraag oj Bileam een goede belijdenis van Israels God aflegde?

583. Kunt u ook iets navertellen van de zegeningen, die hij over het volk van Gods uitsprak ?

584 In welke Godsspraak voorspelde hij het koningschap van David en de komst van de Messias ?

585. Wat profeteerde hij over de vijanden van Gods volk?

586. Wat wenste hij voor zichzelven, inzonderheid met betrekking tot zijn stervensure?

587. Welke raad gaf hij aan Balak toen deze hem vertoornd huiwaarts zond, omdat hij niet gedaan had wat hij gewild had?

588. Welke gevolgen had die raad voor de Israëlieten?

589. Wie ijverder voor de Heere, zodat Gods toorn weer van Israël afgewend werd?

590. Hoe liep het met Bileam af ?

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 september 1966

De Wachter Sions | 4 Pagina's

DE BIJBELSE GESCHIEDENIS 97.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 september 1966

De Wachter Sions | 4 Pagina's