NOG EENS INENTING ALS VOORBEHOEDMIDDEL

(vervolg)

Het is een oude stelling, dat elke nieuwe inenting nieuwe ziekten brengt! Zo brak in Heidelberg een raadselachtige kinderziekte uit, waarvan er drie stierven. Het blad eindigt dit artikel met de woorden: Ieder wordt opgeroepen de inentingszucht van onze medische organen te breken!

Hetzelfde blad blijkt in haar nummer van januari 1963 haar standpunt t.o.v. deze inentingen door de mond (als bonbon, snoepje, klontje of drankje, de zogenaamde Schluckimpfung) geheel te handhaven, na april 1961 en mei 1962 er op gewezen te hebben, dat van de meest uiteenlopende zijden meldingen binnenkomen betreffende de nadeUge gevolgen óók van dit soort inentingen. Zo nam men in Berlijn waar, een opvallend en plotseling stijgen der gevallen van kinderverlamming als gevolg van deze Schluckimpfung. In Baden-Württemberg traden versterkt gezichtsstoringen op, die men afleidt van de Schluckimpfung. Het kantongerecht Offenburg sprak een chauffeur vrij van dood door schuld, omdat hij op 't moment van het ongeval aan gezichtsstormg leed, als het gevolg van de inenting, 't welk terzake kundigen bevestigden.

Ook wordt er op gewezen, dat er een directe samenhang bestaat tussen paralytische kinderverlamming en voorafgegane inenting tegen diphterie, pokken en kinkhoest.

Volgens het blad: Cesra-Wissenschaftiiche und therapeutische Mitteilungen der Cesra-Arzneimittelfabrik JuÜus Redei, Baden-Baden, maart april 1961, is de discussie in wetenschappelijke kringen over het verband: Poliomyelitis-amandeloperatie niet verstomd. In een gezin, van 6 kinderen kregen 5 poüo. Drie stierven en twee hielden zware verlammingen over. De ziekte ontstond enige dagen na oe amandeloperatie. Uit dit alles kan genoegzaam blijken, dat inenting of een suikerklontje als vervangingsmiddel er van, toch zo onschuldig niet is als er over voorgegeven wordt, en met name niet als voorbehoedmiddel. Blijkens deze voorstelling en verschiüende gevallen met dodelijke ailoop, kan er in die weg sprake zijn van doodsveroorzaking ot blijvend lichaamsgebrek, en dus van doodslag en van toebrenging van verminking, waar men dan heel zijn leven aan ondernevig blijft, zo tegen het 6e Wetswoord in.

Dat ziet ook Ds. G. H. Kersten duidelijk in in zijn Dogmatiek, 2e druk handelend over de voorzienigheid Gods. Hoort hem waarschuwen op p. 256: De vaccinatie heeft daarenboven dit ' ernstig bezwaar, dat men gezonde kinderen aan een behandeling onderwerpt, die zeer ernstige gevolgen voor de gezondheid medebrengen kan, ja oorzaak kan zijn en menigmaal geweest is van de dood. De algemeen verwekte encephaütis gaf hiervan zo overtuigend bewijs, dat de medici de gevaren niet langer konden verbloemen en de door de regering geoefende directe dwang werd opgeheven. Welke vaccine-stof men in verschillende landen van onderscheiden dieren ook bereidde, men kon de encephalitis niet keren. Steeds is tegen dwang geprotesteerd ook van juridische zijde (zie de Savornin Lehman: De vaccine-aanbidder) tot eindelijk de aanbidders van de vaccine hun dwingelandij moesten opgeven. Radeloos van smart hebben ouders, toen hun kind na de vaccinatie stierf uitgeroepen: Gij, dokter! zijt de moordenaar van mijn kind, neen niet gij maar ik."

Zou, wie zijn leven en dat zijner kinderen in de hand des Heeren stelt, aan een onverantwoordelijke vaccinatie zich in gezonde dagen durven onderwerpen? Bovendien gelooft de voorstander van de vaccinatie in eigen afgod niet. Ongevaccineerde kinderen werden van de school geweerd uit vrees, dat zij de gevaccineerde kinderen zouden besmetten. En die gevaccineerde kinderen moeten enkele Jaren althans immuun zijn. Zo de voorvechters niet meer vertrouwen in hun remedie hebben, kunnen zij van de tegenstander toch zeker geen geloof eisen.

Dan biedt de catechismus een hechter grondslag, zeggende dat gezondheid en krankheid van Gods Vaderhand ons toekomen.

Ook bij Ds. G. H. Kersten dus in de dogmatiek, evenals bij Ir. Van Dis, waar wr een vorige maal al op wezen, en in overeenstemming met het beginsel-program van de S.G.Peen krachtig getuigenis tegen de vaccinatie als voorbehoedmiddel in al zijn vormen. Het is hier naar het Woord der Schrift: We moeten Gode meer gehoorzaam zijn dan de mens. Hand. 4, 19. Daarom is het ook zo jammer, dat er leraren zijn, die dat standpunt van de Geref. Gem. gaan verzwakken, door te beweren, dat ieder het voor zichzelf maar weten moet en naar eigen geweten handelen.

Dat is wel gemakkelijk voor zichzelf om weg te schuilen voor de aanvallen van de wereld, maar is onzes inziens niet de rechte van 's Heeren wege gevraagde houding van een herder der schapen, om ze tegen de wolf te beschermen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen