De bijbelse geschiedenis 248

Antwoord 159 (vervolg)

Nu nog enkele opmerkingen met betrekking tot de prestaties der technische wetenschappen. We leven in de eeuw van de techniek. Iedereen komt daar min of meer mee in aanraking. De verwachting is dat de techniek zich de komende jaren krachtig zal ontwikkelen, vooral de z.g.n. automatisering. Wat zal men nog kunnen bereiken? Nu men er in geslaagd is het heelal binnen te dringen, meent men dat er mogelijkheden zijn voor de mens om nog eens nieuwe werelden te gaan bewonen.

De president van de V.S. noemde de dag, waarop de Amerikanen voor het eerst op de maan geland waren, de belangrijkste dag na de schepping! We weten dat God op de vierde scheppingsdag de grote lichten in het uitspansels des hemels heeft gemaakt en dat Hij het is, die in Zijn voorzienigheid tot op deze dag toe de hemellichamen in haar stand houdt en in haar banen leidt. Als er gevraagd wordt of er reden is zich te verwonderen over de geheimen van de hemellichamen dan zouden we David tot een voorbeeld moeten stellen toen deze uitriep: De hemelen vertellen Gods eer en het uitspansel verkondigt Zijner handen werk. De dag aan de dag stort overvloediglyk spraak uit en de nacht aan de nacht toont wetenschap. (Ps. 19) De Heere heeft in Zijn heilig Woord het doel van de schepping van zon, maan en sterren willen openbaren n.1. dat Hij ze gesteld heeft om licht te geven op de aarde en om te zijn tot teken en gezette tijden en tot dagen en jaren.

De mens heeft er geen belang bij om een ander gebruik te maken van Gods schepping, dan dat Hijzelf verordend heeft. President Nixon had dus wel goed opgemerkt dat het een bijzondere dag was, die dag van de maanlanding. Het was in de geschiedenis immers nog niet voorgekomen dat zo veel mensen tegelijk keken naar twee mannen die zoveel inspanning besteedden aan een niet-noodzakelijk technisch probleem. Zeker 500 miljoen mensen waren in de ban van de sensatie en hebben op het t.v. scherm de astronauten in levensgevaar zien werken aan iets dat geen nut heeft. Verdient de prestatie als zodanig niet onze waardering? Naar onze mening maar zeer betrekkelijk. In het algemeen is de oplossing van een technisch probleem niet zo moeilijk. In de oudheid hebben de Egyptenaren het gepresteerd geweldige pyramiden te bouwen. Men is er nog over verwonderd. Het is haast niet te begrijpen hoe zij de enorme hoeveelheden stenen opgestapeld kregen met de primitieven middelen van die tijd. Tegenwoordig beschikt men over allerlei uitstekende proefstations, laboratoria, enz.

Geld is er ook in overvloed beschikbaar. Onze overheid heeft dit jaar meer dan een miljard gulden uitgetrokken voor wetenschappelijk speur-en ontwikkelingswerk. Op het ogenblik zijn er op de wereld minstens een miljoen geleerden bezig met onderzoekingen op wetenschappelijk gebied. Er wordt verondersteld dat de wetenschap op deze wijze in tien jaar in omvang verdubbeld zal zijn. Allerlei nieuwe vindingen worden op concressen besproken en uitgewisseld. Het kan haast niet anders of de wetenschap gaat in deze eeuw met sprongen vooruit. We behoeven daaraan niet te twijfelen We kunnen wel de vraag stellen of men in staat zal blijken iets te bereiken van datgene, wat men een wezenlijk belang voor de mensheid zou kunnen noemen. Zal men zich van de vloek, die God op het aardrijk gelegd heeft, kunnen ontdoen? Onmiddellijk na de uitdrijving uit het paradijs is de mens feitelijk al begonnen met pogingen daartoe in het werk te stellen. In Gen. 4 lezen we al van drie mannen, die bijzonder begaafd waren. Het waren de zonen van Lamech, die zich krachtig ontplooiden. De eerste was Jabal. Hij was de grondlegger van de economische verbetering, hij zorgde voor het levensonderhoud van de mensen. Jubal was de man, die het leven veraangenaamde met muziek, spel en dans. En de derde, Tubal-Kaïn was de wapensmid, de leermeester van alle werkers in koper en ijzer.

Drie bekwame mannen dus. Zij stamden uit het geslacht van Kaïn. Er was in die tijd ook nog een ander geslacht op de aarde, n.1. dat van Seth. Seth werd een zoon geboren, zo lezen we in Gen. 4 : 26, hij noemde zijn naam Enos. Toen begon men de naam des Heeren aan te roepen. Enos betekent: wakke mens. In de tijd toen de zonen van Kaïn zich beroemden op eigen kracht en wetenschap omdat zij in staat bleken de geheime schatten der natuur productief te maken, waren er mensen die hun gebrek voelden. Uit de naamgeving van de kinderen kunnen we afleiden dat deze een indruk hadden van eigen onmacht en de nietigheid van de mensheid. En dit dreef hen tot de Heere, want men begon de naam des Heeren aan te roepen. Er was kennelijk droefheid over het gemis van God, die de bron is van het ware geluk. Vooral de vader van Noach gaf daarvan getuigenis als hij bij de naamgeving van zijn kind zeide: eze zal ons troosten over de smart onzer handen, va: wege het aardrijk, dat de Heere vervloekt heeft. De naam Noach zag in zijn diepste betekenis op de komst van het beloofde Zaad, waarvan hij als bouwer van de ark slechts een type was. Zo waren de gelovigen uit Seths geslacht niet te troosten met de vindingen van Jabal en Tubal-Kaïn. Neen, hun verwachting was hoger gericht. De door God beloofde Verlosser zou de verscheurde gemeenschap met Hem weer herstellen. Daarbuiten konden ze het niet stellen. En in de belofte hadden zij ook al deel aan die vertroosting. want we lezen van één uit Seths kinderen, dat hij met God wandelde.

Het geslacht van Kaïn liep steeds verder van God weg het probeerde van de wereld te maken wat er van te maken was. Maar deze Henoch genoot een ander voorrecht en hij zal getuigd hebben tegen de goddeloosheid van de mensen. We lezen daarvan in de brief van Judas, dat hij de zondaars gewezen heeft op het gericht, op het eindgericht dat komen zou. Zie de Heere is gekomen, zo lezen we in die zendbrief, met Zijn vele duizende heiligen, om gericht te houden tegen allen, en te straffen alle goddelozen. En de Heere gaf getuigenis aan Zijn bediening. We lezen dat God hem wegnam en hy was niet meer, In die wegneming lag een profetie en een teken dat al het werk, waarvoor de kinderen der mensen zich zo inspanden, op een teleurstelling zou uitlopen en dat het werk Gods eeuwig zal triomferen, zelfs over de dood.

Gods rechterhand is hoog verheven; Des Heeren sterke rechterhand Doet door haar daan de wereld beven. Houdt door haar kracht Gods volk in stand.

Ps. 118 : 8

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen