Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De wapenrusting Gods 146.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De wapenrusting Gods 146.

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Toepassing

“Uw lendenen omgord hebbende met de waarheid."

(Efeze 6 : 14b)

Ten eerste. Zij hadden vrijmoedigheid ontvangen om diegenen te bestraffen, die, in plaats van er naar te streven om in hun oordeel over de waarheid bevestigd te worden, er een studie van maken, hoe zij zich kunnen versterken in hun dwalingen. Ik ben er van overtuigd, dat sommige mensen zich meer moeite geven om zich van argumenten te voorzien, waarmede zij een dwaling, die zij hebben omhelsd, kunnen verdedigen, dan voor de gewichtigste waarheden des Bijbels; ja zij zouden liever op de brandstapel willen sterven om één dwaling, die zij hebben aangenomen, te verdedigen, dan voor alle waarheden, die zij belijden. Austin zegt van zichzelf toen hij een Manicheër was: Niet Gij, o Heere, maar mijn dwaling was mijn God." O het is moeilijk, om iemand, die het er op gezet heeft om een dwaling te verdedigen, terug te brengen! Hoe dikwijls werd niet de mond der Farizeën gestopt door onze Heiland; en toch werd er schier niemand van hen gered. Hun geest was te hoogmoedig om hun dwalingen te herroepen. Hoe! zullen zij afklimmen van de stoel van Mozes, en belijden, dat hetgeen zij het volk als een Godsspraak hebben geleerd, vals is! Liever willen zij er mede voortgaan, en het volhouden zo goed als zij kunnen, dan met schande terug te komen, ofschoon de schande niet stak in het beschaamd zijn over hun dwaling, maar in het zich schamen om het te erkennen. Het was een puntig antwoord dat een schaamteloos mens gaf, toen men hem, uit een huis der ontucht ziende komen, vroeg, of hij zich niet schaamde gezien te worden terwijl hij uit zulk een slecht huis kwam. "Neen", zeide hij, "de schande was om er in te gaan, maar het is eervol om er uit te komen". O mijn vrienden, het is erg genoeg om in een dwaling te vervallen, maar veel erger is het om er in te blijven volharden. Het eerste bewijst, dat gij een zwak mens zijt - , dwalen is menselijk, maar het andere maakt u de duivel gelijk, die heden nog van hetzelfde gevoelen is, als bij zijn eerste val. Ten tweede. Het bestraft hen, die alles doen wat zij kunnen om de overtuiging van anderen aan het wankelen te brengen, deze gordel om des Christens lenden los te maken. Zij komen met des duivels vragen in hun mond: Is het ook, dat God gezegd heeft? " Zijt gij er wel zeker van dat dit waar is? Bedriegen uw leraren u niet? met sluwheid arbeidende om achterdocht te verwekken in het hart der Christenen ten opzichte van de waarheden, die zij hebben ontvangen. Zodanigen waren zij, die de Galaten hebben beroerd, en die Paulus daarom "afgesneden" wenste te zien. Galaten 5 : 12. Zij arbeidden om hen in verwarring te brengen, door gemoedsbezwaren bij hen te doen ontstaan omtrent de leer des evangelies. Dit is niets dan een listige kunstgreep om hen ten laatste ook van het geloof af te trekken, en daarom wordt van hen gezegd, dat zij het geloof der toehoorders verkeren, 2 Tim. 2:14, Titus 1 : 11. Als de steunbalken los raken, dan zal het gehele huis in gevaar zijn van in te storten. Kunt gij geloven, dat iemand, die de fondamenten van uw huis ondermijnt, goede bedoelingen heeft? En dat doen zij, die de grote waarheden des evangelies in twijfel trekken. Maar dit schijnt in onze loszinnige eeuw slechts een klein gebrek, een onbeduidende fout geacht te worden, want anders zouden zovele verleiders - die ik geestelijke schelmen en landlopers zou willen noemen - niet toegelaten worden om evenals heidens rond te dwalen en de arme eenvoudige zielen te betoveren en te verderven. O het is treurig, dat hij die iets steelt, dat de waardij heeft van een paar schellingen voor zijn leven heeft te pleiten voor de rechtbank, ja soms wezenlijk ter dood wordt veroordeelde, terwijl zij, die de arme zielen beroven van de schat der zaligmakende waarheden, en het geloof verkeren van ganse huisgezinnen, stil hun gang mogen gaan, ja kunnen roemen in straffeloosheid. Het is treurig, dat lastering tegen God niet vervolgbaar is, terwijl lastering tegen de koning als hoogverraad wordt aangemerkt en gestraft. Het is goed, dat God de waarheid liever heeft dan de mensen haar liefhebben, want anders zouden dezen in beide werelden ontkomen. Maar God heeft zich tegen hen verklaard. Er is een dag, wanneer zij, die de zielen van de waarheid beroven, zullen ontdekt en veroordeeld worden als snoder misdadigers, dan zij, die de huizen van goud en zilver beroven. Zie hoe God hen in staat van beschuldiging stelt: Ziet, ik wil aan de profeten, spreekt de Heere, die Mijn woorden stelen, een ieder van zijn naaste, " Jeremia 23:30, Hij bedoelt de valse profeten, die het volk weglekken van de waarheden, die de getrouwe dienaren Gods hun overgeleverd hebben. Als God gezeten zal zijn als Rechter, dan zal er niemand worden gevonden, die de zaak der Godslasteraars en verleiders zal bepleiten.

Ten derde. Dit zou de vreemde wispelturigheid en onvastheid van oordeel kunnen bestraffen, waaronder zovelen in onze veranderzieke eeuw lijdende zijn. In het hart van vele belijders zijn de waarheden niet als vaste sterren aan de hemel, maar als meteoren, die zweven in de lucht. Zij zijn niet als letters in marmer gegraveerd, maar geschreven in het stof, die door iedere ademtocht der verleiders uitgewist kan worden. Er zijn velen, die denkbeelden aannemen, niet om ze te houden, maar om ze ieder ogenblik te verwisselen voor anderen. Nooit was er lichtzinniger eeuw dan die wij thans beleven. Men zegt wel eens van een modegek, dat hij zijn beeld ziende in de kleding van voor enige jaren, zichzelf nauwelijks zou herkennen in het gewaad, dat hij thans draagt, en hetzelfde kan men zeggen van hun denkbeelden. Wanneer velen, die een schone belijdenis hebben afgelegd, thans enigen van hun godsdienstige beginselen van voor tien of twaalf jaren zouden vergelijken met de beginselen, die zij heden zijn toegedaan, dan zouden zij bevinden, dat zij dezelfde mensen niet meer zijn. Zij hebben ze zó verruild en omgewisseld, dat zij geheel hun godsdienstige overtuiging schijnen veranderd te hebben. En het is niet te verwonderen, dat velen roepen om een nieuwe doop, als zij hun oud geloof hebben verzaakt. Niet dat dit ouder geloof, dat zij verzaakten, vals was, of dat het nieuwe, dat zij omhelsden, waar was, maar omdat zij of onbekend waren met de waarheid, die zij eerst hebben beleden, of in hun belijdenis onoprecht zijn geweest. En het is niet te verwonderen, dat de een op heel gemakkelijke voorwaarden datgene verlaat, wat hij op even zwakke gronden heeft aangenomen, als hij de thans weder opgeeft; of dat de ander, die de waarheid, welke hij heeft beleden, niet liefhad en niet heeft gebruikt, door God wordt overgegeven om haar te verlaten voor een dwaling. Indien de heidenen, die God niet verheerlijkt hebben met het licht der natuur, dat zij hadden - rechtvaardiglijk overgegeven werden om een verwerpelijk en onverstandig hart te hebben, zodat zij deden hetgeen onbehagelijk was en ongerijmd, dan zullen zij, die God hebben onteerd met het geopenbaarde licht der Schriftuurlijke waarheid, nog veel meer verdienen om overgegeven te worden aan hetgeen geestelijk boos is, namelijk om leugen en dwaling voor waarheid aan te zien. Als wij er het rechte inzicht in hadden, dan zouden wij het als een ontzettend oordeel beschouwen om rond te dwalen in een doolhof van dwaling, terwijl men denkt op de weg der waarheid te wandelen.

Vraag. Maar, zullen sommigen zeggen, hoe is het mogelijk, dat gewone belijders tot deze gevestigde overtuiging van de waarheid kunnen komen, wanneer zovelen, die grote gaven en talenten hebben, zo onvast zijn in hun overtuiging.

Eerste antwoord. Wij moeten tussen verschillende personen weten te onderscheiden. Er zijn mensen, die door grote gaven uitblinken, maar Godsvrucht missen om ze te bevestigen, en daarom is het niet te verwonderen, dat wij mensen met een ijdel vernuft onvast zien in de waarheid Gods. Niemand zal spoediger in dwaling vervallen dan de zodanigen, die wel een vlug verstand, maar geen eerlijk hart hebben. Zonder kweking en verzorging zal de

vruchtbaarste aarde het snelst met onkruid worden begroeid. Het waren mensen met ongeheiUgde gaven, die de leiders waren op de weg der dwaling, maar het waren de eenvoudigen en zwakken, die door hen geleid werden. Het zijn mensen met grote kennis, die uit hun verdorven hart de dwaling laten voortkomen, en het zijn de onwetenden, die haar van hen aannemen. Wanhoop dus niet om een vaste overtuiging te verkrijgen, zolang gij begeert een eerlijk oprecht hart te hebben, en nauwgezet gebruik maakt van de middelen. Gij hebt de belofte: De vreze des HEEREN is het beginsel der wijsheid", en "allen, die ze doen hebben goed verstand". Psalm 111 : 10. Tweede antwoord. Wij moeten weten te onderscheiden tussen waarheden. Er zijn fundamentele waarheden en er zijn waarheden, die tot de bovenbouw behoren. Nu zijn er wel sommigen, die ofschoon zij uitnemend zijn in Godsvrucht zowel als in gaven, toch in duisternis verkeren omtrent die waarheden, welke tot de bovenbouw en de bijkomende omstandigheden behoren - omdat God ze in verborgen zin in het Woord heeft nedergelegd - maar toch heerst er onder de Godvruchtigen een lieflijke harmonie omtrent de fundamentele waarheden, en daarin kunt gij door een getrouw gebruik maken der middelen voorzeker bevestigd worden. God heeft het zó beschikt, dat de dingen, die noodzakelijk zijn voor het leven en het onderhoud des lichaams, meer algemeen te verkrijgen en goedkoper zijn, dan die dingen, die slechts lekkernijen zijn of alleen maar tot pracht en staatsie dienen. Zo gaat het ook met onze zielen. Indien brood even duur was als koek, en water even schaars was als wijn. dan zou het grootste deel der mensheid van honger en dorst moeten omkomen. En evenzo: ndien de waarheden, die ter verlossing en zaligheid nodig zijn, even moeilijk te begrijpen waren en uit de Schrift opgehelderd moesten worden als sommige anderen, dan zouden vele weinig ontwikkelden en weinig scherpzinnige Christenen moeten omkomen, als er geen wonder gebeurde om hun te hulp te komen. Maar de zaligmakende waarheden des evangelies zijn eenvoudig en helder, en voor ieder verstaanbaar, behalve voor hen, die dit heldere water door hun eigen verdorven verstand troebel maken.

(wordt vervolgd)

1) In de tijd van de schrijver werd diefstal soms nog met de dood gestraft.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 juli 1992

De Wachter Sions | 8 Pagina's

De wapenrusting Gods 146.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 juli 1992

De Wachter Sions | 8 Pagina's