Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De wapenrusting Gods 147.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De wapenrusting Gods 147.

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

"Uw lendenen omgord hebbende met de waarheid."

(Efeze 6:14b)

Aanwijzingen om een gevestigd oordeel te hebben over de waarheid

Maar welke raad kunt gij mij geven om mijn oordeel over Christus' waarheid te bevestigen?

Eerste Aanwijzing. Wees oprecht in het doen, waarmede gij de waarheid omhelst. Yienwals en slecht hart en een ongezond oordeel zijn, evenals ijs en water, elkanders voortbrengsel. De oorzaak van sommiger wispelturigheid van oordeel is gelegen in de bedriegelijkheid van hun hart. Een vaste geest en een dubbelzinnig hart gaan zelden samen. Dit wordt ten volle bevestigd door het woord van de apostel in 1 Timótheüs 1 : 5. "Het einde des gebods is liefde uit een rein hart, en uit een goed geweten en uit een ongeveinsd geloof." En merk nu op hetgeen volgt, vers 6. "Van dewelke sommigen afgeweken zijnde, zich gewend hebben tot ijdelspreking." Zij hebben nooit gestreefd naar het doel van heiligheid, toen zij de waarheid hebben ontvangen, nooit begeerd om door haar te wassen en toe te nemen in liefde, geloof en andere gaven der genade. Daar zij zich nu een verkeerd doel hebben voorgesteld, is het ook niet te verwonderen, dat zij van de rechte weg afwijken. Een slecht hart kan gemakkelijk het oordeel omkopen om aan zijn zijde te staan. Dit zal heden waarheid zijn, maar naar het believen van het boze hart over een maand geen waarheid meer wezen. Voor velen is datgene slechts waarheid, dat met hun belangen strookt. Zij maken hun oordeel vast aan de koorden hunner beurs, of aan hun bevordering, enz. en zulke mannen zijn dan bereid, om met die weerhaan in koningin Maria's tijd, een nieuw lied te zingen bij iedere verandering in hun vleselijke aangelegenheden. Als de liefde een waarheid ontvangt, dan wordt zij vastgehouden, maar als de begeerte naar wereldse zaken de oorzaak is, dan kan de waarheid, na haar dienst volbracht te hebben, wel weder opgeborgen worden. Ammon was Thamar weldra even moede, als hij haar vroeger had begeerd. En hebben wij in onze dagen niet sommige waarheden en ordinantiën met evenveel smaad zien verwerpen als Ammon Thamar verworpen heeft, en dat wel door hen, die er enige jaren geleden genoeg liefde voor schenen te hebben, maar wier liefde, naar wij vrezen, nooit oprecht is geweest? Tweede aanwijzing. Woon de dienst des Woords bij. Een groot doel, waartoe die dienst is ingesteld, is, om ons te bevestigen in de waarheid. "Dezelve heeft gegeven sommigen tot herders en leraars, tot de volmaking der heiligen", Efeze 4:11, 12. En merk op verder: Opdat wij niet meer kinderen zouden zijn, die als de vloed bewogen en omgevoerd worden met alle wind der leer", vers 14. Wie van zijn gids wegloopt, zal spoedig buiten zijn weg zijn. Het is geen klein of gering getuigenis, dat God aan Zijn getrouwe leraren in deze tegenwoordige eeuw heeft gegeven, en hetwelk hierin bestaat, dat zeer weinigen hen verlaten, nf de melaatsheid der dwaling zal zich aan hun voorhoofd vertonen. En terwijl gij de dienst des Woords bijwoont, moet gij even goed acht geven op het leerstellig deel van hetzelve als op de toepassing. Het eerste is nodig om een bevestigd Christen van u te maken, en het tweede om u een warm Christen te doen zijn. Immers, warme genegenheden, zonder degelijke kennis, zijn slechts als vuur in de pan, wanneer het geweer niet geladen is. Wij zien, dat de Levieten het volk "onderwezen in de wet", Nehemia 8 : 7, 8. Het planten gaat het nat maken vooraf, en zo behoort vermaning voorafgegaan te worden door onderwijs. En het volk behoort naar dezelfde methode te leren, als die waarin wij prediken.

Derde aanwijzing. Zorg er voor, dat uw oordeel van geen partij en van geen persoon de slaaf zij. Er is een geestelijke borgstelling, die menigeen in zijn oordeel en in zijn beginselen heeft geschaad. Wees aan niemands oordeel gebonden, en wees voor niemands oordeel gebonden. Gij kunt het goud der waarheid wellicht wegen op de schaal uws vaders, maar gij moet leven uit uw eigen geloof, en niet uit het geloof van iemand anders. Streef er naar om de waarheid te zien met uw eigen ogen. Het is een zwak gebouw, dat een schoor nodig heeft om staande te blijven, of meer steunt tegen het huis van een buurman dan op zijn eigen fundamenten. Als des buurmans huis omvalt, of de schoor weggenomen wordt, dan zal ook dit huis vallen. Laat geen gezag van mensen, maar het getuigenis van Gods Woord uw oordeel vestigen. Het eerste is slechts een schoor, maar het laatste is een fundament. Haal liever de Schrift aan dan mensen, om uw oordeel te staven. Niet: o zegt een geleerd en heilig man, maar zo zegt de Schrift. Draag echter wèl zorg, dat gij ook hierin weder niet te ver gaat, en dat zouden wij voorzeker doen, als wij het oordeel minachten van mannen, wier Godsvrucht en wijsheid aanspraak maken op eerbied. Er kan gewis wel een midden gevonden worden tussen mensenverguizing en mensenvergoding. Het is de bewondering voor personen, die de verrader der waarheid vormt, en velen "Hosanna" doet roepen voor de dwaling, en "Kruis haar" voor de waarheid. Eusebius deelt ons uit Josephus mede, dat Herodes - van wie wij in Handelingen 12 : 23 lezen, dat hij van de wormen gegeten werd - eens in de schouwburg verscheen in een prachtig, blinkend gewaad, en een welsprekende rede hield voor het volk. Nu gebeurde het, dat door de weerschijn der zonnestralen zijn zilver kleed zo begon te glinsteren, dat de ogen der toeschouwers er door verblind werden. En dit, zei hij, deed sommige vleiers uitroepen: Een stemme Gods, en niet eens mensen!" En gewis! Het blinkend vernis van talenten en redekunst, waarmee sommigen hun redevoeringen optooien, verblindt dikwijls het oordeel hunner bewonderaars zo zeer, dat zij geneigd zijn om alles, wat zij spreken, voor Goddelijk te houden, en vooral wanneer het de zodanigen zijn, die God te voren als werktuigen gebruikt heeft, om hun ziel goed te doen. O dan is het moeilijk om, gelijk iemand gezegd heeft, de mens als mens lief te hebben en te eren, hen op zulk een wijze te eren, dat men niet in gevaar is om ook hun dwalingen lief te hebben. Augustinus is het middel geweest om Alypius van een dwaling te genezen, en Alypius bekent, dat hij zich daarom zo gemakkelijk door hem tot een andere dwaling liet brengen - tot niets minder namelijk dan het Manicheïsme. Alypius dacht, dat hij, die het middel was geweest tot zijn bekering, hem niet op een verkeerde weg kon brengen. Noem dus niemand op aarde vader; veracht niemand en aanbid niemand.

Vierde aanwijzing. Wacht u voor nieuwsgierigheid. Hij, die ijdellijk naar nieuwigheden haakt, en bereid is om naar ieder nieuw opgesmukt denkbeeld te luisteren, is reeds halfin dwaling vervallen. Wij lezen van een "ketelachtig zijn van gehoor", 2 Timótheüs 4 : 3. En deze ketelachtigheid, dat "jeuken van de oren" eindigt gewoonlijk in de huiduitslag der dwaling. Door ronddwalen heeft Thamar haar kuisheid verloren. Gezond te zijn in het geloof, dat is de kuisheid des geestes. En deze lopen diegenen gevaar te verliezen, die zich in alle gezelschappen willen begeven, en het oor willen lenen aan alle leerstellingen, die worden gepredikt. Begin met een hoorder van hen te zijn, en weldra zijt gij hun discipel geworden. Velen geven zich zo toe in deze nieuwsgierigheid, om met alle secten en ieder denkbeeld bekend te worden, dat zij ten laatste twijfelaars worden, en bij geen waarheid kunnen blijven. Augustinus bekent van zichzelf, dat hij door zo vele dwalingen en zinsbegoochelingen van de Manicheërs is heengegaan, die hij eens zeer luid als waarheden heeft geprezen, doch later als afschuwelijke dwalingen heeft leren kennen, dat hij voor de waarheid zelf, die hij Ambrosius hoorde prediken, bevreesd was. Evenals, zegt hij, iemand, die ondervinding heeft opgedaan van een onbekwame geneesheer, ten laatste zelfs bevreesd is om zich ook aan een kundig arts toe te vertrouwen. O wacht u, gij, die thans bereid zijt om naar alles te horen, dat gij er ten laatste niet toe komt, om niets meer te willen geloven.

Vijfde aanwijzing. Vraag ootmoedig, dat God u een bevestigd oordeel geve. Geen reizigers zullen zo spoedig verdwalen, als zij die denken de weg zo goed te weten, dat zij er niet naar behoeven te vragen. En geen belijders zijn in zo groot gevaar om van de waarheid afgetrokken te worden, als zij, die op hun eigen verstand steunen, en God niet erkennen in hun wegen door Hem dagelijks te raadplegen. Let op de hoogmoed - hoe verheven een standpunt van belijdenis die voor het ogenblik inneemt - en gij zult hem ten laatste in het slijk der dwaling of der goddeloosheid zien liggen. Dit is het leger, dat God er voor gespreid heeft, en daarop zal hij moeten nederliggen. Het is nodig, dat zulke mensen in een toestand van verbijstering komen en dus beschaamd worden, opdat, als hun verstand tot hen wederkeert, indien God hun nog zulk een genade wil bewijzen - zij met Nebukadnezar "den Allerhoogste" loven, en bij hun terugkomst Hem zullen erkennen, dien zij zo onwaardiglijk hebben veronachtzaamd bij hun heengaan. O wacht u dan voor hoogmoed, die u weldra tot een vreemdeling zal maken voor de troon der genade. Hoogmoed schept geen behagen in bidden. Hij verkeert het ootmoedig gebed om waarheid in een luidruchtig ijveren voor en een eerzuchtig twisten over de waarheid. Daar is eer mee te behalen bij de mensen, en zo zijn er velen, die, om slechts de overwinning weg te dragen in de hitte van de strijd de waarheid zijn kwijt geraakt. Leg dit diep in uw hart, dat God, die een oog geeft voor de waarheid, ook een hand moet geven om haar vast te houden, als wij haar hebben ontvangen.

Wat wij van God hebben, kunnen wij zonder God niet houden. Bhjf dus bekend met God, want anders zal de waarheid niet lang de kennis aanhouden met u. God is licht; zodra gij Hem de rug toekeert, gaat gij in de duisternis. Wij zijn in een betere positie om de waarheid te vinden en haar ook te houden, als wij er oootmoedig om bidden, dan wanneer wij er heftig over twisten. Twist maakt de ziel troebel, en doet het stof van de hartstocht omhoog rij zen. Het gebed brengt een liefelijke kalmte in de geest, en brengt de hartstochten, welke door de twist werden opgewekt, tot bedaren. En ik houd er mij van overtuigd, dat men op een stille heldere dag verder zien kan, dan wanneer het sterk waait en de lucht bewolkt is. Als iemand veel spreekt en weinig rust, dan hebben wij reden te vrezen, dat zijn hersenen het niet lang zullen uithouden. En gewis, als iemand veel spreekt en disputeert over de waarheid zonder een ootmoedige geest in het gebed om in de waarheid geleid te worden, dan kan God zo iemands hoogmoed rechtvaardiglijk straffen met een geestelijke verstandsverbijstering, zodat hij geen dwaling van waarheid kan onderscheiden. Zesde aanwijzing. Zie toe, dat gij aan het verschil van oordeel en van opinie, dat onder de belijders van de godsdienst wordt gevonden, geen aanstoot neemt. Het is, inzonderheid in deze tijden van verdeeldheid, een steen, die de papisten ons voor de voeten werpen. Hoe weet gij, zeggen zij, wat waarheid is, als er toch zoveel verschillende denkbeelden en meningen onder ulieden bestaan? Sommigen zijn over dezen steen zo gestruikeld, dat zij de waarheid, welke zij eens hebben beleden, verlieten en door de storm van verdeeldheid in godsdienstige zaken, zo al niet op de rots der Godloochening zijn geworpen, toch in onzekerheid van geest heen en weer gedreven zijn, onwillig om ergens het anker uit te werpen totdat de storm voorbij is, en zij hen, die door verschil van mening van elkander af zijn geraakt, weer tezamen zien komen in eenheid van godsdienstige overtuiging; een besluit - gelijk iemand terecht heeft opgemerkt - even dwaas, zo niet dwazer - en verderfelijk voor de ziel, als het voor het lichaam zou wezen, indien iemand een gelofte ging doen van niet te zullen eten, voordat alle klokken in de stad tegelijk twaalf uur slaan. Dat laatste zou men nog eerder kunnen verwachten dan het eerste.

(wordt vervolgd)

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 30 juli 1992

De Wachter Sions | 8 Pagina's

De wapenrusting Gods 147.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 30 juli 1992

De Wachter Sions | 8 Pagina's