Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Christus de schoonste! (3)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Christus de schoonste! (3)

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Meditatie

Gij zijt veel schoner dan de mensenkinderen. Ps. 45:3.

Geliefde lezer,

De vorige keer zijn we bepaald geworden bij de grote tegenstelling die Gods volk in het zieleleven leert kennen. We hebben reeds stilgestaan bij de tegenstelling die er is tussen een walgelijke zondaar en een dierbare Christus, alsook tussen een door schuldbesef zwijgende zondaar die op 's Heeren tijd roemen mag in de dierbare Christus. Tevens merkten we op, dat Gods volk moet inleven niet in staat te zijn om de schoonheid van Sions eeuwige Koning te omschrijven.

U zult uzelf misschien wel afvragen of dit waar is, want David zegt in deze bruiloftslied, dat "zijn tong als de pen eens vaardigen schrijvers is.”

O ja, de woorden die David gesproken heeft zijn woorden die oprecht uit het hart gekomen zijn. En zo is het in het leven van Gods volk ook. Want als de Heere hen de gangen van die gezegende Middelaar laat ontdekken, dan springt hun ziel op van vreugde en verwondering. En dat veroorzaakt de begeerte des harten om de uitgangen tot die Middelaar te omschrijven in woorden. Daarom zegt David: "Mijn hart geeft een goede rede op; ik zeg mijn gedichten uit van een Koning; mijn tong is een pen eens vaardigen schrijvers" (vs. 2).

Allen die door genade zichzelf hebben leren kennen als zwarte, vuile en walgelijke zondaars, zullen de schoonheid en dierbaarheid van Sions betalende Borg nooit onderwaarderen. Maar Gods volk leert in die weg wel hun eigen armoede kennen, daar zij er achterkomen, dat zij Christus nooit naar waarde kunnen hoogachten noch prijzen. Hoe zwarter de zondaar zichzelf leert kennen door Christus' Geest, hoe dierbaarder de Heere Zichzelf openbaart in de ziel, en hoe groter het wonder wordt ingeleefd dat God naar goddelozen ziet om met hen gemeenschap te hebben. Maar ook hoe armer zij zichzelf leren kennen om de schoonheid van de Schoonste aller mensenkinderen te roemen. Als de Heere Zijn liefdesuitingen in de ziel schenkt, een kus van Zijn lippen geeft, de adem van Zijn mond laat gevoelen, een gunstbewijs in hun hart openbaart, of een woord van zaligheid tot de ziel spreekt, dan komt Gods volk er achter, dat hoe meer zij er over spreken, hoe meer zij hun onbekwaamheid gevoelen om dit uit te drukken, alsook hoe meer zij door hun spreken de kracht en de zoetigheid ervan verminderen.

Als de Heere spreekt moeten wij zwijgen. Als de Heere spreekt in het rijk der natuur, dan is er over het algemeen een stilzwijgen uit vreze voor Gods majesteit. Hij spreekt ook in het wereldgebeuren ten goede voor Zijn Kerk, en dan moeten de goddelozen zwijgen: "Gij deed een oordeel horen uit de hemel; de aarde vreesde en werd stil" (Ps. 76 : 9). Maar als de Heere Zijn Kerk na grote beroeringen en zware bestrijdingen komt te bezoeken met Zijn goedertierenheid en gemeenschap, dan geldt het:

”De grote zee zwijgt op Uw wenk en wil, Hoe fel zij bruis', hoe fel zij woede stil.”

O, als dan de Heere overkomt, dan neemt Hij niet alleen alle bezwaren weg, maar opent ook de schatkamers van Zijn Goddelijke volheid in Christus. Zie, dan is er een stilzwijgende verwondering en aanbidding, en zijn er geen woorden te vinden om de grootheid ervan te vermelden.

Daarom zegt Andrew Gray zo kernachtig: "De grootste welsprekendheid is dan stil te zwijgen en God te aanbidden." Zegt David er zelf niet van: "De lofzang is in stilheid tot U, o God, in Sion? " (Ps. 65 : 2).

Dat wil zeggen, dat Gods volk de allerhoogste Koning in plechtige stilte mag aanbidden, omdat de lof des Heeren niet recht door hen geuit kan worden. En geven zij hun verwondering op deze wijze te kennen door te zeggen: "O Heere, aanmerk dan ons zwijgen als lof en aanbidding." Gewis, als de ziel het meest vervuld is van aanbidding en ontzag, dan is zij het minst voldaan met haar eigen uitingen, en gevoelt zij het diepst hoe iedere lofprijzing van stervelingen onvoldoende is om de schoonheid van Christus te vermelden. O, als Gods volk zulk een zielsgesteldheid heeft zal ze zeker meer ware lof toebrengen aan de Heere dan de mooiste stemmen, begeleid door de schoonste muziek van orgel of enig ander instrument. Ja, we kunnen er ook dit van zeggen, dat onze beste lofuitingen over de schoonheid van Christus slechts stilte is in vergelijking met Christus' heerlijkheid en schoonheid!

Toen de bruid een kostelijke beschrijving gaf van Christus als de Bruidegom kwam zij er achter, dat zij Zijn schoonheid en beminnelijkheid niet naar waarde kon vermelden, en roept zij uit: "Al wat aan Hem is, is gans begeerlijk" (Hoogl. 5 : 16).

In het Engels is het overgezet met "Hij is gans lieflijk". O, Hij is gans lieflijk en geheel begeerlijk en waardig in Zijn Persoon, ambten, Woord en inzettingen. Hij is volmaakt in Zijn liefde zowel bij Zijn Vader als ook bij de heilige engelen, en Zijn volk, zodat zij niets anders begeren dan Hem lief te hebben met hun ganse hart als de verdienende oorzaak van de zaligheid. Voor degenen die geen schoonheid in Christus zien, is er geen verwondering, maar een zich ergeren aan Hem.

Zodat, wanneer zij over Hem spreken, zij dit oppervlakkig doen of met verachting en afkeer. Maar voor degenen die Hem kennen mogen tot zaligheid is het een oorzaak van verheuging en blijdschap. Zij zien in Hem een wonderlijke gewilligheid in het zich overgeven voor hen tot in de allerdiepste versmaadheid en angsten der hel. Zij verwonderen zich over Zijn gewillig stilzwijgen, toen Hij vals beschuldigd werd voor Kajafas (Matth. 26 : 63), opdat zij stilzwijgend de getuigenis des Heeren over Christus, als de Schoonste aller mensenkinderen zielsbevindelijk mogen instemmen. Doch ook opdat zij zich stilzwijgend mogen verwonderen, dat zwarte zondaren niet voor eeuwig beschuldigd zullen worden, maar door de schoonheid van Christus als dierbaar zijn in Gods oog.

Christus zweeg stil, opdat Zijn volk, Christus' broeders. Hem mogen loven (Gen. 49 : 8), hetzij dat zij stilzwijgend of woordelijk de schoonheid van Christus mogen loven. Doch de Heere merkt zowel het zwijgen en spreken des geloofs aan als aanbidding en dankzegging om Christus wil! O, indien u de schoonheid van Christus veracht, dan zal Hij u straks eeuwig verachten, en u zal Hem ook eeuwig verachten. Dat vreselijke woord uit Zacharia 11:8 zal dan in al zijn uitersten aan u vervuld worden: "Mijn ziel walgt van hen en hun ziel verfoeit Mij" (Eng. overz.). Indien u Christus' gewillig stilzwijgen niet tot zaligheid en verwondering is geweest, dan zult u ook niet tot Zijn eer zwijgen noch spreken.

Indien u bovengenoemde tegenstelling niet zielsbevindelijk leert kennen, dan zal het een eeuwige tegenstelling blijven. Christus, Die de sleutelen van het huis van David heeft. Die uw harten kan openen om Hem in te laten, zij alle lof en dank!

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 januari 1995

De Wachter Sions | 8 Pagina's

Christus de schoonste! (3)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 januari 1995

De Wachter Sions | 8 Pagina's