Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uit de Bron (82b)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit de Bron (82b)

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Debora en Barak

”Alzo heeft God te dien dage Jabin, den koning van Kanaan, ten ondergebracht voor het aangezicht der kinderen Israels.” (Richteren 4:23)

Debora maakte zich nu gereed en trok met Barak - zijn naam betekent bliksemflits - en tienduizend soldaten de vijand tegemoet.

Nauwelijks kreeg Sisera bericht dat Israël een aanval wilde wagen of de machtige generaal riep zijn leger bijeen en trok Barak en Debora tegemoet. In de Bijbel staat: "Zo riep Sisera al zijn wagens bijeen, negenhonderd ijzeren wagens, en al het volk dat met hem was ()." Terwijl Debora, Barak en zijn soldaten op de berg Thabor zich gereed maakten voor de strijd, legerde Sisera zich onder aan de berg bij de beek Kison. Vanaf de berg kon Israël de machtige vijand zien liggen. Misschien dat Barak toch nog even bang geworden is, toen hij al die geweldenaars onder aan de berg zag. In ieder geval lezen we in de Bijbel, dat Debora hem heeft aangemoedigd door te zeggen: "Maak u op, want dit is de dag, in welken de HEERE Sisera in uw hand gegeven heeft. De Heere zal voor u strijden."

Toen daalden de Israëlieten van de berg af en vielen met Gods hulp de vijanden aan. Debora bleef biddend op de berg achter. Bij het plaatsje Megiddo ontbrandde een hevige strijd. Tegelijkertijd kwam de Heere te hulp op een ontzettende manier. Tijdens de felle strijd werd het noodweer. Het begon te onweren en te stormen, terwijl de regen in stromen neerviel. Hierdoor veranderde de rivier de Kison in een machtige, bruisende stroom en al gauw verzakten de ijzeren wagens van Sisera, zodat hij deze geweldige strijdwagens niet meer gebruiken kon. De Heere ge­ bruikte de natuurelementen om de vijand schrik aan te jagen.

’t Zwaar geluid der donderslagen Deed het al in 't ronde wagen; En de wereld werd verlicht. Door herhaalden bliksemschicht. (Psalm 77: lO;

In paniek probeerden de vijanden te vluchten, maar Barak en zijn mannen wisten hen te achterhalen en te doden. In de Bijbel lezen we: "En de HEERE versloeg Sisera, met al zijn wagens en het ganse heirleger, door de scherpte des zwaards, voor het aangezicht van Barak, dat Sisera van den wagen afklom en vluchtte op zijn voeten. En Barak jaagde hen na ( ) en het ganse heirleger van Sisera viel door de scherpte des zwaards, dat er niet overbleef tot één toe."

De Heere Zelf rekende met de vijanden van Zijn volk af Toen werd vervuld, wat wij in een Psalm lezen:

Geen zondaar zal 't gewis verderf ontkomen. Als in 't gericht door God wordt wraak genomen; (Psalm 1:3)

Toch was er nog één die uit de handen van de Israëlieten wist te blijven. Dat was Sisera, de machtige generaal. Hij had zijn verzakte strijdwagens achter zich moeten laten en vluchtte nu voor zijn leven. Overal doemden Israëlieten op. Waar zou hij een veilige plaats kunnen vinden?

Plotseling dacht hij de kans van zijn leven te krijgen. Daar hoorde hij een vrouw roepen en tot hem zeggen.-"Wijk in, mijn heer, wijk in tot mij, vrees niet. Kom in mijn tent, daar zult u veilig wezen.”

Sisera bemerkte dat het een vrouw van de Kenieten was. Dit nomadenvolk leefde in vrede met de Kanaanieten en woonde in de buurt waar de slag geleverd werd. Heber, het stamhoofd, en zijn vrouw Jaël waren nakomelingen van Jethro, de schoonvader van Mozes.

Jaël wist dat bij de plaats Megiddo in de buurt van de berg Thabor gestreden werd en zij hoopte dat Israël winnen zou.

Terwijl ze in haar tentopening stond, zag ze Sisera aankomen. Haastig nodigde zij hem uit in haar tent weg te kruipen. Natuurlijk maakte hij een dankbaar gebruik van deze gulle uitnodiging.

Sisera had vreselijke dorst en vroeg om wat water. Vlug gaf Jaël hem melk en wees hem een plaats aan om te rusten.

Terwijl de generaal zich uitstrekte, gaf hij Jaël de opdracht in de deur van de tent te blijven staan. "Blijf uitkijken in de deur. Als iemand u vraagt of hier een vluchteling is, zeg dan nee, " kommandeerde hij.

Meteen viel hij in een zware slaap, omdat hij erg vermoeid geworden was. Toen gebeurde het.

Terwijl hij zich veilig wist in de tent van Jaël, kwam de Heere met hem afrekenen. Jaël nam een lange pin van de tent en een hamer en zij ging naar de slapende vijand. Toen hield ze de pin boven zijn slaap en joeg met één grote slag de pin dwars door zijn hoofd. Even kromde hij zich tussen haar voeten om daarna de laatste adem uit te blazen.

Zo werd Israël door de hand van een vrouw uit de macht van de Kanaanieten verlost, precies zoals Debora het Barak voorzegd had.

Even later zag Jaël Barak komen, die naar de vluchtende Sisera zocht. Vlug liep ze op hem toe en sprak: "Kom, en ik zal u den man wijzen dien gij zoekt."'Even later stond Barak bij de gedode Sisera, terwijl de pin nog in zijn hoofd zat.

In Sisera's woonplaats keken zijn moeder en enkele staatsvrouwen uit, waarom hij zo lang wegbleef "O, hij is natuurlijk de buit aan het verdelen en zoekt voor zichzelf de mooiste en kleurrijkste klederen uit, " spraken ze tot elkaar. Helaas kwamen ze spoedig achter de verschrikkelijke werkelijkheid dat Sisera in de strijd gebleven was.

(Vervolg op blz. 382)

(Vervolg ’Uit de Bron)

Debora maakte door de Heilige Geest een gedicht, een lofzang, op deze glorierijke overwinning. In Richteren 5 kunnen we in dichtvorm de geschiedenis van deze grote veldslag lezen. Maar de lofzang van Debora heeft ook óns wat te zeggen.

In de strijd tussen Israël en Jabin zien we de strijd tussen de Kerk, het volk van de Heere, en tussen Gods vijanden. Hebben we door genade een nieuw hart gekregen, dan behoren wij tot dat gelukkige volk. Maar als we nog onbekeerd zijn, dan behoren we tot de vijanden van de Heere die Hij eens van voor Zijn aangezicht zal wegdoen.

Daarom zijn de laatste woorden van de lofzang van Debora ook voor óns van de allergrootste betekenis als zij zegt: "Alzo moeten omkomen al Uw vijanden, o HEERE! Die Hem daarentegen liefhebben, moeten zijn als wanneer de zon opgaat in haar kracht ()."

Na deze grote slag brak er voor Israël een tijd van vrede aan die veertig jaar duurde.

Dat hen, o God, Uw gramschap sla. Als Midian, als Sisera, Als Jabin, die bij Kisons stromen. En t' Endor gans zijn omgekomen; Wanneer Uw ijver niemand spaarde. Maar hen vertrad, als slijk der aarde. (Psalm 83:6)

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 7 augustus 2003

De Wachter Sions | 8 Pagina's

Uit de Bron (82b)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 7 augustus 2003

De Wachter Sions | 8 Pagina's