Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Verslag van de bidstond voor de Particuliere Synode 2005

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Verslag van de bidstond voor de Particuliere Synode 2005

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Op dinsdagavond 14 juni 2005 werd de bidstond gehouden voor de jaarlijkse synodevergadering. Deze dienst werd gehouden in het kerkgebouw van de gemeente te Opheusden en bijgewoond door afgevaardigden van de drie classes, tal van ambtsdragers en vele belangstellenden. Als preses van de vorige synode had ds. A. van Voorden de leiding in deze bijzondere dienst. Ook ds. J. Roos, ds. A. Schultink, student A. Geuze en de uit Canada overgekomen ds. T.R. Treur waren aanwezig. Ds. F. Mallan luisterde mee via de kerktelefoon.

Bij de aanvang werden de verzen 5 en 9 van Psalm 80 gezongen en uit Gods dierbaar Woord Mattheüs 28 gelezen. Na het grote gebed gaf de dominee de verzen 1, 2 en 3 van Psalm 46 op.

Onderstaand wordt een samenvatting van de hierop volgende predikatie gegeven.

Mijne Geliefden,

Gods Woord bevat vele vertroostingen voor de levende Kerk des Heeren. Maleachi heeft opgetekend: Want Ik, de HEERE, word niet veranderd; daarom zijt gij, o kinderen Jacobs niet verteerd". Wat er ook mag veranderen, wat er ook mag gebeuren, de HEERE wordt niet veranderd. Wat Hij beloofd heeft zal bestaan. Hij zal niet feilen in Zijn trouw. Hij houdt getrouw Zijn Woord. Aan de ene kant is het een vertroostend woord voor de levende Kerk, maar voor de zich verhardende zondaar blijft dit woord ook hetzelfde. Het is van tweeën één: ood of leven, vloek of zegen. Indien iemand de Heere Jezus Christus niet liefheeft, die zij een vervloeking, Maranatha. O, het mocht als een donderslag in ons hart vallen. We moeten geborgen worden in die ene Ark der behoudenis. Gelukkig is dat door de Heere bearbeide volk; waar alle hoop hen gans ontviel, en niemand zorgde voor hun ziel, daar werd hun de ankergrond ontdekt. De vaste grond ligt in de Heere Zelf Die dierbare Middelaar is Alles voor Zijn Kerk. Ook in deze tijd, waarin we nu bidstond houden voor de synode, volvoert de Heere dwars door alles heen Zijn eeuwige Raad. 0. wat er gebeurt in de gemeenten kan zo moed benemend zijn. Maar de HEERE blijft Dezelfde. Daarom vragen we uw aandacht voor de woorden uit Mattheüs 28:20 : "En zie. Ik ben met ulieden al de dagen tot de voleinding der wereld. Amen". Dit tekstwoord spreekt van Een bijzondere belofte voor de Kerk van alle eeuwen:

1. De Koning der Kerk zal met haar zijn,

2. Al de dagen,

3. Tot de voleinding der wereld.

1. De Koning der Kerk zal met haar zijn

Mocht dit bijzondere woord van onze tekst ook voor ons kerkelijk leven nog betekenis hebben. O, wat zou dat een wonder zijn. Het teksthoofdstuk begint met het grote heilsfeit van de opstanding van Christus. Door Zijn diepe vernedering heeft de Borg en Middelaar aan het goddelijke Recht voldaan. Hij is opgewekt tot onze rechtvaardigmaking. Wat zijn ze gelukkig die dit bevindelijk hebben mogen leren kennen. De discipelen waren op de berg in Galilea bescheiden naar wat Hij hun tevoren gezegd had. En als zij Hem zagen, zijn ze neergezonken in aanbidding; daar hebben ze Hem aangebeden als een goddelijk Persoon. Als de Heere een zondaar vindt, wordt zonde zonde en schuld schuld. O, de mens heeft tegen een goeddoend God gezondigd. God te missen is erger dan de dood. Het zal een keer een afgesneden zaak moeten worden in ons leven. We moeten op dat plaatsje gebracht worden waar de Heere geen kwaad meer kan doen. En als er dan bij Hem vandaan een Weg geopend wordt, dan is dat nooit te zeggen wat dat inhoudt als die tweede Persoon voor het eerst geopenbaard wordt.

De openbaring van Christus aan de discipelen op de berg in Galilea is een nadere openbaring. Hier verschijnt Hij hen als de opgestane Levensvorst. Dit gaat alles te boven. Daar stond Hij met de tekenen van Zijn doorboorde handen en voeten, met de wond in Zijn zijde. De Overwinnaar, Die opgestaan was tot het leven van de ganse Kerk. Sion wordt door recht verlost, en haar wederkerenden door gerechtigheid. Doch sommigen twijfelden (vers 17b). Dan komt Hij naderbij. Er is er maar Eén, Die de vrees kan wegnemen; dat is Christus Zelf In zulke donkere omstandigheden heeft de Heere Zijn jongeren verklaard, wat er voor hen weggelegd is. En dan spreekt Hij: "Mij is gegeven alle macht in hemel en op aarde". Wij hebben maar lage gedachten van de Koning van de Kerk. Ook in onze tijd heeft Hij alle dingen in Zijn hand. Zijn arbeidsloon zal bij Hem zijn. En daar getuigt Hij aan Zijn discipelen van Zijn trouwe zorg met de belofte: "En zie, Ik ben met ulieden alle de dagen tot de voleinding der wereld". Hij spreekt met macht en met autoriteit. Hij is het Hoofd der gemeente. Het mocht maar in ons hart zijn dat de Heere ook onder ons in deze tijd nog Zijn wandelingen zou willen houden. Want:

2. Die belofte zal gelden al de dagen

Deze woorden hebben al betekenis gekregen in het leven van de discipelen. Eerst hadden zij verkeerd aan Zijn gezegende voeten. Maar daarna had Hij met hen de weg naar Jeruzalem ingeslagen; ze moesten met Hem de dood in. Maar nu was Hij opgestaan en stond Hij daar. Hij zou gaan van de aarde naar de hemel. En toch staat er, dat Hij met hen zou zijn al de dagen. Hij is ten goede van Zijn Kerk aan de rechterhand Zijns Vaders. Als de grote Hogepriester doet Hij daar Zijn arbeid voor Zijn gemeente. Hij zal die Kerk beschutten en verzeilen met Zijn Raad. De discipelen mochten de roeping en de zending ontvangen. En daar zij uitgingen, predikende het Evangelie, hebben zij een Gode vijandige wereld ontmoet, maar ook een vrome godsdienstige wereld. En toch is er ook een volk dat aan die afsnijdende prediking verbonden is. De vorst der duis­ i ternis gaat om als een briesende leeuw, maar ook als een engel des lichts. En daar waar de Kerk meegesleept zou worden, daar gaat de Heere Zijn Kerk in deze woorden sterken. Waar het ook door heen zal moeten, de Heere getuigt: "Ik zal met u zijn". Ik zal met u zijn in de gevangenis, in moedeloosheid, in aanvechtingen, in duisternis. "En zie. Ik ben met u alle de dagen". Dan zal de Heere voor Zijn knechten en kinderen Alles zijn. Wat een wonder als de Heere de koperen deuren verbreekt en de ijzeren grendelen aan stukken slaat.

3. Die belofte zal gelden tot de voleinding der wereld

Het is zo'n groot woord: "Ik ben met ulieden al de dagen tot de voleinding der wereld". Als de Heere de ziel wil aftrekken van alle omstandigheden, als we zelf de schuldige mogen worden, dan zal de Heere ook onder ons de tekenen ervan geven, dat Hij ook nog onder ons zal werken. De Heere zal er voor instaan dat het Woord bediend wordt tot de voleinding der eeuwen. Is het dan niet verblijdend dat we nog een student in ons midden mogen hebben? Waar het ook doorheen zal moeten, hoe bang de tijd ook zijn zal, hoe klein de Kerk.... De Heere zal een vurige muur rondom zijn, en een beschutting; dat staat hier: "... tot de voleinding der wereld". "Let er op" zo wil de Middelaar zeggen "Ik hou getrouw Mijn Woord". En daarop volgt: "Amen"; het zal waar en zeker zijn.

Na het zingen van Psalm 89:20 worden jong en oud aangesproken. Hoe staat het er mee op weg en reis naar de eeuwigheid. Is het geen zaak voor ons allen, dat we in de binnenkamer bukken, of de Heere nog onder ons zou willen wonen en werken? Het is zo'n bange tijd geworden. Het snijdt door het hart als er nu in ons land zo'n goddeloze film gedraaid wordt. Men zegt: God bestaat niet". O, als dat waar zou zijn, dan zou de Kerk er niet meer zijn. De Heere blijft Dezelfde. Dwars door alles heen wil Hij nog aan onze gemeenten blijven gedenken. Maar het komt er zo persoonlijk op aan. Is het wel eens een verloren zaak geworden? Jongens en meisjes, mocht de onberouwelijke keus ook in jullie hart nog eens geboren worden. Hoe bang was de tijd toen Eli hogepriester was, en toch was er toen nog een kleine Samuel. Mocht de Heere uit de jeugd van de gemeenten de Kerk nog bouwen.

Volk des Heeren, er kunnen ogenblikken in uw leven geweest zijn, dat er geen twijfel was. Maar hoe is het nu? De ogen dergenen die zien, zullen niet terugzien. Dat gaat nooit meer weg. Wat zou het groot zijn Hem te leren kennen in de kracht van Zijn opstanding.

Na nog een persoonlijk woord aan ds. Mallan, ds. Roos, ds. Schultink, ds. Treur, student Geuze en de afgevaardigden naar de synode wijst ds. Van Voorden nog eenmaal op de woorden van de tekst: "En zie, Ik ben met ulieden al de dagen tot de voleinding der wereld. Amen".

Na het dankgebed wordt nog gezongen uit Psalm 69:14 en de zegen uitgesproken.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 30 juni 2005

De Wachter Sions | 8 Pagina's

Verslag van de bidstond voor de Particuliere Synode 2005

Bekijk de hele uitgave van donderdag 30 juni 2005

De Wachter Sions | 8 Pagina's