Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het Evangelie-visnet

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het Evangelie-visnet

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wederom is het Koninkrijk der hemelen gelijk een net, geworpen in de zee, en dat allerlei soorten van vissen samenbrengt; hetwelk, wanneer het vol geworden is, de vissers aan den oever optrekken, en nederzittende lezen het goede uit in hun vaten, maar het kwade werpen zij weg. Matthéüs 13:47-48

Geliefde lezer(es),

De Heere Jezus heeft in dit hoofdstuk verschillende gelijkenissen uitgesproken om daarmee de discipelen de verborgenheden van het Koninkrijk der hemelen bekend te maken. In één van deze gelijkenissen vergelijkt Hij het Hemelrijk met een visnet. Wanneer de Heere Jezus deze vergelijking maakt is dat voor de discipelen een duidelijk en herkenbaar beeld want de meesten van hen waren visser van beroep. De Heere heeft ze echter geroepen tot vissers van mensen.

Er staat: Wederom is het Koninkrijk der hemelen gelijk een net, geworpen in de zee. Met de zee wordt in de Bijbel dikwijls de wereld bedoeld. Hoewel er veel soorten vis in de zee leven, willen we in dit verband slechts spreken van twee soorten vis. Er worden goede en kwade vissen gevangen. Met het net bedoelt men hier een schrobnet dat tussen twee schepen hangt en dat als het ware een wand in het water aanbrengt. Aan de onderkant van dat net zijn allemaal korte stukjes lood, terwijl aan de bovenkant kurk is geplaatst. Die scheepjes varen daarmee op en neer en alles wat in het net terechtkomt wordt binnengehaald en later gesorteerd. De scheepjes zijn klein en dat beperkt hun visgebied, ze kunnen niet de hele zee afvissen.

De vissers moeten het net uitwerpen. Daarmee wordt het Evangelie bedoeld. Hoe moeten Gods knechten het Evangelienet uitwerpen? Ze hebben te verkondigen Wet en Evangelie, vloek en zegen, de dood in Adam en het leven in Christus. Gods knechten moeten het net uitwerpen om zoveel mogelijk vis te vangen, ook vissoorten zoals paling die zich in de modder van zonde en ongerechtigheid en in de wellusten van het leven bevinden. Door het net dat tussen die twee scheepjes wordt meegesleept worden de vissen opgejaagd. Ze willen niet gevangen worden en proberen het net te ontvluchten. De vissers krijgen met hun arbeid te maken met moeilijke omstandigheden. Dan moeten we denken aan een sterke stroming van het water en aan hevige stormwinden. Kortom, ze ondervinden op allerlei manier tegenstand.

Vaak wordt er ’s nachts gevist. De discipelen hebben ook in de nacht gevist maar niets gevangen, terwijl men gewoonlijk juist ’s nachts het meeste vangt. De discipelen hebben moeten leren in de nacht niet op hun kennis en vakmanschap te vertrouwen. Vanuit de mens gezien vangt men niet zoveel, zeg maar gerust niets. Ze moeten terechtkomen in het eeuwige welbehagen Gods. Er zitten onder de prediking tweeërlei soorten mensen. We weten dat de uitwendige roeping komt tot iedereen die onder het gehoor verkeert, dus onder de bediening van Gods Woord. Maar nu de vraag: hoe wordt men van een onreine vis een reine vis? Bijvoorbeeld een paling die zich in de modder voortbeweegt. Maar nog indringender is de vraag: hoe kan een onreine zondaar weer rein worden? We zullen begrijpen dat dit alleen mogelijk is door waarachtige bekering.

We moeten gevangen worden in het net van Gods eeuwig welbehagen. In de Dordtse Leerregels wordt het zo kernachtig uitgedrukt: ”En dit is die wedergeboorte, die vernieuwing, nieuwe schepping, opwekking van de doden en levendmaking, waarvan zo heerlijk in de Schrift gesproken wordt, dewelke God zonder ons in ons werkt.” Zo wordt nu een mens inwendig geroepen. God zoekt een mens op en roept hem toe: Tot hiertoe en niet verder! O, wat ontstaat er dan een smart over de zonde en een droefheid naar God die een onberouwelijke bekering werkt tot zaligheid. We hebben reeds opgemerkt dat vissers vaak hun werk bij nacht en ontij moeten doen, dus in moeilijke omstandigheden. Vaak ervaren ze teleurstelling op teleurstelling. Zie maar de klacht van de discipelen: Meester, wij hebben den gehelen nacht over gearbeid en niets gevangen. Een natuurlijk mens is als een vis in het water die vrij van alles en onbekommerd zijn weg denkt te gaan. Zo’n vis moet gevangen worden in het Evangelienet. Maar dat net raakt een keer vol. En als dat net vol is, varen de schepen naar elkaar toe, op het strand aan. Dan is ontsnappen niet meer mogelijk.

In het visnet kunnen we van alles vinden. Goede en kwade vis. Hetwelk, wanneer het vol geworden is, de vissers aan den oever optrekken, en nederzittende lezen het goede uit in hun vaten, maar het kwade werpen zij weg. De vis wordt gesorteerd. De goede vis wordt bewaard, de rest wordt weggeworpen. De meeuwen komen af op wat zij wegwerpen. Bij honderden komen deze zeevogels daarop af en reken maar, niet één vis ontsnapt aan hun oog.

Wat een beeld gebruikt hier de Heere Jezus! Zoals vissers de gevangen vis sorteren, zullen Gods engelen op de oordeelsdag de ongelovigen gaan afscheiden van de gelovigen. Dat zal toch een ontzaglijke dag zijn! Gods knechten hebben dan hun taak volbracht. Zo zal het zijn in de voleinding der wereld. De Heere Jezus wijst dus naar het einde der eeuwen. Heeft het Evangelie in ons leven weleens kracht mogen doen? Zijn we als een verloren mens God in handen mogen vallen? Hebben we als een arme tollenaar het uitgeroepen: O God, zijt mij zondaar genadig?

In deze ernstige gelijkenis worden we gewezen op de ontzaglijke eeuwigheid die aanstaande is. Dan zal er gesorteerd worden. De kwade vissen zullen weggeworpen worden en de rovers der hel zullen ze opslokken en dat voor eeuwig. O, ontzettend! Maar de goede vissen die door Goddelijke genade gevangen zijn in dat Evangelienet, zijn door het bloed van Christus van een onreine tot een reine gemaakt. Wat zal dat toch voor Gods Kerk zijn! Komt, gij gezegenden Mijns Vaders, beerft dat Koninkrijk hetwelk u bereid is (Matth. 25:34). Zullen u en ik daar ook bij horen?

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 oktober 2017

De Wachter Sions | 12 Pagina's

Het Evangelie-visnet

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 oktober 2017

De Wachter Sions | 12 Pagina's