Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een al te innige omhelzing

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een al te innige omhelzing

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

drs. H.G. Leertouwer docent godsdienst en maatschappijleer aan tiet Wartburgcollege te Rotterdam en SGP-raadslid te Krimpen a/d IJssel

Graag wil ik beginnen waardering uit te spreken voor de lezing van dr. Ten Napel. Zijn boodschap voor politieke partijen met het oog op het veranderend politiek spectrum luidt kort samengevat: beginselpartijen zijn bepaald niet overbodig geworden; voor het dichten van de kloof tussen burgers en politiek is een betere oriëntatie nodig, maar geen verdere ontideologisering en personalisering.

Mijn reactie op zijn lezing wil ik, behoudens deze waardering beperken tot een enkele kanttekening. De parallellie, die hij signaleert tussen de eerste doorbraak in de 19e eeuw en de tweede doorbraak in de 20e eeuw, die beiden pas op termijn hebben plaats gevonden, verdient m.i. een relativering. De continuïteit in het gedachtengoed tussen Groen van Prinsterer en de ARP is op z'n minst in veel mindere mate aanwezig tussen de mannen van de 'Doorbraak' in 1946 en het humanistische kabinet van liberalen en socialisten in 1994. Maar met de hoofdlijn in zijn betoog, nl. dat beginselpartijen niet overbodig zijn, stem ik van harte in. En die sympathieke conclusie mogen we vrucht noemen van een wetenschappelijk onderbouwd betoog.

Het was te verwachten, dat onze fractievoorzitter in de Tweede Kamer, de heer Van der Vlies, die conclusie met grote instemming zou begroeten. En gelet op de wijze, waarop hij citeert, mag ik wel zeggen, dat hij die conclusie innig heeft omhelsd. Kleinere partijen als de SGP mogen zoveel mogelijk zichzelf blijven. Maar in de omhelzing van deze uitspraak heeft hij echter de twee woordjes, 'zoveel mogelijk, weggelaten. Hij merkt dat trouwens zelf ook op. In die beide woordjes zit duidelijk een nuance. In die woordjes wordt uitgedrukt, dat hoezeer het ook nodig is jezelf te blijven, je benaderingswijze van politieke vraagstukken gelet op het veranderende politiek spectrum wellicht toch enige wijziging moet ondergaan. Het kan inhouden, dat je om de aansluiting met de ontwikkelingen in de samenleving niet te verliezen, soms met een werkwijze accoord gaat, waar je eigener beweging niet voor zou hebben gekozen. In die twee woordjes 'zoveel mogelijk' komt eigenlijk de centrale vraag van deze conferentie aan de orde. En de vraag, die bij mij opkwam, is of in de innnige omhelzing van onze fractievoorzitter die centrale vraag niet is plat gedrukt.

Trouwens met zo'n stevige omhelzing verlies je wel de nodige distantie en dat kan soms onwenselijk zijn. Als hij van dr. Ten Napel overneemt, dat we desnoods tegen de tijdgeest in onszelf moeten blijven, vraag ik: ebben we ooit de tijdgeest mee gehad? Paulus sprak in zijn tweede Korinthebrief al over "de god dezer eeuw" (2 Kor.4:4), waartegen hij te strijden had. Ook al wil ik met Van der Vlies het bijzondere van onze postchristelijke tijd erkennen, met dat 'desnoods' houd ik moeite. Maar dat zijn gedachten niet anders dan de mijne zijn, maak ik op uit het zinnetje 'Zo was dat toen, zo is dat, helaas, nu meer dan ooit'.

Mijn vraag is, of je met 'jezelf blijven' wel helemaal kunt volstaan. Met die vraag heb ik zijn lezing gevolgd. Voor alle duidelijkheid stel ik, dat van een beginselpartij als de SGP niet anders mag worden verwacht dan dat er in het politieke optreden een grote constante te vinden is. Met de belijdenis van de theocratie is immers gegeven, dat we ten allen tijde en onder alle omstandigheden nastreven, dat het Woord van God doorklinkt op alle terreinen van het leven. In dat opzicht geldt slechts één gebod, nl. dat we onszelf blijven. Van der Vlies schetst de bedroevende ontwikkelingen van de laatste decennia en ik val hem daarin helemaal bij. Daarbij onderscheidt hij de oproep om jezelf te blijven van de uitleg steeds hetzelfde te zeggen. En het geliefde beeld van een klomp goud, die moet worden omgesmeed tot pasmunt wordt erbij betrokken. De vraag blijft wel, wat we met dit fraaie beeld bedoelen. In zijn lezing worden wel steeds nieuwe onderwerpen genoemd, waarover de S.G.P. zich moet uitspreken, maar dan is nog geen sprake van een nieuwe benaderingswijze. Toch zijn er wel aanzetten in zijn lezing, die die richting uitwijzen. Hij wijst op de omslag in de heersende bestuurscultuur en noemt de spanning tussen participatie en het minder accentueren van eigen levensbeschouwelijke argumenten. Hij citeert prof. Graafland, als deze schrijft over het "dialogische gestalte van de theocratie". En als derde voorbeeld noem ik zijn opmerkingen over het meedoen met de electronische snelweg. Het niet meedoen kan tot modern analfabetisme leiden. Maar in de genoemde gevallen is steeds mijn vraag, hoe zijn visie hierop is. Citeert hij Graafland met instemming en wil hij de snelweg op? Graag had ik een concretere uitwerking gezien. Mijn reactie op de lezingen wil ik graag met enkele uitspraken afronden.

Met instemming citeer ik Van der Vlies' oproep om "met beslistheid en bescheidenheid" te werk te gaan. Bescheidenheid trouwens ook vanwege onze bescheiden plaats in de samenleving.

Essentieel lijkt me, dat er bezinning komt over het Schriftberoep in de politiek. Mijn vraag aan de heer Van der Vlies is in dit verband, of als je één en ander niet rechtsstreeks aan de Schrift kunt ontlenen, er dan geen reden is voor een bescheiden opstelling? Maar ik denk, dat er genoeg reden is om eens grondig aandacht aan dit onderwerp binnen de partij te besteden.

Met de uitspraak, dat de SGP vergeleken met het GPV en de RPF een eigen gedachtengoed heeft ben ik het helemaal eens. Enerzijds zien we een ontwikkeling, waarbij we als SGP steeds meer alleen komen te staan. Maar anderzijds stel ik, dat wanneer we in het Schriftberoep in de politiek ons meer laten leiden door een concentratie op het grote centrum van de Schrift de kloof kleiner kan worden. Het moet toch te denken geven, dat op verschillende niveaus van een constructieve samenwerking sprake kan zijn.

Tenslotte meen ik, dat een zodanig Schriftberoep ook een versoepeling met zich mee kan brengen voor het gebruik van media door politici. Dat de televisie verwoestend werkt in de gezinnen wordt door mij ten volle onderschreven, maar dat sluit een goed gebruik van dit medium niet uit.

Laat de SGP bij een veranderend politiek spectrum naar de samenleving toe wervend mogen werken. Niet met een hoge dunk van wie wij zijn, maar wel met alle dunk van de kracht van Gods Woord en getuigenis.

Dit artikel werd u aangeboden door: Wetenschappelijk Instituut voor de Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 december 1995

Zicht | 52 Pagina's

Een al te innige omhelzing

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 december 1995

Zicht | 52 Pagina's