Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De digitale samenleving

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De digitale samenleving

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ir.H.Kievit Econoom en werkzaam bij Noaberfoundation

Wie niet wereldvreemd is, zal beamen dat allerlei technologieën, in velerlei vormen, de mensen nauw omringen. Het lijkt wel alsof een drietal cirkels van soorten technologie om de mens heen te trekken zijn.

Allereerst de cirkel van technolo-gie die de mensen flexibiliteit verschaft in het maatschappelijke verkeer. De ontwikkeling van deze cirkel begon met de uitvinding van het wiel, kreeg een belangrijke versnelling door de boekdrukkunst en expandeerde geweldig na de ontdekking van de stoommachine en de elektriciteit. In de tweede plaats is er een

Zuid-Holland

Met instemming nam ik kennis van het onlangs verschenen rapport Bruisend Water van de provincie Zuid-Holland. Deze provincie wil dat de visie op het waterbeheer fundamenteel verandert. Waterbeheer moet een meer sturende rol krijgen bij de ruimtelijke ontwikkeling. Instanties die zich met waterbeheer bezighouden moeten zich efficiënter opstellen en beter samenwerken, aldus het rapport.

„ Voor de toekomst geldt efficiency en zijn vijf thema's bepalend: veiligheid, zoetvcatervoorziening, water in en rond de stad, duurzaam beheer veengebied en duinen."

De opstellers noemen het niet langer vanzelfsprekend dat er een strikte taakafbakening bestaat tussen waterschappen, gemeenten, provincie en waterleidingbedrijven. Voor de toekomst geldt efficiency en zijn vijf thema's bepalend: veiligheid, zoetwatervoorziening, water in en rond de stad, duurzaam beheer veengebied en duinen.

Een nuchtere kijk op de verschillende taakvelden is nodig. In het rapport Het blauwe goud verzilveren komt het Rathenau Instituut tot een zelfde aanbeveling.

Planprocedures

Naast een herschikking van taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden zullen, naar mijn gevoelen, ook de planprocedures beter op elkaar moeten worden aangepast en vereenvoudigd.

We kennen diverse plannen. Op rijksniveau de Nota Waterhuishouding, het Nationaal Milieubeleidsplan, de Nota Ruimtelijke Ordening en de Structuurschema Groene Ruimte. Op provinciaal niveau de Waterhuishoudingsplannen, Milieubeleidsplannen en de Streek-of Omgevingsplannen. En op gemeentelijk niveau de Rioleringsplannen en Bestemmingsplannen. Dan hebben ook nog de Waterbeheersplannen van het Waterschap. En tenslotte komen we op tactisch niveau ook nog eens diverse plannen tegen. Al die plannen kennen een eigen planprocedure. Om de interactie te bevorderen zal er gestreefd moeten worden naar een betere afstemming (nu legt iedere overheid nog een stukje van de puzzel), heldere, uniforme procedures, zodat de organisaties, bedrijven en burgers weten wanneer, hoe, bij welk plan en bij wie ze kunnen meespreken.

"Dun het formele waterplannenwoud uit", zegt het Rathenau Instituut, "en maak per deelstroomgebied één waterplan."

Drie bestuurslagen

Wanneer we al deze zaken op ons in laten werken - een versnippend beleidsveld, 646 overheden, ruim honderd plannen, verschillende planprocedures en ga 20 maar door, dan is het tijd om het waterbed eens goed op te schudden. De huidige praktijk vormt, naar mijn gevoelen, een opstakel voor de ontwikkeling van het duurzaam waterbeheer en belemmert de efficiency. Veel menskracht en geld gaan op aan overhead, onderhandeling, afstemming, coördinatie, competentiestrijd en beslechting van geschillen.

Waarom, 20 vraag ik me af, is het niet mogelijk c.q. niet wenselijk, dat op Neêrlands waterbed een deken komt met drie banen. De rode baan (zo u wilt: de paarse) van het rijk (voor het aangeven van de nationale kaders en hoofdlijnen), de witte baan van de provincies (die moeten meer kleur en bestuurlijke body krijgen) en de blauwe baan van de gemeenten (omdat zij het meeste met het water van doen hebben: aan - en afvoer, vijvers, watergangen en in de toekomst wellicht drijvende wijken). Waarom zijn die drie banen op het gebied van het milieu en de ruimtelijke ordening, wel mogelijk en niet op het gebied van wateri

Landbouwgrond

Nog meer veranderingen zullen zich voltrekken. Immers, het nationale beleid is gericht op het hebben en houden van een veilig en bewoonbaar land en het instandhouden en versterken van gezonde en veerkrachtige watersystemen, waarmee een duurzaam gebruik blijft gegarandeerd. Voor de invulling hiervan kan niet langer worden volstaan met traditionele maatregelen. Veiligheid is meer dan dijkversterking alleen. Andere oplossingen zijn denkbaar en soms goedkoper. Het is economisch verantwoord, zo concludeert het Centraal Planbureau in het onlangs verschenen rapport Ruimte voor water om landbouwgrond te gebruiken voor de opvang van water, als maatregel tegen de wateroverlast en het risico op overstromingen in Nederland. De vraag is of onze landbouwers daarop zitten te wachten. Ik vergelijk dit voorstel tot ontwatering met de ontwikkeling en realisering van de Ecologische Hoofdstructuur van Nederland. Kavelruil, bedrijfs- beëindiging of - verplaatsing, overwaaiend zaad van onkruid en een op de ecologie afgestemd watersysteem vermeerderen de zorgen van de agrarische sector.

Uit de Staatscourant van maandag 27 november 2000 begrijp ik dat de provincie Zeeland een actieplan voor de ontwikkeling van de Ecologische Hoofdstructuur heeft opgesteld waarvan je gaat watertanden. Zowel bodem en water, dijken en waterwegen worden in het actieplan betrokken. En gewezen wordt op de gezamenlijke verantwoordelijkheid - van particulieren, instellingen, organisaties en overheid - om duurzaam om te gaan met het water.

Vijfde nota

De Vijfde Nota Ruimtelijke Ordening gaat hier ook op in. Het water krijgt een centrale plaats in deze Nota. Er komen zelfs twee nieuwe randmeren bij: één bij de Wieringermeer en één bij de Noordoostpolder, althans dat zijn de gedachten van minister J. Pronk. Voor het scheppen van een beter waterbeheer wordt 6, 7 miljard uitgetrokken. Dat geeft perspectief voor de toekomst. Het \A'oord, meer de daad, is thans aan het waterveld.

Daarnaast worden m de Vijfde Nota vier Nationale Landschappen aangewezen, waarin het water centraal staat. Pronk duidt ze indicatief aan. Uit het hoofdstuk dat aan de landsdelen is gewijd, kan worden afgeleid dat delen van het Groene Hart de status van Nationaal Landschap krijgen, evenals Waterland, samen met de oude polders Wormer, Beemster en Schermer. Ook de Hoeksche Waard wordt een Nationaal Landschap en het westelijk rivierengebied, aansluitend aan het Groene Hart. Het is verleidelijk om dieper op de recent verschenen concept-Vijfde Nota, in te gaan. Ik laat het hierbij.

imago

Tenslotte nog een ongevraagd advies van mijn kant aan het adres van de minister van Buitenlandse Zaken. Uit een vorige week verschenen rapport blijkt dat Nederland een symbool, imago, mist. De minister zoekt wat anders voor de over de hele wereld bekende tulpen, molens en klompen. Naar mijn gevoelen is Nederland (de lage landen aan de zee) ondenkbaar zonder water, maar ook zonder scheepvaart.

In Nederland-distributieland is scheepvaart een belangrijke positie toegedacht. Transport over water is relatief goedkoop. Het neemt relatief weinig ruimte in beslag en het is een weinig milieubelastende vorm van transport. Water wordt op die manier economisch gezien interessant. En wat te denken van water, wonen (drijvende huizen) en recreëren (varen)i Varen is zowel rustgevend als spannend en wonen aan of op het water geeft een extra dimensie aan het bestaan.

De kennis en kunde op het gebied van water is, naar mijn gevoelen, een goed (export)product. Nederland heeft een reputatie op het gebied van waterstaatkunde en waterbeheer opgebouwd. Over de hele wereld zijn de inpolderingen, de deltawerken, bagger-en zuiveringstechnieken en andere waterstaatwerken bekend, maar hoe dragen we ze naar buiten^ Onze know how op dit terrein. Dat kan alleen, naar mijn gevoelen, als de kennisdragers, ook op dit terrein, elkaar niet beconcurreren, maar de krachten bundelen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Wetenschappelijk Instituut voor de Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 december 2000

Zicht | 48 Pagina's

De digitale samenleving

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 december 2000

Zicht | 48 Pagina's