Theocratie, technocratie, en democratie
Een driedimensionale schets voor principieel praktisch persoonlijk politiek handelen
Het vinden van een voor iedereen optimale regeringsvorm is in een steeds ingewikkelder wordende samenleving niet eenvoudig. Het grootste deel van de mensheid heeft dan ook geen vastomlijnde politieke idealen meer. Er wordt zelfs met een zeker wantrouwen gekeken naar mensen die dat wel hebben. Ideologisch gedreven politieke bewegingen hebben de afgelopen eeuwen heel wat onheil veroorzaakt.
Ir. A. van Maldegem RAADGEVEND INGENIEUR
Het is begrijpelijk dat bijvoorbeeld het streven naar een theocratie uiterst kritisch wordt benaderd. Dat dwingt een partij als de SGP tot een heldere uitleg over de praktische wijze waarop een theocratisch ideaal vorm gegeven zou kunnen worden. In dit artikel wordt daartoe een aanzet gegeven.
Beleidsvorming nu
Wie probeert te beschrijven hoe tegenwoordig de maatschappij wordt geregeerd heeft het niet gemakkelijk. Het formele besturen en leiden van een land of volk door een overheidsorganisatie is wereldwijd nog steeds officieel gangbaar, maar in werkelijkheid zijn allerlei informele besluitvormingsprocessen meer bepalend geworden voor de sturing van de samenleving. Belangrijke trefwoorden daarbij zijn schaalvergroting, kennisexplosie, milieudegradatie, multiculturele mixing, en functionele netwerkvorming. De schaalvergroting heeft als basis de enorme bevolkingsgroei, waardoor nationale zelfvoorziening onmogelijk wordt en mondialisering onontkoombaar. Dit dwingt tot verregaande internationalisering van de economie, inclusief het afhankelijk worden van grillige monetaire en commerciële marktprocessen. Het stimuleert ook de vorming van multinationale instellingen en bedrijven die een grote impact hebben op de welvaartsverdeling maar moeilijk controleerbaar zijn. Verder bevordert dit de totstandkoming van dwingend in stand te houden infrastructuur die keuzevrijheden drastisch inperkt. Naarmate de mensheid in omvang toeneemt, vermindert de invloed van de individuele mens. Bij politieke stelsels gebaseerd op evenredige vertegenwoordiging wordt het effect van deelname via persoonlijk stemrecht niet meer waarneembaar.
De kennisexplosie op wetenschappelijk en technisch gebied is zowel voor bestuurders als gewone burgers niet te bevatten noch te overzien. De effecten van innovaties verrassen de samenleving derhalve altijd. Tegen de tijd dat bewust besluiten genomen zouden kunnen worden is op min of meer spontane wijze al een praktijk van handelen gegroeid. De politieke actie omvat in de regel niet meer het sturen van ontwikkelingen maar het achteraf vastleggen ervan in wet-en regelgeving. Omdat in tussentijd nieuwe inzichten zijn verkregen zal het beleid bij invoering reeds verouderd zijn. Bovendien is het vanwege complexiteit vrijwel onont-
koombaar dat tegenstrijdigheden in de besluitvorming optreden. In de praktijk zal er informeel veel geregeld worden door vakspecialisten en kennisconsumenten.
Een multicullurele mixing door toename van migratie en communicatie levert uiteenlopende waarden-en normenpatronen op die in het publieke domein kunnen conflicteren.
Milieudegradatie bedreigt welvaart en welzijn van de totale mensheid, maar de relaties tussen baten van natuurexploitatie en nadelige effecten op korte en lange termijn zijn lastig toewijsbaar. Het collectieve resultaat is meer een gevolg van de individuele keuzes van producenten en consumenten dan van centrale overheidssturing. Oncontroleerbare factoren daarbij zijn natuurlijke fluctuaties die zowel een dempend als versterkend effect op het menselijk handelen kunnen hebben. Een multiculturele mixing door toename van migratie en communicatie levert uiteenlopende waarden-en normenpatronen op die in het publieke domein kunnen conflicteren. Verschillen in religie en levensbeschouwing, etniciteit, en regionale tradities zijn moeilijk in een gemeenschappelijk politiek systeem te integreren. Handhaving van een status quo gebaseerd op vreedzame coëxistentie is in theorie mogelijk maar zal in de praktijk voortdu rend bedreigd worden door een dominante subcultuur. In dergelijke situaties is de loyaliteit van de burger aan een overheid sterk afhankelijk van een actuele vertegenwoordiging, en zal een regeringsbeleid zeer basaal op voor levensbeschouwelijk meer neutrale materiële randvoorwaarden gericht zijn. Voor een centrale politieke visie en sturing is in een multiculturele samenleving weinig speelruimte. Met functionele netwerkvorming waarbij allerlei gelegenheidscoalities ontstaan tussen ongelijksoortige groeperingen met een gemeenschappelijk deelbelang kunnen op korte termijn praktische resultaten worden geboekt. Naarmate de officië le politieke besluitvorming trager en stroever verloopt wordt actie voeren via media, "one-issue" bewegingen, en lobby-clubs populairder. Regeringsbeslissingen kunnen zo worden gestuurd door informele persoonlijke relaties in combinatie met publieke opinievorming, waarbij de formele procedurele politieke route slechts dient als fai; ade en legitimering achteraf.
Uit deze beknopte exercitie volgt dat het traditionele denken over regeren in termen van nationale eenheidsstaten waarin een hiërarchisch opgebouwde overheidsorganisatie overeenkomstig vaste wettelijke procedures de samenleving bestuurt niet strookt met de waarneembare werkelijkheid. Door de veelheid aan menselijke interacties is het lastig om om op collectief niveau vast te stellen hoe de maatschappij geleid wordt. Duidelijk is wel dat gecentraliseerde instituties gezien de complexiteit van de moderne samenleving voor adequate beleidsbepaling structureel over onvoldoende kennis beschikken en te weinig flexibel zijn. Dit betekent dat verandering van historisch gegroeide regeervormen nodig is maar tevens dat dat niet kan zonder een nadere analyse van de wijze waarop politieke besluitvorming plaatsvindt.
Kernelementen
Wanneer een persoon een keuze maakt heeft dat naast de eigen individuele voorkeuren ook te maken met de waarneembare mogelijkheden in de omgeving en met persoonsoverstijgende doelstellingen en verwachtingen. Deze trits van persoon, periferie, en perspectief is ook op collectief niveau terug te vinden. Bij besluitvorming op het publieke terrein zijn mensen, middelen, en motieven de drie kernelementen.
De mensen vormen de samenleving en geven er richting aan. Niet iedereen heeft daarbij een gelijkwaardige positie en invloed. Kenmerkend voor de personele bezetting van publieke bestuurs-
functies is het tijdelijke karakter en de grote variëteit doordat elk individu uniek is. Ook bij gelijke functies wordt de invulling altijd gestempeld door de persoonlijkheid van de functionaris. Twistpunt betreffende de politieke bemensing is de wijze van vertegenwoordiging van de geregeerden. Veel aandacht is gegeven aan de machtsverdeling in een samenleving, en veel regeringsvormen ontlenen hun naamgeving aan dit aspect. Democratie, dictatuur, en varianten als aristocratie, plutocratie, monarchie, timocratie, anarchie, en oligarchie zijn daarvan voorbeelden.
De mensen vormen de samenleving en geven er richting aan. Niet iedereen heeft daarbij een gelijkwaardige positie en invloed. Kenmerkend voor de personele bezetting van publieke bestuursfuncties is het tijdelijke karakter en de grote variëteit doordat elk individu uniek is.
De middelen waarop politieke besluitvorming betrekking heeft omvatten meer dan alleen de aanwezige natuurlijke hulpbronnen en technische voorzieningen. Ook zaken als wetenschappelijke kennis en organisatorische methoden bepalen de keuzemogelijkheden. Zowel milieubeheer als cultuurontwikkeling zijn object van regeringsbeleid en na uitvoering tevens de meest concrete manifestatie ervan. Kenmerkend voor de middelen is dat er een grote mate van continuïteit is bij een gelijktijdig voortgaande ontwikkeling. De natuurlijke geologische en klimatologische omstandigheden inclusief flora en fauna zijn structureel stabiel, al fluctueren ze in intensiteit, en nemen ze af in diversiteit. Daarentegen nemen op cultureel gebied kennis en technologie in omvang en diepgang toe, zodat voortdurend nieuwe mogelijkheden opdoemen. Die groei in beheersingsmogelijkheden kan hoofddoelstelling van beleid worden. Typische regeringsvormen met een dergelijke gerichtheid op middelen zijn technocratie en bureaucratie, behorend bij politieke stromingen als pragmatisme, utilitarisme, en materialistisch utopisme.
De motieven als leidraad voor regeringsbeslissingen omvatten meer dan puur persoonlijke of materiële wensen. Het betreft ook doelstellingen die betrekking hebben op universele waarden. Ze vormen richtinggevende elemen ten die onafhankelijk van aan tijd en plaats gebonden mensen en middelen geldigheid behouden. Voorbeelden van deze politieke beginselen zijn regels inzake de beschermwaardigheid van de natuur, de gelijkwaardigheid van mensen, eerbiediging van religieuze wetgeving, of specifieke idealen.
Hierop geconcentreerde regeringsvormen vallen onder de noemer theocratie of worden gedefinieerd door een al dan niet seculiere ideologie, of gerelateerd aan een constitutie of grondwet. Voorbeelden zijn te vinden bij religies als jodendom, christendom en islam, en ideologiën als socialisme, communisme, kapitalisme, conservatisme, fascisme, liberalisme, en nationalisme. Om deze enigzins abstracte en summiere driepuntsanalyse verder uit te werken wordt nader gekeken naar de drie bijbehorende ideaaltypen van regeringsvormen: democratie, technocratie, en theocratie.
Ideaaltypen en mengvormen
De democratie is antropocentrisch: de mens is de maat der din gen, de mensheid de bron van waarden. In de meest vergaande vorm van volkssoevereiniteit bepalen alle mensen in gelijke mate het regeringsbeleid mee. In de praktijk is dit niet realiseerbaar. Door het stellen van burgerschapseisen, leeftijdsgrenzen, intelligentieminima, en gedragsbepalingen wordt het aantal meebeslissers gereduceerd. Omdat een volksgemeenschap voor directe medezeggenschap al snel onpraktisch groot is, ontkomt een democratie niet aan een vorm van
gedelegeerde besluitvorming. Twee methoden zijn dominant geworden : indirect meebeslissen via het kiezen van een politiek vertegenwoordiger, en direct meebeslissen over bepaalde onderwerpen bij stemming via een referendum. De voordelen van de democratie zijn duidelijk: er is een groot draagvlak voor genomen meerderheidsbesluiten, machtsmisbruik kan worden ingeperkt, er kan een gedegen discussie plaatsvinden met medeweging van ieders argumentatie en opinie, bij algemeen passief kiesrecht kan in principe ieders talent worden benut. Nadelen zijn eveneens helder: minderheden kunnen worden gemarginaliseerd, demagogie en populisme krijgen een kans met het risico op instabiliteit, zonder kwaliteitseisen te stellen aan kiezers en kandidaten kan het beleid abominabel worden, besluitvorming kan een zeer traag verloop krijgen, en waarden en normen zijn afhankelijk van wisselende groepsopvattingen.
Zeldzaam zijn theocratisch georiënteerde politieke systemen. De meest bekende en uitgebreidst beschreven is de oud-Israelitische samenleving, die eeuwenlang als theocratische monarchie heeft bestaan, met een uitgebalanceerde wetgeving. Een theocratie die ook lang gefunctioneerd heeft was te vinden in Tibet, totdat de Dalai Lama na Chinese annexatie in ballingschap is gegaan.
De technocratie is sterk zaakgericht en planmatig. De materiële prestatie is tot doel van de samenleving gekozen en alles is er op gericht om de geplande zaken zo efficiënt mogelijk te bereiken. iVIensen worden ingezet als productiemiddelen, niet-materiéle motieven worden irrelevant gevonden, vakkennis en infrastructuur staan in hoog aanzien, een meerjarige planning wordt met uitgebreide administratieve procedures bewaakt, en er is een voorkeur voor prestigieuze en grootschalige ontwerpen. Voordelen van een technocratie zijn : de publieke voorzieningen kunnen uitgebreid en hoog van kwaliteit zijn, de bevolking krijgt de beschikking over vakkennis en vaardigheden, welvaart en levensverwachting kunnen hoog zijn, en er heerst in principe een stabiele orde. Nadelen zijn : het persoonlijke leven wordt sterk bepaald door arbeid, de private ruimte wordt beperkt, ideële activiteiten worden snel weggedrukt, het risico van roofbouw op natuurlijke hulpbronnen stijgt, en de sociale diversiteit wordt geremd. De theocratie, het zij op religieuze of op seculiere basis, zoekt de zingeving in een buiten het menselijk heden liggend doel. Het politiek handelen heeft geen betekenis in zich, maar dient slechts hogere idealen. Er is een gerichtheid op wetten en rituelen, op gedragsbeheersing in zowel het publieke als private domein, op algehele deelname aan een cultus, op bestrijding van andere opvattingen. De bronnen van de universeel geachte waarheid worden centraal gesteld, in de vorm van gecanoniseerde geschriften en geïnspireerde leiders of instituten, en publieke functies worden voorbehouden aan medestanders. Voordelen van een theocratie zijn: er kan een stabiele hoogwaardige ethiek gehandhaafd worden, er is perspectief voor de lange termijn, grondregels zijn duidelijk en beleid is voorspelbaar, en sociale verbanden kunnen intrinsiek versterkt worden. Nadelen zijn : de nadruk op een ideaal kan ten koste gaan van mensen en middelen, de individuele vrijheid van geweten en handelen kan ernstig worden aangetast, bij rigide wetgeving worden innovatie en culturele progressie afgeremd, en onduidelijkheid over de juiste interpretatie van de leer kan ernstige conflicten veroorzaken.
In de praktijk komen de ideaaltypen nooit in extreme vorm voor, althans, nooit lang. Te grote eenzijdige fixatie op één aspect leidt niet tot een levensvatbare samenleving. Het centraal stellen van de mensen kan ten koste gaan van middelen en motieven. In een democratie bijvoorbeeld rijden de treinen niet altijd op tijd, en kan de publieke ethiek zeer laag worden. Een technocratische concentratie op infrastructuur en organisatie gaat ten koste van een bevolking en zingevingsmotieven. Van het eenzijdig theocratisch opleggen van een levensbeschouwelijke visie kunnen personen en voorzieningen letterlijk het slachtoffer worden. Er zal altijd een zeker evenwicht gehandhaafd moeten worden waarbij recht gedaan wordt aan elk van de factoren mensen, middelen, en motieven afzonderlijk. Dat blijkt ook uit de historisch gerealiseerde regeringsvormen.
Theodemocratische regeringsvormen zijn voornamelijk te vinden in kleine leefgemeenschappen met een sterke religieuze identiteit en een gestagneerde culturele ontwikkeling.
Zeldzaam zijn theocratisch georiënteerde politieke systemen. De meest bekende en uitgebreidst beschreven is de oud-Israelitische samenleving, die eeuwenlang als theocratische monarchie heeft bestaan, met een uitgebalanceerde wetgeving. Een theocratie die ook lang gefunctioneerd heeft was te vinden in Tibet, totdat de Dalai Lama na Chinese annexatie in ballingschap is gegaan. Van recente datum is een theocratisch regime in Iran waar de geestelijke islamitische leiders het landbestuur hebben overgenomen, en de ontwikkeling van infrastructuur en bevolking grotendeels gestagneerd is geraakt. De meest stabiele nog bestaande theocratie wordt gevormd door het Vaticaan, zij het dat dat geen volwaardige samenleving vormt.
Ook de technocratische regeringsvorm komt in zuivere vorm zel den voor. De oudst bekende verwijzing is te vinden bij de torenbouw van Babel: een typisch voorbeeld van een megalomaan project als identificatiepunt voor de samenleving. In de loop van de geschiedenis zijn in combinatie met nationalisme en militairisme diverse bureaucratische regeringsstelsels gevormd met een grote voorliefde voor prestigeprojecten, zoals in de vorige eeuw onder de regimes van Hitler en Stalin. In de huidige tijd is Singapore een typerend voorbeeld van een technocratisch geregeerde staat.
Hoewel de democratische regeringsvorm wereldwijd gepropageerd wordt, is de regeermacht toch in verreweg de meeste landen in handen van een zeer klein deel van de bevolking. Ook in vroeger tijden, te beginnen in Athene, was democratische be sluitvorming hoofdzakelijk beperkt tot een elitair deel van de mannelijke ingezetenen. Abrupte omschakelingen naar brede volkssoevereiniteit zijn vaak in chaos en dictatuur geëindigd, zoals bij de Franse Revolutie, de Weimar-Republiek, en - meer recent - Zimbabwe. Een voorbeeld van een land met een oude stabiele democratische traditie is Zwitserland, al is deze regeerwijze ook daar altijd begrensd gehouden door grondregels en omgevingsfactoren.
Van specifiek duale combinaties van regeringsvormen zijn meer voorbeelden te noemen.
Zo komt tegenwoordig de technodemocratie veel voor in geseculariseerde Westerse landen zoals in Scandinavië, met een hoogopgeleide bevolking en een ver ontwikkeld natuur-en technologiebeleid. De levensbeschouwelijke noties zijn gereduceerd tot enkele basale constitutionele grondregels. Technotheocratische regimes zijn te vinden in ondermeer de Golfstaten. Een islamitische wetgeving flankeert daarbij een technologisch-economische ontwikkeling waarbij politieke inbreng vanuit de bevolking minimaal is.
Wanneer gekeken wordt naar de aandacht die de diverse partijen geven aan de drie regeeraspecten motieven, middelen, en mensen dan is duidelijk dat er verschillende accenten gelegd worden.
Een bijzonder extreem geval is Noord-Korea met een semi-religieuze leiderschapscultus ingebed in een rigide planbureaucratie met louter fictieve invloed vanuit de bevolking.
Theodemocratische regeringsvormen zijn voornamelijk te vinden in kleine leefgemeenschappen met een sterke religieuze identiteit en een gestagneerde culturele ontwikkeling. Meest bekend zijn wel de Amish, alhoewel ook in Azië, Afrika, en Zuid-Amerika diverse nomadische en agrarische bevolkingsgroepen een dergelijke bestuurscultuur kennen bij uiteenlopende godsdienstige over tuigingen.
In de loop van de geschiedenis veranderen regeringsvormen van karakter. De Verenigde Staten van Amerika bijvoorbeeld hebben een tamelijk ideëel gemotiveerde start gemaakt (Pilgrim Fathers) in een beperkt democratische vorm (uitsluiting van niet-blanken en vrouwen), aangevuld met een van privaat naar publiek verschuivende cultuurontwikkelingsdrang (militair-industrieel complex). Inmiddels is een merkwaardige mix ontstaan van een machtig technocratisch apparaat waarbij periodiek tegen zeer hoge kosten een klein aantal per sonen in publieke functies wordt geselecteerd, en formeel publieke idealen naar het private domein worden verwezen maar desondanks informeel beleidsbeinvloedend blijven. Vergeleken met andere grootmachten als Rusland (momenteel in een voornamelijk pessimistisch technocratische fase bij gebrek aan democratische inbreng en verlies aan ideologische motivatie) en China (idem maar desondanks optimistisch technocratisch) zijn in de VS motieven, middelen, en mensen altijd beter in de regeringsvorm op elkaar afgestemd gebleven, en hebben ze buiten het overheidssysteem meer ruimte behouden.
Nederlandse situatie
In Nederland is een constitutionele monarchie met een parlementaire democratie de officiële regeringsvorm. Praktisch is sprake van een bureaucratische particratie : ambtenaren en politieke partijen bedisselen in onderling overleg de gang van zaken, al dan niet hinderlijk links en rechts gemasseerd door mondige burgers en calculerende bedrijven. Ondanks het in naam democratische systeem is maar een zeer klein deel van de burgers daadwerkelijk politiek actief, en neemt gemiddeld meer dan een kwart niet eens deel aan de periodieke verkiezing van volksvertegenwoordigers (de vermenging van standpunten en personen maakt effecten van stembusuitslagen door coalitievorming ook weinig causaal). Er zijn slechts begrensde mogelijkheden tot bijsturing van het beleid omdat dit voor het merendeel technocratisch vastligt. Het simpele feit dat een groot deel van het Nederlandse grondgebied overstromingsgevoelig is, dwingt tot de instandhouding van een zeer uitgebreide infrastructuur.
De handelingsvrijheid van iedere Nederlander die in politieke functies gekozen is, wordt verder beperkt doordat vanwege de betrekkelijk kleine omvang van land en bevolking de buitenlandse invloed op het politieke beleid groot is.
Omdat bij dit alles nog steeds de formele regeermacht en ambtelijke benoemingen via het stelsel van politieke partijen geregeld worden is nadere bestudering van hun opvattingen onontkoombaar. Bij analyse van de politieke opstelling blijkt dat vooral de grote partijen in hun handelen minder ideologisch en meer pragmatisch optreden. Uiteraard zijn er binnen partijen verschillen in benadering, maar de algemene trends zijn herkenbaar.
Wanneer gekeken wordt naar de aandacht die de diverse partijen geven aan de drie regeeraspecten motieven, middelen, en mensen, dan is duidelijk dat er verschillende accenten gelegd worden. Schematisch kan dat worden weergegeven met een diagram waarin de
lengte van een aspectpijl correspondeert met de inbreng van de betreffende partij op dat punt. Ten opzichte van een middelpunt levert dat een kenmerkende positie op. In figuur A is dat geïllustreerd voor de SGP, die duidelijk in de eerste plaats aandacht geeft aan waarden en normen, minder toekomt aan concrete praktische uitwerkingen qua middelen, en de menselijke positionering en profilering een lage prioriteit geeft.
Door dit zo voor alle partijen te schetsen ontstaat een relatief overzichtsbeeld, {zie figuur B) Hierbij moet wel bedacht worden dat bij ongeveer gelijke relatieve positionering een ervaren partij als het CDA in absolute zin heel wat dieper op elk van de aspecten ingaat dan een nieuwkomer als de LPF.
Wat nog mist in het overzicht is een positionering van de groeiende groep islamitische allochtonen. Naar verwachting zal een deel daarvan verder integreren in be staande politieke partijen.
Een eventueel levensvatbare nieuwe partij zal vermoedelijk een theocratisch-democratische oriëntatie krijgen met veel aandacht voor de eigen levensbeschouwing en groepsemancipatie.
Hoewel deze schets uiteraard slechts indicatief kan zijn, ontstaat wel een illustratief beeld van een voornamelijk technodemocratisch geregeerd land.
Interessant is dat er vanuit de samenleving een beweging op gang komt terug naar het middelpunt, via de roep om meer aandacht voor waarden en normen, en vragen naar zingeving.
Eveneens komt bij op emancipatie en democratisering gefocuste partijen de publieke infrastructuur meer in de belangstelling te staan. Dit strookt met de eerder gevonden historische ervaring dat het niet op evenwichtige wijze aandacht geven aan de drie regeeraspecten op lange termijn spaak loopt.
Algemene constateringen
Uit de voorgaande vormanalyse blijkt dat voor het in balans houden van de samenleving los van de preciese levensbeschouwelijke inhoud elk politiek systeem zowel theocratische als technocratische als democratische elementen moet bevatten. In die zin zijn niet-theocratische en niet-technocratische partijen even ongewenst als nietdemocratische. Er kan worden geconcludeerd dat de drie aspecten motieven, middelen, en mensen elkaar onderling niet kunnen vervangen : ze staan haaks op elkaar. Het gebruikte pijldiagram behoort dan meetkundig omgezet te worden naar een drie-dimensionaal assenkruis. Dat illustreert ook duidelijker wat bijvoorbeeld gebeurt als zingevingsmotieven ofwel de verticale dimensie uit de politiek verdwijnen: de maatschappij wordt dan twee-dimensionaal platvloers. Nog benauwder wordt het als ook de democratie daarbij door een dictatuur wordt vervangen: er rest
slechts één-dimensionaal technocratisch lijntrekken (zie Noord-Korea). Een samenleving die geen ruimte krijgt kwijnt weg. Zoals in de inleiding is geconstateerd heeft de formele overheid steeds minder invloed op de ontwikkelingen in de maatschappij. In theorie zou kunnen worden verondersteld dat daardoor aspecten van politieke besluitvorming totaal zouden kunnen worden geprivatiseerd. In de praktijk werkt dat echter niet omdat naast de vorm ook de inhoud een wezenlijke betekenis heeft. Op het publieke terrein leidt dat onvermijdbaar bij elk van de drie aspecten tot conflicten. Er blijft een collectief reguleringsmechanisme nodig. Wel zal bij een formele overheidsorganisatie het aantal ondergebrachte motieven, middelen, en mensen kunnen worden beperkt tot een minimum naarmate de rest van de samenleving beter in staat is om in private verantwoordelijk de beschikbare ruimte verder te benutten. De uiteindelijke grensafbakening zal al tastend uit concepten variërend van nachtwakerstaat tot verzorgingsstaat ontdekt moeten worden, en dynamisch van karakter blijven.
Christenen moeten niet krampachtig vasthouden aan traditionele werkwijzen: dat leidt tot stagnatie. De hedendaagse dynamiek vraagt om nieuwe methoden om oude waarheden uit te dragen.
Opties voor christelijke politiek
Het ontbreekt hier in dit artikel aan ruimte om uitgebreid op de consequenties van voornoemde analyse in te gaan. Daarom worden nu kort enkele opmerkingen geplaatst over hoe vanuit christelijk perspectief met de huidige wereldwijde politieke organisatieproblemen kan worden omgegaan, met een toespitsing op de SGP.
Allereerst kan worden geconstateerd dat de christelijke levensbeschouwing inhoudelijk uitermate passend blijft ook voor de nu ontstane regeersituatie. Het christendom vormt reeds eeuwenlang een mondiaal netwerk, heeft een doordachte en praktisch bewezen ethiek, en leverde een grote bijdrage aan het beheer en de ontwikkeling van natuur en cultuur. Kenmerkend is de samenhang in wereldvisie zonder dat tot een gesloten wereldbeeld wordt overgegaan. Zo kan in tijden van verandering inhoudsvast en vormflexibel worden gereageerd.
Het is voor seculiere politieke levensbeschouwingen een moeizame worsteling om te komen tot een bruikbare set van waarden en normen die hoe dan ook nodig blijkt te zijn om een samenleving in stand te houden. Het doet denken aan het gestuntel van mensen die een ingewikkeld apparaat hebben gekregen en er mee aan het werk gaan zonder de gebruiksaanwijzing te willen lezen. Al proberend worden dan wel enige gebruiksregels gevonden, maar het blijft behelpen. Zo lukt het nu bijvoorbeeld liberalen wel om grotendeels de tweede helft van de Decaloog (Tien Geboden) uit de alledaagse levenspraktijk af te leiden, evenals vroeger tal van niet-christelijke samenlevingen deze scheppingsordening hebben onderkend. Christenen zouden meer moeten benadrukken dat theocratisch beleid niet gericht is op vrijheidsinperking door stringente wetgeving maar juist de mogelijkheden van het leven wil ontsluiten. In de Bijbel heeft God als Schepper ons de juiste gebruiksaanwijzing gegeven, en het is irrationeel eigenwijs om die niet te benutten.
De universele geldigheid van de bijbelse wetgeving past ook goed bij een van hiërarchisch naar meer anarchistisch veranderende overheidsstructuur. Door de schaalvergroting wordt aan de top van organisaties de menselijke maat overschreden, met machtsmisbruik en wanbeheer als gevolg. Opsplitsing in kleinere eenheden die samen netwerken vormen is een logische stap. Om chaos te vermijden moet dan echter wel een duidelijke en controleerbare
wet-en regelgeving gehanteerd worden. Een voorbeeld hiervan is het internet: bij ontbrekende centrale sturing moet de chaos worden bestreden door formalisering van gedragsregels in combinatie met decentrale handhaving. Het tegengaan van machtsconcentraties en het benadrukken van de private verantwoordelijkheden zijn bekende bijbelse noties.
De drieslag theocratie-technocratiedemocratie raakt ons allen. Ieder heeft als lid van de samenleving de taak om met bezieling, vakmanschap, en gemeenschapszin politiek actief te zijn. Niet alleen in de formele regeerambten, maar juist ook in toenemende mate in allerlei maatschappelijke verbanden.
In die lijn past naar analogie van het ambt aller gelovigen ook een ambt aller burgers. De drieslag theocratie-technocratie-democratie raakt ons allen. Ieder heeft als lid van de samenleving de taak om met bezieling, vakmanschap, en gemeenschapszin politiek actief te zijn. Niet alleen in de formele regeerambten, maar juist ook in toenemende mate in allerlei maatschappelijke verbanden. Ondanks naijlende pogingen tot restauratie zijn kerk en staat als organisatorisch sturende instituties gedateerd. Christenen moeten niet krampachtig vasthouden aan traditionele werkwijzen: dat leidt tot stagnatie. De hedendaagse dynamiek vraagt om nieuwe methoden om oude waarheden uit te dragen.
Gevolgen voor de SGP
Die conclusie stelt ook de traditionele rol van politieke partijen, zoals die in Nederland bestaat, ter discussie. Het teruggelopen lidmaatschap en de opbloei van belangengroeperingen markeert de in gang gezette omslag. Als voorbeeld worden nu voor de SGP enkele consequenties genoemd voor taakopvatting, werkwijze, en bemensing.
De belangrijkste functie van een partij blijft - in tegenstelling tot bij "one issue" clubs - het bieden van een samenhangende politieke visie waarin alle aspecten tegelijkertijd een plaats krijgen. Voor de SGP betekent dat onder meer - vanwege een traditioneel sterke nationale gerichtheid - extra aandacht voor de effecten van mondiale problemen. Dat brengt onontkoombaar met zich dat internationaal samengewerkt zal moeten worden. Omdat niet overal een ervaren christelijke politieke traditie is gevestigd kan wellicht de in 85 jaar opgebouwde kennis elders een welkome entree geven.
Nu buiten de eigenlijke overheidsorganisatie steeds meer beslissingen voorbereid worden zal ook de SGP meer buitenparlementaire acties moeten gaan ondernemen. Intensivering van de contacten met allerlei maatschappelijke organisaties, ook buiten de eigen vertrouwde zuil, wordt onvermijdelijk.
De hedendaagse overvloedige informatiestromen vereisen ook een doordachte mediastrategie.
Gebruik van massacommunicatiemiddelen kan - gelet op de grootte van de bevolking - daarbij niet vermeden worden.
Ondanks een bij de SGP relatief groot ledenbestand is - naarmate de politieke activiteiten meer versnipperd raken over een groot aantal verbanden — uitbreiding van de menskracht noodzakelijk. Naast de traditionele mankracht voor formele regeerambten zal het reeds in allerlei sectoren actieve vrouwelijk deel van de achterban steeds vaker worden aangesproken op politieke stellingname. Dat alles vraagt een andere toerusting dan de tot nu toe gebruikelijke fractiecursussen, en een scherpere doordenking. In dat kader verwacht de samenleving specifiek van de SGP een systematisch beargumenteerde verantwoording van de opvattingen over de taakverdeling naar sexe. Het momenteel nog ontbreken van een dergelijke studie verzwakt de democratische SGP-inbreng onnodig.
De in dit stuk eerder geschetste plaatsing van de SGP binnen de Nederlandse politiek (zie het overzichtsdiagram) is deels te verklaren uit een reactionaire hou-
ding: bij gebrek aan theocratische gerichtheid en optimistisch veel aandacht voor burgerhjke mondigheid bij andere partijen wordt een stevige contrapositie ingenomen.
Het getuigenis heeft daardoor een belangrijke plaats in het politiek optreden, maar vakkundigheid en aandacht voor de persoonlijke dimensie moeten voor een volwaardige bijdrage niet uit het oog verloren worden. Dat de SGP zowel theocratisch als technocratisch als democratisch actief is, blijkt wel uit de alom bekende en gerespecteerde inzet voor ondermeer waarden en normen, waterstaatszaken, en bescherming van gewetensbezwaarden. Evenwichtigheid in handelen blijft voor de geloofwaardigheid van de christelijke politiek van groot belang.
Echte Theocratie
Tot slot nog ter voorkoming van misverstanden een opmerking over het naast elkaar stellen van theocratie, technocratie, en democratie. Zoals in dit stuk is afgeleid voert deze driedeling terug op de te onderscheiden aspecten motieven, middelen, en mensen. Onder de noemer theocratie valt in christelijk perspectief wat ons als mensen aan Goddelijke openbaring ter beschikking staat. Wij kennen ten dele, en wij profeteren ten dele, maar we weten niet precies hoe God regeert.
Het theocratische aspect geeft aan dat wij Gods regeren moeten erkennen en Zijn wetten gehoorzamen. Dat stempelt de omgang met middelen en medemensen. Natuur en techniek hebben eigen basale wetmatigheden, die we als schepselen onontkoombaar navolgen, maar die ons niet als zodanig geopenbaard zijn. Het door het kwade aangetaste technocratische domein valt onder ons taakgebied, onder de cultuuropdracht. In de ordening van sociale verbanden, de telkens wisselende interacties van unieke personen, is het democratische aspect van de taakverdeling te zien. Daarbij manifesteren zich zowel zonde als genadegaven. Op voor ons verborgen wijze voltrekt zich op alle drie terreinen de echte Theocratie. God regeert via Zijn woord. Zijn schepping. Zijn gemeente. Zijn Koninkrijk is er tot in eeuwigheid.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 september 2003
Zicht | 48 Pagina's