Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Barack Obama en Israël:potentiële frictie?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Barack Obama en Israël:potentiële frictie?

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

FOCUS

Op 20 januari 2009 treedt Barack Obama aan als president van de Verenigde Staten. Heeft dat gevolgen voor de relatie tussen het machtigste land ter wereld en Israël? Dat er 'change in the air' is, lijkt onvermijdelijk als de verkiezingsretoriek ook in praktijk wordt gebracht.

Drs. B. Belder, lid van het Europees Parlement voor Christenunie en SGP

Zouden de Amerikaanse presidentsverkiezingen in Europa hebben plaatsgehad, dan zou Barack Obama Vi'ellicht een politieke overvi'inning naar Syrische snit hebben geboekt. Deze kritische observatie met een knipoog is afkomstig van de Israëlische analist Mark Heller. Volgens hem is Washington D.C. de enige plaats in Amerika waar Obama binnen de eigen staatsgrenzen populairder zou zijn dan in Europa. Daar kreeg het nieuwgekozen staatshoofd immers 93 procent van de stemmen.

Israëlische reserves

Intussen hebben de Israëli's duidelijk reserves bij Obama's aantreden. De beweegredenen daarvoor komen in een tweetal nieuwe publicaties aan bod. Mark Heller tekent voor "President-elect Barack Obama and the coming US foreign policy — What changes for transatlantic relations and the Middle East".' Zijn landgenoot en medewetenschapper Roni Bart doet dat voor "Obama and Israel: Potential Friction”.-

Het zij gelijk gezegd: Bart voorziet meer problemen voor Israël onder het presidentschap van Obama dan Heller. Anders gezegd: Obama heeft meer politiek krediet bij Heller dan bij Bart. Voorop in hun analyses staat Obama's houding tegenover Iran ofwel de atomaire aspiraties van de ayatollahs.

Tijdens zijn campagne stelde Obama directe, open gesprekken met Teheran in het vooruitzicht. Let wel, zonder enige voorwaarden vooraf. Een volstrekt verkeerd signaal heette het prompt binnens-en buitenslands. Zo kregen de Iraniërs alle tijd onverdroten door te gaan met hun clandestiene nucleaire wapenprogramma. Zelfs Israels minister van Buitenlandse Zaken, Tzipi Livni, schroomde niet publiekelijk kritiek te uiten. Rap keerde Obama derhalve op zijn schreden terug. Hij wilde slechts op laag diplomatiek niveau aftasten hoe 'hard' de Perzische positie was. Wat is het verschil met het Israëlische beleid van "diplomacy first"? , meent Heller. Daarenboven biedt deze positieve Amerikaanse benadering in geval van mislukking een betere kans op serieuze sancties in internationaal verband. Een optie die Obama bij Iraanse halsstarrigheid expliciet in het vooruitzicht stelde.

Naïeve positie

Rest voor Heller nog één groot vraagteken: zal Obama desnoods ook militair verhinderen dat Iran atoomwapens verwerft? De president in spé heeft immers beloofd alles in het werk te stellen om dat gevaarvolle scenario te voorkomen.

Ruiterlijk geeft Heller toe dat het onmogelijk is een

helder antwoord te krijgen op die cruciale vraag. Wel, zo poneert hij, zal Obama over meer politiek kapitaal beschikken dan president Bush of een Republikeinse opvolger, zowel binnen als buiten de VS, om tot militair optreden tegen de Islamitische Republiek Iran over te gaan. Dat ultieme drukmiddel tegen Teheran zal overigens veeleer Europese regeringen overtuigen dan Europese commentatoren, voorziet Heller op nuchtere toon.

‘De gekozen president verwerpt "cowboydiplomatie" en "sabelgekletter" zolang alle serieuze inspanningen tot een vergelijk met Iran niet zijn uitgeput.’

Diens collega Roni Bart heeft aanzienlijk minder fiducie in het toekomstige Iran-beleid van Obama. Tussen haakjes: Bart stelt onomwonden dat twijfel aan Obama's toewijding aan Israels staatkundige bestaan, veiligheid en welvaart volstrekt misplaatst is. Desalniettemin beschouwt hij de kwestie Iran als een potentiële bron van onderlinge wrijving tussen twee nieuwe regeringen in Washington en Jeruzalem (na de verkiezingen van februari 2009).

Bart ziet in Obama's aankondiging van directe onvoorwaardelijke onderhandelingen met Iran een typische Democratische neiging tot dialoog met opponenten in de internationale arena. Deze diplomatieke insteek druiste en passant in tegen de officiële Amerikaanse én Europese koers! Kanttekening van Bart: "Het is mogelijk dat dit het motief was om naar de oppositie van de Franse president te lekken tegen de "naïeve" positie van de Democratische kandidaat.”

Cowboydiplomatie

Wat vindt Roni Bart eigenlijk problematisch aan de Iran-vi.sie van Barack Obama? Dat is in feite zijn aanpak, zijn "meer Democratisch-Europees-"Westerse" benadering van de snel tikkende atoomklok in Iran! Want, zo beklemtoont Bart, tot nu toe weigert Obama in interviews de mogelijkheid onder ogen te zien dat diplomatie annex sancties versus Iran kunnen falen. De gekozen president verwerpt cowboydiplomatie' en 'sabelgekletter' zolang alle serieuze inspanningen tot een vergelijk met Iran niet zijn uitgeput. Daartoe waste hij niet alleen Republikeinse oren, maar evenzeer die van een prominente partijgenote, senator Hillary Clinton. Op die manier, laakt Bart, verzwak je zelf de dreiging van de militaire optie tegen Iran, alsmede de effectiviteit van je diplomatie.

Dagen na de verkiezingszege van Barack Obama voelde de Israëlische bewindsvrouwe Tzipi Livni, aldus Bart, zich gedrongen nogmaals klip en klaar afstand te nemen van Obama's 'omarming' van Iran. Israël kant zich tegen zo'n Amerikaans beleid, ronduit een zwaktebod na ineffectieve internationale sanctierondes, bevestigde Livni.

Barts slotopmerking is dan ook pessimistisch getoonzet: "Het zal erg moeilijk zijn voor de Israëlische regering om geduldig voor onbepaalde tijd af te wachten, vooral wanneer de volgende Amerikaanse president de meest duifachtige blijkt te zijn sinds president Carter, qua bereidheid tot militair ingrijpen." Inderdaad, een potentiële bron van spanningen tussen "de strategische partners", de VS en Israël.

Liberale posities

Een tweede belangrijk potentieel wrijfpunt tu.ssen Obama en Israël betreft het Israëlisch-Palestijnse conflict. Mark Heller verwij.st naar de verwachting van een proactievere opstelling van Obama inzake het 'vredesproces' in het Midden-Oosten. Een bron van hoop in Europa en van bezorgdheid in Israël, vat hij kort samen. Die ongerustheid over grotere presidentiële betrokkenheid bij de regio vloeit voort uit vrees bij

Israëlische én Europese kringen voor Amerikaanse pressie op Israël ongerechtvaardigde concessies te doen aan Arabische c.q. Palestijnse eisen.

Heller ziet het zo vaart niet lopen met Obama in Washington. Per slot van rekening bevatte de campagnewebsite van Obama de sprekende stellingname dat Amerika's "eerste en onomstotelijke verplichting in het Midden-Oosten de veiligheid van Israël moest gelden, Amerika's sterkste bondgenoot in de regio." Campagnetaai soms? Let dan ook op de professionele en persoonlijke banden van Obama's onmiddellijke politieke entourage met de Joodse staat, ontkracht Heller die tegenwerping.

Roni Bart kijkt aanzienlijk kritischer naar Obama's veteraanadviseurs. Lieden met "liberale" posities die grosso modo Israëlische onbuigzaamheid in het Israëlisch-Palestijnse conflict als het hoofdprobleem van het Midden-Oosten opvatten in plaats van "de radicale islam of Iran”.

‘Wanneer Obama over concrete maatrege len spreekt, dan soms hij slechts eisen aan Israël op (...). Hij noemt geen eisen die hij wil stellen aan de Palestijnen.’

En zei Obama niet dat zijn regering "de Israëli's" zou helpen "bij het identificeren en versterken van die partners die werkelijk vrede begeren"? ! Voldoende ammunitie voor Bart: "Dit is een diplomatieke uitdrukking voor het uitoefenen van druk." Evengoed geeft zij Obama's hoofdroute aan. "Inderdaad, wanneer Obama over concrete maatregelen spreekt, dan soms hij slechts eisen aan Israël op (...). Hij noemt geen eisen die hij wil stellen aan de Palestijnen, zoals bestrijding van terrorisme of democratische regeringshervormingen.”

Conclusie: zo wacht Amerika's 'sterkste bondgenoot in de regio' alert af of voor president Obama Israels veiligheid absolute prioriteit krijgt.

Noten

1 Jransatïantk Issues, nr. 34, 11 november 2008

2 INSS Insight no. 79, 16 november 2008

Dit artikel werd u aangeboden door: Wetenschappelijk Instituut voor de Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 december 2008

Zicht | 64 Pagina's

Barack Obama en Israël:potentiële frictie?

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 december 2008

Zicht | 64 Pagina's