“Wij kunnen het aan”
THEMA
3D-aanpak in Uruzgan langzaam maar zeker succesvol
R. Pasterkamp, journalist met als specialiteit Defensie
“Uruzgan moet de Betuwe van Afghanistan worden", schreef de Defensiekrant deze zomer over de aanplant van jonge fruitboompjes in het semi-oorlogsgebied. Heeft de Nederlandse aanpak in de Afghaanse zandbak zin? Hebben de militairen succes? "We kunnen het niet alleen.”
Ruim over de helft is de Task Force Uruzgan (TFU) nu. In augustus 2006 begon voor Nederland "de gevaarlijkste missie sinds de oorlog in Korea" en de vaderlandse krijgsmacht zal tot de zomer van 2010 in Uruzgan blijven.
Ongeveer 9000 Nederlandse militairen hebben er hun tour van vier maanden Afghanistan inmiddels op zitten. Sommige soldaten van de genie zijn al twee of drie keer geweest.
Al honderden keren kwam er op de 'dirt-strip' bij Kamp Holland in Uruzgan een vliegtuig vol verse militairen aan. De eerste kennismaking met de armste provincie van Afghanistan is er voor de militairen en bezoekers iedere keer weer een van stof en hitte. Het kamp doet in omvang en voorzieningen niet onder voor een Nederlandse kazerne op de Veluwe. Alles is er, van sportzaal tot telefooncellen, van winkeltjes tot eetzaal. Het eten op de basis is uitstekend, zo hebben we zelf vast kunnen stellen.'
Salades, vis, vlees, toetjes en fruit; het is er allemaal. Op zondag als surprise een echte Magnum, ingevlogen uit Nederland. Wat dat kost? Geen idee. Weet wel dat eten een van de weinige momenten van afleiding is voor de militairen op het kamp en goed moet zijn om het moreel van de mannen en vrouwen hoog te houden.
“Het verminderen van de invloed van de Taliban op de burgerbevolking is één van de centrale thema's bij de uitvoering van de missie. Het is verweven in alle inspanningen die op de 3D's worden uitgevoerd." (citaat uit brief van drie ministers aan de Tweede Kamer, oktober 2008
Nederland en de andere ISAF-partners
In totaal zijn er bij de International Security Assistance Force (ISAF), zoals de NAVO-missie in Afghanistan officieel heet, ruim 50.000 militairen uit 41 landen betrokken.
Nederland speelt een prominente rol. Naast de militairen in Uruzgan zijn er ook Nederlanders gelegerd in Kandahar en Kabul.
Sinds 1 november 2008 is generaal-majoor Mart de Kruif ondercommandant van ISAF. Hij is een jaar lang verantwoordelijk voor de ISAF-eenheden in Zuid-Afghanistan, bij elkaar ongeveer 25.000 militairen. De meeste ISAF-troepen zijn gestationeerd in Helmand (Groot-Brittannië), Kandahar (Canada) en Uruzgan (Nederland).
Het Afghaanse leger in de zuidelijke provincies telt tussen de 15.000 en 20.000 militairen. Volgens üe Kruif heeft het leger aanzien. "Maar uiteindelijk kijken mensen toch heel pragmatisch wie ze de meeste veilig-
heid kan bieden. Dan blijkt dat het vertrouwen in de regering niet zo groeit als zij zouden willen en misschien zelfs daalt. Dat is zorgelijk. Uiteindelijk moet Afghanistan een goed bestuur hebben dat de mensen geloofwaardig vinden.”
3D-aanpak
De 'Il-U ging in 2006 in Uruzgan aan de slag volgens het 3D-concept: Diplomacy (Diplomatie), Defense (Defensie) en Development (Ontwikkeling). De Afghaanse bevolking moet worden bijgestaan bij de opbouw van een veilige regio (defence) met een passend bestuur (diplomacy) en een levensvatbare economie (development). Die waarden werden immers jarenlang door de Taliban gedwarsboomd.
Om sociale en economische ontwikkeling en bestuurlijke opbouw mogelijk te maken, moest de regio eerst veilig zijn. "De situatie is nu redelijk stabiel in Deh Rawod, Tarin Kowt, de Baluchi-vallei en Chora" zegt kolonel Richard van Harskamp in het maandblad Landmacht.' Van januari tot en met augustus 2008 was hij commandant TFU-4. "We hebben 75 procent van die gebieden bereikt. Er zijn nog steeds delen waar we niet zijn geweest. En er vinden nog steeds incidenten plaats. Maar het grootste deel van Uruzgan hebben we onder controle.”
Lang
Kolonel Piet van der Sar, oud-commandant van de battlegroup in Uruzgan, doet in hetzelfde artikel aanspraak op het geduld. "We wisten waar we aan begonnen en dat het lang zou gaan duren. Voordat Uruzgan echt een veilig gebied is, met een goed werkende overheid van provincie tot lokaal, met een sterk justitieel en - veiligheidsapparaat, met een ontwikkelde lokale en regionale economie, dat duurt echt nog wel een tijdje. We kunnen het niet alleen en daar is meer dan militaire inspanning voor nodig.”
Wat Van der Sar eigenlijk zegt zijn twee dingen. Een: vier jaar (de totale duur van de missie) is eigenlijk, veel te kort en twee: civiele organisaties moeten de klus overnemen.
Hij slaat daarmee de spijker op de kop. Er wordt onterecht somber gedaan over de wederopbouw in Afghanistan. De militairen hebben wel succes, namelijk in het veiliger maken van de omgeving. Dat is de opdracht waarmee ze naar het land afreisden. Zaak is nu om het Afghaanse Nationale leger (de ANA) zover te krijgen dat ze eind 2010 de taken van de Nederlanders moeten kunnen overnemen. Dat is de exit-strategie voor de krijgsmacht.
Bestaan
De meningen over het succes van de militaire operatie mogen dan uiteen lopen, Uruzgan geldt nu wel als veilig genoeg voor civiele hulporganisaties. Zij moeten de Talibanbeweging de wind blijvend uit de zeilen nemen.
De filosofie is overtuigend in haar eenvoud: als mensen een behoorlijk bestaan kunnen opbouwen, zullen ze minder geneigd zijn naar de Taliban over te stappen. In Tarin Kowt, de grootste plaats van Uruzgan, heeft de met Nederlands ontwikkelingsgeld opgezette Islamitische investering-en financieringscoöperatie (IIFC) na vier maanden al 505 leden, van wie er 117 een lening hebben afgesloten. "We proberen meer mensen lid te maken, zodat ze niet meer met oorlog en vechten bezig zijn", zegt manager NahzatuUah Noorzai.”
Het is zonder meer waar, Uruzgan is op dit moment geen vrijhaven voor het gewelddadige moslimfundamentalisme. Sinds de heftige Slag om Chora in mei 2007 hebben de opstandelingen in Uruzgan zelfs geen groots offensief meer durven ondernemen. Kennelijk raakten ze toen toch onder de indruk van de gevechtskracht van de Nederlanders.
‘Vergeleken bij eerdere vredesoperaties stahiliteitsmissies, is Uruzgan in feite een vechtmissie. (...) Zestien militairen keerden niet levend terug in Nederland.’
Bermbom
Vergeleken bij eerdere vredesoperaties of stahiliteitsmissies, is Uruzgan in feite een vechtmissie. Met zekere regelmaat hebben de militairen vuurcontact met Talibanstrijders.
Zestien militairen keerden niet levend terug in Nederland. De 21-jarige soldaat der eerste klasse |os ten Brinke was de laatste gesneuvelde Nederlandse militair in Afghanistan.
Hij kwam op 7 september 2008 om het leven in Uruzgan, na een aanslag met een bermbom op het voertuig waarin hij zich bevond. Vijf andere militairen raakten bij de aanslag gewond.
"De landelijke toename van het aantal veiligheidsincidenten en de gerichte Taliban-aanslagen op onder andere hulpverleners en Afghaanse overheidsvertegenwoordigers zijn een bron van grote zorg", schreven de ministers Verhagen (Buitenlandse Zaken), Van Middelkoop (Defensie) en Koenders (Ontwikkelingssamenwerking) eind oktober in een brief aan de Tweede Kamer.
Naast het sneuvelen van Ten Brinke doelden ze ondermeer op de dood van tien Franse militairen in de omgeving van Kabul en de aanslagen op meer dan twintig buspassagiers en op twee medewerkers van een particulier koeriersbedrijf
"Deze berichten geven overigens ten onrechte de indruk dat in het hele land de veiligheidssituatie alleen maar verslechtert. Hoewel deze aanslagen de kwetsbaarheid op veel plaatsen aantonen, moet worden vastgesteld dat de Afghaanse autoriteiten in toenemende mate
verantwoordelijkheid nemen voor de veiligheid in het land. Het centrale doel van ISAF is de Afghaanse overheid daarbij te steunen en in dat opzicht wordt vooruitgang geboekt."
‘Hoewel de einddatum hard is, zet minister Van Middelkoop de deur toch op een kier. (...) Niet verstandig van hem.’
De ministers vervolgen: "De internationale aanwezigheid in Afghanistan is dan ook niet gericht op een militaire overwinning op de Taliban, maar op het versterken van de Afghaanse overheid, het helpen verbeteren van de veiligheidssituatie en het stimuleren van de wederopbouw en goed bestuur.”
“Over de volle breedte is langzame doch gestage voortgang waarneembaar. Toenemende veiligheid, meer democratie en verbetering van de levensomstandigheden voor de Afghanen zullen de ontvankelijkheid van de bevolking voor de druk van de leiders achter de gewapende tegenstand tegen de Afghaanse overheid uiteindelijk steeds verder verminderen. Dat is de essentie van de 3D-aanpak in Afghanistan; het tot stand brengen van duurzame stabiliteit en veiligheid in Afghanistan is een kwestie van lange adem. Het vergt eerst en vooral van Afghaanse zijde grote en langdurige inspanningen om de kwaliteit van het openbaar bestuur te verbeteren en het vertrouwen onder alle groepen van de Afghaanse bevolking te herstellen”
“Van oudsher is Uruzgan een goed gebied voor het kweken van fruit. Op de kleiachtige rivierbeddingen gedijt het goed. De provincie moet op den duur weer op de kaart worden gezet als de 'Afghaanse Betuwe'." (citaat uit artikel in de Defensiekrant)”
Slagen
Nederland acteert niet alleen in Afghanistan, maar maakt onderdeel uit van de ISAF-missie. De NAVO is in het land actief op uitnodiging van de Afghaanse regering. Van belang is te bedenken dat het slagen van de missie in Afghanistan cruciaal is voor het voortbestaan van de NAVO. Het bondgenootschap, dat volgend jaar het 60jarig bestaan viert, moet deze klus gewoon tot een succes maken.
De Nederlandse regering heeft zich verplicht om tot de zomer van 2010 militairen in Uruzgan te houden. In een brief aan minister Verhagen van Buitenlandse Zaken bevestigde NAVO-chef Jaap de Hoop Scheffer dat Nederland op 31 juli 2010 zijn biezen zal pakken.' In een Kamerdebat ontkende Verhagen dat Nederland buitensporig veel bijdraagt aan internationale militaire missies, zoals PW-fractievoorzitter Wilders had betoogd. Verhagen wees erop dat er in Afghanistan meer Franse en Duitse militairen zijn omgekomen dan Nederlandse. Landen als Noorwegen en Denemarken zenden naar verhouding meer troepen uit dan Nederland. Bovendien neemt Nederland niet deel aan de grote NAVO-missie in Kosovo.
De Tweede Kamerfracties van CDA, PvdA en Christen-Unie hopen dat Frankrijk de missie in Uruzgan kan overnemen. De NAVO moet daar een rol in spelen, vinden zij. De regel bij het bondgenootschap is echter dat het vertrekkende land zelf zorgt voor een opvolger. Onduidelijk is in dit verband de rol van de Amerikanen die nu met ongeveer 20.000 militairen in Afghanistan zitten. Barack Obama, die op 20 januari 2009 het presidentschap overneemt van George W. Bush, heeft in de verkiezingscampagne steeds gezegd binnen zestien maanden na zijn aantreden als president alle VS-troepen uit Irak weg te zullen halen. Een deel ervan gaat naar Afghanistan. Maar Obama zal dan ook meer inspanning van de (grote) NAVO-landen willen zien. Vooral Frankrijk en Duitsland houden zich in het 'theater' nog al afzijdig.
Garantie
De missie vraagt veel van de krijgsmacht. "Zowel van onze mensen als van ons materieel", zei minister Van Middelkoop van Defensie eind vorig jaar bij de toelichting op het verlengingsbesluit.'"
“Ook deze missie valt echter binnen het ambitieniveau dat de politiek van de krijgsmacht vraagt. Wij kunnen het aan. Eenvoudig zal het niet zijn. Het voortzetten van de Nederlandse bijdrage mag immers het in stand houden van de krijgsmacht op de langere termijn niet in gevaar brengen. Die garantie is er. De inzet van onze krijgsmacht zal ook voor de komende jaren robuust, professioneel en verantwoord zijn.”
Overigens is de minister zeer betrokken bij Uruzgan. Hij laat zich dagelijks op de hoogte houden van de situatie. "Ik ben net zo vertrouwd met de kaart van Uruzgan als de kaart van Groningen." ''
Stof afkloppen
Militairen zien dat het materieel in Uruzgan hard slijt. Zelfs de robuuste Fenneks en Bushmasters lijken niet duurzaam bestand tegen de uitzonderlijke omstandigheden in de Afghaanse zandbak. Om over de MB'tjes (Mercedes-Benz wielvoertuigen) maar te zwijgen. "Die laten we gewoon daar", zegt een majoor die binnenkort voor de tweede keer naar Uruzgan gaat.
Hoewel de einddatum hard is, zet minister Van Middelkoop de deur toch op een kier. Begin september 2008 zei hij in een tv-uitzending van Pauw & Witteman (nota bene vanuit Kamp Holland) dat het "best zou kunnen" dat er na 2010 nog Nederlandse troepen zijn in Afghanistan. Van Middelkoop benadrukte dat Nederland zal stoppen als 'lead nation' in Uruzgan.
Niet verstandig van hem. Het zou voor de NAVO, de bondgenoten, de (inter)nationale politiek en niet in het minst voor de vaderlandse militairen zelf beter zijn als de minister van Defensie helder vasthoudt aan de einddatum van 31 juli 2010.
Andere landen mogen het stokje overnemen. De redelijk succesvolle 3D-aanpak kunnen ze zo van Nederland kopiëren. De Koninklijke Landmacht, die de missie in Uruzgan voor het grootste deel draagt, moet na 2010 de tijd krijgen om letterlijk en figuurlijk het Afghaanse stof van zich af te kloppen.
Noten
1 In april 2007 was de auteur enkele dagen in Kamp Holland in Uruzgan.
2 Periodieke stand van zakenbrief over de voortgang van de missie in Afghanistan, dd. 28-10-2008.
3 Cijfers zoals medio november 2008 door de NAVO verstrekt.
4 George Marlet, "Dappere Afghanen boeken progressie", Trouw, 20 oktober 2008.
5 "Lichtpunten in de Afghaanse woestijn", Landmacht, oktober 2008.
6 George Marlet, "Microkrediet helpt arme Afghanen", Trouw, 14 oktober 2008
7 Periodieke stand van zakenbrief over de voortgang van de missie in Afghanistan, dd. 28-10-2008.
8 Martijn Bronkhorst, "Uruzgan moet weer Betuwe van Afghanistan worden". Defensiekrant, 12 juni 2008.
9 "NAVO bevestigt einddatum Uruzgan", De Pers, 17 december 2007.
10 Bron: www.regering.nl/Actueel/Video_s/2007/november_2007/ Kabinet_besluit_over_verlenging_ISAF_missie.
11 Citaat uit interview dat de auteur had met Van Middelkoop voor het boek ChristenUnie op het pluche.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 december 2008
Zicht | 64 Pagina's