Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Recht en gerechtigheid

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Recht en gerechtigheid

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Recht en gerechtigheid zijn woorden die in de Bijbel vaak in een adem genoemd worden. Gerechtigheid heeft te maken met de omgang met onze naaste. Je gedraagt je tegenover je naaste zoals van je verwacht mag worden. Gerechtigheid wordt zichtbaar in het doen van recht. Dat houdt meer in dan iedereen het zijne geven.

Het is in de Bijbel vooral opkomen voor hen die niet tot hun recht komen. Het is de armen en verdrukten te hulp schieten en hen recht verschaffen. Wie zo optreedt, gaat in het spoor van God. Hij is immers de HEERE die de verdrukten recht verschaft (Psalm 146:7). Als het in de Bijbel over Gods gerechtigheid gaat, valt het accent niet op het straffende optreden van God, maar op het heil dat Hij verschaft. Luther wist aanvankelijk geen raad met de bede van de psalmist: red mij door Uw gerechtigheid (Psalm 31:2). Het was van grote betekenis voor hem toen hij zicht kreeg op Gods reddende gerechtigheid. In Psalm 98 wordt hoog opgegeven van de gerechtigheid van God, omdat die gerechtigheid een aanduiding is voor het heilrijke handelen van God. Daarin treedt Gods goedertierenheid en trouw aan het licht jegens het huis van Israël voor het oog van alle volken.

Het hele leven
Als we in de Bijbel nagaan in wat voor situaties de begrippen recht en gerechtigheid een rol spelen, dringt meer en meer tot ons door hoe belangrijk ze zijn. Ze omvatten het hele leven. Ze hebben te maken met de relatie tot God, maar ook met de omgang met onze naaste. Ze zijn van betekenis in verband met het koninkrijk van God, maar ze zijn ook kenmerkend voor een goed bestuur. ‘Toen David over geheel Israël koning was geworden, handhaafde David recht en gerechtigheid onder zijn gehele volk’ ( 2 Samuël 8:15). Hoe bijzonder is de lofprijzing uit de mond van de koningin van Seba als zij Salomo bezoekt: ‘Geprezen zij de HEERE, uw God, die zulk een welgevallen aan u had dat Hij u op de troon van Israël geplaatst heeft! Omdat de HEERE Israël voor altoos liefheeft, heeft Hij u tot koning gesteld om recht en gerechtigheid te oefenen’ (1 Koningen 10:9).

Goede regering
Recht en gerechtigheid zijn de woorden die in het Oude Testament gebruikt worden om een goede regering aan te duiden. Ze zijn belangrijker voor een gelukkig leven dan brood en wijn, merkt Calvijn in zijn uitleg van Jesaja 32:16 op. Het gebed ‘voor Salomo’ in Psalm 72 begint met de bede: ‘O God, geef de koning Uw recht en Uw gerechtigheid aan de koningszoon. Dan zal Hij uw volk oordelen met gerechtigheid en Uw ellendigen met recht.’ Hoe belangrijk dit is, horen we in wat op die bede volgt: ‘De bergen zullen voor het volk vrede dragen en de heuvels gerechtigheid.’ Calvijn merkt in zijn commentaar op dat bergen en heuvels vergeleken bij valleien de minst vruchtbare plaatsten zijn. Daarom is het zo bijzonder als gezegd wordt dat de bergen vrede dragen en de heuvels gerechtigheid. Het is een manier van zeggen waarin op een treffende, beeldende wijze onder woorden gebracht wordt hoe veelomvattend het geluk is dat een goed bestuur brengt. Het heeft zijn uitstraling in heel de maatschappij. Alle mensen profiteren ervan.

Overheid hulpmiddel
In het laatste hoofdstuk van de Institutie schenkt Calvijn aandacht aan de burgerlijke overheid. Hij keert zich tegen geestdrijvers die vinden dat christenen zich als burgers van het koninkrijk van God niet in moeten laten met de inrichting van de maatschappij. Dat zou beneden hun stand zijn. Calvijn wijst er op dat het koninkrijk van God sinds de komst van Jezus Christus in de wereld wel onder ons is, maar het uiteindelijke doel dat God voor ogen staat, is nog niet bereikt. We zijn als vreemdelingen onderweg naar het ware vaderland. En op weg naar zijn toekomst heeft God ons de overheid gegeven als een hulpmiddel, opdat we als mensen kunnen leven. Calvijn maakt onderscheid tussen het geestelijke koninkrijk van God dat eeuwig is en de inrichting van de maatschappij die betrekking heeft op ons tijdelijke leven. Dat moet ons er niet toe brengen maar gering te denken over ons leven op aarde. We zijn en worden geroepen om in dit tijdelijke leven op weg naar Gods toekomst God te dienen en onze naaste lief te hebben.

Koningschap Christus
In Psalm 72 horen we hoe belangrijk het is dat de koning zich laat leiden door recht en gerechtigheid. Moeten we bij die koning ook denken aan Jezus Christus? Voordat Calvijn de Psalm tekst na tekst uitlegt, merkt hij op dat we er niet goed aan doen de Psalm rechtstreeks te betrekken op de heerschappij van Christus. We doen dan de tekst teveel geweld aan. Het gaat in de Psalm over het koningschap van Salomo en zijn opvolgers. Maar omdat de koningen als schaduw van Christus naar diens heerschappij verwijzen, vindt hun regering zijn doel en volkomen vervulling in het rijk van Christus. Calvijn wil met zijn opmerking vooraf de betekenis van de koningen uit het huis van David beslist niet verzwakken. Hij wil juist dat we oog hebben voor de belangrijke betekenis van de taak die hen is toevertrouwd. De relatie van hun koningschap met Christus geeft inhoud aan hun regering.

De woorden recht en gerechtigheid, die in de Bijbel zo vaak gebruikt worden om een goed bestuur aan te duiden, moeten we niet op onze manier verstaan en invullen. Als we ons niet door de Bijbel laten leiden komt God buiten spel te staan. In de Bijbel hebben recht en gerechtigheid diepe inhoud, omdat ze met God en Zijn rijk te maken hebben. Het wordt mensen wel toevertrouwd om te regeren, maar het ambt dat uitgeoefend wordt is een goddelijk ambt. Het wordt in Psalm 82 klaar en duidelijk onder woorden gebracht als het gaat over God die recht spreekt in de kring van de goden. Paulus heeft het in Romeinen 13 over de overheid als dienaresse van God. Het is een weldaad voor de mensen als de regering van vorsten en overheden gekenmerkt wordt door recht en gerechtigheid.

Bestrijding van het kwaad
In Psalm 72 wordt gerechtigheid verbonden met het recht doen aan armen en verdrukten. Maar daar is alles niet mee gezegd. Wie recht doet aan mensen die in de knel komen, moet ook optreden tegen hen die onrecht doen. Het wordt in de Psalm met maar enkele woorden gezegd. Hij zal ‘de verdrukker verbrijzelen’. De zaak komt veel uitvoeriger aan de orde in Psalm 101 en op verscheidene andere plaatsen in het Oude Testament. Het gaat in al die teksten om de bestrijding van kwade praktijken. Op allerlei manieren komen die voor. In Psalm 72 wordt gesproken over ‘list en geweld’. Dat brengt Calvijn er toe de mens die een ander schade berokkent te vergelijken met de vos en de leeuw. Sommigen gebruiken openlijk geweld, anderen sluipen bedekt rond om in hinderlagen door geheime midde - len ongerechtigheid te bedrijven. Het is uitermate belangrijk het kwaad te bestrijden. Het is dwaas, zegt Calvijn, te denken dat mensen die gewelddadig optreden wel uit zichzelf hun leven zullen verbeteren. De overheid moet optreden, anders gaat het van kwaad tot erger. In dit verband noemt Calvijn het zwaard dat de overheid van Godswege gegeven is. Dat zwaard is haar niet voor de sier gegeven, maar om hen die kwaad doen te bestraffen (commentaar Romeinen 13:4).

Gebed voor gezagsdragers
Psalm 72 is een gebed voor de koning. In het Nieuwe Testament roept de apostel Paulus op tot gebed voor koningen en alle gezagsdragers (1 Timotheüs 2:2). Voor hen bidden is belangrijk omdat niemand uit zichzelf geschikt is om recht en gerechtigheid te doen. Er dreigen allerlei gevaren voor gezagsdragers. Ze zijn immers stervelingen (Psalm 82) en niets menselijks is hen vreemd. Ze kunnen zich laten verleiden misbruik van hun macht te maken. Ze kunnen zich door gunstbetoon laten verblinden. Enzovoort. Om niet te streng op te treden, maar ook om niet te traag te zijn, hebben ze wijsheid nodig om op het juiste moment rechtvaardige beslissingen te nemen. Goed regeren is een gave van God. Daarom vragen we God om aan gezagdragers de bekwaamheid te geven om het hen toevertrouwde ambt goed uit te kunnen oefenen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Wetenschappelijk Instituut voor de Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 oktober 2009

Zicht | 60 Pagina's

Recht en gerechtigheid

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 oktober 2009

Zicht | 60 Pagina's