Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Guido de Brès: een beknopte biografie

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Guido de Brès: een beknopte biografie

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

De eerste uitgave van de Nederlandse Geloofsbelijdenis verscheen in 1561. Het is dus 450 jaar geleden dat deze Geloofsbelijdenis werd gepubliceerd, een herdenkingsjaar. De opsteller van deze belijdenis was Guido de Brès (1522-1567).

Guido de Brès werd in 1522 geboren in Bergen (Mons), een stadje in de Zuidelijke Nederlanden. Mons was in die dagen beroemd vanwege zijn glasschilderkunst. Guido de Brès oefende ook het beroep van glasschilder uit.

Bekering
In zijn jeugd was De Brès lid van de Roomskatholieke kerk. Het is onduidelijk hoe Guido de Brès precies voor de inzichten van de reformatie is ingewonnen. Dat was rond zijn 25e jaar. De Brès heeft zich na zijn bekering aangesloten bij de gereformeerde gemeente in Mons. Toen echter de vervolgingen in Mons begonnen, is De Brès in 1548 naar het buitenland gevlucht. Hij zocht een schuilplaats in Engeland. Onder de regering van koning Edward VI heerste toen in Engeland voor protestanten een tamelijk grote vrijheid van godsdienst. In Londen waren veel geloofsvluchtelingen uit De Nederlanden.

Lille
In 1552 keert De Brès terug naar De Nederlanden. Meteen begon De Brès te preken. Hij was in deze jaren een rondreizend prediker, met Lille als zijn eigenlijke standplaats. De Brès is in het jaar 1553 in deze stad aangekomen.
Zijn eerste preken sprak hij hier uit voor kleine groepen toehoorders. Onder de bediening van De Brès groeide en bloeide de gemeente te Lille. In Lille heeft De Brès zijn eerste boek geschreven, Le baston de la foy chrestienne. Het is een weerlegging van de roomskatholieke kerkleer en een verdediging van de gereformeerde leer, en dat aan de hand van citaten uit de Bijbel en uit geschriften uit de vroege kerk. De Brès zou tot 1555 in Lille blijven.

Tournal
Na zijn vertrek uit Lille verblijft hij eerst in Gent. In 1556 is De Brès in Frankfurt aan de Main, waar hij een korte periode verblijft.
Daarvandaan trekt hij naar Lausanne en dan naar Genève. In deze stad bekwaamt hij zich verder in de theologie. Hij ontmoet hier in ieder geval Theodorus Beza, en waarschijnlijk ook Johannes Calvijn. Hij leert hier de talen Latijn, Grieks en Hebreeuws. In 1559 vertrekt hij uit Zwitserland, om zich in Tournai te vestigen. Tournai was de plaats van waaruit De Brès ook in de omgeving werkte, in Lille, Valenciennes en Mons.
In het najaar van 1559 trouwt De Brès met Catharina Ramon, afkomstig uit Tournai. Hij is dan 35 jaar. Het huwelijk werd gezegend met vijf kinderen.
Guido de Brès en zijn vrouw Catharina waren er diep van overtuigd dat zij elkaar van de Heere hadden ontvangen. Zij waren echter niet elkaars eigendom, maar ze waren Gods eigendom. Na dit leven zouden ze opnieuw samen zijn, maar dan veel heerlijker dan hier op aarde. ‘Ik ga voor u uit, en wanneer het de Heere behagen zal, zult u mij volgen. Het zal niet voor altijd zijn dat de scheiding zich voltrekt. De Heere zal ook u inzamelen om ons tezamen te verenigen met ons Hoofd, Jezus Christus. Hier is de plaats van onze woning niet, zij is in de hemel; het is hier de plaats van onze vreemdelingschap’, zo schreef De Brès aan haar vanuit de gevangenis, toen zijn doodsvonnis was getekend.

Confession de foy
De Brès was ook bezig geweest om zijn geloofsovertuiging kenbaar te maken aan de overheid. Hij zorgde ervoor dat in de nacht van 1 op 2 november 1561, een pakje over de muur van het kasteel van Tournai werd geworpen. Toen men de volgende ochtend het pakje vond, bleek er een klein boekje in te zitten: de Confession de foy, de Nederlandse Geloofsbelijdenis. Er was een brief bijgesloten aan koning Filips II. Daarin vraagt De Brès om matiging van de vervolgingen en om de vrijheid om zijn gereformeerde geloof openlijk te belijden.
De Confession draagt als thema de tekst uit 1 Petrus 3:15 ‘Zijt altijd bereid tot verantwoording aan een iegelijk die u rekenschap afeist van de hoop die in u is, met zachtmoedigheid en vreze.’ In deze gezindheid heeft De Brès zijn Confession geschreven en bekend gemaakt aan de overheid.
Toen de Confession bekend was gemaakt, wilde de overheid De Brès gevangennemen. Zijn vrouw en kinderen waren ondertussen vertrokken naar Sedan, waar ze veilig waren.
De Brès had aan vrienden gevraagd om alle sporen uit te wissen. Zijn vrienden staken zijn studeerkamer in brand. Maar de buren wisten de brand te blussen. De Brès was gevlucht. Hij kwam na wat omzwervingen zelf ook in Sedan aan, waar hij tot 1566 blijft.
In Sedan is De Brès hofprediker van graaf Henri Robert de la Marck, zelf overtuigd reformatorisch. Op 19 maart 1563 had deze vorst vrije uitoefening van godsdienst afgekondigd. In 1564 waren er 166 protestantse vluchtelingen in de stad en zes predikanten.
De Brès bleef tot juli 1566. Hij heeft zich in deze periode ingespannen om te komen tot een godsdienstvrede in de Zuidelijke Nederlanden. Daartoe heeft hij nauw contact gehad met Prins Willem van Oranje en diens broer Lodewijk. De Brès heeft in Sedan zijn boeken L’oraison au Seigneur en La racine, source et fondement des Anabaptistes geschreven. La racine is gericht tegen de wederdopers. Dit boek is een beschrijving van de geschiedenis van de wederdopers en hun opvattingen. De verbreiding van het anabaptisme heeft De Brès zeer verontrust.

Valenciennes
De Brès heeft zijn laatste levensjaar in Valenciennes doorgebracht. Deze stad was zeer hervormingsgezind. Op 9 augustus 1566 kwam hij in deze stad aan. Op 24 augustus kwam het in Valenciennes tot de beeldenstorm. De kerken werden leeggehaald, en een dag later preekten De Brès en zijn collega-predikant, Peregrin de la Grange, in de lege kerk.
De landvoogdes, Margaretha van Parma, stond de vrijheid van preken toe. Zij wilde dus moderatie, matiging van de vervolgingen. Maar, de predikanten en de kerkenraad eisten niet alleen de vrijheid van preken, maar ook geschikte gebouwen daarvoor. De bevelhebber van de stad, Noircarmes, stond dat niet toe. Valenciennes wordt beschuldigd van opstand tegen het gezag, en de troepen van Noircarmes sluiten de stad in.
Op 23 maart 1567 viel de stad Valenciennes onder dit beleg. Guido de Brès en zijn collegapredikant hadden de stad heimelijk verlaten.
De volgende dag werden ze echter herkend en gearresteerd.
Vanuit zijn gevangeniscel, half onder de grond, heeft De Brès een rijk getuigenis gegeven van zijn geloof. Hij deed dat in ontroerende brieven aan zijn vrouw en aan zijn moeder. Ook discussieerde hij hier met rooms-katholieke geestelijken en nam hij afscheid van zijn gemeente Valenciennes.
De inquisitie wilde zo snel mogelijk de beide predikanten executeren. Op zaterdag 31 mei 1567 werd het vonnis voltrokken. Beiden predikanten werden opgehangen op de markt van Valenciennes. Om zes uur ’s morgens stierf De Brès. Tot laat in de middag bleven de lichamen hangen. Daarna werden ze begraven op de Mont d’Anzin.
We mogen Guido de Brès gedenken als een man die leefde vanuit het vaste geloof dat de eerkroon voor hem was weggelegd. Na zijn dood mocht hij ingaan in de vreugde zijns Heeren.

Noot
1 De auteur is verder bestuurslid van de Stichting Heruitgave Werken Guido de Brès.

Dit artikel werd u aangeboden door: Wetenschappelijk Instituut voor de Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 december 2011

Zicht | 108 Pagina's

Guido de Brès: een beknopte biografie

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 december 2011

Zicht | 108 Pagina's