Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Minder ruis op de lijn dankzij sociale media

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Minder ruis op de lijn dankzij sociale media

Interview met SGP-voorlichter Menno de Bruyne

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Al dertig jaar loopt Menno de Bruyne (1957) in Den Haag rond als voorlichter van de SGP-Tweede Kamerfractie. De overzichtelijke mediawereld van toen bestaat niet meer. Wat hetzelfde is gebleven? Nog steeds zijn media de belangrijkste informatiekanalen naar de kiezer.

Het leven van een voorlichter was in 1984 een stuk rustiger dan nu, zegt Menno de Bruyne, terugblikkend op zijn al meer dan dertig jaar durende carrière als voorlichter van de SGPTweede Kamerfractie. Toen hij bij de SGP begon, stond er nog geen computer op zijn bureau. Een vaste telefoon, typemachine, een stapel papier en een pen; dat was het gereedschap waarmee de SGP-woordvoerder zich moest zien te redden. Een werkdag begon doorgaans rond half tien ’s morgens met het halen van een kop koffie en het doorbladeren van de ochtendbladen. ‘Ik noemde me toen wel eens de best betaalde krantenlezer van Nederland’, lacht De Bruyne. Elk uur ging de knop van de radio om voor het beluisteren van de laatste nieuwsuitzending. Verder werden Kamerdebatten gevolgd en persberichten getikt. Nadat aan het eind van de middag ook nog de avondkranten waren doorgenomen, zat de werkdag erop. ‘De keren dat je ’s avonds nog werd lastiggevallen, waren op de vingers van één hand te tellen. Vrijdag was ik altijd de enige die de wacht hield. Rond twee uur ’s middags pakte ik er een boek bij, en ik kan niet ontkennen dat ik daarbij weleens in slaap viel. Als ik wakker werd, kon ik naar huis. Dan begon het weekend’, zegt hij met een knipoog.
Langzaam sloop er meer hectiek in het stille en geruste leven op het Binnenhof in Den Haag. De eerste computer kwam in 1986. ‘Eén per fractie. Alleen de grote partijen kregen er twee of drie.’ De fax deed zijn intrede. De Bruyne herinnert zich een aardige anekdote van een Kamerlid dat hem waarschuwde om toch vooral niet te vergeten een kopie te maken voordat hij een bericht per fax verstuurde. Gnuivend: ‘Dat desbetreffende Kamerlid – nee, ik noem geen namen – dacht dat faxen betekende dat je iets in een apparaat stopte waarna het via een of ander onzichtbaar kanaal met een noodgang bij de ontvanger op zijn bureau plofte.’
In de jaren negentig begon de opmars van het internet. Dat ging nog wel geleidelijk, want het aantal webpagina’s was nog maar een fractie van het huidige aanbod. Van 4G had toen ook nog niemand gehoord. ‘Alles ging via de telefoonlijn. Een uur op internet kostte een vermogen.’ Het faxen en internetten had voor De Bruyne wel als belangrijk voordeel dat hij voor het verspreiden van persberichten niet meer per se de deur uit hoefde. ‘In die tijd hadden alle kranten en zendgemachtigden een postvak. Als ik een persbericht had gemaakt, printte ik het in veelvoud en stopte dat vervolgens in al die postvakjes. Door de intrede van de fax en het internet ging de distributie een stuk sneller, hoewel ik voorheen bij echt belangrijke boodschappen natuurlijk de telefoon pakte.’

EO-uitzending
Dat het er tegenwoordig een stuk hectischer aan toe gaat dan in 1984, komt volgens De Bruyne niet alleen door de opkomst van de sociale media. Het doorzetten van de ontzuiling in de jaren tachtig bracht een verandering in het medialandschap met zich mee. De SGP-fractie trok niet alleen de aandacht van het Reformatorisch Dagblad, maar werd in toenemende mate benaderd door andere media.
De Bruyne: ‘Neem de Volkskrant. Tot die tijd was dat de spreekbuis van de PvdA. En Trouw, dat was de linkervleugel van het CDA. Toen dat ging veranderen, kwam ook een partij als de SGP meer in beeld. Eerst nog wel eens als folklore, later ook meer serieus. Je zag ook dat de journalisten van die kranten, zeker de nieuwe, over de schutting gingen kijken.’
De voorlichter is niet alleen uitstekend op de hoogte van alles wat met de SGP te maken heeft, maar geldt ook nog eens als kenner van het Nederlandse staatsrecht en de parlementaire geschiedenis. Media die op de hoogte waren van De Bruynes “afwijking”, raadpleegden bij staatsrechtelijke kwesties hem graag als vraagbaak. Tegenwoordig gebeurt dat wel wat minder. ‘Nu halen journalisten de informatie die ze nodig hebben in een mum van tijd van internet.’
Behalve de doorgaande ontzuiling en de opkomst van de computer, waren er ook bijzondere gebeurtenissen die de SGP-communicatieafdeling veel extra werk bezorgden. Zo oordeelde Haagse rechtbank in 2005 dat de Nederlandse staat maatregelen moest nemen tegen de SGP omdat de partij vrouwen “discrimineerde.” De zaak was aangespannen door het Clara Wichmann Instituut en enkele andere organisaties. ‘Het was onbeschrijfelijk wat er toen in de media over ons uit werd gestort’, zegt De Bruyne. ‘Er zat heel veel bagger en ook veel onkunde bij. Op de radio, televisie en in de kranten passeerden allerlei ideeën over de SGP die absoluut niet strookten met de werkelijkheid of op zijn minst eenzijdig waren.’ Het gevolg was dat de SGP-fractie en het hoofdbestuur om de tafel gingen om te praten over hoe de ontstane karikaturen het beste konden worden gecorrigeerd. ‘Slotsom was dat werd besloten om onszelf beter te laten zien, ervan uitgaande dat je dan een eerlijker beeld zou krijgen. De Evangelische Omroep heeft toen de documentaire ”De mannen van de SGP” gemaakt.
De EO trok voor die uitzending gedurende een aantal maanden heel intensief met ons op. Ze waren bij de fractievergadering. Ze liepen met ons mee door de wandelgangen. Ze gingen mee het land in waar iemand van ons een spreekbeurt hield. Ook zijn ze bij de toenmalige Kamerleden thuis geweest. Nadat de documentaire was uitgezonden, regende het positieve reacties van mensen. De teneur was dat velen hun negatieve beeld van de SGP hadden bijgesteld.’ De Bruyne merkt op dat het niet zo is dat de SGP vanaf dat moment minder terughoudend omgaat met televisie.
Al onder Van Rossum (Kamerlid vanaf 1967, van 1981 tot 1986 fractievoorzitter) is de SGP hierin “vrijmoediger” geworden. Dat wil niet zeggen dat aan iedere uitzending wordt meegewerkt. Dat wordt van geval tot geval bekeken. Belangrijkste criterium is dat de SGP zijn verhaal kwijt moet kunnen. ‘We bedanken voor optredens waarin het vooral gaat om de eer en glorie van de programmamaker of waarin je geen eerlijke kans krijgt om je boodschap kwijt te kunnen.’
Verder is de positie van de SGP in het politieke landschap sinds 2010 ingrijpend veranderd.
‘Hoewel we geen ministers leveren, zitten we wel aan de knoppen’, stelt De Bruyne. Een van de gevolgen daarvan is dat vaak journalisten aan de lijn hangen om te peilen wat de zienswijze is van de SGP op een specifiek onderwerp. ‘Ook komt er zo nu en dan een verslaggever langs voor een praatje. Vaak komen ze dan iets verifiëren, maar ook hopen ze dat je iets lekt.’ Wat dat laatste betreft, zijn ze bij De Bruyne aan het verkeerde adres. ‘Sommige journalisten zeggen tegen elkaar dat je voor lekken niet naar de SGP moet gaan. Dat beschouw ik als een compliment. Het niet verspreiden van vertrouwelijke informatie naar derden zie ik als een vorm van getuigenis: laat uw ja ja zijn en uw nee nee.’

Allerlei factoren hebben het medialandschap en de positie van de SGP daarin ingrijpend veranderd. Maken de sociale media het werk van een SGP-voorlichter anders dan vroeger?
‘In 2009 noemde ik in SGP-blad De Banier Twitter een zeer vernuftige en hogere vorm van ijdeltuiterij. Wat mij toen vooral tegen de borst stuitte, was dat sommige mensen de hele wereld van minuut tot minuut lieten weten waar ze zijn en wat ze doen. Toch heb ik een jaar later mijn mening herzien en tot op heden heb ik daar geen spijt van. Een groot voordeel van Twitter is dat je niet meer per se een journalist nodig hebt om je boodschap onder de aandacht te brengen. Daardoor is er minder ruis op de lijn. In 140 tekens attendeer je je volgers op een persbericht of op een artikel in een krant. Daarmee vergroot je je lezerspubliek. Verder kun je via Twitter rechtstreeks discussiëren met mensen die je daarvoor niet of nauwelijks kende. Een groot voordeel is ook dat je fouten heel snel kunt corrigeren. Enkele jaren geleden vatte een journalist van De Telegraaf een grap van mij verkeerd op. De krant pakte er toen groot mee uit. Omdat ik via Twitter heel snel duidelijk kon maken dat de desbetreffende journalist erin was getuind, scheelde dat mij honderden telefoontjes.’

U gebruikt alleen Twitter?
‘Zakelijk wel ja. Bij Facebook heten je contactpersonen ”vrienden” en bij Twitter ”volgers”. Dat zegt al genoeg. Facebook is veel persoonlijker en minder geschikt voor communicatie met de buitenwereld, laat staan als bron van nieuws en informatie.’

Een nadeel van sociale media is de vluchtigheid.
‘Sociale media is niet te negeren op het Binnenhof. Vrijwel alle Kamerleden, journalisten en persvoorlichters volgen elkaar. Wie niet twittert, heeft gewoon een informatieachterstand. Dat neemt niet weg dat er een aantal nadelen aan kleven, waaronder inderdaad vluchtigheid. Als mij gevraagd wordt ergens een reactie op te geven, kan ik niet zoals vroeger vragen of ze me over een uurtje willen terugbellen. Je moet meteen een standpunt innemen, anders doet je mening er niet meer toe. Een half uur bedenktijd kan het verschil maken tussen toch nog meegenomen worden in het nieuws of er niet meer aan te pas komen. Regelmatig overleg ik, samen met Arnoud Proos (tweede voorlichter van de fractie) met Van der Staaij, Dijkgraaf en Bisschop hoe we iets in 140 tekens formuleren. Die vluchtigheid betekent voor een soms wat onbesuisd iemand als ik, dat er altijd het gevaar is dat je uit de bocht vliegt. Neem voormalig VVD-Kamerlid Arend-Jan Boekestijn, een goede bekende van me. Hij was toen woordvoerder buitenland van de VVD en gebruikte in 2009 een keer op Twitter het woord ”spleetogen” voor Chinezen. Niet zo handig natuurlijk voor een buitenlandspecialist. Vlak nadat hij het bericht had geplaatst, verwijderde hij zijn opmerking van Twitter. Het kwaad was toen echter al geschied. Gelukkig is iets dergelijks mij nog niet overkomen en dat komt doordat ik bij een bericht waarvan ik vermoed dat het tot gedoe kan leiden eerst een of meer collega’s raadpleeg. Tot op heden heeft dat er toe geleid dat een paar tweets binnenkamers zijn gebleven. Een ander nadeel van Twitter is dat het enorm tijdrovend is en het ten koste gaat van andere contacten.’

Relativerend:
‘Hoewel het soms lijkt alsof de wereld zo’n beetje alleen maar uit sociale media bestaat, zitten verreweg de meeste mensen er niet op.’

Wat is er tussen 1984 en 2014 hetzelfde gebleven als het gaat om de verhouding van de SGP met de media?
‘Media zijn nog steeds de belangrijkste informatiekanalen naar de kiezer. Verreweg het meeste wat de achterban van de SGP te horen krijgt over de partij, verloopt via de media.’

B. Provoost MSc, redactielid


Menno de Bruyne

Drs. Menno de Bruyne (Goes, 1957) groeide op in het Zeeuwse Colijnsplaat. Aan de Universiteit Leiden studeerde hij politieke wetenschappen. Na zijn studie keerde hij weer terug naar zijn geboorteprovincie. In 1984 ging hij aan de slag als pr-medewerker van de SGP-Tweede Kamerfractie. Naast zijn werk als voorlichter geniet De Bruyne bekendheid als kenner van het Koninklijk Huis. Ook is hij uitstekend op de hoogte van het Nederlandse staatsrecht en de parlementaire geschiedenis. De Bruyne woont in Den Haag, is getrouwd en heeft twee kinderen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Wetenschappelijk Instituut voor de Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 oktober 2014

Zicht | 84 Pagina's

Minder ruis op de lijn dankzij sociale media

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 oktober 2014

Zicht | 84 Pagina's