De rechterhand

Het gaat hier over de derde trap van de verhoging van Christus. Na Zijn hemelvaart is Christus verhoogd met de hoogste heerlijkheid en bekleed met de hoogste eer. Daarop ziet het zitten aan de rechterhand. We zien dat terug bij koning Salomo. Zijn moeder Bathséba heeft hem een keer bezocht. Toen stond de koning op van zijn troon en hij gebood dat men een stoel zou zetten aan zijn rechterhand. Dat was een stoel voor zijn moeder. Daarmee heeft Salomo zijn moeder vereerd: ‘En de koning stond op, haar tegemoet, en boog zich voor haar; daarna zat hij op zijn troon en deed een stoel voor de moeder des konings zetten; en zij zat aan zijn rechterhand’ (1 Kon. 2:19). Psalm 45 zingt ervan:

Men ziet U blij, in statelijke reien,

Door docht’ren zelfs van koningen geleien;

De koningin staat aan Uw rechterhand

In ’t fijnste goud van Ofirs mijnrijk land.

Wanneer in Gods Woord verder gesproken wordt over Gods rechterhand, dan ziet dat vaak op Zijn macht en majesteit.

Denk aan Psalm 118:

Gods rechterhand is hoogverheven; Des HEEREN sterke rechterhand Doet door haar daân de wereld beven; Houdt door haar kracht Gods volk in stand.

In zijn Catechismusverklaring schrijft ds. W.C. Lamain bij de uitleg van Zondag 19: ‘We kunnen wanneer we - met eerbied gesproken - spreken over de rechterhand ook zeggen dat Christus de rechterhand is van Zijn Vader. Want het gaat hier niet over de verheerlijking van Hem als God, maar het gaat over de verheerlijking van Hem als Middelaar aan Wie de Vader al het oordeel heeft gegeven’.

Voorts moeten we eraan denken dat in Gods Woord op drie manieren gesproken wordt over Christus aan de rechterhand van God. Allereerst gaat het over het zijn van Christus aan de rechterhand: ‘Die ook ter rechterhand Gods is’ (Rom. 8:34). Dat ziet op het feit dat Hij daar is in het midden van de troon. Ten tweede zit Hij aan de rechterhand: ‘Dewelke is gezeten aan de rechterhand der Majesteit in de hoogste hemelen’ (Hebr. 1:3). Hij is daar gezeten. Hij rust als het ware uit, want Zijn ganse werk is volbracht. Ten derde staat Hij aan de rechterhand, want zo oefent Hij Zijn heerschappij nog steeds uit. Zo zag Stefanus Hem ‘staande ter rechterhand Gods’ (Hand. 7:55).

Al met al is Christus zeer hoog verheven. Het is duidelijk dat deze verhoging door de uitdrukking ‘zitten aan de rechterhand Gods’ wordt bedoeld.

slot

In Gods Woord komen veel woorden voor in hun letterlijke betekenis, maar soms hebben die een figuurlijke betekenis. In dat geval is er sprake van beeldspraak. Zo’n woord wordt wel een metafoor genoemd. In deze rubriek een aantal voorbeelden daarvan.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen