Straatarm, maar schatrijk

Tegen deze misrekening in verkondigt Jezus hoe God rekent. In de zaligsprekingen vertelt Hij niet hoe je een waar christen wórdt, maar hoe een waar christen ís. Het zijn geen voorwaarden waar mensen aan moeten voldoen om genade van God te krijgen, maar het zijn de vruchten van de genade die zij reeds van God ontvingen.

De Heere Jezus bedoelt ook niet verschillende soorten kinderen van God te tekenen in de negen zaligsprekingen. Maar alle zaligsprekingen zijn op al Zijn discipelen van toepassing. Degenen die treuren, zijn ook rein van hart. Wie hongert en dorst naar de gerechtigheid is ook vreedzaam. De zaligsprekingen zijn niet los verkrijgbaar. De zaligsprekingen betreffen het héle geestelijke leven hier op aarde. Vanaf de wedergeboorte tot het levenseinde. Op de toeleidende weg naar Christus én op het leven uit Christus. Laten we de eerste zaligspreking in dit licht eens wat uitgebreider overdenken: ‘Zalig zijn de armen van geest; want hunner is het Koninkrijk der hemelen’.

Straatarm

Jezus spreekt mensen zalig die ‘arm zijn van geest’. Daarmee bedoelt Hij niet dat deze mensen laag staan op de maatschappelijke ladder of beperkt zijn in hun verstandelijke vermogens. Uiterlijke omstandigheden maken een mens niet zalig. Jezus doelt hier op de houding van het hart. Wanneer de Heere gaat werken in een trots en hoogmoedig hart van een kind van Adam, gaat Hij arm maken. Door onze diepe val in Adam zijn we alles kwijtgeraakt, maar we menen nog steeds rijk te zijn en aan geen ding gebrek te hebben (Openb. 3:17). Juist nette kerkmensen denken zo vaak nog het een en ander te bezitten. Slechts bij het ontdekkend licht van de Heilige Geest leren we stukje bij beetje dat we niets hebben voor God.

Het valt niet mee om leeggemaakt te worden. Daar verzetten we ons tegen met alles wat in ons is. Een zondaar klampt zich aan alles vast om maar niet failliet te gaan voor God. Maar met Goddelijke wijsheid en beslistheid neemt de Heere de Zijnen alles uit handen. Totdat ze met lege handen staan en in schaamte, maar ook van harte, belijden straatarm te zijn.

Kanttekening 2 brengt dit zo kernachtig onder woorden: ‘Dat is, nederigen en gebrokenen van hart, die hun nietigheid verstaande, een klein gevoelen van zichzelven hebben’.

Kom, heeft u al eens zo voor God gebogen? Erken toch uw schuld en armoede voor de rechtvaardige en alwetende God! Misschien vecht u daar nog tegen, maar het is zo bevrijdend om eindelijk te worden wie u in Gods oog altijd al was!

Er zullen lezers zijn die ‘arm van geest’ voor God zijn geweest.

Het was het voorbereidende werk om plaats te maken voor Christus. Maar mag ik u vragen: wás u arm of bént u arm? Jezus bedoelde in Zijn zaligspreking toch het hele christenleven? Merkt u ook hoe u van sparen houdt? Toch weer wat bezitten, om maar niet meer arm te hoeven zijn? Rijk geworden met de verandering in uw leven, met de Bijbelteksten die zo hebben aangesproken, met de onvergetelijke gesprekken met andere kinderen van God. En toch een armetierig leven. Want, wees eens eerlijk, wanneer heeft u voor het laatst iets gekregen vanuit de rijkdom van de Heere Jezus? Wanneer had u Hem nu werkelijk nodig en ging er kracht van Hem uit? De Heere haat het als Zijn kinderen boven de bedelaarsstand uitgroeien. Hij zal hoogmoedige kinderen tuchtigen met Zijn roede, een doorn in hun vlees geven, zodat ze het leren: ‘Maar Ik zal in het midden van u doen overblijven een ellendig en arm volk; die zullen op den Naam des HEEREN betrouwen’ (Zef. 3:12).

Schatrijk

In deze wereld zijn de armen de ongelukkigen. Maar in het Koninkrijk van God zijn de armen van geest zalig. Want arm in zichzelf, zijn ze tegelijkertijd schatrijk. Want het Koninkrijk der hemelen is van hen. De Heere Jezus zegt niet dat ze het in de toekomst zullen beërven, maar dat het nu al van hen is. Ze hebben een Koning Die ooit een Kind was en voor hen arm geworden is (2 Kor. 8:9). Hij deed afstand van al Zijn rijkdom en heerlijkheid en werd een arme Zaligmaker. Alles moest Hij verdienen vanwege de armoede van Zijn volk. Hij vervulde Gods wet voor mensen die arm zijn aan gehoorzaamheid. Hij diende Zijn Vader voor mensen die arm zijn aan liefde. Hij leefde zondeloos voor mensen die arm zijn aan heiligheid. Hij gaf Zijn leven als een Offer voor mensen die arm zijn aan gerechtigheid.

Onder de prediking van het Evangelie wordt Hij verkondigd aan arme zondaren. Zijn rijkdom gaat hen zo aantrekken, dat hun hart naar Hem uitgaat. Kanttekening 2 tekent de ‘armen van geest’ als mensen ‘steunende alleen op de genade Gods in Christus Jezus’. De Heilige Geest gaat arme zondaren overtuigen van de macht en gewilligheid van Christus. Hij schenkt geloof en leert geloven. Eerst heel schuchter en wankel, maar door de oefeningen ook met meer bewustheid, gaan zondaren naar Jezus om uit Zijn volheid bediend te worden. En u mag ook komen om uw armoede aan Hem te klagen! Om Hem te bidden dat Hij al uw nooddruft in heerlijkheid zal vervullen (Fil 4:19). Het zal u zo meevallen. Bij Hem is het nooit leeg en nooit op. En het is Zijn vreugde om Zijn arme volk te dienen.

Hoe armoediger u bent, hoe meer Hij aan u schenken zal. Hoe vaker u Hem nodig heeft, des te meer Zijn trouw en rijkdom blijken zal. In Christus is alles! En Hij roept: ‘Ik raad u dat gij van Mij koopt goud, beproefd komende uit het vuur, opdat gij rijk moogt worden’ (Openb. 3:18).

Zalig zijn de armen van geest; want hunner is het Koninkrijk der hemelen.

Mattheus 5:3

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen