Hervormingsdag: Geloof en genade
En toen Hij in Jeruzalem was op het Pascha, tijdens het feest, geloofden velen in Zijn Naam, toen zij Zijn tekenen zagen die Hij deed. 24 Maar Jezus Zelf vertrouwde Zichzelf aan hen niet toe, omdat Hij hen allen kende. Johannes 2: 23
OOp 31 oktober is het Hervormingsdag en dan wordt er nagedacht over de centrale thema’s van de Reformatie van de Kerk zoals ”alleen door het geloof” en “alleen door genade”. Maar wat is nu geloof en wat is nu genade? Hoe zou je het in onze tijd in je eigen woorden kunnen uitleggen? De twee verzen uit het evangelie van Johannes, die hierboven staan, kunnen mogelijk hierbij helpen.
Allereerst het woord geloof. Het woord geloof komt in de Griekse tekst zowel in vers 23 als in vers 24 voor, maar het wordt in het Nederlands verschillend vertaald. Daardoor valt het niet op dat er eigenlijk hetzelfde woord staat. Ik heb het daarom onderstreept. In vers 23 staat dat velen geloofden in Jezus toen zij de tekenen zagen die Hij deed (in iemands naam geloven betekent eigenlijk in de persoon van iemand geloven). Nu staat er in het volgende vers dat Jezus, op zijn beurt, zichzelf niet aan de mensen toevertrouwt. Letterlijk staat er echter precies hetzelfde woord als in vers 23. Je zou het dus ook kunnen vertalen door: Maar Jezus geloofde hen niet. Dat klinkt nogal merkwaardig. Als we beide woorden op dezelfde manier willen vertalen, is het beter om vers 23 niet te vertalen als dat de mensen in Jezus geloofden, maar dat de mensen zich aan Jezus toevertrouwden.
De bovenstaande tekst maakt in ieder geval duidelijk dat geloven hetzelfde is als: vertrouwen op, of jezelf toevertrouwen aan. Dit was een belangrijk inzicht van Luther tijdens de hervorming van de kerk. We worden niet gered door iets te doen, of te presteren, maar door onszelf toe te vertrouwen aan Jezus. Onze relatie met God wordt hersteld door te vertrouwen op wat Jezus voor ons gedaan heeft aan het kruis. Geloven is dus niet alleen maar geloven dat iemand bestaat, of dat Jezus heeft geleefd, maar het is iets persoonlijks: jezelf toe vertrouwen aan Jezus. Erop vertrouwen dat Hij doet wat wij niet kunnen. Vandaar de uitspraak: “door het geloof alleen” (in het Latijn: sola fide). Het betekent dat je vertrouwen stellen op Jezus (=geloven in Hem) genoeg is om gered te worden.
De twee verzen maken ons ook iets duidelijk over genade. In vers 23 zien de mensen Jezus en de tekenen die Hij doet en ze geloven in Hem (vertrouwen zichzelf toe aan Hem). Het is opvallend dat Jezus dat andersom niet doet. Hij vertrouwt zichzelf niet aan hen toe. Of anders vertaald: Hij gelooft/vertrouwt niemand. Waarom niet? De reden wordt genoemd: omdat Hij hen allen kende. En in vers 25 dat daarachter volgt, maar boven niet staat afgedrukt, staat er nog een verdere uitleg: want Hij wist Zelf wat in de mens was. Jezus kent, doorgrondt, de mensen om Hem heen en daarom vertrouwt Hij hen niet. Toch heeft dit geen invloed op zijn liefde voor hen. Hij geneest de zieken. Hij heeft aandacht voor schriftgeleerden, maar ook voor vrouwen, kinderen, tollenaars en zondaren. Zijn aanwezigheid heeft een magnetische aantrekkingskracht op iedereen. Hij geeft mensen het besef dat ze kostbaar en van waarde zijn in de ogen van God. Hij geeft zijn leven voor u, voor jou en mij. Maar Jezus vertrouwt niemand. Hij weet hoe wij in elkaar zitten. Niemand hoeft Hem dat te vertellen. Hij weet dat precies en daarom zien we hier heel duidelijk wat genade is. Hier is Iemand die ons alles geeft en zelfs bereid is te sterven in onze plaats, maar dit allemaal niet doet omdat wij zelf te vertrouwen zijn, of dat er iets in ons is waardoor wij zijn liefde verdienen. Jezus weet wat er in de mens is.
Luther kende zichzelf heel goed. Hij wist dat hij tekortschoot op verschillende punten en deed er alles aan om zijn leven te beteren en Gods genade te verdienen. Toen ging hij beseffen wat genade is. Dat er Iemand is die ons door en door kent en weet dat we niet te vertrouwen zijn, maar tegelijkertijd ons liefheeft. Dit is de God die we allemaal nodig hebben en waarmee we, door het geloof, een relatie kunnen krijgen. Een God die ons door en door kent en waar we ons niet beter voor hoeven doen en die tegelijkertijd een God is die ons liefheeft met een oneindige liefde.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 oktober 2020
Ecclesia | 8 Pagina's