Het geboren Kind, de gegeven Zoon.
„Want een Kind is ons geboren, een Zoon is ons gegeven." (Jesaja 9 : 5a.)
„Een Kind is ons gleboren, een Zoon is ons gegeven," zo wordt de natuur van de Messias hier getekend in zijn tweevoudig wezen. Een Kind wordt Hij genoemd ten aanzien van Zijn menselijke natuur, geworden uit een vrouw, ons in alles gelijk, uitgenomen de zonden. Een Zoon heet Hij ten aanzien van Zijn goddelijke natuur, uitgezonden door de Vader, met Wie Hij één van Wezen is. (Dit Kind is enkel mysterie, geschenk van Goddelijk alvermogen en eeuwige zondaarsliefde. De gezegende Vader gaf Zijn Enige!
De gezegende Vader gaf Zijn Enige! De Zoon des Vaders nam onze natuur aan, opdat Hij de gegevenen des Vaders weder tot God zou brengen en de HeUiige G«est bereidde de Zoon in de schoot van Maria de menselijke natuur.
Hoe groot is dan niet deze gave, deze schat, die ontvangen wordt door een arme zondaar, in het Kindeke van Bethlehem! Dat Kindeke is ook nog een Zoon; in
Dat Kindeke is ook nog een Zoon; in dat Kind toch geeft God de Vader Zijn eniggeboren Zoon.
Dit Kind, het is waarachtig mens, maar ook waarachtig God. Het is de Middelaar Gods en der mensen. Het is de parel van grote waarde. O, gelukkig degene, die ontledigd en arm gemaakt door Gods Woord en Geest, nu ook in Christus rijk geworden, met een Paulus mag stamelen: „Gode zij dank voor Zijne onuitsprekelijke gave."
Want weet, zo diep zijn wij verloren, zo groot is onze zonde en ellende, dat dit Kind moest geboren worden, dat deze Zoon moest gegeven worden, zou redding, verlossing mogelijk zijn.
Want de heilige en rechtvaardige God neemt het nauw met de zonde, met die zonde, die wij zo gaarne verbloemen. Hij kan van Zijn recht geen afstand doen. Hij kan de zonde niet ongestraft laten. Aan Zijn recht moet genoeg gedaan worden. Hij eist dit naar recht van ons zondaren. O, welk een eis! Maar Hij weet ook, dat wij aan die
Maar Hij weet ook, dat wij aan die rechtvaardige eis niet kunnen voldoen. In der eeuwigheid niet. En daarom geeft Hij niet alleen een arm zondaarsvolk aan de Zoon om het te verlossen, maar ook de Zoon aan dat volk van zonda- ^^^ ^'^ '" '^"^ plaats te lijden, te boeten, de wet te volbrengen, te voldoen aan Zijn heilig recht, opdat er verzoening zou zijn door het Kind in de kribbe van Bethlehem, door de Man van Smarten aan het kruis van Golgotha.
„Elen Kind is ons geboren, een Zoon Is ons gegeven." 't Mysterie van Bethlehem ziet Jesaja reeds als werkelijkheid geworden. En nu gaat het straks weer Kerstfeest worden. Er is geen kerkelijk feest, dat door de wereld zo wordt meegevierd als kerstfeest. Tot zelfs in de kroeg staat een kerstboom en speelt een gramafoon: „Stille nacht." Maar 't is feest zonder Christus. Gruwelijk voor God. Van dat „ons" iiit de profetie roep van Jesaja verstaat de wereld niets.
Maar gij, die dit leest, verstaat gij dat ons? Of nog beter: kunt gij voor dat ons in de plaats zetten: mij? MS geboren!
Dan moet gij de gerechtigheid Gods leren kennen, leren toevallen. Onder haar rechtmatige eis moeten wij ons leven verliezen, om de gerechtigheid en het leven in het Christus kind weer te vinden. Daarom spreekt het woord: „Een Kind is ons geboren, een Zoton is ons gegeven!" van ontzaggelijke zaken. Ja, dat is het, wat wij nodig hebben,
Ja, dat is het, wat wij nodig hebben, aan ons gemis, aan onze ledigheid, aan onze doemschuld te worden ontdekt. Zonder en buiten Christus zijn wij een vervloeking. Zonder geloof is het onmogelijk Gode te behagen, en gaan wij dus naar de buitenste duisternis, waar is wening en knersing der tanden. Maar, als gij uzelf leert kennen, als een, die het leven mist, die God mist, die ligt onder Zijn vloek, dan krijgt gij een Verlosser, het Kindeke van Maria, de Zoon van God nodig! Wat is het al rtjk, als Hij u wordt
Wat is het al rtjk, als Hij u wordt beloofd! O, die beloften, als ze door Woord en Geest worden geschonken, ze zijn zo zoet en troostrijk voor een doorwonde, verloren ziel! Als echter de Heere op Zijn tijd komt
Als echter de Heere op Zijn tijd komt om u de Beloofde Zelf te geven, opdat gij in Hem ook de Belover zoudt ontvangen, dan is de zalige blijdschap en vervulling niet onder woorden te brengen. Dan is het waarlijk Kerstfeest!
De Heere bereide uit genade u zulk een Kerstfeest! Mij geboren! Mij gegeven! O, eeuwig, zalig voorrecht! M'hamis. Ds N. de J.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 8 december 1951
Eilanden-Nieuws | 4 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 8 december 1951
Eilanden-Nieuws | 4 Pagina's