Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Tim en toos leren spelregels

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Tim en toos leren spelregels

5 minuten leestijd

Sommige kinderen zijn druk, anderen rustig. Sommige kinderen praten maar door, anderen zijn heel stil. Lastig: zo veel verschillen in één klas! hoe blijft het leuk voor iedereen?

Over al die verschillende soorten in karakter en gedrag gaat het als je op school sova-les krijgt. Het woord sova is een afkorting van: sociale vaardigheden. Die zijn belangrijk om te leren hoe je op een goede manier met elkaar om kunt gaan en hoe je voor jezelf op kunt komen. Een speciale sova-training, door een speciale juf en met een klein groepje, helpt daar goed bij als je sommige dingen extra moeilijk vindt.

Handpoppen

Maar sova-lessen met de hele klas tegelijk kunnen ook handig zijn. Daar leert iedereen van. Op christelijke basisschool De Hoeksteen in Wijk en Aalburg geven juf Enie van Houweling en stagejuf Marije Leijendekker vandaag les aan een kleuterklas over het onderwerp spelregels. Of eigenlijk geven de poppen Tim en Toos de lessen. Want de juffen zeggen zelf niet zoveel, maar praten via grote handpoppen.

Zo moet het niet

De memorykaarten liggen op tafel. Tim en Toos gaan een spelletje spelen. Het lijkt zo leuk, maar Toos vindt er helemaal niets aan. Tim gaat voor zijn beurt, en draait alle kaarten om. Zo gaat het helemaal niet goed, en is het echt niet leuk als Tim wint! Toos wordt boos en Tim doet onaardig terug. Dan is het spelletje afgelopen.

Juf Enie kijkt de klas rond. „Was dit een leuk spelletje?” Sommige kinderen schudden hun hoofd, anderen beginnen te lachen. Bjorn reageert: „Het ging niet goed, want Tim draaide alle kaarten om.”

De juf knikt, maar stelt dan nog een vraag om te zien of de klas het echt heeft begrepen. „Bij dit spelletje is het toch juist de bedoeling dat je alle kaarten omdraait?” Lieven steekt zijn vinger op. „Tim deed het niet netjes, hij draaide alle kaarten tegelijk om, en Toos kwam niet aan de beurt.” „Tim en Toos schreeuwden door elkaar, ik werd er bijna doof van,” zegt een meisje.

Zo moet het wel

Juf Enie legt uit hoe het kwam dat het geen leuk spelletje was: Tim en Toos hadden geen regels met elkaar afgesproken. Nu doen ze dat wel: ieder mag om de beurt twee memorykaarten omdraaien. Alleen als je twee dezelfde hebt, mag je daarna nog een keer. Tim en Toos beginnen opnieuw met het spel. „Jij mag eerst,” zegt Tim vriendelijk tegen Toos. Nu gaat het spelletje wel goed. Er komt geen ruzie.

En als Tim wint, feliciteert Toos hem daarmee.

„Doen jullie ook weleens spelletjes?” vraagt juf Enie aan de kinderen. Jesta knikt heftig. Zij doet vooral thuis vaak spelletjes, met haar broer. „En gaat het dan goed?” vraagt de juf. Jesta: „Wij spreken altijd af hoe we het doen. Dan krijg je geen ruzie, dat is fijn.” De juf legt uit dat iedereen met een spelletje altijd wil winnen, maar dat dat natuurlijk niet kan. „De ene keer win je, de andere keer verlies je.”

Herkenbaar

Er wordt op de deur geklopt door een andere juf, die Tim en Toos komt halen. Ook in de andere klassen wordt ermee gewerkt. De handpoppen horen bij de lessen “Tim en Toos spelen samen”. Omdat juf Enie zelf vaker sova-training geeft, ook in kleine groepjes, werkt ze graag met wat variatie op de methode. „Eerst laten zien hoe het niet moet, en daarna hoe het wel moet, werkt erg goed. Dat maakt het herkenbaar voor kinderen, daar kun je over doorpraten.”


in de SOva-les leer je ...

… dat iedereen verschillend is en mág zijn (bijvoorbeeld: verlegen of juist bijdehand)!

… nadenken over gevoelens - van jezelf én anderen (bijvoorbeeld: hoe komt het dat je je nu opeens rot voelt?)

… op een goede manier duidelijk maken wat je voelt (bijvoorbeeld: niet schreeuwen, maar gewoon zeggen: „Hier baal ik van.” )

… rekening houden met elkaar (bijvoorbeeld: „Heb jij ook zin in dit spel?”)

… opkomen voor jezelf als dat nodig is (bijvoorbeeld: „Stop, hou op!’” zeggen)

… complimenten geven en krijgen (bijvoorbeeld: „Wauw”!)


Damaris (5 jaar):

„Op school doe ik vaak spelletjes met Iris, Jonah of Marinus, want die zitten bij mij in het groepje. Dat is altijd erg leuk. Wij maken nooit ruzie. Tim en Toos hebben dat wel vaak, maar dan maken ze het altijd weer goed. Deze keer hadden ze ruzie omdat ze de regels niet goed hadden afgesproken. De vorige keer omdat Tim op het zandkasteel van Toos was gesprongen. Dat zou ik nooit doen, op een zandkasteel van iemand anders springen. De lessen met Tim en Toos vind ik best grappig. Maar ik speel liever gewoon in de poppenhoek. Het maakt niet uit met wie.”


Levi (4 jaar):

„Ik vind Tim en Toos heel grappig. Het was leuk dat ze op het eind toch samen gingen spelen zonder ruzie te maken. Ik houd niet van ruzie. Ik zit op zwemles, en daar moet je ook aardig doen tegen andere kinderen. Elkaar niet onder water duwen. Op school vind ik buiten spelen het leukst. We hebben als regel dat het kind dat het eerste bij het speelhuisje is, daar de baas is. Dan mag je zeggen wie er allemaal mee mogen spelen. Vandaag was ik de baas. Wel een goede baas, want van mij mag iedereen meedoen. Meisjes ook.”

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 26 februari 2014

Kits | 32 Pagina's

Tim en toos leren spelregels

Bekijk de hele uitgave van woensdag 26 februari 2014

Kits | 32 Pagina's