Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Staken Als Machtsmiddel

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Staken Als Machtsmiddel

7 minuten leestijd

Herinneringen, we hebben ze allemaal. Soms door een geur, of door een woord, een situatie, een gesprek. Of gewoon doordat er een essay geschreven wordt over staken. Dat levert drie sterke herinneringen op.

Eerste herinnering

Dat gesprek met Lodewijk de Waal staat me nog helder voor de geest, bij een eerste ontmoeting met hem op het hoofdkantoor van de FNV. De Waal was een bekende vakbondsvoorman en de RMU stond nog in de kinderschoenen. Tijdens dat gesprek vroeg hij natuurlijk hoe het toch mogelijk is dat werkgevers en werknemers in één organisatie kunnen zitten. Dat was een mooie gelegenheid om uit te leggen dat dit een mooie Bijbelse gedachte is, dat werkgevers en werknemers in harmonie met elkaar horen om te gaan. Helaas moet ik er ook altijd bij vertellen dat dit lang niet altijd goed gaat, en dat de RMU daarom heldere protocollen heeft voor ledenzaken tussen twee leden van de RMU. Maar het is ook mooi om te wijzen op de kracht van het poldermodel in één organisatie.

Natuurlijk kwam het gesprek ook op de beginperiode van de RMU. Dat was 35 jaar geleden tijdens het eerste kabinet Lubbers, in economisch zware tijden. Er werd keihard bezuinigd. Er moest zelfs worden genivelleerd, dus de salarissen gingen naar beneden. Dat leverde sociale onrust op met heftige stakingen. Toen zelfs de politie ging staken, uniek destijds, was het moment gekomen om de RMU op te richten. Want staken, dat mag alleen als doorwerken zonde is, zo was de heldere stelregel.

Nou, met die stelling was Lodewijk de Waal het niet eens. Ik hoor het hem nog zeggen: ‘Staken, dat is juist ons machtsmiddel’. Ik was even perplex. Maar het leverde een andere herinnering op.

Tweede herinnering

Ik zie het weer voor me. Die lessen op De Driestar, om opgeleid te worden tot het prachtige vak van schoolmeester. En dan met name die ene les pedagogiek, in het eerste jaar, die me zo’n beetje het meest is bijgebleven. Het ging over gezag en macht. Wat een eyeopener voor mij! Natuurlijk werd uitgelegd dat macht op zich niet verkeerd is. Sterker nog, we belijden dat God de Almachtige is. Hij heeft alle macht, in hemel en op aarde. En er zijn genoeg afgeleiden daarvan, waar we de macht erkennen, zoals van de overheid en de politie.

Maar in deze les ging het over macht nemen of gezag krijgen. Als je de macht naar je toetrekt, dan kan dat al heel snel ontaarden. Maar als je gezag ontwikkelt, dan is dat een groeiproces. Daardoor ontstaat er een natuurlijke manier om leiding te geven en om daarin te groeien. Heel indringend werd me toen, als jong studentje, duidelijk dat wij heel zorgvuldig dienen om te gaan met macht en gezag. Niet nemen, maar ontvangen. Niet heersen, maar dienen.

Derde herinnering

Dat leidt automatisch tot een volgende herinnering, aan een prachtig gesprek bij mij aan tafel. Het ging over gezag en medezeggenschap. Aan tafel zaten twee gasten, medeschrijvers aan een boekje: professor Velema en dominee Silfhout. De professor hield ons voor dat er in de Bijbel vijf gezagskringen zijn te vinden: man – vrouw, ouders – kinderen, overheid – onderdanen, kerkenraad – gemeente, werkgever – werknemer. Vervolgens schetste dominee Silfhout hoe die gezagskringen te duiden zijn. De eerste twee zijn de relationele gezagskringen, dan twee institutionele gezagskringen, en tenslotte de contractuele gezagskring. En boven die allen staat God met het absolute gezag. Hij bekleedt mensen met gezag, waardoor ouders gezag hebben over hun kinderen, of de overheid over haar onderdanen. En werkgevers over hun werknemers. De apostel Paulus schrijft daar op verschillende plaatsen heel mooi over, opvallend genoeg overigens ook over het wederzijdse dienen tussen werknemers en werkgevers.

Praktisch gezien

Drie herinneringen, die leiden tot een mijmering over staken. Terecht wordt vaak gesteld dat we het in Nederland heel goed hebben sinds de onderdrukte arbeiders eind 19e eeuw in opstand kwamen. Dat is een feit dat niet te loochenen valt. Ook stakingsacties hebben hun invloed gehad. Maar de claim dat de verbeteringen alleen te danken zijn aan stakingen, dat is echt een stap te ver. Wel is toen de basis gelegd voor de houding die ik in mijn eerste herinnering beschreef: staken als machtsmiddel. Echter, die houding strookt absoluut niet met hetgeen in mijn twee andere herinneringen naar boven komt. Macht mag niet worden mis-bruikt om het gezag te ondermijnen. En gezag is onderworpen aan wat God daarin vraagt.

De keerzijde daarvan is dat er momenten zijn dat het werk wel neergelegd mag worden, als je gevraagd wordt iets te doen dat tegen Gods goede en heilzame geboden ingaat. Zomaar wat voorbeelden: als je gedwongen wordt om op zondag te gaan werken, als je te maken krijgt met ethische kwesties rond leven en dood, als je mee moet werken aan malversaties of corruptie, als de belastingen worden ontdoken of als er milieudelicten van jou worden gevraagd. Dat zijn de voorbeelden waarin het staken van werkzaamheden aan de orde zijn.

Vandaar dat de RMU de aloude stelregel een uitbreiding heeft gegeven: ‘Staken mag alleen als doorwerken zonde is, en … als er sprake is van kennelijk onrecht ten opzichte van Gods goede geboden. Maar voor staken om extra procenten loonsverhoging of om andere, soms terechte, arbeidsvoorwaarden, daar gebruikt de RMU andere middelen voor. Soms een ludieke actie of een petitie, maar vooral door steeds opnieuw te zoeken naar oplossingen en door in gesprek te blijven.

Zo werkt de RMU, inmiddels al 35 jaren!


Wat vindt de RMU van staken?

De RMU vindt dat staken zijn doel mist. Misschien niet als enkel gekeken wordt naar een korte termijn rendement, wel als er verder gekeken wordt. Staken staat tegenover de doelen die wij als mensen met arbeid proberen te dienen, nl.:

• De eer van God

• Het heil van onze naaste

• De voorziening in ons levensonderhoud

Het zal duidelijk zijn dat we door te staken deze doeleinden niet kunnen dienen. Naast deze principiële redenen om staking te veroordelen zijn er ook nog wel andere (bijvoorbeeld economische) motieven aan te voeren om het gebruik van het stakingswapen af te wijzen.

Standpunt

1. Wij investeren in relaties

• Staken leidt ook tot contractbreuk. De gezagsrelatie tussen werkgever en werknemer wordt verbroken. De werknemer weigert zijn werk te doen op de afgesproken voorwaarden. Dat is in strijd met de bepalingen van het arbeidscontract en is een uiting van de revolutiegeest, die van nature in ons huist. Als we staken staan we op tegen God en tegen onze naaste in plaats van God en onze naaste te dienen. Het gaat dan in de regel om ons eigen gewin of materieel voordeel.

• Degenen die met stakingen zijn geconfronteerd zijn het er in het algemeen over eens dat van stakingsacties een demoraliserend effect uitgaat. Dat blijkt niet alleen tijdens de staking, maar ook daarna. Het demoraliserend karakter komt tijdens de staking tot uiting in ongeregeldheden, intimidatie-praktijken, vernielingen en ordeverstoringen.

• Na de staking blijken de demoraliserende gevolgen uit o.a. een verstoorde onderlinge verhouding tussen stakers en bedrijfsleiding/werkgever, een verstoring in de productie, die tot afzetproblemen kan leiden en tot verslechtering van de rendementspositie van het door een staking getroffen bedrijf.

• Vanuit goede verhoudingen en duurzame samenwerking krijg je betere afspraken. Dat geldt zowel op bedrijfs- als op bedrijfstakniveau.

2. Wij blijven aan het werk

• Dat we door te staken niet in staat zijn in ons levensonderhoud te voorzien op een wettige wijze, hoeft niet aangetoond te worden. Maar ook de samenleving mag op ons rekenen.

• Staken is in strijd met de Goddelijke opdracht tot werken. De mens heeft van God de opdracht gekregen de aarde door middel van de arbeid tot ontwikkeling te brengen. We moeten woekeren met onze talenten. De gelijkenis van de talenten in Mattheüs 25:14 en verder spreekt wat dat betreft duidelijke taal. Bij een staking wordt met die talenten niet gewoekerd, integendeel, ze worden begraven. Het is onze plicht en roeping onze arbeid te verrichten. Lees de volgende Bijbelgedeelten er maar op na: Spreuken 6:6-9, 1 Petrus 2:18, 2 Thessalonicenzen 3:8 en 12.

3. Wij blijven in gesprek

• Een staking lost niets op maar versterkt veelal de conflictsituatie. Overleg is de beste manier: staken stopt een keer, praten niet! Bij blijvende conflictsituaties zou een vorm van arbitrage (rechtspraak door deskundige leken) uitkomst kunnen bieden.

• Een christen moet bereid zijn tot verantwoording. Een eerlijke en integere omgang met collega’s vraagt van een christen dat hij met respect voor de ander een duidelijk ‘nee’ durft af te geven als Bijbelse normen en waarden voor hem of haar in het geding zijn. Dat geldt ook bij stakingen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorische Maatschappelijke Unie

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 december 2018

RMU.NU | 52 Pagina's

Staken Als Machtsmiddel

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 december 2018

RMU.NU | 52 Pagina's