Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Kerstverhalen van een hoogleraar

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Kerstverhalen van een hoogleraar

12 minuten leestijd Arcering uitzetten

De eeuwen door heeft de geboorte van Christus mensen geïnspireerd tot het schrijven van kerstverhalen. Ook Jakob van Bruggen heeft zich in die rij gevoegd, met "Het licht in de spiegel". Zoals een spiegel geen licht voortbrengt maar het wel kan weerkaatsen, wil deze bundel nieuwsgierig maken naar de bron van hèt licht. Het verhaal van een hoogleraar die tot zijn eigen verrassing zo nu en dan een ballon in handen kreeg.

In zijn commentaren op de evangeliën toont de Kampense nieuwtestamenticus prof. J. van Bruggen zich niet alleen een kundig bijbelverklaarder, maar ook een literair begaafd man. In een interview voor dit blad noemde hij literaire gaven zelfs onmisbaar voor een exegeet.

Dat hij ook fictieve verhalen schrijft, was tot voor kort alleen binnen de familiekring bekend. Daaraan is een eind gekomen door de uitgave van "Het licht in de spiegel", een bundel van zeven kerstverhalen. Spelend in een soms ver verleden, met een boodschap voor alle tijden. De hoogleraar schreef ze uitsluitend voor zijn eigen gezin.

„Op een goed moment zijn we begonnen om bij de jaarlijkse kerstviering ook kerstverhalen te lezen. Vanaf die tijd heb ik er zo nu en dan zelf een geschreven. Langzamerhand wordt dat een hele stapel. Dan zijn er mensen in je omgeving die zeggen: Is het niet aardig om een bloemlezing uit te geven?

Aanvankelijk voelde ik daar niet voor. Het is iets persoonlijks, dat functioneert binnen je gezin. Ik heb het uiteindelijk toch gedaan, omdat ik van mening ben dat het lezen van kerstverhalen heel waardevol is. Dan moeten ze ook beschikbaar zijn."

Sfeer
Hadden de kerstvieringen binnen uw gezin een vaste vorm?
„Inderdaad. Meestal is het zo dat je met Kerst als gezin op een wat feestelijke manier bijeen bent. Door de verschillende leden van het gezin kan, bijvoorbeeld rond de kerstmaaltijd, wat worden voorgedragen, er wordt wat gemusiceerd, je zingt met elkaar... In dat geheel past ook het lezen of vertellen van een kerstverhaal."

U hecht veel waarde aan zo'n invulling van de kerstviering?
„Ja, ik denk dat het Kerstfeest bij uitstek een feest is om naast de kerkelijke viering ook te vieren in het gezin. De aandacht die je zo geeft aan het belangrijkste feest van de christenen, kan voor kinderen een blijvende betekenis hebben. Het gaat in de eerste plaats om de inhoud, maar ook de sfeer is van belang. Vooral met Kerst kun je kinderen laten voelen dat het niet alleen een kwestie is van woorden en informatie, maar ook van geborgenheid, bemoediging, licht, uitzicht."

Er zijn mensen die juist beducht zijn voor de sfeer rond Kerst.
„Daar ben ik ook beducht voor, als de sfeer geen inhoud meer heeft. Dan wordt het glitter. Daar komen we niet ver mee. Maar het echte leven heeft sféér. Het is een kenmerk van een goed gezin. En ik hoop ook van een goed huwelijk."

Ballon
Was de inhoud van bestaande kerstverhalen niet naar uw zin, dat u ze zelf ging schrijven, of wilde u aan uw gezin iets persoonlijks bieden?
„Vooral het laatste. Al zijn er inderdaad kerstverhalen die ik niet zo geweldig vind. Iets te zoet. Een kerstverhaal moet, zij het indirect, een bepaalde uitstraling hebben."

Schreef u het als u daar tijd voor had, desnoods in de zomer, of had u de sfeer van het naderende Kerstfeest nodig?
„Het laatste. Er zijn mensen die een verhaal schrijven, zoals anderen een vlieger maken van latjes, touw en papier. Ze verbinden de latjes, spannen het touw eromheen, bevestigen het papier en weten vooraf precies hoe ze het geheel zo moeten construeren dat het de lucht in gaat. Dat zijn de vakmensen.

Je kunt een verhaal ook vangen. Dan is het als een zwevende ballon met een touwtje eraan. Als je het touwtje in handen weet te krijgen, heb je tegelijk de ballon. Zo kan een verhaal aan komen zweven en ben je blij als je het kunt pakken. Op die manier kijk ik als niet-vakman tegen verhalen aan. Hoe meer het verhaal naar je toe komt, hoe beter het is. En hoe meer je het zelf wilt produceren, hoe gekunstelder het wordt."

Hoe verklaart u dat juist Kerst zo veel schrijvers heeft geïnspireerd. Is dat enkel het sentiment dat de geboorte van een kind oproept?
„Dat kan. Vooral het slechtere kerstverhaal speelt heel sterk in op het sentiment rond het hulpbehoevende kind. Kijk ik naar de sterkere kerstverhalen, die gedragen worden door het christelijk geloof in z'n volle omvang, dan is het een heel complex verschijnsel. Wat wilt u, een oppervlakkige of een diepere verklaring?"

Wat mij betreft beide.
„Dan beginnen we met de oppervlakkigste verklaring. In december is het altijd koud in deze omgeving. Een tijd om binnen te zijn. Dat roept eerder op om elkaar te vertellen dan wanneer het warm is. De kerstverhalen zijn niet in Indië geboren, maar in West-Europa.

Gaan we een voet dieper, dan moeten we vaststellen dat Kerstfeest het beslissende feest is voor de christenheid. De komst van Christus op aarde, Zijn menswording. In het verlengde daarvan liggen Goede Vrijdag, Pasen, Hemelvaart en Pinksteren. Maar het mysterie is begonnen in Bethlehem."

Verschuiving
„In de moderne theologie is het accent verschoven naar de heilsfeiten van kruis en opstanding. Dat hangt samen met het feit dat men de maagdelijke ontvangenis niet meer aanvaardt, evenmin als de goddelijke natuur van Christus.

Het kerstgebeuren beschouwt men als een mythisch iets. Met gevolg dat men zich veel meer richt op Goede Vrijdag, als symbool van de opofferingsgezindheid van de mens, en op Pasen. Niet de realiteit van Pasen, maar het geloof dat de opofferingsgezindheid zin heeft. Daartegenover begint de orthodoxe theologie met de realiteit van Kerst."

Dat neemt toch niet weg dat in een boek als Handelingen vooral Pasen centraal staat?
„Zeker, maar dan hebben we het over een andere situatie. In de verkondiging begint men ermee dat Christus is opgestaan en nu aan Gods rechterhand zit. Zo predikt men de levende Heiland, die in de hemel regeert. Met Kerst staan we echter niet in een verkondigingssituatie, maar bezinnen we ons op de wortels van het heil ons aangebracht.

Dat heil is alleen mogelijk dankzij het feit dat het Gods Zoon behaagd heeft de menselijke gestalte aan te nemen. Het Woord is vlees geworden en wij hebben Zijn heerlijkheid aanschouwd. In de prediking begin ik met het spreken over die heerlijkheid, maar als ik in bezinning terugkeer naar het uitgangspunt van die heerlijkheid kom ik uit in Bethlehem. Waarom werd God mens?"

Mysterie
Dat is de diepste verklaring van de behoefte van christenen om kerstverhalen te schrijven?
„Ik denk dat er een nog diepere verklaring is. Het is op zich een mysterie dat de mens kan vertellen. Dat hangt samen met het feit dat hij een geschiedenis heeft. Dat onderscheidt hem van alle andere wezens op aarde. In het verhaal treedt de mens enigszins op als schepper, al is het slechts met woorden.

Als God spreekt, is het er. Als een mens spreekt, is er alleen maar een vertelling. Dat is het grote verschil. Maar er is een zekere analogie. Veel Indiaanse stammen in Zuid-Amerika kennen de verteller, een man die rondtrekt van stam tot stam, en overal groots wordt ontvangen.

Op een bepaalde avond neemt hij plaats in de kring en vertelt uren achtereen. De hoorders hangen dan aan zijn lippen. Zoals mensen in onze samenleving uren geboeid achter de tv zitten, terwijl er niks te zien is. Die Indianen horen tenminste wat.

Door de verhalen van die verteller treden ze nieuwe werelden in, die door woorden worden opgebouwd. Zo heeft de vertelling een heel diepe dimensie. Zoek je daarvoor een verklaring, dan kom je ten diepste uit bij het feit dat God Zelf een verhaal heeft met ons.

De hele menselijke geschiedenis is een verhaal. Je kunt die vertellen. Zoals de Bijbel een vertelling is. Historie van het heil. Als verre afschaduwing daarvan gaat ook de mens vertellen. Daarbij kan de waarheid worden onderdrukt, in zeer goddeloze verhalen. Maar je kunt ook proberen om in fictieve verhalen de waarheid juist te laten doorschemeren."

De vierde wijze
Hoe ziet u dan de link naar het feit dat vooral Kerst veel christelijke vertellers heeft geïnspireerd?
„In het Kerstfeest heeft de geschiedenis van God met de mensen een beslissend hoogtepunt bereikt. Door de menswording van Zijn zoon worden de geschiedenis van God en die van de mens lijfelijk tot één geschiedenis. Het is een geweldig knooppunt. Het ligt dan ook voor de hand dat uit die bron, bewust of onbewust, verhalen ontspringen."

Hebt u veel kerstverhalen gelezen?
„Betrekkelijk veel ja, maar voornamelijk binnen het eigen taalgebied."

Wat beschouwt u als een hoogtepunt?
„De vierde wijze uit het Oosten. Dat vind ik een zeer verrijkend verhaal. Het gaat ervan uit dat er nog een vierde wijze is geweest, die de weg is kwijtgeraakt en aldoor op zoek is gebleven.

Na allerlei omzwervingen komt hij nog net op tijd om Jezus te zien sterven. Het is natuurlijk fantasie, maar met een diepe strekking. Die wordt niet expliciet verwoord, maar voel je onder het lezen wel tot je doordringen. Dat spreekt mij aan."

De boodschap moet er niet bovenop liggen?
„Nee dan is het geen verhaal meer, maar een preek."

Merkwaardig
Hoe verklaart u dat ook schrijvers die de menswording van God ontkennen in het Kerstfeest een inspiratiebron vinden tot het schrijven van verhalen?
„Door de diepgewortelde traditie van het Kerstfeest in onze cultuur. Met gevolg dat ook mensen die veel van het christendom hebben losgelaten, het Kerstfeest nog wel een beetje willen vieren en er een zekere inspiratie aan ontlenen. Zo krijg je de vrijzinnige kerstverhalen.

Je ziet nu zelfs het merkwaardige dat de VARA voor de komende Kerst een verhalenwedstrijd heeft uitgeschreven rond het thema: Alleen, maar niet eenzaam. Dat geeft wel aan hoe ver het kerstverhaal van huis is geraakt."

Waardeert u dergelijke verhalen per definitie negatief?
„Zeker niet. Zelfs in een humanistisch getint kerstverhaal klinkt soms heimwee door naar de waarheid. De glans daarvan is niet zomaar verdwenen. Al houdt het natuurlijk een keer op. Als bijna geen mens meer met Kerst thuis blijft, omdat iedereen met wintersport gaat, is er ook geen emplooi meer voor kerstverhalen."

Voorlezen
Hoe beoordeelt u het feit dat ook in orthodox-christelijke kring veel minder wordt vertelden voorgelezen dan een generatie terug?
„Dat is buitengewoon jammer. Reformatorische christenen hebben niet door wat voor een machtig middel ze daarin hebben. Met een béétje voorlezen en vertellen win je het ogenblikkelijk van de televisie. Ik spreek uit eigen ervaring.

Pak een eenvoudig voorleesboekje, ga op een vaste tijd op de bank zitten voorlezen en binnen korte tijd heb je een groepje kinderen uit de buurt om je heen. Tot verbazing van de moeders, die niet begrijpen hoe het mogelijk is dat Jantje z'n televisieprogramma vergeet. Er wordt gewoon voorgelezen. Er is iemand die zich om hen bekommert.

Je moet als gezin eens een verhaal of een boek aan elkaar voorlezen. Dan zul je ervaren hoe totaal anders het tot je komt dan wanneer je het zelf leest. En omdat je met elkaar naar hetzelfde luistert, heb je ook iets om later met elkaar over te praten.

Het vertellen is ook heel belangrijk op de scholen. Het accent is te veel komen te liggen op de informatieoverdracht. Wat was vroeger de kracht van de lagere school? De vertellende meester! Hij was misschien niet zo vakbekwaam als ze tegenwoordig zijn, hij maakte wel eens een foutje, maar hij wist te vertellen. Je maakte het allemaal mee.

Waarom is ons Nederlandse volk zo weinig bewust van z'n eigen nationale identiteit? Ik denk toch ook omdat de geschiedenis de laatste dertig jaar op de scholen weinig vertéld is."

Historici
Geeft u de verhalenschrijver en -verteller nog toekomst?
„Zeker. Ik denk dat we langzamerhand een beetje uitgekeken zijn op de televisie. Dan is het een mooie tijd om terug te keren tot een goed boek en een goed verhaal."

Dat moet er dan welzijn. Wat nu in de christelijke hoek verschijnt is in veel gevallen van een laag peil.
„Het valt inderdaad op dat in de laatste veertig jaar minder verschenen is dan in de veertig jaar ervoor. Ook in christelijke kring word je beïnvloed door de wereld om je heen. In de moderne literatuur was de echte vertelling uit de gratie. Historici als Umberto Eco hebben dat gat in de markt gezien. Ze zijn de geschiedenis als verhaal gaan brengen en de markt reageerde daar magnifiek op.

Het kan niet uitblijven, of ook in de moderne literatuur zal men langzamerhand weer terugkeren tot het verhaal. Laten we hopen dat het dan ook in gereformeerde kring weer aantrekt. Er zijn toch nog heel wat mensen in Nederland die hartelijk geloven in de waarheid van de Heilige Schrift. Daar moeten er bij zijn die een goede pen hebben."

Een vraag
U hebt inmiddels een voorzet gegeven met uw kerstverhalen. Kunnen we ook nog een roman van uw hand verwachten?
„Ik denk het niet. Daarvoor ontbreekt me de tijd. Een verhaal kun je tussendoor schrijven, voor een roman moet je echt gaan zitten. Wel ben ik ervan overtuigd dat er grote behoefte is aan moderne, positieve romans. Die verschijnen nauwelijks. Maar misschien dat er straks weer wat ballonnen aan komen zweven en er mensen zijn die het touwtje weten te pakken."

Voor ik het vergeet: De eerste drie verhalen van uw bundel, naar mijn gevoel ook de beste, hebben een schijn van historie. Of is het toch pure fictie?
„Dat is de vraag he. Dat is het aardige, dat een verhaal wel eens een vraag over laat."

En dat moet een vraag blijven?
„Inderdaad. Anders zou ik zelf de ballon stuk prikken."

"Het licht in de spiegel" door Jakob van Bruggen; uitg. Kok, Kampen; 122 blz., ƒ 22,50.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 14 december 1994

Terdege | 96 Pagina's

De Kerstverhalen van een hoogleraar

Bekijk de hele uitgave van woensdag 14 december 1994

Terdege | 96 Pagina's