Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Secularisatie en polarisatie

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Secularisatie en polarisatie

7 minuten leestijd

“Het stof van de revolutionaire jaren 60 is neergedwarreld. Die periode ligt achter ons.” Deze twee zinnen betekenden niet dat de veranderingen teruggedraaid zouden worden. Dat was niet het geval. Er bleek geen weg terug te zijn. De ontwikkelingen gingen door, ook in het decennium waaraan we in dit artikel aandacht besteden.

Goddelijk geduld

In De Banier die begin januari 1970 verscheen, gebruikte ds. Abma de woorden ‘snelle afloop als der wateren’. Concreet wees hij op de veranderingen in de zedelijkheidswetgeving waardoor de vrije verkoop van voorbehoedmiddelen mogelijk werd. Homoseksuele praktijken met minderjarigen werd niet meer strafbaar gesteld. Het echtscheidingsrecht werd herzien en de verplichting tot afleggen van de eed werd beëindigd. Veranderingen en voorgenomen wijzigingen die rechtstreek te maken hadden met de Bijbel. Die werd steeds meer opzijgeschoven. Abma zag een duidelijk verband tussen het verdwijnen van Gods Woord naar de achtergrond en “het gemak waarmede men het gezag van de Heilige Schrift verwerpt. Dezer dagen kon men lezen dat de hoogleraar Augustijn van de Vrije Universiteit onbewimpeld tegen de stichter van deze hogeschool en zijn medewerker Herman Bavinck kiest voor de vrijzinnige schriftbeschouwing”. De zorgelijke ontwikkelingen waren voor hem een bijzondere uiting van Gods geduld dat hij en de SGP’ers het begin van het nieuwe decennium mochten beleven. Hij legde wel de pastorale vraag aan het hart van de lezers hóe zij het nieuwe jaar ingingen. Dat kon namelijk op twee manieren, zo schreef hij in het vervolg: “Wanneer ik het aan de goedheid van de Allerhoogste toeschrijf, dat we de nieuwe periode mochten binnengaan, geldt dit niet voor elkeen op dezelfde wijze. Indien we onbekeerd en onverzoend daarheen leven, ongeacht onze uitwendige godsdienstigheid, is het blijk van lankmoedigheid en goedheid wel onuitsprekelijk groot. Er is echter ook een geslacht, dat deze aangelegenheid genuanceerd mag bezien. Voor hen is het leven Christus en het sterven gewin.” Met deze zinnen gaf hij aan dat voor ieder mens de wezenlijkste vraag is of hij voor eigen rekening leeft of voor die van een Ander, namelijk Gods Zoon.

Samenleving omturnen

In 1973 kwam het meest linkse kabinet tot stand dat Nederland ooit gekend had. Het stond onder leiding van de woord ‘fanatieke’ te gebruiken - socialist gedreven - misschien is het beter om het Den Uyl. Zijn ambitie was het om de maatschappij om te turnen. Dat noemde hij een hele klus, aldus Dik Verkuil, een van zijn biografen. Den Uyl, afkomstig uit een gereformeerd gezin, had met zijn christelijke opvoeding gebroken. Samen met zijn 42 collega’s in de Tweede Kamer zette hij zich in voor een progressief Nederland. Om aan een parlementaire meerderheid te komen, gaven de twee confessionele fracties KVP en ARP gedoogsteun aan dit bijzondere kabinet. Vier rooms-katholieke en twee protestantse ministers werkten samen met linkse politici in één kabinet. Abma had geen goed woord voor de steunverleners over: “Zes mannetjes, zes confessionele mannetjes met progressieve neiginkjes, zullen in het wereldwonder van het kabinet-Den Uyl de gelegenheid krijgen om te corrigeren wat tweeduizend jaar door de confessionelen is misgedaan? Echt, daar is wondergeloof voor nodig.”

Dat het Den Uyl ernst was met dat omturnen, bleek wel uit het weglaten van de bede uit de Troonrede. Abma schreef daarover met verdriet en heilige verontwaardiging: “Ik begin met het ergste. De bede tot God om wijsheid ontbrak pijnlijk. In een krant stond: ‘God uit de Troonrede geschrapt’. Alsof de begrotingsslaven alle posten hebben nagelopen om te zien of er ergens nog iets te schrappen viel. Ziedaar, wij hebben eindelijk nog een postje gevonden, dat zonder pijn en schade kan worden doorgehaald. God is de van Hem rechtens toekomende plek gedrongen.” Een droevig keerpunt.

Polarisatie

Tegelijkertijd nam binnen de partij polarisatie toe. Naar aanleiding van een kritisch artikel in De Wachter Sions van de hand van L.M.P. Scholten over het overwegen van samenwerking in deze ‘hoogst ernstige tijd’, wees Abma op de gesprekken die ds. Kersten in 1922 voerde met H. Colijn en A.W.F. Idenburg, leiders van de ARP, om tot samenwerking te komen in de vorm van lijstverbinding. Daarnaast had de vooraanstaande CHU’er Tilanus in een interview met dr. Puchinger gemeld dat Kersten en Zandt in 1945 over toenadering gesproken hadden. Als dat in het verleden gebeurde, was het dan verkeerd om zoiets in deze tijd te doen? Het was helaas nodig, immers: “De slagorden van de levende God worden gehoond. Denk bijvoorbeeld aan de geruchtmakende film die in de maak is over het zogenaamde liefdesleven van Jezus Christus.” Het artikel sloot af met het verzoek om af te zien van polarisatie. Eind 1973 kwam het hoofdbestuur met een officiële verklaring over dit onderwerp. Daarin was te lezen dat gezamenlijk optreden niet alleen mocht plaatsvinden vanuit de motivatie dat eendracht macht maakt. Iets anders was belangrijker, namelijk dat gescheiden optrekken zonder enige vorm van samenwerking lastering van de naam van God tot gevolg zou kunnen hebben. Gezien de ernst van de omstandigheden was versplintering niet te rechtvaardigen. Het gebed om op verantwoorde wijze met dit gevoelige onderwerp om te gaan was onmisbaar: “De God der wijsheid geve ons dat wij in deze vraagstelling niet afwijken ter linkerzijde noch ter rechterzijde; in valse eenheid noch in ongeoorloofde gescheidenheid”.

Europese verkiezingen

De SGP was een verklaarde tegenstander van Europese eenwording. Dat was een principieel punt. De vraag drong zich daarom op of de partij wel mocht en kon deelnemen aan verkiezingen voor het Europees parlement. Binnen de partij werd daarover verschillend gedacht. Een relatief kleine minderheid wees deelname resoluut van de hand. Tijdens de algemene vergadering in februari 1979 werd het voorstel van het hoofdbestuur om met een eigen lijst aan de verkiezingen deel te nemen aanvaard. De lijsttrekker was het Tweede Kamerlid H. van Rossum. Op een paginagrote advertentie in De Banier van 31 mei 1979 werd beargumenteerd waarom de partij naar een zetel in het Europese Parlement streefde: “Wat voor Nederland geldt, geldt ook in groter verband: de leidraad van de Bijbel moet bepalend zijn voor ons doen en laten. De beginselen van de S.G.P. zijn gebaseerd op Gods Woord en die beginselen zijn niet gebonden aan landsgrenzen”. De poging om Van Rossum naar Straatsburg af te vaardigen mislukte. De 120.000 stemmen waren niet voldoende (56%) voor een zetel. Uit de terugblik op de verkiezingen en de commotie daaromheen, kan opgemaakt worden dat het er niet altijd even fijnzinnig aan toegegaan is. Abma schreef over radicale veroordelingen en wees op naleving van fatsoensnormen. Over een geschil moet op zakelijke manier gediscussieerd worden: “Wij mogen nimmer recht en billijkheid uit het oog verliezen. Ietwat inkeer zou geen kwaad kunnen.”

Professionalisering

In de jaren zeventig vond er ook een professionaliseringsslag plaats. Voor leden van de gemeenteraden en bestuurders werden bijeenkomsten georganiseerd. Zo’n cursus ging over de gemeente, haar organen en bevoegdheden, volkshuisvesting en ruimtelijke ordening, gemeentefinanciën, de begroting, onderwijs en welzijn. In het hele land werden dergelijke cursussen gegeven. Het voorlichtings- en studiecentrum werden eveneens in dit decennium opgericht. De voormalige marineman M. Dankers gaf op de hem kenmerkende manier leiding aan de eerstgenoemde organisatie, mr. Gerrit Holdijk was de eerste functionaris van het studiecentrum, de voorloper van het wetenschappelijk instituut voor de SGP, de Guido de Brèsstichting.

Oproep tot eenheid

In de jaren zeventig werd duidelijk dat de grote los-van-God-beweging voet aan de grond kreeg. De aanspraken op vrije abortus van de Dolle Mina’s met hun leuze baas-in-eigen-buik kwamen op de tafels van partijen en kabinet. De omslag van de samenleving, in de woorden van Den Uyl ‘omturning’, werd werkelijkheid.

Een deel van de achterban kon zich in die tijd niet meer volledig vinden in het beleid van de partij. Met name was er kritiek op de inhoud van het jongerenblad Ons Contact. Die onvrede uitte zich onder meer in de voorkeursactie voor ds. F. Mallan. Deze predikant stond bij de Tweede Kamerverkiezingen op nummer 10 van de kandidatenlijst. Polarisatie in de samenleving én in de partij. Het kostte het hoofdbestuur moeite om de diverse ‘vleugels’ binnen de kleine partij bij elkaar te houden. Regelmatig waren er oproepen te lezen om de eenheid te bewaren, zoals bij de nadering van de meest succesvolle verkiezingen in 1977: “Laten wij twisten en tweedrachten vermijden. De zaak die centraal staat, gedoogt dit niet. Nu moeten we handelen als één man. Als waar is dat het ons gaat om het beginsel.”

Die eenheid is van belang, ook in 2022.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 maart 2022

De Banier | 32 Pagina's

Secularisatie en polarisatie

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 maart 2022

De Banier | 32 Pagina's