Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De doop van Christus

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De doop van Christus

5 minuten leestijd

Van welke mensen heeft Christus tijdens Zijn omwandeling op aarde het meest te lijden gehad? Was het niet van Zijn eigen kinderen? Hoe aangrijpend om te lezen dat direct na de derde aankondiging van Zijn aanstaande lijden én sterven juist Zijn kinderen komen met zo’n dwaas verzoek!

Wij ontmoeten hier moeder Salome met haar twee zonen, Johannes en Jakobus. Ze valt voor Christus neer. Eerbiedig ligt zij daar, wachtend op een teken om verder te mogen spreken. Dit teken krijgt zij, als Hij zegt: ’Wat wilt gij?’ Waarom vraagt Hij dat? Hij is toch waarachtig God en dus alwetend? Dat is Hij zeker, maar Hij gaat hier het hart van Zijn kinderen uithalen. Een gezegde dat meestal positief wordt toegepast, maar weet u dat Hij dat ook doet om zo Zijn kinderen aan hun eigen dwaasheid te ontdekken? Hebt u dat zelf ook al geleerd? Wat worden de zonden die diep vanbinnen leven ineens concreet als er woorden aan worden gegeven.

Een dwaas verzoek

Nu volgt zo’n dwaas verzoek. Vragen Gods kinderen dan dwaze dingen? Ach, van nature bidden wij altijd kwalijk, dat is: op onszelf aan, maar ook na ontvangen genade zijn de Zijnen nog zulke zoekers van eigen eer. Dat blijkt wel uit dit dwaze verzoek. Ze vraagt om een ereplaats in het aardse Koninkrijk dat zij en haar jongens verwachten.

Wat is de mens toch diep gevallen. Zo diep dat ‘wij niet weten wat wij bidden zullen gelijk het behoort’. Wat zien we hier de noodzaak van ontdekking, ontgronding en ontbloting door de Geest van Christus. Ook Gods kinderen hebben vaak nog zulke aardse gedachten van hoe God werkt. Het vlees zoekt altijd maar weer de opgaande lijn. Hoe zijn wij in hoogmoed gevallen.

Een diepe les

Nu gaat Christus, als die hoogste Profeet en Leraar ter gerechtigheid, onderwijs geven. ‘Gijlieden weet niet wat gij begeert’, zo klinkt het. Wat een ernstig woord, geliefden. Hij wijst er Zijn kinderen hier op dat zij zo blind zijn in ’s hemels wegen. Dat zij het licht missen in de gangen van Zijn vernedering. Daarom komt Gods volk nooit boven Psalm 43 uit: ‘Zend, HEERE, Uw licht en Uw waarheid, dat die mij leiden’. Hebt u uw dwaasheid ook al leren kennen bij het licht van Zijn profetische bediening? Zijn onderwijs is pijnlijk, afsnijdend, maar ook profijtelijk.

Christus gaat hier wijzen op de enige grond van hun behoud, Zijn genoegdoening. Hij zal de drinkbeker, gevuld met Gods oneindige toorn, gaan leegdrinken. Straks zal de put zich boven Hem sluiten, opdat ze boven deze moeder en haar jongens niet gesloten zou worden. Om dit te verduidelijken, gaat die dierbare Borg spreken over Zijn doop als beeld van Zijn aanstaande lijden, sterven en opstanding.

Wat gebeurde er toen Hij door Johannes de Doper werd gedoopt in de Jordaan? Daar ging Hij helemaal onder water. Zo zou Hij helemaal ondergaan in de bodemloze oceaan van Gods toorn. Christus leert hier: ‘Ik ga straks onder en zal dan omgeven zijn met de toorn van God over de zonden van Mijn volk’. In Lukas 12 zegt Hij daarvan: ‘Maar Ik moet met een doop gedoopt worden; en hoe word Ik geperst, totdat het volbracht zij!’ Onze kanttekenaren zeggen bij het woordje ‘geperst’: met benauwdheid. Alsof Hij spreekt: ‘Mijn lieve kinderen, ge zijt zo blind voor de betekende zaak van de doop, rechtvaardigmaking en heiligmaking. Om u weer terug te kunnen brengen in de gemeenschap met God, moet Ik straks geheel ondergaan’.

Hoe menigmaal begeert Gods volk naar zichzelf toe, hoe weinig zijn zij gericht op de ere Gods. Dat blijft toch altijd die diepe smart geven in het leven der genade: maar niet te zijn die we krachtens onze schepping zouden moeten zijn. Hoe anders was het in Zijn leven! In Zijn leven was alles gericht op Gods eer. Als zij dan in hun dwaasheid zeggen: ‘Wij kunnen’, mogen we daartegenover gaan wijzen op de gewilligheid van die dierbare Borg. De kanttekening bij de eerder aangehaalde tekst uit Lukas 12 zegt nóg iets: ‘met begeerte totdat het volbracht zij’. Ziedaar uw Koning, Sion! Zie Zijn gewilligheid! De Heere mocht ons in deze lijdenstijd dáár voor het eerst of bij vernieuwing een geloofsoog voor schenken. Zijn gewilligheid tegenover mijn vermeende gewilligheid. Dan blijft er niets anders over dan een groot beest voor God. Dan wordt Hij je toch zo dierbaar!

Gedoopt met Zijn doop

Dan volgt nog onderwijs over hun toekomst. Zij zullen Zijn drinkbeker wél drinken en met Zijn doop wél gedoopt worden, maar zo heel anders dan Hij. Hun zonden, ook deze dwaasheid, zullen bitterder worden dan gal. Als Hij straks aan het kruis hangt, zullen ze moeten erkennen dat zij Zijn beker niet kunnen drinken en Zijn doop niet kunnen ondergaan. Hij alleen is waarachtig, rechtvaardig mens en tegelijk waarachtig God. Hij alleen kon aan Gods recht voldoen. Wat zal dat een smart gegeven hebben in het hart van moeder Salome.

In Mattheüs 27 ontmoeten we haar samen met Johannes bij het kruis. Zij zijn getuigen van het sterven van Christus. Jakobus is allang weggevlucht. O, toen zijn zij met Zijn doop gedoopt! Toen moesten ze met een geopenbaarde Middelaar de dood in. Toen zijn zij als met water overstort. Toen eindigde alles in de dood. Als Hij Zich na Zijn opstanding toch niet had vertoond aan de Zijnen, dan was alles geëindigd in de eeuwige dood! ‘En als wij in den Naam des Zoons gedoopt worden, zo verzegelt ons de Zoon, dat Hij ons wast in Zijn bloed van al onze zonden, ons in de gemeenschap Zijns doods en Zijner wederopstanding inlijvende, alzo dat wij van onze zonden bevrijd, en rechtvaardig voor God gerekend worden’. Wat een les, om dát te mogen leren!


Maar Jezus antwoordde en zeide: Gijlieden weet niet wat gij begeert; kunt gij den drinkbeker drinken dien Ik drinken zal, en met den doop gedoopt worden waarmede Ik gedoopt word? Zij zeiden tot Hem: Wij kunnen.

Mattheüs 20:22

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 3 april 2025

De Saambinder | 24 Pagina's

De doop van Christus

Bekijk de hele uitgave van donderdag 3 april 2025

De Saambinder | 24 Pagina's