Geest des oordeels en der uitbranding
Met Pinksteren gedenken we de uitstorting van de Heilige Geest. Hij vertegenwoordigt de volheid van God en van Christus. Onuitsprekelijk wonder dat Hij op de aarde kwam wonen. Jesaja noemt Hem ‘de Geest des oordeels en der uitbranding’ (Jes. 4:4). We willen eens nagaan wat deze benamingen ons te zeggen hebben.
Jesaja was een profeet van de ballingschap. Deze wegvoering naar Babel zou zo’n anderhalve eeuw na hem werkelijk plaatsvinden. In het voorgaande hoofdstuk beschrijft hij de ontreddering als God Zijn volk bezoekt met plagen. Bijzonder is Jesaja bekend als aankondiger van de Messias. In vers 2 van ons hoofdstuk noemt hij de Messias ‘des HEEREN Spruit’. Hij zal zijn ‘tot sieraad en tot heerlijkheid, en de vrucht der aarde tot voortreffelijkheid en tot versiering dengenen die het ontkomen zullen in Israël’.
In dit licht staat de benaming ‘Geest des oordeels en der uitbranding‘. Christus, de Spruit van de HEERE, zal zijn tot heerlijkheid en versiering. Maar er moet ook een volk zijn dat daarin deelt. Dat is nu het werk van de Heilige Geest. Hij zondert mensen af en maakt ze deelgenoot van Christus‘ heil. Dat is de bedoeling: dat de Geest zondaren brengt aan Jezus‘ voeten, om ze door genade te doen delen in de tere zielsgemeenschap van Hem.
Wie zijn deze mensen? In vers 3 worden ze ‘overgeblevene’ en ‘overgelatene’ genoemd.
De Babyloniërs hebben het volk van Juda zwaar getroffen, maar niet verslagen en vernietigd. Want de HEERE zorgt dat er overgeblevenen zullen zijn. Dit zijn dezelfde mensen als die Paulus aanduidt in Romeinen 11:5: ‘Alzo is er dan ook in dezen tegenwoordigen tijd een overblijfsel geworden naar de verkiezing der genade’. In beginsel betreft dit het Joodse volk. Maar na Pinksteren mogen ook de heidenvolken delen in dit heil.
Hier blijkt het verkiezend welbehagen van God de Vader. Dat is van eeuwigheid. Zo is Hij bewogen in Zichzelf. In eenzijdig ontfermen heeft Hij een Kerk verkoren tot zaligheid. Hij heeft ze ‘geschreven ten leven’ (vers 3). Het is Zijn eeuwige genadeverbond om deze in Christus te zaligen.
Dat doet Hij door de diepte van zondeval en verlorenheid heen. Zo komt dit verkiezend welbehagen in de tijd aan het licht.
Oordeel en uitbranding
Hoe werkt de Heere dat uit? Door de Geest des oordeels en der uitbranding. Beide woorden zien op het strafgericht. ‘Oordeel’ heeft daarbij de betekenis dat in dat strafgericht de godvruchtige gescheiden wordt van de zondaren. ‘Uitbranding’ maakt duidelijk dat het strafgericht zuivert van de zonde. De ballingschap was voor Israël een zwarte bladzijde in hun geschiedenis. In die zwarte bladzijde werkte de Heilige Geest het heil des Heeren uit.
Zo doet de Heilige Geest nog. ‘En Die gekomen zijnde, zal de wereld overtuigen van zonde, en van gerechtigheid, en van oordeel’ (Joh. 16:8). Hij is er zelfs naar genoemd: Geest des oordeels en der uitbranding. Zo vlekkeloos heilig is de Heere. Met de minste zonde kan Hij niet van doen hebben. Het wordt u gepredikt dat u van nature ligt onder een hemelhoge schuld. Onze onbekeerlijkheid en ons ongeloof voeren ons naar het eeuwig verderf. Het is het werk van de Heilige Geest om daaraan te ontdekken. Hij doet eronder buigen voor Gods aangezicht.
Kom lezer, hoe is uw leven? Bevat het ook dergelijke zwarte bladzijden? Heeft het u gebracht bij de oorzaak daarvan? Dat is immers het werk van de levendmakende Geest. Ik ben een balling uit het verloren paradijs. Ik ben gestoten uit Gods gunst en gemeenschap. Hoe bitter is het om God te missen, om verloren te moeten gaan onder Zijn rechtvaardige toorn. O onbevattelijk wonder, in dit zuchten trekt Hij uit de duisternis tot Zijn wonderbaar licht. De Heilige Geest trekt krachtig en onwederstandelijk. En de touwen waarmee Hij trekt zijn touwen van liefde.
Sieraad en heerlijkheid
O, zegt zo’n schuldverslagen ziel, maar dit gaat over de uitverkorenen. Zij zijn die overgeblevenen; hun namen staan geschreven ten leven. Het kan niet waar zijn dat ik daartoe behoor, ziende op mijn schuld en onwaardigheid. Maar wat zegt nu de Pinksterbelofte? ‘En het zal geschieden, al wie den Naam des HEEREN zal aanroepen, zal behouden worden; want op den berg Sions en te Jeruzalem zal ontkoming zijn, gelijk als de HEERE gezegd heeft; en dat bij de overgeblevenen, die de HEERE zal roepen’ (Joël 2:32). Hoe zwartgeblakerd u ook bent in de dienst van de zonde, juist met Pinksteren roept de Heere het u toe: ‘Wendt U naar Mij toe, wordt behouden, alle gij einden der aarde; want Ik ben God en niemand meer’ (Jes. 45:22).
Zo leidt de Heilige Geest zondaren, overgelaten ballingen, tot Christus, de Spruit des HEEREN. Hij toont hun Zijn heerlijkheid. Dat Hij als een rijsje voortkwam uit een afgehouwen tronk. Dat Hij met de moeden een woord spreekt te rechter tijd. Dat Hij vrede aanbrengt door de straf die Hij droeg. Zo verdrijft Hij de bloedschulden (vers 4). De Heilige Geest kondigt Gods verzoening af in de ziel van schuldige zondaren. Zijn werk is onderscheidend. De nood van een zondaar is ook zo groot, en zijn zielentoestand kan zo persoonlijk zijn. De genade van Christus is onovertroffen en menigerlei. Zo verheerlijkt Hij Christus.
O lezer, de schoonheid van de wereld is niet te waarderen tegen de sierlijkheid van Christus. Hij is aangenaam voor de Vader. Alleen in Hem zal een verloren zondaar rechtvaardig zijn voor God. Hebt u er iets van mogen ondervinden? Heb toch geen rust voor u mag weten in Hem geborgen te zijn.
Vrucht en Versiering
Het werk van de Heilige Geest gaat door. Deze wereld is nog altijd niet gezuiverd van de zonde. Wat roept het ons op tot bekering. Ouders, mogen we onze kinderen zo voorleven in de dienst van de Heere? Gods dienst is een liefdedienst. Wie met de wereld leeft, zal straks met de wereld vergaan. Het is nog genadetijd. We kunnen nog gerukt worden als een vuurbrand uit het vuur.
Zo gaat de Heilige Geest ook voort om Gods kinderen te louteren. De vurige oven van de drie vrienden van Daniël blijft hun niet vreemd. Zou God doen naar wat zij ervan terechtbrengen, dan komen ze er in hun schande uit. Maar nee, de HEERE zorgt. Er was van de vrienden zelfs geen haartje verschroeid. Wat zuchten Gods kinderen vaak onder de strijd. Kleingeloof en wantrouwen zijn misschien wel de ergste vijanden. Maar oordeel en uitbranding werken mee. Zie hoe de Heilige Geest afzondert voor Christus. Hij is hun voortreffelijke Vrucht en Versiering. Het is Gode tot eer en de ziel tot zaligheid.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 12 juni 2025
De Saambinder | 20 Pagina's