Henoch

Geliefde lezer,

U mag deze meditatie nog lezen. Dat betekent dat u nog op aarde bent. Paulus, de bewogen pastor, wijst op Gods waarschuwend woord voor de tijd hier op aarde: Want Hij zegt: In den aangenamen tijd heb Ik U verhoord, en in den dag der zaligheid heb Ik U geholpen. Zie, nu is het de welaangename tijd, zie, nu is het de dag der zaligheid (2 Kor. 6:2). Het welbehagen Gods dat door de hand van Christus gelukkiglijk voortgaat wordt in de tijd in mensenharten die verloren liggen in schuld geopenbaard. In deze tijd des welbehagens moet het grote wonder van de wedergeboorte in onze zielen plaatsvinden. Gelet op alle schrikbarende ontwikkelingen wereldwijd gaat de Heere spoedig vervullen wat Hij Zelf profeteerde in Zijn omwandeling op aarde: En terstond na de verdrukking dier dagen zal de zon verduisterd worden, en de maan zal haar schijnsel niet geven, en de sterren zullen van den hemel vallen, en de krachten der hemelen zullen bewogen worden. En alsdan zal in den hemel verschijnen het teken van den Zoon des mensen; en dan zullen al de geslachten der aarde wenen en zullen den Zoon des mensen zien, komende op de wolken des hemels met grote kracht en heerlijkheid. En Hij zal Zijn engelen uitzenden met een bazuin van groot geluid, en zij zullen Zijn uitver korenen bijeenvergaderen uit de vier winden, van het ene uiterste der hemelen tot het andere uiterste derzelve (Matth. 24:29-31). De tekstwoorden hebben ons dan ook veel te zeggen in deze veelbewogen eindtijd. Henoch, een geroepen en godvrezende profeet die voor de zondvloed leefde, heeft ook in zijn tijd getrouw opgeroepen tot de waarachtige bekering. Temidden van al het uitleven in de zonde en de ongerechtigheid heeft hij getrouw het oordeel Gods aangekondigd. Was hij dat altijd geweest? Hij zal net als ieder ander mens zonder God in de wereld geleefd hebben. Ook al behoorde hij tot het afgezonderde zaad van Seth. Allereerst wordt er alleen gezegd dat hij een gewoon leven op aarde leidde: Henoch leefde vijf en zestig jaar, en hij gewon Methúsalah. Er was dus niet direct iets bijzonders in zijn leefwijze. Mogelijk was hij toen al getrokken uit de macht der duisternis en gaan vragen en zoeken naar de dingen die boven zijn. Maar na die 65 jaren lezen we een opmerkelijke gang van hem. In de tijd des welbehagens had de Heere hem van dood levend gemaakt. We lezen namelijk na de geboorte van Methúsalah zijn zoon: En Henoch wandelde met God, nadat hij Methúsalah gewonnen had! De kanttekening merkt daarbij op: ’Dat is, hij leidde voor God een heilig leven met een groten ijver en bijzondere gestadigheid, zich afzonderende van de goddeloosheid en boze zeden der wereld.’ De betekenis van zijn naam: ’de toegewijde’ werd praktijk in zijn leven hier op aarde. De grote genade Gods in Christus kwam op een buitengewone wijze openbaar. Hij mocht werkelijk zijn, temidden van een ondergaande wereld, ’een zoutend zout en een lichtend licht’. Paulus zegt van hem in zijn brief aan de Hebreeën: Door het geloof is Henoch weggenomen geweest, opdat hij den dood niet zou zien; en hij werd niet gevonden, daarom dat hem God weggenomen had; want vóór zijn wegneming heeft hij getuigenis gehad dat hij Gode behaagde (Hebr. 11:5). Evenals al Gods volk door alle tijden heen mocht Hij zien op de overste Leidsman des geloofs, Jezus. Hij leefde dicht bij zijn stervensuur, het moment om over te gaan van de tijd in de eeuwigheid. We zien dat ook in de naamgeving van zijn zoon Methúsalah, wat betekent: ’Hij sterft!’

En toch is Henoch nooit gestorven, zoals we lezen in onze tekst: Zo waren al de dagen van Henoch driehonderd vijf en zestig jaar. Henoch dan wandelde met God; en hij was niet meer, want God nam hem weg. Wonderlijk en onnaspeurlijk zijn de wegen Gods met name met Zijn volk. Hij die zijn zoon Methúsalah, die het langst op aarde heeft geleefd, de naam gaf: ’Hij sterft’, werd met ziel en lichaam opgenomen in heerlijkheid.

Voor zijn opneming heeft de Heere hem ingezet in Zijn Koninkrijk om door zijn godzalige wandel anderen te winnen. Hij riep hem in de dienst van ’prediker der gerechtigheid Gods.’ Dood en leven heeft hij getrouw verkondigd en aan de harten van zijn hoorders gelegd. Hij heeft ook in alle ernst en bewogenheid geprofeteerd van de naderende zondvloed.

Hoe heeft hij gewaarschuwd tegen het leven in de grootste goddeloosheid en de valse godsdienst van zijn tijd. Getrouw kondigde hij Gods oordeel aan: De apostel Judas meldt daarvan in vers 14-16: En van dezen heeft ook Henoch, de zevende van Adam, geprofeteerd, zeggende: Zie, de Heere is gekomen met Zijn vele duizenden heiligen, om gericht te houden tegen allen, en te straffen alle goddelozen onder hen, vanwege al hun goddeloze werken, die zij goddelooslijk gedaan hebben, en vanwege al de harde woorden die de goddeloze zondaars tegen Hem gesproken hebben. Dezen zijn murmureerders, klagers over hun staat, wandelende naar hun begeerlijkheden; en hun mond spreekt zeer opgeblazen dingen, verwonderende zich over de personen om des voordeels wil. Hoe heerlijk was toch zijn sterven. Daarvoor mocht hij 300 jaar na zijn bekering in ware Godsvrucht wandelen. De Heilige Geest getuigt hier van hem: En Henoch wandelde met God, nadat hij Methúsalah gewonnen had, driehonderd jaar; en hij gewon zonen en dochters. Zo waren al de dagen van Henoch driehonderd vijf en zestig jaar. Henoch dan wandelde met God; en hij was niet meer, want God nam hem weg.

Wat een groot verlies voor de Kerk van die dagen voor de grote zondvloed. Wat een ernstige roepstem ook voor vandaag dat: …de weldadige lieden worden weggeraapt, zonder dat er iemand op let dat de rechtvaardige weggeraapt wordt vóór het kwaad (Jes. 57:1).

Hij ging met ziel en lichaam beide naar de hemel. Evenals later een Elia. Hij wandelde met God, dat betekent dat er eerst een tezamen komen geweest moet zijn. Zo lezen we in Amos 3:3: Zullen twee tezamen wandelen, tenzij dat zij bijeengekomen zijn? Hij heeft in dat verzoenend bloed van Christus alles voor zijn ziel mogen vinden. Hij zal als een ware prediker vaak op de noodzaak van die verzoening gewezen hebben.

Geliefde lezer, bezit u ook dat oprechte geloof van Henoch en al Gods volk? Nog bent u in de tijd!! Al is het dan nog zo zwak of in zware aanvechtingen en beproevingen, op ’s Heeren tijd zal het zich gelovig richten op Hem in wegzinkende verwondering: Mijn Heere en mijn God.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen